Veranderingen in duurdere Hortus Vluchtig boekje over 'goddelijk duo' Wellustige en onthoofde vrouwen vol dramatiek Cultuur&Kunst Waaiercollectie Felix Tal dreigt uiteen te vallen Christie's grootste Europese veilighuis MAANDAG 3 AUGUSTUS 1992 9 Concert Black Sabbath Groningen De legendarische hard rockformatie Black Sabbath gaat op wereldtournee. Voor Nederland is een concert gepland op donderdag 17 september in de Evenementenhal in Gronin gen. De voorverkoop voor dit eenmalige optreden begint zater dag 8 augustus bij de bekende adressen. Meer te bewonderen in Leidse botanische tuin Continental Singers in Alphen alphen aan den run De Amerikaanse Continental Singers doen in het kader van hun internationale jubileumtour op woensdag 12 augustus de Salvatorikerk aan de Willem de Zwijgerlaan in Alp hen aan den Rijn aan. Het optreden begint om 20.00 uur. Kaar ten zijn verkrijgbaar bij de WV-kantoren in Alphen aan den Rijn, Nieuwkoop en Boskoop en bij boekhandel 't Anker aan de Hooftstraat in Alphen. De bekende waaiercollectie van Felix Tal, die al meer dan tien jaar te zien is in Museum Beec- kestein in Velsen-Zuid, dreigt uiteen te vallen. De eigenares ziet zich gedwongen de collectie te gelde te maken via het Lon- dense veilinghuis Christie's. Het museum krijgt de gelegenheid om een kerncollectie aan te ko pen, maar heeft daarvoor het geld niet. De verzameling Tal is een van de weinige, en tot voor kort de grootste permanent aan het pu- Het veilinghuis Christie's Inter national lijkt nauwelijks gevol gen te ondervinden van de eco nomische recessie. Na een aan vankelijke daling eind 1991, steeg het aantal verkopen in het eerste half jaar van 1992 met 6 procent, in vergelijking met de zelfde periode in het jaar er voor. In totaal werd over deze periode voor een bedrag van 336 miljoen Britse ponden ver kocht. Wereldwijd gerekend zit Christie's concurrent Sotheby's op de hielen met een marktaan deel van 49 procent. Dat is sinds de helft van de jaren vijftig het bliek tentoongestelde, waaier verzamelingen in Nederland. De waaiers dateren uit de 17de tot en met de 20ste eeuw. Naast zeer kostbare exemplaren ma ken ook een paar unieke hand schermpjes met daarop de af beeldingen van stadhouder Fre- derik Hendrik en zijn vrouw Amalia van Solms deel uit van de collectie. De kerncollectie die Beeckes- tein eventueel kan behouden bestaat uit ongeveer 100 waai ers en enkele bladen en kasten. De aanschaf kost zeker 250.000 gulden. hoogste percentage ooit be haald. Binnen Europa heeft Christie's de slag al gewonnen. Met een marktaandeel van 54 procent is Christie's het grootste Europese veilinghuis. Het aantal verkopen van oude meesters is gestegen met 23 procent, van meubilair met 18 procent, Oosterse kunst met 20 procent en boeken met 42 pro cent. Het meest kostbare stuk dat in de eerste helft van 1992 bij Christie's onder de hamer kwam, was Canaletto's 'The Old Horse Guards, Londen, from St. James's Park', dat voor 10,12 miljoen Britse ponden van eige naar verwisselde. 'Ontdek Leiden. De oudste botanische tuin van Neder land'. Deze wervende tekst, opgesierd met rode tulpen bollen, is onlangs geplaatst op een groot reclamebord langs de snelweg (A4). Jan de Koning, wetenschappe lijk manager van de oudste tuin van Nederland, de Hortus Botanicus aan het Rapenburg, noemt het een verstandige promotie van de gemeente. ,,Het is hier heel goed toeven." leiden saskia stoelinga Toch rommelt het wat in de tuin. Trouwe bezoekers hebben het opgemerkt. De entreeprijs is verhoogd, er is wat gesnoeid en er worden planten verplaatst. En wat blijkt? De komende ja ren zal de Hortus danig veran deren. Maar het karakter van de tuin zal heel goed in de gaten worden gehouden. Jan