RIO VN-vredesmacht legt het af tegen regels van de jungle George Bush en Bill Clinton wankelend over de streep Japan geeft met milieu beleid goede voorbeeld VS VERKIEZINGEN Feiten &Meningen CONFERENTIE MAANDAG 1 JUNI 1992 California, de Amerikaanse staat met de meeste inwoners, houdt morgen samen met nog een handjevol ande re staten waaronder New Jersey de laatste voorverkiezingen in het kader van de race naar het Witte Huis. Het belooft een in-treurige fi nale te worden. WASHINGTON HENK DAM CORRESPONDENT Want de Democraten in California voelen er eigenlijk niets voor om op de man te stemmen die zeker de Democratische no minatie gaat krijgen. En de Republikeinen voelen er evenmin voor om op de man te stemmen dié de Republikeinse nominatie al in z'n zak heeft. Niemand is nu eenmaal enthousiast over gouverneur Bill Clinton en president Geor ge Bush. En de naam van de man die nog wel enige bezieling bij de Californiërs te weeg brengt, miljardair Ross Perot uit Texas, komt niet op het stembiljet voor. Op hem kan daarom niet eens worden ge stemd. En dus hebben de politieke koffiedik-kij- kers in California al voorspeld dat de op komst de laagste zal worden sinds 1940. De media in de staat hebben zich tot dusver nauwelijks met de aanstaande verkiezingen beziggehouden. Uit een peiling blijkt dat veel kiezers niet eens weten op wie ze kun nen stemmen. Dat is een absurde situatie. Want California levert, als de meest bevolkingsrijke staat Bill Clinton. van het land, 16 procent van de stemmen op die nodig zijn om de Democratische no minatie te krijgen, en 18 procent van de stemmen die de Republikeinse nominatie opleveren. Bij de uiteindelijke verkiezingen in novem ber is California goed voor 54 kiesmannen, veel meer dan welke andere staat dan ook. I Iet cijfer krijgt extra gewicht indien men bedenkt dat de steun van 268 kiesmannen nodig is om president te worden. California is dus belangrijk genoeg. Maar daar zal niets van blijken. Desinteresse en matheid zullen de verkiezingen daar ken merken. Het wordt een non-gebeyrtenis, even spannend als het liefdesleven van een comateuze schildpad. Cijfers De peilingen vertellen het verhaal in harde cijfers. Vorige week toonde een zo'n peiling aan dat 41 procent van de inwoners van California op Ross Perot zou stemmen, als dat tenminste zou kunnen, tegen 24 pro cent voor Bush en 22 procent voor Clinton. Die opvallende steun voor Perot valt vooral te verklaren uit het feit dat de miljardair iemand anders is dan Bush en Clinton, en zelfs niet eens een politicus is. Want net als veel mensen elders in het land hebben ook de kiezers in California de buik vol van de of ficiële politici, die door hen corrupt, uitslui tend uit op eigen voordeel en machteloos worden gevonden. Zo'n ridder op wit paard als Perot is, is dan een uitkomst. Daar komt dan nog bij dat de recessie het natuurlijke optimisme van de get-up-and- go staat California danig heeft ondermijnd, en dat de rellen in Los Angeles op hun ei gen manier het vertrouwen in allerlei over heden hebben aangetast. Hoe dat ook zij, de peilingen leveren voor zowel Bush als voor Clinton schokkende cijfers op. Om bij Bush te beginnen: het lage cijfer spoort met zijn populariteitscijfers in het hele land, die opvallend laag zijn en blijven. Er begint zich iets van paniek bij de cam pagneleiders van de president af te teke nen. Want de veronderstelling is altijd ge weest dat Bush weer populairder zou wor den als de economie zou aantrekken. Dat laatste is, landelijk gezien, aan het ge beuren, maar het golfje goed nieuws van het economische front voert de president niet mee. Daar komt bij dat de berekenin gen van Bush' campagne over wie zijn te genstander zou worden niet langer klop pen. Seeds werd gedacht dat dat Clinton zou zijn. En Clinton is de afgelopen maanden flink aangetast door een keur aan onthul lingen en beschuldi gingen (Gennifer Flo wers, dienstplicht, fi nanciën), en die zou dus ruim te kloppen zijn. Maar nu begint het er naar uit te zien dat Ross Perot een belangrijker tegenstander dan Clinton wordt of in ieder geval zoveel stemmen van Bush kan wegkapen dat die niet langer kan rekenen op herverkiezing. En de campagneleiders van Bush weten niet wat ze