c Misdaad loont in illegale dierenhandel OMER'92 Treintaal ZATERDAG 1 AUGUSTUS 1992 ZATERDAGS IJ VOEGS F L De dierenhandel wordt steeds illegaler. Dibevo, de brancheorganisatie van er kende dierenhandelaren en - winkeliers, noemt de situatie verontrustend. Vol gens Dibevo neemt de malafide handel in beschermde diersoorten hand over hand toe en houden steeds meer crimi nelen zich er mee bezig. De Europese eenwording speelt die han del in de kaart. De Europese bin nengrenzen verdwijnen en de douane controle wordt tot een minimum be perkt. FRED NICOLAI AID-controleur Gerrit Vink (voorgrond): „Honderd procent controle is niet uitvoerbaar". teeds meer criminelen houden van t dieren. Niet omdat ze zo leuk zijn, maar omdat er grof geld mee te verdienen valt. Over enige tijd worden de drie verdachten van de ooievaarsroof uit broedstalion 'Het Liesveld"in Groot-Ammers voorgeleid aan de rechtbank in Leeuwarden. Met de geruchtmakende diefstal heeft de po litie slechts een tipje van de sluier opgelicht. Volgens de Centrale Recherche- en Informa tiedienst (CRI) speelt Nederland een zeer vooraanstaande rol bij de illegale handel in beschermde diersoorten. In ons land zijn tus sen 50 en 75 malafide dierengroothandelaren actief. Zij onderhouden banden met interna tionaal georganiseerde misdaadorganisaties, die ook in de drugswereld actief zijn. Met de ze handel is naar schatting tussen de 150 en 200 miljoen gulden gemoeid. Veel handelaren hebben hun toevlucht al gezocht tot België, waar de wetgeving verge lijkbaar is met Nederland, maar de controle veel minder streng. „Het gaat er allemaal ge makkelijker", weten ingewijden. „Dat is hun leefstijl. Belgen doen ook niet moeilijk als je een kwartier of een half uur later op een af spraak komt", reageert Gerrit Vink, werk zaam als controleur op de afdeling natuurbe scherming van de Algemene Inspectiedienst van het ministerie van landbouw, natuurbe heer en visserij (AID). Volgens Vink sluit de Belgische wetgeving niet naadloos aan op de onze en Iaat de con trole te wensen over. Niet voor niets verhan delen veel Nederlanders hun waar via vlieg veld Zaventhem bij Brussel in plaats van op Schiphol. De vele extra kilometers hebben ze er graag voor over. Dekmantel Volgens Vink gebruiken malafide dierenhan delaren vaak een legale onderneming als dekmantel. „Wij weten in grote lijnen om welke personen het draait. Meestal gaan ze niet zelf op pad, want dan lopen ze de kans dat hun vergunning ingetrokken wordt." Het illegale circuit houdt zich hoofdzakelijk bezig met de handel in papegaaien en slangen. Naar ara's en amazones bestaat veel vraag. Vink vermoedt dat op jaarbasis enkele honderden papegaaiachtigen illegaal verhan deld worden. „Een goed gekweekte grijze- roodstaartpapegaai moet 1000 tot 1200 gul den kosten, een illegaal ingevoerde vogel nog niet eens de helft. Tel uit je winst." De vogels komen meestal via België, Frankrijk, Duits land, Oostenrijk en de laatste tijd ook via de voormalige Oostbloklanden Nederland bin nen. Ze gaan de grens over onder autoban- ken, in gereedschapskisten en in pvc-buizen. nelen. De laatste groep neemt in omvang toe. Het aantal diefstallen op bestelling uit die rentuinen en particuliere dierenparken stijgt snel. „Men durft steeds meer. De strengere regelgeving en controles en het dalende aan tal wilde exotische dieren leiden tot hogere prijzen. De financiële belangen worden daar door steeds groter." Dibevo is van mening dat de Nederlandse overheid onvoldoende optreedt tegen de ille- daarentegen mogen wel vervoerd, maar niet geïmporteerd worden, terwijl weer andere dieren wel geïmporteerd en gehouden mo gen worden, maar niet verhandeld. „Je mag sijsjes bij voorbeeld wel in je kooi houden, maar je mag ze niet vangen, vervoe ren, kopen of verkopen. Je mag kortom niks, maar rara hoe komen ze dan in de kooi? Het schijnt zo te zijn dat ze daar zo maar binnen vliegen...", zegt Vink spottend. „Ik weet vaak 'Overheid treedt onvoldoende op' De