In lompen
begonnen, in
lompen naar
het einde
Illegaal scheuren
ZATERDAG 25 JUL11991
Stilzwijgen na
onverivacht
faillisement
De ondergang van confectiebedrijf Van Gils
laise in de textiel, zich ophopende voorraden
en stijgende grondstofprijzen. moest er flink
in het bedrijf worden gesneden. Het atelier in
Oud-Gastel werd in 1981 tot verdriet van veel
Brabanders die er werkten, gesloten. Atelier
'De Demel' in Aarschot kon met Belgische
overheidssteun worden gered, maar dat zou
de aanleiding vormen voor de grootste Van
Gils-crisis. De ANB-bank sprong Van Gils fi
nancieel bij en zou altijd een grote vinger in
de pap blijven houden.
'De Demel' ging in 1984 toch failliet. Het
kwam Van Gils en de ABN in 1987 op een op
zienbarend proces voor de Leuvense rechter
te staan. Van Gils en de bank zouden het Bel
gische overheidsgeld, zo n 9 miljoen gulden,
in eigen zak hebben gestoken. In hoger be
roep werden de gebroeders Van Gils (in mo
dieuze pakken) en de ABN-top (in sober grijs
met krijtstreepje) na aanvankelijke veroorde
ling vrijgesproken.
Alles bleek de schuld van dr. Zeger van
Hee. jarenlang huisjurist van Van Gils en
wegbereider van het belastingtechnisch aan
trekkelijke vertrek van Van Gils uit Nederland
naar het Belgische Essen. Van Hee was ook
de architect van het op een doolhof gelijken
de stelsel van verschillende holdings, bv's en
andere, tot op Curasao gevestigde instellin
gen, waarin het bedrijf Van Gils uiteen was
gevallen.
Crimineel
„Deze man was een notoir crimineel", zei
Jacques Van Gils na het proces. Van Hee zelf
mocht het allemaal niet meer meemaken.
Nadat hij ver voor de rechtszaak al wegens
verduistering was ontslagen pleegde hij zelf
moord voordat hij als kroongetuige kon wor
den gehoord. Van Gils ging met bevlekt bla
zoen verder. De ABN bleef geld schuiven.
En nu? Nu. na het onverwachte faillisse
ment. hult iedereen zich in stilzwijgen, wordt
nergens meer een telefoon opgepakt en zijn
direct betrokkenen spoorslags met vakantie
gegaan. Naar de oorzaak van de ondergang
kan slechts worden gegist. De ABN die niet
van plan was nog meer geld te steken in het
Van Gils-concern (bruto omzet in 1990 135
miljoen gulden)? Gevolg van de erfenis van
Van Hee? De mislukking van de vestiging in
Mexico, van waaruit de Amerikaanse markt
moest worden bestormd? Mismanagement
van de twee glamourboys Van Gils (Alwin
heeft de zaak verlaten)? Te dure investerin
gen in het uiterst geavanceerde machinepark
van computergestuurde apparatuur? Tegen
vallende opbrengsten in het buitenland?
In confectiekringen worden de ontwikke
lingen bij Van Gils met verbijstering gadege
slagen. Simon Verlaat van het Nederlands
Mode Instituut: „Ik begrijp er niets van. Ik
heb nooit de indruk gehad dat er bij Van Gils
iets niet goed zat. Het is een goed merk, kwa
litatief goed. betaalbaar. Daar moet toch een
markt voor zijn?"
Er komen al voorzichtige geluiden dat Van
Gils toch nog wil doorgaan. Hoeveel arbeid*
plaatsen een reddingsoperatie zal kosten is
onduidelijk. „Ik ben in lompen begonnen, en
ik zal in lompen eindigen", heeft grondlegger
Miel van Gils ooit gezegd. Het begint er
steeds meer op te lijken.
Iedere derde zaterdag van de maand
verandert de Oceanenweg in het Wes
telijk Havengebied van Amsterdam in
een racebaan. Opgevoerde Fords. Pontiacs,
Corvettes en Chevrolets worden in groepjes
van twee voor de startstreep gelanceerd om
in een zo snel mogelijke tijd het tweehonderd
meter verderop gelegen eindpunt te passe
ren. Snelheden die gemeten worden schom
melen rond de 140 kilometer per uur. „Som
mige zitten in drie seconden op 120."