daarmee aanmoeten. Ze weten ook niet hoe ze de stemming van algemene malaise bij hun eigen Republikeinse veld werkers en kiezers moeten wegnemen. Ze staan stuk voor stuk met hun mond vol tanden. George Bush. Het is geen wonder dat meer en meer mensen in de directe nabijheid van Bush beginnen te hopen dat minister Baker (bui tenlandse zaken), die vier jaar geleden Bush op een uitgekiende manier aan de overwinning hielp, de leiding van de cam pagne zal overnemen. Dat zou betekenen dat de huidige chefstaf van het Witte Huis, Samuel Skinner, zou moeten worden vervangen. Het zou ook vernederend zijn voor Bush, omdat hij daarmee zou toegeven niet zonder Baker te kunnen wimen. Baker zelf wil niet. Maar niettemin: e wordt druk over hem gepraat. In het kampvan Clinton is de situatie niet veel beter, djnton werd in het begin van het jaar afgorand door alle onthullingen, krabbelde nettemin weer overeind, won cruciale votrverkiezingen, en is nu... ner gens. Want het is'erot die alle publiciteit heeft opgezogen lie Clinton in deze fase van zijn campagne nodig heeft. Voor Clinton heeft niemaid belangstelling, en wie nu fo to's van de democratische bijna-genomi- neerde ziet ziet een vermoeidheid en wan hoop in ziji ogen die nieuw zijn. Hij zal bovendien morgen in California nogg een givechtje te voeren hebben tegen Jerry Browi, die volgens diverse peilingen dicht in deauurt van Clinton is gekomen. Brown kont tenslotte uit de staat hij is er zelfs goivemeur geweest en hij zou bovendiende stemmen kunnen trekken van kiezendie op Perot willen stemmen maar dat net kunnen. Een overwinning van Brownzou Clintons uitzicht op de no minatie nitt doen verminderen hij heeft de buit al lijna binnen en hoeft morgen maar in eer paar andere staten te winnen om zeker e zijn van de nominatie maar het zou ziji geloofwaardigheid alleen nog maar mi nier maken. Het eindevan het voorverkiezingsseizoen is traditioneel een tijd waarin de Republi keinse enDemocratische koplopers, zeker van hun rominatie, het applaus in ont vangst nenen. Maar deze keer is dat niet zo. Bush en Clinton gaan morgen wanke lend oveide eindstreep. TOKYO ELBRICHT FENNEMA CORRESPONDENT .Vroeger werden onze voorstel len altijd bekritiseerd vanwege hun remmend effect op de eco nomische groei", zegt Saburo Kato, directeur-generaal van het Japanse ministerie voor milieu. „Nu blijkt dat onze regels de Ja panse industrie juist een enor me voorsprong nebben be zorgd. Milieuvriendelijk produ ceren is immers de sleutel voor de toekomst." I lij grinnikt om déze ironie, en haast zich eraan toe te voegen dal het natuurlijk nooit zijn uit gangspunt is geweest om het miti, het ministerie voor inter nationale industrie en handel dat Japans economische op mars heeft geregisseerd, naar de kroon te steken. Er zitten meer ironische kantjes aan Japans toewijding aan schoon produ ceren. Japan zou zich nooit aan zo'n verwoede campagne heb ben gezet als het niet zo acuut had geleden onder haar indus trialisatie. In de jaren zestig was de smog in Tokyo zo heftig, dat op kruis punten zuut stofpalen werden geïnstalleerd waar bezwijkende voetgangers weer op adem kon den komen. Te midden van zul ke omstandigheden was het niet al te moeilijk om de nood zaak van strenge milieuregels duidelijk te maken. Loodvrije benzine werd al snel standaard, auto's werden uitgerust met een irritant belletje dat ging piepen bij snelheden boven de hon derd kilometer en industrieën werden onderworpen aan strenge normen voor uitlaatgas- sen. Binnen een paar jaar was de lucht in Tokyo weer opge klaard. Als je nu nog mensen met lapjes voor hun neus ziet lopen, is het vanwege een ver koudheid of hooikoorts. De volgende prikkels kwamen met de oliecrises. Japan heeft geen natuurlijke brandstoffen in de grond en is voor honderd procent aangewezen op import. De oliecrisis dwong de Japanse economie om zo zuinig en effi ciënt mogelijk te produceren. Het resultaat is dat Japan ge middeld 2,5 keer zo veel produ ceert op een liter olie dan de Amerikaanse industrie. Het re sultaat is nu dat Japan weinig voelt om rigoreus haar C02 uit stoot te verminderen, simpel weg omdat die. zeker vergele ken met de VS. al enorm laag is. Niettemin zijn het juist de VS die