AID-medewerker houdt regelmatig controles, doet onderzoek en verleent assi stentie aan douane en politie. Veel zaken komt hij op het spoor na tips van handelaren. „De heren hebben een soort haat-liefdever houding. Ze bedonderen elkaar af en toe flink. Ze leveren slechte dieren of betalen met vals geld. Als dat maar lang genoeg doorgaat, krijgen we vanzelf een anonieme tip", zegt Gerrit Vink. Ook gewone signalen uit de markt leveren aanknopingspunten op. Als de prijzen kelderen kan dat een aanwijzing zijn voor illegaal aangeboden dieren. „Je weet op een gegeven moment gewoon waar je moet zijn." De controleur onderscheidt verscheidene soorten handelaren: mensen die het wel eens willen proberen, mensen die af en toe hand en spandiensten verlenen en de pure crimi- gale handel. De straf staat vaak in geen ver houding tot de handelswaarde van de in be slag genomen dieren. Veel strafzaken, waar bij buitenlanders betrokken zijn, worden ge seponeerd en Nederlandse verdachten krij gen soms maar een boete van honderd gul den. Vink: „Voor het illegaal bezit van een zeldzame vogel geldt in principe een even zware straf als voor door een rood verkeers licht rijden. Dat staat toch niet in verhouding tot elkaar?" Onderscheid De onduidelijke wetgeving werkt de proble men in de hand. De overheid maakt onder scheid tussen het importeren, vervoeren en bezitten van en handelen in dieren. Bepaalde diersoorten mogen wel gehouden en verhan deld worden, maar niet vervoerd. Andere best wel hoe de vork in de steel zit, maar zon der harde bewijzen kan ik niets beginnen." Hij is voorstander van het systeem in Duitsland, waar voor ieder dier een vergun ning vereist is. Het systeem heeft praktische voordelen iedereen zonder vergunning is zonder meer strafbaar maar een belangrijk nadeel is de enorme papieren rompslomp, die met de invoering gepaard gaat. Vink pleit tevens voor nieuwe wetgeving, die het wel zijn van dieren regelt. Veel handelaren ne men het niet zo nauw met de verzorging en huisvesting. Kratten worden volgepropt met dieren en daarna hardhandig overgeladen van aanhangwagen naar kofferbak. Door de onsamenhangende regelgeving kunnen malafide handelaren vrijwel onge stoord hun gang gaan. 'Misdaad loont', stelt Dibevo vast. De grote hoeveelheden (zwart) CATRINUS VAN DER VEEN geld die in de dierenhandel omgaan, werken als een magneet op criminelen. De hoge winsten, de beperkte pakkans en de lage straffen maken de handel lucratief. Dibevo pleit voor een mondiaal handels circuit met officiële gedragsregels en een keurmerk of een deelnemerscertificaat. Zo wel importeurs, groothandelaren als dieren speciaalzaken zouden over een vergunning moeten beschikken. Eerste vereiste voor het verkrijgen daarvan is een vakbekwaamheids diploma. Aan de huisvesting worden strenge eisen gesteld. Op malafide praktijken moeten forse boetes staan, eventueel gekoppeld aan het tijdelijk of het geheel verliezen van de vergunning. Fokprojecten Naast het reguleren van de handel adviseert Dibevo op grote schaal te beginnen met het fokken van exotische diersoorten. Dit maakt import op lange termijn grotendeels overbo dig. De malafide handel wordt zo buitenspel gezet en de gezondheid van de dieren zal verbeteren (minder ziekten en stressver schijnselen). Naar het oordeel van Dibevo is de op handen zijnde Gezondheids- en Wel zijnswet voor dieren een uitstekende gele genheid om de veranderingen door te voe ren. De controle zou moeten worden overge laten aan Dibevo zelf, natuur- en dierenbe schermingsorganisaties en de AID. Vink verwacht op korte termijn weinig ver anderingen. Zijn controledienst is 'zwaar on derbezet'. Drie van de negen controleurs zijn voortdurend op Schiphol en grote onderzoe ken vreten tijd. „Momenteel zijn we de helft van onze mensen kwijt aan een groot onder zoek in het Westen van het land. Andere za^ ken blijven daardoor liggen." Maar ook al zou de AID meer controleurs inzetten, dan nog is de illegale handel niet uit te roeien", beseft