Wie Grease gezien heeft weet wat een dragra-
ce inhoudt: een lange rechte weg, veel pu
bliek en twee James Dean-typen die het met
zeshonderd paardekrachten onder het gaspe
daal tegen elkaar opnemen. Een paar secon
den gierende banden, stampende motor
blokken, en bijnaslippartijen en dan is het
meisje dat het startsein gaf voor de winnaar.
Tenminste, zo schijnt dat in de jaren vijftig
gegaan te zijn. In Amerika doen de deelne
mers het tegenwoordig liever voor grote geld
prijzen: dragraces zijn daar terug als een
zwaar gesponsord professioneel spektakel.
Stoer
In Amsterdam moeten de coureurs van de tot
'streetmachines' of'musclecars' opgepepte
auto's het nog doen met bekers. En ze wor
den geacht hun wagens zelf de benodigde
technische face lift te geven. „Vergeleken
met Amerika zijn we hier zielige kneutertjes",
zegt de Haarlemse coureur Mark Meihuizen,
die met een Firebird uit 1967 aan de start
verschijnt. Midden in de motorkap is een
rond gat gezaagd waardoor een gepolijst alu
minium koelstuk trots naar buiten steekt.
„Een 383 strokermotor met een B&M-mega-
blower," legt hij uit. En, als hij ziet dat dit
weinig begrip wekt, komt de grijnzende uit
nodiging. „Rij zo maar eens even mee."
Inmiddels hebben zich. zo'n kilometer terug,
op het terrein voor het keuringsstation voor
de Rijksdienst van het Wegverkeer al tiental
len 'streetmachines' uit alle windstreken ver
zameld. Wegrestaurant De Knipperbol, weg
gestopt in een tochtig hoekje havengebied,
fungeert al twee jaar als verzamelpunt voor
ile deelnemers. Die worden via een kleine
advertentie in een lèndelijk dagblad op de
hoogte gehouden van de starttijden.
Uitgebouwde Amerikaanse bestelbussen
waarop Marilyn Monroe en de mooiste typen
Wurlitzer Jukebox via de airbrush-techniek
gespoten, zijn duidelijk gekomen om gezien
te worden. Er omheen lopen stoere coureurs.
I laar in een staartje, blikje bier en gescheur-
'Vergeleken met
Amerika zijn we hier
kneutertjes'
„Ik stop aardig wat tijd en geld in deze hob
by. Zolang m'n vriendin me niet mishandelt,
ga ik daarmee door", grijnst hij.
EHBO-man Joop Steenbergen geniet: „Ik
vind dit zo mooi", glundert hij. „Vooral die
sfeer hier. Ik geef me steeds op als vrijwilliger,
wanneer ze weer zo'n race organiseren. Ik
heb bij tenniswedstrijden gestaan en bij con
coursen hippique. Niks voor mij. Allemaal
kapsonesfiguren. Af en toe doe ik wel eens
een bokswedstrijd. Maar daar heb je zó een
dreun op je kanis te paJtken. En hier? Hier is
het gewoon gezellig. Hier komt het schuim
van Amsterdam. Van kroegbaas tot pooier. Of
krijg ik er last mee als ik dat zeg?"
Op Zoek
De zon begint al aardig te zakken als de zes
tien kwalificatieronden zijn afgewerkt. De
echte races beginnen wanneer de hemel rood
kleurt. Stofwolken, een Amerikaanse vlag en
alweer David Bowie geven het havengebied
een likje Amerika. De brullende Amerikaanse
monsters op de tweebaansweg teisteren in
tussen trommelvliezen en luchtwegen van
starter Marcel. Die windt zich er behoorlijk
over op dat enkele coureurs het consequent
FOTO United Photos De Boer NILS VAN HOUD
vertikken om een helm op te zetten. Hij
stuurt er een van de baan. Maar dat blijkt een
kennis van een ander organisatielid. Hij mag
dus toch starten, „Ze vinden dat ze d'r dom
uitzien met zo'n pot op", zegt Marcel schou
derophalend over de categorie patsers. „Ze
zitten gewoon mooi te wezen in die auto."