strenge afspraken over het inperken van de C02-uitstoot in de weg staan. Japan heeft zich, zonder dat er internationale af spraken bestaan, voorgenomen om voor het jaar 2000 te streven naar het peil van 1990. Op het gebied van de cfk's loopt Japan zelfs ruim voorop internationa le intenties om deze ozonlaag bedreigende stoffen te bannen. Vanaf 1996, vier jaar vóór de of ficiële deadline, zullen cfk's, die vooral dienst doen als koelvloei stof in airconditioners en ijskas ten, niet meer worden gebruikt. In Japan is milieubescherming als beleidslijn niet omstreden, in tegenstelling tot bijvoorbeeld in de VS. Voor Japan is dan ook internationaal een voortrekkers rol weggelegd, die het graag wil vervullen. Flet is feitelijk een ideaal terrein voor Japan om zich te profijeren op het wereld toneel. Niet alleen omdat Japan de wereld wat heeft te bieden met haar ervaring en geavan ceerde technologie, maar vooral omdat het een aangenaam en niet-controversieelonderwerp is waar de Japanse leiders zich sterk voor kunnen maken zon der iemand tegen de haren in te strijken. Tussen de discussies of Japanszelfverdedigingsmacht nu wel of niet overzee mag ope reren, en temidden van de hardnekkig opduikende corrup tieschandalen, biedt het milieu een perfecte bliksemafleider. Wat de achterliggende motie ven ook mogen zijn, feit blijft dat de kans van slagen voor de milieu-conferentie in Rio aan merkelijk is toegenomen door dat Japan zich bereid toont fi nancieel bij te springen om de doelstellingen van de conferen tie te realiseren. De Nederlandse militaire een heid die morgen naar Thailand zou vertrekken om daar deel uit te maken van Untac, gaat voor lopig niet. Dat heeft minister Ter Beek (defensie) zaterdag beslo ten. De eenheid die uit 205 man be staat, blijft wel oproepbaar bin nen een tijdsbestek van 48 uur. Het vertrek is uitgesteld met het oog op de verharding in het standpunt van de Rode Khmer. „De opstelling van de Rode Khmer is zodanig dat het niet zinvol is de eenheid nu te zenden", aldus een woordvoer der van het ministerie van de fensie. Een tweede eenheid, bestaande uit 130 man, vertrekt vandaag naar de Thaise havenstad Satta- hip. Hun vertrek is niet afgelast, omdat de groep zich gaat bezig houden met het in ontvangst ne men en beheren van materieel dat op 5 juni in de Thaise haven stad binnenkomt. Nog steeds dragen veel Japanners monddoekjes tegen de luchtvervuiling. De Japanse op de foto draagt er zelfs eentje In het restaurant. foto bert verhoeff Een generaal en een diplo maat die als kleine jongens worden weggestuurd door een paar soldaten van een leger dat over twee weken moet ophouden te be staan, is bepaald geen ver heffende vertoning. Toch komt dit voorval, dat zater dag plaatsvond toen de beide bazen van de VN- vredesmacht in Cambodja door de Rode Khmer bot weg niet werden ontvan gen, de Nederlandse mari niers niet slecht uit. SATTAHIP KAROLIEN BAIS VERSLAGGEVER ANP Al weken staan zij met grote volharding aan de poort van het grootste Rode Khmer-bolwerk in het westen van Cambodja, het gebied rond Pailin. Aanvan kelijk met een klein clubje, toen met een groter clubje, vervol gens met indrukwekkende wa pens rorid de schouders en ten slotte zaterdag met de luid en duidelijkverspreide boodschap dat zij aan gindse zijde van de slagboom een afspraak hadden met de Japanse diplomaat Ya- sushi Akashi en de Australische generaal John Sanderson. Alles tevergeefs. Het incident van zaterdag, een schending van de afspraken uit het vredesakkoord van Parijs, is voor de Nederlanders om twee redenen een geluk bij een onge luk. Ten eerste is nu voor de buitenwereld en voor deVN-top duidelijk welk een weerbarstig gebied het Nederlandse Untac- detachement heeft toegewezen gekregen. Als de Rode Khmer zover gaat zelfs de waarnemend president en minister van de fensie van het land (formeel heeft Untac immers tot na de verkiezingen van volgend voor jaar het bestuur van het land overgenomen) te bruskeren, dan valt de Nederlandse mari niers helemaal niets te verwij ten. Ten tweede hopen de Neder landse mariniers dat de VN har dere maatregelen zullen treffen tegen de enige van de vier fac ties die zich niet aan het vredes akkoord houdt. In dat geval kunnen