'Wij zijn de opvolgers van Rembrandt en Lievens' After Nature schilders: Raiders of the lost Art' ZATERDAGS z BIJVOEGSEL Werk van de gebroeders Donker is tot en met 19 juli te zien op de tentoonstelling 'Preawentura 1' in de Waag, Aalmarkt 21 te Lei den. De laatste groepstentoon stelling van het After Nature-col lectief wordt van 12 juli t/m 1 au gustus gehouden in Galerie Heij- enbrok, aan de N.Z. Voorburgwal 306 in Amsterdam. 'Ordinaire koopwaar, abominabel slecht, flanswerk'. De critici waren de afgelopen jaren niet mild over het werk van de leden van het geruchtmakende Amsterdamse kunstenaarscollectief After Nature. „Ze rotzooien maar wat aan", schreef de recensent van de Volkskrant. En: „Ik kan niet aan de indruk ontkomen dat de hooggestemde artistieke vibraties van de heren door grondstoffelijke trillingen van de geldzucht zijn doorkruist." Museumdirecteuren krijgen, volgens eigen zeggen, acuut buikpijn van het werk van After Nature. En Jan Hoet, de grote man achter de grote kunsttentoonstelling Documenta in Kassei, kwam onlangs, bij een bezoek aan het After Nature-atelier, tot de conclusie dat het eigenlijk een hoop troep is. Chaos is in elk geval troef tijdens het gesprek met de drie Leidenaars van de groep. De dialoog wordt voortdurend onderbroken. Door spelende kinderen, door bezoekers en door de kunstenaars zelfdie tussen het praten door een warme hap naar binnen werken. Een huishouden van Jan Steen. De ene Donker tegen de anderen: ,,Het werkt zo verslavend hè, om een appeltje na te schilderen. Als je het één keer hebt gedaan dan wil je het gewoon nog tien keer probe ren, je wilt het steeds beter doen of weet he lemaal anders. Die appel is maar een voor beeld. We hebben allemaal onze eigen voor keur." Justus: „Gijs is verzot op vrouwelijk naakt." Gijs: „Maar ze mogen niet te mager zijn Een beetje Rubensiaans. Vrouwen op wie ik. val, waarmee ik zou willen vrijen, vind ik ook het lekkerst om te schilderen." Aad: „Eigenlijk vinden we het alle drie het leukst om mensen te schilderen. Heel aardig is ook om lelijke mensen schilderen, of oude ren met zo'n gegroefd gelaat. Prachtig vind ik dat." De broers werken vaak samen aan een schilderij. Justus: „We zijn een drieëenheid. een motor, en die gaat maar door en door- we hebben zelden ruzie. Natuurlijk liggen we wel eens overhoop als Gijs over een stuk van mij heen gaat. Dat is dan spijtig... En soms is er één niet tevreden over het eindresultaat, maar dan is het twee tegen één en moet die één zich er bij neerleggen." Trots Aad, Justus en Gijs Donker (vlnr): „Veel geld verdienen is natuurlijk ook leuk, r een behoefte om te creëren. En verder wil ik gewoon een gaaf leven hebben." ,_r? cht goed schilderen heb- I j ben we nooit geleerd", JLmm^ zegt Aad Donker. Broer Justus schrikt op en verslikt zich in z'n koffie. „Maar we zijn helemaal geen slechte schil ders", haast Aad zich te zeggen. „Eigenlijk zijn we hardstikke goeie schilders." Justus: „We zijn onwijze talenten. We hebben nooit les gehad. Maar we zijn onwijze talenten." De andere Donker ween „We hebben wel een blauwe maandag op de Koninklijke Aca demie gezeten. Dat was echt zwaar klote. Je kunt beter bij een bejaardenclub gaan schil deren." De Leidse gebroeders Donker, Gijs (28), Justus (26) en Aad (25) maken sinds 1990 deel uit van het kunstenaarscollectief After Nature. Het atelier van de beweging is geves tigd aan de Amsterdamse Spuistraat. Maar in de woning van één van de broers, in de Leid se Merenwijk, hangt ook de doordringende lucht van verf en terpentijn. Tegen de muur staat een aantal doeken. Penselen en tubes olieverf slingeren rond temidden van cd- plaatjes, bierblikjes en vazen met verwelkte bloemen. Justus reikt de catalogus aan waar op vijf leden van de groep naakt poseren, van top tot teen beschilderd, als primitieve krij gers die op oorlogspad gaan: 'The Raiders of the Lost Art'. Geintje After Nature timmert nu, letterlijk en figuur lijk, zo'n vijf jaar aan de weg. Peter Klashorst, Juriaan van Hall, Bart Domburg en de Leidse broers Aad, Justus en Gijs Donker zes kun stenaars die weigeren naar de pijpen van de kunstcritici te dansen. 'Weg met de kunst die er alleen maar is om de kunstkritiek te beha gen", is hun credo. Het After Nature-collec tief besloot zich niets meer aan te trekken van het taboe dat rust op het weergeven van de werkelijkheid. De herontdekking van het stilleven, van borsten en billen en van mo lens in het landschap was een feit. Gijs Donker: „Voor Bart, Peter en Juriaan was het niet hun eerste stroming, ze hadden al abstract werk geëxposeerd in galeries toen zij het roer radicaal omgooiden. Eigenlijk is het als een geintje begonnen, ze wilden zich een beetje afzetten tegen de kunstsmaakma kers van onze tijd. Die waren niet gewend dat kunstenaars hun atelier uitkwamen, buiten begonnen te schilderen en figuratief werk maakten." Justus: „Wij schilderden altijd al buiten. Het is begonnen in Afrika, waar we een tijd hebben rond getrokken. Toen