Het boerenbedrijf vroeger en nu
Van simpele hengelaar tot 'visyuppie'
X
Vrije tijd
'Handheld' voor in auto
Huidkanker
KSi
7_ F
REDACTIE HENRIETTE V
Neem niet als
dank voor het
aangenaam
verpozen
Een lange titel voor een
kort verhaal: zomer
tijd is de tijd voor de
natuur. Zelfs de meest verstokte
flatbewoners komen in de loop
van deze weken en maanden in
aanraking van veel wat groeit en
bloeit in het vrije veld. Heerlijk
toch. Ook vaak verassend mooi
als het planten zijn en zoge
naamd griezelig als het dieren
betreft.
Wat die dieren en vooral dier
tjes aangaat: vertrap ze niet, sla
ze niet dood. Hun leven is in
een tijd van milieuverstoring
belangrijker dan het zo lijkt.
En wat de planten aangaat: kijk
er naar, bewonder ze wees des
noods verbaasd, maar niet heb
berig. Vaak heben we (ja, helaas
ik ook)de neiging om planten
die we heel bijzonder of heel
mooi vinden, uit te steken en
mee naar huis te nemen. We
denken dan langer plezier te
hebben van al dat moois en dat
is nu de grote vergissing. Vrijwel
alle in de natuur voorkomende
planten zijn niet geschikt voor
bakken op het balkon, voor
schaaltjes in de kamer of voor
een plekje in de border. Zeker
niet als we ze in volle bloei uit
de grond halen.
Die planten groeien in de na
tuur op die ene bepaalde plek
omdat dat nu juist de goede
plek is: wat betreft grondsoort,
licht zon en vochtigheid. Was
het niet zo, dan waren ze niet
tot ontwikkeling gekomen. In
de natuur geldt: de sterkste wint
en de sterkste is de plant die er
de optimale conditie vindt.
Halen we de plant uit de grond
en zetten we deze in andere
grond, enzovoort dan zal ze het
in negen van de tien gevallen
vertildcen om verder te groeien.
Ze kwijnt weg.
In heel sterke mate geldt dit
voor planten die samenleven
met bepaalde schimmels, zoals
de wilde orchidee. Meenemen
van een dergelijke plant bete
kent haar zekere dood. Ze mist
haar schimmels.
Ook de bosanemoon, een plant
waarop ik verlief ben, reageert
zo. Ik was dus intens gelukkig
toen er, heel onverwacht, op
een plek waar ik het nimmer
gedacht had, een paar bosane-
moontjes kwamen, Ze staan er
nog, samen met hun zelfgeko
zen pakket schimmels in de
grond.
Zullen we het vbortaan dus
zonder mooie planten uit de
natuur moeten stellen in onze
tuinen? Nee, want echte plan
tenliefhebbers weten altijd wel
wat zaadjes mee te nemen en
met zorg op te kweken, al zit
ook hier weer een addertje on
der het gras: er zijn zaden die
per sé vorst gehad moeten heb
ben eer ze kiemen. Veiligheids
halve leg ik deze dan enkele
nachtjes in een zakje met aarde
in de diepvries. Soms luk het
LEZERSVRAAG
Komt er bij u al tuinierend of
wandelend in de natuur een
vraag op? Greet Buchner zal
proberen voor u het antwoord
te vinden. De vraag kunt u op
sturen naar Damiate Dagbla
den, Postbus 507,2003 AP
Haarlem t.a.v. de redactie LE
VEN EN WONEN. Op antwoord
zult u wel moeten wachten tot
september, na onze gedeeltelij
ke zomerstop.
Echtpaar Kloppenburg runt museum De Brink in Veenklooster
Veel van het fraaie linnengoed dat te zien is komt uit de 'collectie' van de vrouw des huizes.
„Houten gereedschap en mensen" Jan Kloppenburg
(71) uit het Friese Veenklooster heeft maar weinig woor
den nodig om duidelijk te maken wat vroeger nodig was
om een boerenbedrijf te runnen. Hij heeft met zijn echt
genote Menke 40 jaar op een boerderij gewerkt en kan
boeiend vertellen hoe „de snelle verandering van veel
mensen naar niks" de mechanisatie het werken op
de boerderij totaal veranderde. Op een leeftijd waarop tal
van anderen genieten van hun pensioen, is het echtpaar
nog dagelijks bezig om aan de hand van oude voorwer
pen te laten zien hoe het toen allemaal was.