zij zosnel mogelijk de resterende 600 man van hun bataljon naar Thailand laten ko men om zich vervolgens over de vier locaties in het gebied rond Pailin te verspreiden. Toch schat niemand de kans hoog in dat het Nederlandse ba- Nederlandse mariniers strijken de vlag als wordt besloten het kamp in het Cambodjaanse Pailin op te breken en fc taljon snel kan doen waarvoor het eigenlijk hoort te worden in gezet, namelijk het ontwape nen, hergroeperen en demobili seren van de Rode Khmer-strij ders. Zoals altijd staan de VN (door militairen ook wel United Nothing of de United Nonsense genoemd) machteloos bij ope raties die handhaving van de vrede ten doel hebben, als één van de strijdende partijen de af spraken schendt. Zoals een Ne derlandse marinier opmerkte toen de Rode Khmer-mannen opnieuw de slagboom gesloten hielden: „Ze hebben natuurlijk ook de beelden uit Joegoslavië op de tv gezien en weten dat ze niets hebben te vrezen van de VN-militairen." Een paar dagen rondhangen in het niemandsland tussen de Thaise grens en de controlepost van de Rode Khmer aan Cam bodjaanse zijde, biedt veel in zicht in de geheel eigen regels van de jungle in West-Cam- bodja, die de afgelopen jaren is uitgegroeid tot het achtertuintje van Thailand. „Jullie moeten vanuit Cambodja Pailin binnen komen, niet vanuit Thailand", zeggen de Rode Khmer-grens- wachten steeds tartend tegen de Nederlandse mariniers. Logisch, want vanuit Cambodja kunnen VN-troepen Pailin niet over de weg bereiken en vanuit Thai land willen de Rode Khmer geen pottekijkers. Toen de Rode Khmer zaterdag de „grensovergang" met boom stronken en kraaiepoten had den gebarricadeerd voor luite nant-kolonel Herman Dukers en zijn mensen, ontstond er weldra een lange file Thaise voertuigen met water, brandstof en machines. De chauffeurs die de bordjes met „mijnengevaar" negeerden en zich op hun hurken in de bermen nestelden, vertelden dat hun lading bestemd was voor de ongeveer 1.000 Thaise arbeiders die in het gebied rond Pailin goud en edelstenen del ven. Verder zijn er tenminste drie grensovergangen waar da gelijks Thaise vrachtwagens met in Cambodja gevelde woudreu zen passeren. De Rode Khmer hebben op grote schaal conces sies voor houtkap verleend aan Thaise bedrijven die in eigen land met een kapverbod wor den geconfronteerd. Het is een publiek geheim dat die bedrij ven gelieerd zijn aan of eigen dom zijn van hoge Thaise mili tairen. Militair voetvolk Het Thaise militaire voetvolk, dat in tientallen kleine, armoe dige kampjes langs de grens bi vakkeert, profiteert ook mee. Het is heel gebruikelijk dat de Thaise chauffeurs geld en voed sel afstaan aan zowel de Rode Khmer als aan de Thaise mili tairen die hen aan de grens strook staande houden. De Rode Khmer en de Thaise militairen gaan heel vriend schappelijk met elkaar om. De Thaise marinier die het Nedér- landse konvooi naar de Rode Khmer-controlepost begeleidt, doodt het lange wachten door praatjes met de Rode Khmer wachters, waarbij veel wordt ge lachen en de armen om eikaars schouders gaan. Een andere regel van de jungle is. dat buitenstaanders geen in zicht krijgen in de hiërarchie van de organisatie. Zowel de vijf VN-waarnemers die al een half jaar in Pailin zitten, krijgen steeds weer met andere leden van de Rode Khmer te maken, maar ze zijn allemaal kolonel. Wie denkt daarmee een hoge piet te pakken te hebben, ver gist zich: als het om beslissin gen gaat, is er altijd een andere onzichtbare verantwoordelijke. Ziehier het mijnenveld waarin de Nederlandse mariniers zich een weg moeten zien te banen volgens gedragsregels en voor schriften die afketsen op het pantser van een terroristische guerrillagroep. De Cambodjaanse tolk die de Nederlandse mariniers bij zich hebben, beziet het allemaal met veel treurnis. Hij verliet zijn land in 1970 om in Duitsland te studeren en kwam in 1974 in Nederland. Voor het eerst is hij op een afstand van hemels breed misschien 100 kilometer van zijn vader en zuster gena derd. Hij kan hen echter niet bereiken. Ze weten niet eens dat hij zo dichtbij is. Schuchter bekent hij pessimistisch te zijn over de VN-operatie die zijn land weer op poten moet zet ten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 2