En tegen een collega: „Volgende maand alle
maal helm verplicht. Anders doen ze niet
Hier en daar beginnen bier en frisdrank op te
spelen. Dan openbaart zich pas het grote ge
brek van het evenement: er zijn geen toilet
wagens. „Die komen misschien nog wel eens,
maar we vinden die nog te duur", zegt toe
zichthouder Maus, terwijl hij een portofoon
aan zijn riem gespt. „We mogen geen entree
heffen, hé. Want dan zijn we heleméél ille
gaal. Maar we gaan na afloop wel met de pet
rond voor een vrijwillige bijdrage in de kos-
Van de Meij: „We zoeken een gemeente die
ons faciliteiten wil geven. Het hoeft ze geen
cent te kosten. De sponsors voor zo'n baan
hebben we zó gevonden. Er lopen al contac
ten."
De volgende avond. Alle sporen van de drag-
race zijn gewist door tientallen vrijwilligers
Geen blikje, geen zakje, geen sigarettenpakje
herinnert meer aan de aanwezigheid van
tweeduizend bezoekers. Alleen zwarte band-
afdrukken en ter hoogte van de plek waar
de startlampen stonden een paar gaatjes
in het asfalt
Dragraces: Amerikaanse monsters op smeltend asfalt
de leren motorbroek. Sommigen hangen
nonchalant tegen hun auto's aan: oude, afge
reden Amerikanen, maar ook modellen die
een kapitale face-lift achter de rug hebben.
Ondanks de op het eerste gezicht agressieve
kleding overheerst de gemoedelijkheid van
een trotse club verzamelaars en, in hun kiel
zog. de kennissenkring die zich nog moet
'behelpen' met uitgebouwde Golfjes, Kadetts
en Japannertjes.
Voorzieningen
Het startsein voor een dragrace wordt al lang
niet meer gegeven door een pitspoes met een
wit zakdoekje maar door een professionele
lichtinstallatie. De eindtijd komt, digitaal ge
meten met een electronisch oog, op het bord.
„Allemaal zelf gebouwd door onze mensen",
zegt organisatiewoordvoerder Kees van de
Meij uit Amsterdam. „Niet gek hé, voor een
illegale race." De kwajongenstrots bij dat
woordje illegaal zal in de loop van de avond
ook bij andere medewerkers terug te horen
zijn.
De kaarsrechte asfaltweg is geknipt voor een
publieksvriendelijke snelheidswedstrijd: aan
beide kanten van de weg ligt een veilge grep
pel, die voor de zekerheid ook met dranghek
ken wordt afgebakend. „Want veiligheid staat
hier boven alles", zegt Van de Meij. „Alle au
to's die meedoen, zijn verzekerd en RDW-gc-
keurd. En we hebben hier mensen van de
EHBO rondlopen. Hoe goed ze zijn verze
kerd? Tja, dat hangt van hun polis af."
Een oude Amerikaanse bus staat dwars over
het stuk Oceanenweg waar het circuit begint.
Vanuit de megafoons op het dak vermengen
flarden Tina Turner, David Bowie en Dire
Straits zich met de lucht van gesmolten
frituurvet. Het ronkende konvooi bij 'De
Knipperbol' mag vertrekken richting circuit.
Deelnemers kunnen, tegen betaling van 25
gulden, de pits in. Het publiek mag gratis
naar binnen. Het terrein loopt langzaam vol
met sharp dressed jeugd en oudere jongeren.
Fluorescerende korte rokjes, strakke body's,
pumps, gescheurde spijkerbroeken, cowboy
laarzen, tattoeëringen. leren jasjes, kinderwa
gens, shaggies en hondjes met glimmend
versierde halsbandjes. Er steekt een wind op
die een stoffige zandstorm veroorzaakt op
het braakliggende terrein links naast de baan.