Vink. „Honderd procent controle is niet uitvoerbaar. Je moet alleen zorgen, dat je i bestrijdt." FOTO United Photos De Boer OLAF KRAAK Onze taal Ik zit nogal vaak in de trein en dat bevalt goed. Het is natuur lijk heerlijk om meteen om de hoek te werken, maar als er toch gereisd moet worden, geef mij dan maar de trein. Rustig zitten, geen files, aardige con ducteurs en achter het loket van het stationnetje waar ik opstap een mevrouw die deze stukjes altijd leest. r zijn ook klagers. Als het eens ge il j beurt dat een trein een lekke band heeft of voor de brug moet wach ten, is er steevast een mevrouw in de coupé die verklaart dat ze dit jaar voor de derde keer met de trein gaat en alledrie de keren vertraging heeft. Ik zit er dit jaar al voor de tweehonderdste keer in, ook pas voor de der de keer vertraging. Maar wat zal ik dat haar aan d'r neus gaan hangen? Tegen zo'n toeval is geen enkel bedrijf opgewassen. Er zijn eigenlijk maar twee kwesties die ik anders zou willen bij de spoorwegen. Dat zijn de walkmans en het taalgebruik. In het begin had je alleen in de tweede klas die ellende- dingen met hun niets ontziend blikkerig pop- gedaver. Maar tegenwoordig is het ook in de eerste klas geen uitzondering om er even sto rend, even blikkerig Mahler- of Mozartgeda- ver te moeten aanhoren. Iets moeilijker ligt het taalgebruik, al ont breekt het niet aan goede wil. De conducteur die ons via de intercom waarschuwt om bij het uitstappen goed te letten op onze 'per soonlijke N eigendommen', doet hoorbaar zijn best. Zinnen als 'de trein naar Alphen aan den Rijn ALSMEDE de stoptrein naar komen regelrecht uit een instructieboekje. Geen conducteur die in het gewone leven dat woord 'alsmede' gebruikt (drie pils alsmede •een ouwe klare), maar bij de spoorwegen is het springlevend. Ook de vaste formule bij het eindpunt 'U wordt allen verzocht uit- of over te stappen', bedenkt geen normaal mens. Ik ben tenminste nog nooit iemand te gengekomen die me deze woorden kon ver klaren. Wie overstapt, zal toch evengoed eerst moeten uitstappen? Uit hetzelfde in structieboekje komt waarschijnlijk ook de zin: 'Wij naderen over enkele ogenblikken station Deventer'. Het geval wil dat we dan al een uur lang bezig zijn Deventer te naderen, maar over enkele ogenblikken zijn we er. Dit alles is spoorwegfolklore; desnoods mag het bewaard blijven. Maar wat echt an ders zou moeten is het omroepen op sta tions. Want dat is vaak niet te verstaan: 'Ding dong: de trein naar brrrbrrren brrr brrr van elf uur zes zal vandaag wegens een techni sche storing om elf uur brrbrrvan spoor brrr vertrekken. Alleen de niet voor ons bestemde dienstmededelingen komen altijd messcherp door. 'Wil perronopzichter Kalman toestel 603 bellen'. Als de boodschap herhaald wordt, alles precies hetzelfde: trein naar brrr brrr en brrr brrr, elf uur brrbrr, spoor brrr. Paniek, want de een meent dat spoor zeven gezegd is en de ander dacht negen gehoord te hebben, terwijl niet eens zeker is of het wel om onze trein gaat. Dat van die technische storing heeft iedereen goed kunnen verstaan. Maar als we met onze koffers, trap af trap op, eenmaal hijgend bij spoor negen zijn, zien we juist onze trein van spoor zeven wegrij den. Het valt niet mee om op grote stations met veel drukte en rare akoestische effecten de berichten goed in te spreken. En er zijn be slist goede en slechte stemmen te onder scheiden. Maar wat al die omroepers blijk baar nooit geleerd wordt, is dit: zorg er voor dat je bij de herhalihg van het bericht andere woorden kiest, of ten minste een andere woordvolgorde. Iedere stem en iedere ruimte heeft z'n zwakke punten. Je schiet er niets mee op hetzelfde woordelijk te herhalen. Zeg daarom in plaats van 'elf uur zes' bij de her haling: 'zes over elfzeg na 'spoor negen' vervolgens 'het negende spoor'. De kans dat ten minste een van beide formuleringen nu wél overkomt, zou daardoor aanzienlijk veel groter worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 26