De Koning doceert: „Een tuin verandert omdat er planten en bomen doodgaan. Of omdat er teveel gewone planten gaan groeien, of omdat de ideeën van deskundigen veranderen. Wij hebben een 'masterplan' opge steld waarin staat wat er de ko mende vijf jaar aan de tuin moet gebeuren om de waarde volle collectie planten en bo men uit alle windstreken op peil te houden. Sinds 1989 vormt de Hortus samen met het Rijksher barium een onderzoeksinstituut van de Leidse universiteit. Dat betekent dat hier onderwijs en wetenschap wordt bedreven. Dat betekent ook voor de be zoekers dat zij in een lommer rijke omgeving een mooie, leu ke, interessante en leerzame tuin zien met bijzondere bomen en plantesoorten. Als we naar de kassen lopen, meldt De Koning terloops wat er is verdwenen door ziekte en ouderdom. Een 180-jarige beuk, zo waarschuwt hij maar vast, zal het niet zo lang meer doen. „Enkele walnoten lijden aan verwelkingsziekte en de Zelkova barst uit zijn bast. Ook geen se tuin staan er mooi bij. De Ko ning geniet ervan, evenals een oma en haar kleinzoon. De toe risten kwetteren. De prijsverho ging deert hen niet. Het lijkt haast een logisch vervolg van dit verhaal. Terug bij de muur vlijt de manager van de tuin zich neer op een houten bank. Aangenaam toeven hier. "Voor wat we bieden en gaan bieden is de prijsverhoging echt rede lijk. Drie gulden vijftig toegang is niet te veel. Voor de tuinen in Utrecht, Rotterdam of Amster dam betaal je zomaar vijf gul den. Er is ook nog geen toerist die heeft uitgeroepen: oh wat duur. Alleen het Leidse gezin dat gewend was aan het gul dentje toegang, zal het mer ken." Voor onze ogen wordt het gras vakkundig gemaaid. Even daar voor was het geluid van schof fels en harken goed hoorbaar. „Nee we moeten er met ons al len - vijftien mensen - hard aan trekken om alles te laten bloei en en groeien. De garantie voor de toekomst:,,Er zal steeds meer te zien zijn en te bewonderen." Foto-expositie tuin in Bogor Wetenschappelijk manager van de Hortus Botanicus, Jan de Koning: „De bezoeker moet in een lommerrijke omgeving een mooie, leuke, interes sante en leerzame tuin zien." foto henk bouwman goed teken. Het oude bomen- bestand van de Hortus wordt overigens intensief gecontro leerd. „In de jaren zeventig, de tijd van boomchirurg Copijn, werden zieke delen vol gestort met beton en bij elkaar gehou den met staaldraad. Daar zijn we van teruggekomen. Nu zijn twee mannen zeker twee maan den per jaar bezig om de zieke delen eruit te snoeien. Vaak tak je voor takje. We hebben de in druk dat dat beter werkt", zegt De Koning voorzichtig. We staan binnen naar de zeldzame collectie passiebloe men te kijken. De Koning komt op een ander punt uit het plan: informatie. „Om deze planten te laten leven, en dat geldt ook voor de orchideeën, de Aziati sche varencollectie en de kuip- planten, moet je de bezoeker goede informatie geven. Een botanische tuin valt of staat daar bij. Daar zijn we nu druk mee bezig. Momenteel wordt in het centrale gedeelte van het kassencomplex gewerkt aan de inrichting van de kassen als in formatiecentrum. Volgend jaar verschijnen er allerlei boekjes over de groei en bloei van de Hortus." Hij somt wat op: „Ja panse tuin, vleesetende planten, Rosarium, Clusiustuin. Verder zullen de bebording en de infor- matiepalen in de tuin worden uitgebreid." Een ander punt. De Oranjerie, de kas waar de palmen, de ole anders, citrusbomen, agaves en kamerlindes de wintermaanden doorbrengen, is niet alleen te klein, maar geeft ook te weinig licht. „Als ze in mei naar buiten komen, zien ze er niet uit." Vol gens de Koning is er op korte termijn een nieuw onderkomen voor deze kuipplanten nodig. De financiën er voor moeten nog op