Acht uur: het spektakel begint. Van achter de
dranghekken komen de auto's twee aan twee
naar de startstreep. Het asfalt wordt regelma
tig besprenkeld met een substantie die er
voor moet zorgen dat de achterwielen van de
wagens een betere grip op de weg krijgen:
lijm. Alle filmclichés blijken echt te bestaan:
smeltend asfalt onder de snel ronddraaiende
achterwielen, stukjes rubber die loslaten van
de banden en de rookontwikkeling die aan
geeft met welke kracht het wegdek een teiste
ring ondergaat. Met gevoel voor show wordt
af en toe een jerrycan water voor de
startstreep geleegd om het rookeffect bij het
rubberen te versterken.
De firebird van Mark Meihuizen rijdt lang
zaam op naar de elektronisch bewaakte
startstreep. De vier startlampen verspringen
van boven naar beneden: drie keer geel. één
keer groen. Als de installatie weer op rood
spring, bevindt de auto zich al tientallen me
ters verder.
Wie zijn de deelnemers aan de dragraces?
Meihuizen: „Mensen met sterk uiteenlopen
de beroepen. Ze komen overal vandaan. Zelf
ben ik chauffeur. Altijd zijn het mensen die
houden van een beetje avonturen en die zelf
aan auto's kunnen sleutelen. Dat moet ook
wel, want voor deze hobby heb je een 'stalen'
knip nodig."
Ronald Blazer uit Santpoort is in de drie jaar
dat hij zijn Streetmachine bezit, al aan zijn
derde motorblok toe: kosten twintig mille.
FOTO •ARCHIEF
Miel van Gils, grondlegger van het familiebe
drijf begon in 1944 in een klaslokaal in het
Brabantse Dinteloord met zijn zaak. Heel be
scheiden: kleren maken voor de mensen die
op het randje van oorlog en vrede geen draad
meer aan hun lijf hadden. Kleding, vervaar
digd op naaimachines die waren geleend van
de nonnetjes uit het dichtstbijzijnde klooster.
Een mooi succesverhaal. Het bedrijf groei
de als kool. Er werden nieuwe ateliers ge
opend, in Roosendaal, Oud-Gastel, Aarschot
en Essen. Van Gils was een van de vele kle
dingbedrijven. Niet opvallend: gewoon, dege
lijk, zonder poespas. Met zo nu en dan eens
een voltreffer. In het begin van de jaren zestig
bij voorbeeld. De Beatles veroverden Enge
land en de wereld. Van Gils maakte bij wijze
van experiment sobere, kraagloze jasjes. En
kijk, daar liepen opeens die rebelse popjon
gens ook in van die jasjes. Zonder kraag. De
voorraad was binnen enkele dagen op.
Miel van Gils stuurde zijn drie zoons Ben,
Jacques en Alwin naar New York. Daar moes
ten ze een opleiding volgen aan het Fashion
Institute of Technology, voorbestemd als ze
waren in de voetsporen van hun vader te tre
den. het bedrijf tot grootse successen op te
Goedkoper
Inmiddels waren de tijden veranderd. Een
pak vervaardigen werd in Nederland duurder
en duurder. Ook Van Gils ontdekte dat het
goedkoper was en is naar het verre bui
tenland uit te wijken, waar de lonen laag en
de arbeidskrachten goedkoop zijn. Er kwa
men vestigingen in Portugal, Marokko, Grie
kenland. Mexico en op Malta, waar honder
den naaisters in enorme ateliers dagelijks de
confectiekleding op maat sneden. De zoons
deden hun eerste ervaringen op in die vesti
gingen. Konden ze zien hoe het daar toeging.
Erg moeilijk deden ze daar nooit over. over
die goedkope arbeidskrachten. „Dus groot
ben je in feite geworden over de ruggen van
die weinig verdienende sukkelaars uit de
Derde Wereld?", vroeg het blad 'Playboy' ooit
aan Jacques van Gils, die zich steeds meer
zou ontpoppen als Mister Van Gils Himself,
het visitekaartje van het bedrijf, het goed ge
coiffeerde gezicht naar buiten. Jacques: „Zo
is het ook. Dat zal ik niet ontkennen."