JEANETTESTUUROP
Hun werkterrein is het Agra
risch Bedrijfsmuseum De Brink
in Veenklooster. De collectie is
ondergebracht in de familie
stichting De Brink en wordt on
der auspiciën van de vereniging
Agrarisch Friesland Oud en
Nieuw gepresenteerd. De Klop-
penburgs hebben in de afgelo
pen jaren ruim 10.000 voorwer
pen verzameld waarmee „twin
tig lijnen" kunnen worden uit
gezet. Wat begon als een hobby,
is uitgegroeid tot een educatief
centrum, dat de jeugd een goe
de kijk op het verleden biedt,
maar de oudere bezoekers een
'och-ja-gevoel' geeft.
Boeldagen
De agrarische wereld is vooral
kort na de oorlog drastisch ver
anderd. Kloppenburg, die voor
dien al verzamelde, achtte toen
het moment gekomen om zeer
bewust oude dingen veilig te
stellen. Hij kreeg daarbij hulp
van een huisvriend, die als oud-
ijzerkoopman tal van boeldagen
bezocht. Daar bleef nogal eens
wat onverkoopbare waar over.
En juist die dingen spraken
Kloppenburg bijzonder aan.
Kloppenburg ging als een
man van de praktijk te werk.
„Elk kind weet dat de bakker
brood bakt en dat moeder dat
thuis in een oventje ook kan.
Maar waar komt dat meel van
daan? Kijk, dat hele proces wil
len we laten zien en na de ex
cursie mag de jeugd pannekoe
ken bakken èn eten. Dat is zo'n
lijn". Hij somt al die lijnen
moeiteloos'bp. De klompen- en
wagenmakerij, de smederij, de
korfmakerij, de kuiperij, het
proces van boter en kaas ma
ken, de bietenteelt enzovoort.
Deze zomer staat in het teken
van vlas, waarover De Brink veel
in huis heeft. De vrouw des hui
zes zelf leverde voor de exposi
tie „zes geslachten linnengoed,
waaronder bedde- en lijfgoed".
FOTO LEEUWARDER COURANT
Prachtig, goed bewaard linnen
goed. Handgeweven hemden
met een geborduurd randje,
beddegoed versierd met mono
grammen. De oude, uit 1850
daterende lakens kregen op het
weefgetouw niet de vereiste
breedte en dus werden er met
een mooi steekje twee banen
aan elkaar gezet. Rond 1800
werd het linnengoed vaak ver
sierd met kantkloswerk.
Maar alles begon en begint bij
het nietige vlasplantje. Menke
Kloppenburg heeft het hele pro
ces voor de museumbezoeker
uit de doeken gedaan. Want er
komt nog heel wat aan te pas,
wanneer de honderd dagen
groei en enkele uren bloei
van de vlasplant zijn verstreken.
Repelen, roten, braken, zwin
gelen, hekelen het zijn allemaal
begrippen, die door De Brink
met echt materiaal kunnen
worden geïllustreerd. Op na
tuurlijke wijze wordt de brug
naar het heden geslagen door
de bezoeker ook te informeren
VISSPORT
Bram van Leeuwen
Karpervissen in Nederland is
een hengelsport met grote con
trasten. De een strooit op zijn
voerstek een paar handjes aard-
appelkruim uit die na de maal
tijd in de schaal zijn achterge
bleven. De ander is twee avon
den achtereen druk in touw in
de keuken om allerhande voe-
dings-, smaak-, kleur- en geur-
stoffen te mixen in nauwkeurig
afgewogen verhoudingen en zo
zijn uitgekiende boilies te berei
den. Om daarvan een week of
veertien dagen achtereen elke
avond een paar honderd exem
plaren op een vooraf met zorg
bepaalde 'hotspot' te depone-
De een volstaat de karper
naar zijn beaasde haak te lok
ken voor hoogstens een paar
dubbeltjes, de ander is bereid
voor zijn lokvoertje ettelijke
tientallen guldens neer te tellen.
Het is maar waaraan je de voor
keur geeft. In feite geldt hetzelf
de voor hèt materiaal. De i
karpervisser zal zich tevreden
stellen met een in massa fa
brieksmatig geproduceerde kar-
perstok die hij met een bedrag
van rond de 100 gulden al aar
dig aan de prijs vindt.