tafel komen. Met wat sponsoring moet dat lukken." Met de collecties binnen is het wel in orde. Buiten staat er naar de zin van De Koning te weinig bijzonders. Ook daarin gaat verandering komen. De hortulanus van Rotterdam zegt het zo fraai: 'De bijl is mijn pen seel'. De Clusiustuin en de Von Sie- bold Gedenktuin oftewel Japan In de Oranjerie van de Hor tus is tot 31 augustus een fo totentoonstelling te zien over de Indonesische zustertuin Kebun Raya Bogor, die 175 jaar bestaat. De foto's geven een beeld van de verbonden heid van de Leidse Hortus met de botanische tuin van Bogor. Vorig jaar werd een overeenkomst gesloten waar in verdere samenwerking voor bestudering van de Indonesische flora voor de komende jaren werd vastge- k-gd. Op 11, 12 en 13 september is er in de Oranjerie een ten toonstelling, een verkoop en een keuring van planten die dieren lokken, vangen en verteren. De vleesetende planten dus. ïgSjgffiL \N0NZE SUPER SLAGERIJ nVENVERSEj 'Van Kooten en De Bie, 25 jaar narren op de kansel' Een eerste bijdrage aan de Kootkunde en de Bieologie. Zo noemt de redactie van De Groe ne Amsterdammer het boekje Van Kooten en De Bie, 25 jaar narren op de kansel', dat afgelo pen week verscheen maar in fe bruari al als kleurenbijlage bij het opinieweekblad was ge voegd. Zelden zal de Groene zo snel uit de kiosken zijn verdwenen, want Kees van Kooten en Wim de Bie zijn populair. In het boek staan zeven artikelen over het befaamde VPRO-duo. Analyse rend, kritisch, maar vooral be wonderend. Ieder van de redac teuren heeft zijn eigen voor- en afkeuren, zijn eigen stokpaard jes en doet daar bevlogen kond Zo keurt René Zwaap het ei genlijk af dat Van Kooten en De Bie voortdurend de jaren vijftig idealiseren, maar moet mede samensteller Martin van Amerongen juist tot zijn onge noegen constateren dat het platte Haags van eertijds steeds minder door de heren wordt ge bezigd. '25 jaar narren op de kansel', zo schrijven de samenstellers in hun Ten Geleide, is „een sokkel, geen monument." Het echte werk aan de analyse van wat Van Kooten en De Bie voor de Nederlandse samenleving bete kenen, moet nog beginnen. Ze zijn zo'n onderzoek ten volle waard, zo wordt gesteld. Want: „Naoorlogs Nederland kent geen grotere satirici, taalfiloso fen, culturele analisten en voor al humoristen dan het Haagse duo." Zwaap noemt ze in zijn eigen bijdrage zelfs 'het godde lijke duo'. De beste bijdragen aan het boek zijn die waarin de bewon dering het sterkst naar buiten treedt. Het bijna lyrische ver haal van Loek Zonneveld over de duo's die Van Kooten en De Bie hebben uitgebeeld bij voor beeld. Zonneveld schrijft: „Er wordt wel eens enigszins mis prijzend beweerd dat Van Kobt- en en De Bie de dominees van de Nederlandse televisie zijn ge worden. Het is, vrees ik, erger. Van Kooten en De Bie: „Naoorlogs Nederland kent geen grotere satirici, taalfilosofen, culturele analisten en vooral humoristen dan het Haagse duo." archieffoto cpd Ze zijn het geweten van dit land." Zonneveld trekt vergelijkin gen met laurel en Hardy en moet constateren dat de Hage naars zich aan alle wetmatighe den aangaande komische duo's onttrekken. „Vooreerst zijn Van Kooten en De Bie geen duo, omdat hun creaties hun som en de meerwaarde zijn van twee briljante solisten. Van een rela tie tussen aangever en afmaker is bij hen bij voorbeeld geen sprake." Bewonderend is ook de bijdrage van Ivo de Wijs, die het uiteraard over het grensverleg gende taalgebruik van de twee heeft en moet vaststellen dat ze ook hier de traditionele indelin gen en rubriceringen van de taalwetenschap aan alle kanten met voeten treden. In het boekje is ook een inter view van Theo van Gogh met Kees van Kooten opgenomen. Het is