Eind jaren zeventig namen de drie zoons
het roer helemaal over, bijgestaan door 'ie
mand van buiten', die de zaken in rechte ba
nen moest leiden. Het was tijd voor een
koerswijziging, tijd om Van Gils als naam te
vestigen. Dat gebeurde. Opgezweept door
opzienbarende reclamecampagnes werd het
bovenmodale mannelijke gedeelte der Ne
derlandse bevolking op het hart gedrukt dat
het nauwelijks meer meetelde als het niet in
'een Van Gils' rondliep en zodoende de har
ten van het vrouwelijke deel kon veroveren.
Bekende Nederlanders liepen in Van Gils,
het modieuze confectiepak begon zijn zege
tocht tot ver over de grenzen en, alsof het
niet kon uitblijven, aan het ideaalbeeld van
de Van Gils-man werd met veel bombarie
een lijn reukwateren toegevoegd.
Malaise
Maar de eerste problemen hadden zich al
aangediend. Onder druk van een nieuwe ma
Nederlandse snelheidsfanaten
hebben er een nieuwe attractie
bij: Een illegale variant op de
asfaltverslindende Amerikaan
se 'dragraces'. Nou ja, illegaal:
gemeente en politie weten er
van. „Ze staan hier zelfs wel
eens in burger tussen het pu
bliek", weet een van de organi
satoren.
Mark Meihuizen met zijn Firebird uit 1967. „Voor deze hobby moet je een stalen knip hebben."
Jacques, Mister Van Gils Himself.
i het einde van de Nieuwstraat,
de belangrijkste weg door het Bel
gische plaatsje Essen, is de grote
stilte inmiddels ingevallen. Zo'n twintig me
ter van de grens met Nederland heeft aanbel
len bij het hoge blauwe hek weinig zin. Bij
het confectiebedrijf Van Gils wordt niet meer
opengedaan. Alles zit potdicht. Donker. Geen
ens te bekennen.
„Wel, die zaak bestaat niet meer, hè", zegt
•n voorbijganger. „Daar werkt al niemand
eer. 't Is zonde. Niet zozeer voor.de jonge-
n, die komen toch wel weer aan de slag,
aar voor de ouderen, de mensen van tegen
de vijftig. Die krijgen 't moeilijk. Da's toch in
Nederland hetzelfde zeker, hè?"
Van Gils Intercontinental (VGI), het over
koepelende bedrijf van het befaamde kle
dingconcern, is failliet. Plotseling, als donder
slag bij heldere hemel. „Dat had niemand
i aankomen", spreekt gemeentesecretaris
R. Frederickx somber. „Van Gils, dat hoorde
bij Essen. Die twee waren met elkaar verbon
den. Maar dat lijkt nu voorbij." Het bedrijf in
Essen verschafte werk aan 200 mensen.
Algemeen wordt verwacht dat het faillisse-
nent van VGI alle bijbehorende firma's, bv's
net namen als Herburry, Peter van Holland,
Klemoco en wat al niet tot het Van Gils-con-
i kan worden gerekend met zich mee zal
slepen. En dat betekent dan het einde van
i wereld van modieus bedoelde pakken,
trendy confectiekleding met aanverwante
geur. Van Gils, daarin kon je worden gezien,
daarin liep je wanneer je wat wilde voorstel
len, dat was een naam. Degelijk. Hollands.
Modebewust voor de meer dan gewone man.
Hoe heeft het ooit zo ver kunnen komen?
Verbijstering in confectiekrin
gen. 'Van Gils'is failliet. Over
de oorzaak werd niets bekend.
Over alle gevolgen ook niet,
maar naar verwachting tuimelt
een serie bijbehorende firma's
mee in de val.
Het is het onverwachte, opzien
barende, einde van een mode-
imperium waarvoor in 1944
Miel van Gils in een klaslokaal
te Dinteloord (Brabant) de
grondslag legde.
Een succesverhaal meteen tra
gisch slot.