De ander zal voor zo'n 'stokje'
minachtend de neus ophalen
en pas tevreden zijn wanneer in
zijn foudraal drie met de hand
gebouwde en persoonlijk gesig
neerde 11-, 12- of 13-voeters
zitten die elk zo tussen de 600
en 700 gulden als prijskaartje
hebben gehad. Een kwestie van
keuze en financiële draag
kracht.
Zoals de een zich tevreden
stelt met een visstoeltje van
twee tientjes en de ander naar
de waterkant trekt met een
complete kampeeruitrusting,
bestaande uit luxe karperstoel
om te bouwen tot slaapbed en
een van alle gemakken voorzien
vistentje, die hij naar Engels
voorbeeld als zijn 'biwy' zal be
titelen.
Zo staat de eenvoud van het
simpele dobbertje van een paar
gulden in geen verhouding tot
de soms honderden guldens
Vissen is plezier beleven aan een
geluitrusting.
kostende waterproof elektroni
sche beetverlikkerssystemen
met draadloze sounderboxen,
toon- en volumeregelaar, na
gloei- en runninglampjes met
digitale aflezing. En waar de een
genoegen neemt met twee een
voudige hengelsteuntjes van
nog geen tientje zal de ander
pas tevreden zijn als hij zijn
hengels kan uitstallen in een
roestvrijstalen rodpot van een
paar honderd piek, voorzien
van allerhande toeters en bel
len.
De ene karpervisser zal opti
maal plezier beleven wanneer
hij 's avonds na het avondeten
nog een paar uurtjes langs de
vijver in het dichtstbijzijnde
wijkpark kan zitten. En zijn te
genpool zal eerst tientallen kilo
meters met de auto op pad
gaan om niet eerder tevreden
huiswaarts te keren dan nadat
er een sessie van drie volledige
etmalen is voltooid.
En de eerste karpervisser zal
zijn vangst wegen aan een een
voudig huis-, tuin- en keu-
kenunstertje en fotograferen
met simpel toestelletje van en
kele tientjes. De 'karperyuppie'
heeft in zijn uitrusting de super-
deluxe weegschaal die tot min
stens 50 pond gaat en het ge
wicht op de 100 gram nauwkeu
rig aangeeft. Bovendien fotogra
feert hij zijn vangsten met kost
bare spiegelrelfexcamera voor
zien van de nodige voorzetlen-
Het zou mij geen moeite kos
ten om zo nog eventjes wat ex
treme verschillen op te sommen
tussen de karperaar die met
eenvoudige middelen en een
beperkte investering in vrije tijd
zijn hobby beoefent en de kar
perfanaat voor wie het beste
nog niet goed genoeg is en die
jaarlijks soms enkele duizenden
guldens in zijn liefhebberij
steekt.
Het aardige van de vissport is
namelijk dat je het zo duur kunt
maken als je zelf wilt. Er is ech
ter'een zaak waarbij het geen
enkel verschil maakt of je nu
een uitrusting van 200 of van
5.000 gulden bezit. En dat is de
vraag hoeveel plezier je aan je
over de modernste oogstmetho-
de.
'Tot lijnwaad'
„Van lijnzaad tot lijnwaad",
zegt Menke Kloppenburg met
een knipoog. En daar zit heel
wat tussen. Elke huisvrouw zal
een echt linnen droogdoek pre
feren voor het afdrogen van gla
zen, lijnkoeken zijn nog altijd
veevoeder, lijnzaad is in de
vorm van een papje een uitste
kend middel tegen ontstekin
gen. Maar lijnolie wordt ook ge
bruikt in de verf- en linoleumin-
dustrie, in de farmacie en is
eveneens een ingrediënt voor
het vervaardigen van drukinkt.
Ook als isolatiemateriaal wordt
het gebruikt.
Toch neemt vlas maar een
klein deel van de expositieruim
te in beslag. Het aardige van De
Brink is, dat de Kloppenburgs
op het oog 'alles' van 'toen'
hebben verzameld en een loop
je langs de vitrines en de 'losse'
voorwerpen is dan ook voor de
gemiddelde vijftigplusser bij
zonder interessant. Petroleum
stellen, ze zijn er, van de ouder
wetse, versierde exemplaren tot
de moderne, gladde uitvoerin
gen. Hoe de voorgangers van de
modeme harde vliegtuigkoffer
er uit zagen, is in Veenklooster
eveneens te bewonderen.