veelzeggend dat zelfs in dit interview niets duidelijker wordt over de echte Van Koot- en, hoezeer in Ten Geleide de redactie al haar verwondering uitspreekt over het gegeven dat niemand in Nederland ooit de vraag heeft gesteld wie Van Kooten en De Bie nu eigenlijk waren en wat hen precies be weegt. Dat de televisieprogramma's van Van Kooten en De Bie - misschien zelfs op wereldschaal - tot het meest unieke behoren wat het medium ooit heeft voortgebracht, staat buiten kijf. We schenken in Nederland te weinig aandacht aan de analyse van het weinige goede wat de televisie, de vluchtigste aller media, te bieden heeft. In zo verre is het goed dat dit boekje er is. Als begin en als lekker vluchtig leesvoer. Een funda mentele bijdrage aan de serieu ze Kootkunde en Bieologie is het echter nauwelijks. zijn opvallend genoeg als personen afgebeeld, i blijven meestal anoniem. recensie nancy stoop Gezien schildenjen van Nicole Carvajal, te ziei 30/8 Galene Zóne. di. t/mvr. 11 00-18 00 uur, uur, za. 10.00-17 00 uur en zo 13 00-16 00 u 17/b, Leiden. Spaanse en Nederlandse titels wisselen elkaar af op de expositie van Nicole Carvajal, maar in wer ken zoals 'La Partida' en 'De Gekozene' is steeds het centrale thema de vrouw. Nicole Carvajal is Chileense en woont sinds 1975 in Nederland. Het realisme van haar schilderijen schept een con trast tussen de ërotische sfeer van de voorstellin gen en de vervreemdende situaties. De aantrekkingskracht van de vrouwen schuilt vooral in de pose en verschijning; soms zijn zij naakt of slechts gedeeltelijk gekleed. Dc korte, wijde jurken, zwarte kousen en kousebanden dui den een type aan - een model of prostituée dan wel een danseres. In 'Max y la modelo' en 'l.a Ob- sesion' zijn de mannen opvallend genoeg als per sonen afgebeeld, maar de vrouwen blijven meestal anoniem. Soms zijn hun gezichten door lange, als een vlag wapperende, haren bedekt maar vaker ontbreekt het hoofd. Niettemin gaat het om vTouwen van vlees en bloed - wellustig en verleidelijk. Alleen in 'La Obsesion' doet de onna tuurlijk gladde huid direct aan een etalagepop denken. Deze pop staat mogelijk model voor een droom- of ideaalbeeld van een als ouderwetse kantoorklerk uitziende man. Een zekere nostalgie in de keuze van kleding en interieur kleurt ook de andere schilderijen. Bij Carvajal is het gebruikte beeld zelden een duidig. Het spiegelbeeld-motief in twee schilde rijen met als titel 'Euforia' versterkt de kloof tus sen werkelijkheid en verbeelding. Ondanks de uitdrukking van uitbundige vreugde overheerst verwondering over de spiegel die het beeld van een vrouw zonder gezicht, zonder identiteit, weerkaatst. Decoratieve patronen en stillevens, bestaande uit tafeltjes met een fruitschaal of flacon vervullen een oppervlakkige bijrol temidden van de na drukkelijk geponeerde, betekenisvolle thematiek. Het werk wordt soms gekenmerkt door een met een vreemd soort expressie vermengd realisme dat in de toelichting het zwaarwichtige etiket 'psychisch expressionisme' opgeplakt krijgt. Een opvallend verschijnsel is het gebruik van verschillende aan schilders als Max Beckmann (in 'Max y la modelo') en de onlangs overleden Fran cis Bacon ontleende stijlcitaten. Vooral de ont hoofde \Touwenfiguren herinneren aan Bacons voorstellingen vol onttakeling en menselijke dra matiek. Bij Carvajal voegen thema en motieven zich tot een samenhangend geheel, alleen in de uitwerking betoont zij zich stilistisch onvoorspel baar. Innerlijke en uiterlijke tegenstellingen plaat sen bezoeker menigmaal voor een raadsel. In het spiegelbeeld-motief schuilt een overeenkomst met het geëxposeerde werk - het gemis aan een eigen gezicht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 9