we terug kwa men in Nederland waren we zo gewend bui ten te werken dat we niet meer anders kon den. Eerst dachten we dat we de enigen wa ren die dat deden, totdat we de andere jon gens tegenkwamen. We besloten een keer sa men te schilderen. En dat klikte meteen. Voor we het wisten zaten we in hetzelfde ate lier, deden we tententoonstellingen samen... We hebben nu zo'n twee jaar met elkaar op getrokken. En dat was fantastisch." Het kunstwereldje reageerde van meet af aan fel op het zestal dat portretten maakte van mensen op de markt, wintertaferelen op een Amsterdamse gracht, stillevens. Dat waren ouderwetse onderwerpen waar kunstenaars zich, volgens kunstcritici, niet iH bezighouden. Dat doet de fotograaf wel. In New York, waar de zes begin dit jaar enige tijd vertoefden, werden 'those wild guys from Holland' daarentegen onthaald als kunstenaars die weer echte kunst willen ma ken. De After Nature-schilders presenteerden zich in de 'Big Apple' als stereotype kunst- bohemiens, als schilderende entertainers. „We hebben gewoon gewerkt in de galerie, zodat bezoekers ons konden volgen. Dat was een geweldige ervaring." Aad Donker „Ik heb er nooit aan gedacht om iets heel nieuws te maken. Sommige kunstenaars zijn hun hele leven zoekende naar nieuwe dingen. Daar word je gek van." Justus: „Wat wij willen is deze tijd schilderen, net als 17e eeuwse meesters dat deden in hun tijd." „De laatste tijd worden we meer geaccep teerd. Dat is een rare ervaring", zegt Gijs. „Als je in De Groene of een ander intellectu eel blad hebt gestaan gaan mensen je ineens anders behandelen. Dan word je plotseling serieus genomen. De broers geven toe dat ze zich soms gek lachen om de belangstelling uit de kunstsce- ne. „Maar dat moet je niet hardop zeggen. Sommige mensen denken toch al dat het één grote grap is waar wij mee bezig zijn. Dat klopt niet We zijn heel serieus." Aad: „Ik ben altijd bezig met schilderen. Als ik geen pen seel heb dan schilder ik met mijn ogen. Ik zie in alles om mij heen een schilderij." „Het is een vreemde gewaarwording om te merken dat we een deel van het kunstwereld- je nu kennelijk wel behagen. Daar hebben we niet om gevraagd. Het is ineens omgeslagen. Afgelopen week hing er werk van ons in de Beurs van Berlage, voor een kunstveiling ten behoeve van de Aids-preventie. Onze schil derijen hingen tussen het werk van Appel. Sierhuis, Westerik, Wolkers, Erik Andriesse, Rob Scholte, noem maar op. Het is ongeloof lijk. maar soms ook beangstigend. Als je zo snel stijgt kun je ook hard vallen." Justus: „Hoe beter het gaat. hoe beter je ook moet opletten in het kunstwereldje. Als je niet op past naaien ze je aan alle kanten." Gijs: „Ik vind het een hele eer als mensen ons werk kopen en in hun woonkamer han gen. Dat is de grootste eer die je kunt krijgen. Kijk, je kunt wel een wereldschilder zijn, maar als niemand je werk koopt en waarde ring uitblijft raak je op den duur toch verbit terd. Laatst kwam Remco Campert langs toen we bij Poetry International stonden te schilderen. Hij vroeg wat een schilderij kostte en kocht het meteen. Daar zijn we heel trots op." Justus: „Veel geld verdienen is natuurlijk ook leuk, maar daar gaat het niet om; waar dering is het belangrijkste, en dat je lekker bezig bent. Kunst is voor ons een behoefte, een behoefte om te creëren. En verder wil ik gewoon een gaaf leven hebben." Nuchter Het drietal reageert heel nuchter op het suc ces. Gijs: „We zijn geen tovenaars of bijzon der begaafde mensen. We zijn gewoon schil ders. Verslaggevers van deze tijd. Net als Rembrandt in zijn tijd. In zekere zin zijn wij de opvolgers van Rembrandt en Lievens: we schilderen dezelfde dingen als zij. Maar we zijn natuurlijk niet zo goed. Ik denk dat Rem brandt helemaal dubbel had gelegen als hij ons werk had gezien. Maar, hij had ons 2eker in de leer genomen Justus: „Ik zou ook weieens een heel groot doek willen schilderen. Op ladders staan en kilo's verf er tegenaan smijten. Een soort 'Nachtwacht' zou ik willen maken. Gewoon een schuttersstuk van deze tijd, van een groep junkies bijvoorbeeld. Gijs: „We krijgen wel de kans om steeds leukere dingen te doen. laatst wilde het Aca demisch Medisch Centrum in Amsterdam een schilderij van ons aankopen. Toen heb ben we gezegd: we komen het liever ter plek ke maken. Er hangt daar een kopie van 'Red, Yellow and Blue' van Bamett Newman. Toen hebben we gezegd: 'Rot op met die Newman. Daar gaan we lekker over heen schilderen en dan maken we er een After Nature van. Nou dat vonden ze prima." Binnenkort houdt After Nature op te be staan. De druk van buitenaf en van het groepsdenken werd sommigen te groot. Jus tus: „De broertjes hebben daar gaan last van hoor. Maar anderen dreigden in een psy chisch dal te komen. Er zijn geen problemen. We zijn nog steeds goeie vrienden. Alleen als groep houden we op te bestaan, maar we blijven schilderen naar de natuur. After Natu re is niet dood."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 33