„Je moet nooit zo maar din
gen wegdoen", is het devies van
de Kloppenburgs. De museum
baas is onder andere nog naar
stig op zoek naar een ouderwet
se glazen muggenvanger, naar
vuurstoofjes, waar vroeger de
koffie op stond te pruttelen en
baaien ondergoed.
De Brink, aan de Kleasterwei
2, (telefoon 05289-39 92) is ook
op zondag geopend, hoewel de
beheerders daar gezien hun ge
loofsovertuiging moeite mee
hebben. Maar: „De zondag is zo
langzamerhand de enige dag
waarop een gezin de kans heeft
samen nog iets te ondernemen.
Daarom doen we dat."
Steeds kleinere, lichtere draagtelefoons
sport beleeft. Of je met veel ge
noegen een karpertje van vijf
pond kunt afdrillen en zijn
fraaie schubbenpantser kunt
bewonderen alvorens hem weer
met zorg in zijn element terug
te laten glijden. Of dat je de pest
in je lijf hebt omdat de karper
net weer niet die magische 20
+-grens heeft behaald en daar
om in de categorie minderwaar
dige vangsten wordt gerang
schikt en als een 'ondermaats'
visje in het water wordt terugge-
kwakt.
Visplezier wordt niet uitge
drukt in guldens en gelukkig is
het in ons land nog niet zo dat
alleen voor de kapitaalkrachti
gen de grootste vangsten zijn
weggelegd. Een zeer kostbare
uitrusting is geen garantie voor
een goede vangst. Daarbij spe
len heel andere factoren als
kennis van het water, jarenlan
ge ervaring en niet te vergeten
een flink portie enthousiasme
en een beetje geluk een belang
rijke en vaak doorslaggevende
rol. Gelukkig maar.
Bang Olufsen lanceerde on
langs zijn eerste 'handheld' (au
totelefoon. De Denen stappen
voor het eerst in de markt van
draadloze telefonie. De telefoon
van B O ziet er natuurlijk heel
mooi uit. Net als sommige Itali-
merken hebben de De
nen zich een naam verworven
op het gebied van styling. De
portofoon of handheld', die ge
schikt is voor het autotelefoon
net van PTT Telecom (ATF3), is
daarnaast gering in gewicht en
in stroomverbruik.
De Beocom 9000 weegt nau
welijks 300 gram en is daarmee
een van de lichtste modellen
met slimline-batterij. Hij is te
koop met drie oplaadbare accu
pakketten. De grootste daarvan
biedt 140 minuten spreektijd en
stand-by-tijd van 25 uur. Wordt
de batterijspaarfunctie gebruikt,
dan haalt hij zestig uur.
Behalve aan het uiterlijk is
ook veel aandacht besteed aan
de geluidskwaliteit. Er kunnen
99 telefoonnummers in het ge
heugen worden opgeslagen en
er is een aanpas-set voor
'handsfree' telefoneren (veili
ger) in de auto. Via de sigarette-
aansteker kan de telefoon wor
den bijgeladen of gewoon via
De telefoon als
afstandsbediening
Wie een B O-telefoon (de
Beocom 1500) thuis heeft kan
daar ook zijn radio of tv zachter
mee zetten. Op de Beocom zit
namelijk dezelfde 'mute' knop
als op de tv-afstandsbediening.
Daarmee kan op afstand van de
muziek- of videoketen stukken
zachter worden gezet. Een voor
behoud: dit alles werkt alleen
als tv en radio van hetzelfde
merk zijn als de telefoon.
Van de Panasonic 'handheld' kan
met extra apparatuur een vol
waardige autotelfoon worden ge
maakt. FOTO GPD
het boordnet worden gevoed.
Europees netwerk
Het Panasonic-F-handmodel is
wat minder zuinig met stroom,
maar heeft wat andere moge
lijkheden. Het apparaat kent
eveneens een speciale houder
voor de auto voor accuvoeding
en handsfree telefoneren. Tege
lijk echter kan het vermogen
van de portofoon worden ver
groot. Het zendvermogen loopt
dan op van 1 tot 6 Watt. Dit be
reikt Panasonic met een elders
ingebouwde versterker, ook wel
'booster' genoemd.
Panasonic (in Nederland ver
tegenwoordigd door Haagtech-
no in Den Bosch) heeft als een
van eerste merken ter wereld
goedkeuring gekregen voor de
over heel Europa te gebruiken
GSM-telefoon (Groupe Speciale
Mobile). Dit apparaat maakt het
mogelijk om een telefoon met
bijbehorend nummer, dat afge
geven is in een van de Europese
landen, in het hele westelijke
werelddeel te gebruiken. De af
rekening komt dan automatisch
thuis. Met de bouw van het net
zal in 93/94 begonnen worden.
De Panasonic EU-1000 zal in de
komende jaren gebruikt kunnen
worden in Nederland, Duits
land, Frankrijk, Groot-Brittan-
nië, Finland. Zweden en Zwit
serland. Het apparaat werkt
menugestuurd en kent 999 ge
heugens.
SPREEKUUR
In een vorig aflevering is
het ontstaan van huidkan
ker al aan de orde ge
weest. In het kort komt het er
op neer dat een langdurige en
frequente blootstelling aan ul
traviolet licht (zonlicht) op den
duur beschadigingen in het er
felijk materiaal van huidcellen
kan veroorzaken. Deze bescha
digingen op hun beurt kunnen
weer leiden tot huidkanker.
Mensen met een lichte huid zijn
hiervoor gevoeliger dan mensen
die een donkerder huid hebben.
Tegenwoordig zien we dat
huidkanker steeds meer voor
komt. Elk jaar wordt de ziekte
bij ongeveer 15.000 mensen
vastgesteld. Dit is een gevolg
van het veranderde schoon
heidsideaal: een bruine huid is
een must en om die te verkrij
gen trekken we met drommen
naar het strand of. als de zomer
niet meewerkt, naar bruinings-
centra.
Van de vele vormen huidkanker
zijn het basalioom, het plavei-
selcelcarcinoom en het mela-
noom de meest voorkomende
soorten. Het melanoom, een
zwarte tumor die ontstaat uit de
pigmentcellen in de huid en
meestal vanuit een moedervlek
begint te groeien, is de meest
kwaadaardige. Het melanoom
groeit betrekkelijk snel en kan
zich al in een vroeg stadium uit
zaaien, waardoor de kans op ge
nezing sterk vermindert.
De laatste tijd zijn er aanwijzin
gen dat ook het ontstaan van
een melanoom gerelateerd is
aan de hoeveelheid zonlicht die
men in de loop der jaren op zijn
bast heeft gehad. Het basa
lioom, de vorm die bij meneer
Duivenvoorde op de neus zat, is
verreweg de meest goedaardige.
Het basalioom groeit heel lang
zaam en zaait vrijwel nooit uit.
Toch moet ook deze 'goedaar
dige' vorm van huidkanker
grondig worden behandeld. In
dien men deze tumor zijn gang
laat gaan kan hij erg groot wor
den en grote oppervlakken van
de huid aanvreten. Ook kunnen
diepere weefsellagen worden
aangetast. Deze eigenschap van
het basalioom: zich een weg te
vreten door de huid, heeft hem
zijn andere naam bezorgd: ul
cus rodens, letterlijk 'knagende
zweer'.
Huidkanker zit meestal op een
zichtbare plaats. Dit draagt
enorm bij aan de goede progno
se van de meeste vormen van
huidkanker: 95 procent van de
patiënten met een basalioom of
plaveiselcelcarcinoom geneest
volledig na behandeling, die
meestal bestaat uit bestralen of
chirurgisch verwijderen van de
Huidkanker heeft in het alge
meen een goede prognose, die
nog verbeterd kan worden door
in een zo vroeg mogelijk stadi
um met een verdachte huidaf
wijking naar de huisarts te gaan.
Wanneer moet u beslist op het
spreekuurverschijnen?
Als u een wondje of zweertje
op de huid hebt vooral in het
gezicht of op de handruggen
dat niet wil genezen of dat na
genezing weer terugkomt.
Als een bestaande moeder
vlek groter wordt of gaat jeuken
ofbloeden.
Als een bestaande moeder
vlek van kleur verandert of een
onregelmatige rand krijgt.
Als er een nieuwe moeder
vlek verschijnt, vooral als deze
op de benen of midden op de
rug zit.