B Frisse wind bij Joh. Enschedé i ii S i'i'tlfiill I ütinMlU ZATERDAG 30 ME11992 ZATERDAG! BIJVOEGSEL muren van de gesloten gemeenschap die Joh. Enschedé sinds 1703 was wisten velen het al jaren: het gaat niet goed. financieel gezien misschien nog wél, maar qua management en bedrijfscultuur zeker niet. Kern van de naar buiten toe slechts sporadisch verwoorde kritiek: we zijn onvoldoende marktgericht, een tikkeltje zelfgenoegzaam en vooral veel en veel te vriendelijk voor elkaar. Of zoals voorzitter Roekens van de ondernemingsraad het onlangs zei: „Wie het ook was en waar je ook kwam: iedereen wist dat er iets moest ge beuren. Maar de directie durfde niet. Er zaten nog te veel Enschedé's in. Bedrijfsmatig dien de er hard te worden ingegrepen. Maar ge voelsmatig konden de Enschedé's dat niet aan. Het ging ze te ver. Het deed te veel pijn." Oók gepeperde uitsprakea van or-se- cretaris Speldhuis: „Weet u waar Joh. En schedé bijna kapot aan is gegaan? Aan het woord aardig. Het moest vooral aardig toe gaan. Aardig voor de leiding, aardig voor de werkvloer, aardig voor iedereen. Ongetwijfeld goed bedoeld, daar niet van. Alleen had men onvoldoende in de gaten dat de klant ons zo langzamerhand niet meer zo aardig vond. Voor algemeen directeur Maurits Ensche dé stond één ding eind november 1990 als een paal boven water, hij wilde de werkne mers persoonlijk informeren over de op han den zijnde reorganisatie. Daar deed het feit dat het vertrek van 'meneer Maurits' voor 1991 was gepland niets aan af. De man, die eerder zijn broer Dirk Jan uit de dagelijkse leiding had zien weggaan en daarna als enige Enschedé achterbleef, wenste de gevolgen van de cultuurbreuk persoonlijk toe te lich ten. Op de vraag of hij gezien de kritiek op het management had overwogen vervroegd het veld te ruimen antwoordde hij destijds ontkennend: „Als de commissarissen hadden gezegd 'Wij hebben nu een nieuwe sterke man', tja, dan was ik mogelijk wat eerder weggegaan. Maar die nieuwe sterke man, die mister X, is er nog niet. Daarom ben ik zelf voor mijn mensen gaan staan." In de lente van 1991 was die mister X er wél. Na dertig jaar Philips koos Ruud Tensen voor Joh. Enschedé. Hij was erbij toen het be drijf in de zomer 'meneer Maurits' uitwuifde en afscheid nam van een tijdperk. Voor het eerst sinds 1703 deed de directie het zonder een Enschedé. Werk afmaken mmmmt Wisse Dekker, Cor van der Klugt, Jan Tim mer, de Philips-presidenten maakten alle maal gretig gebruik van de diensten van Ten sen. Hij kwam in 1960 bij het concern en werkte er in totaal twaalf banen en zestien huizen af. Een fabriek opzetten in Singapore, het stroomlijnen van vestigingen in Groningen en Drachten, de uitbouw van een produktiebedrijf voor banden en casset tes, weer een paar jaar terug naar Singapore, enz, enz. Op z'n 53ste was Tensen het zat. Hij wilde wat anders dan '400.000 idiote vliegki- lometers' per jaar. Maar vooral: hij wilde niet alleen zaken op de rails zetten, maar ook eens in een relatieve rust afmaken. Toen bleek dat die rust voor hem bij Philips niet was weggelegd, pakte Tensen z'n biezen. Ich bin au haben, drukte hij de headhunter op het hart. Dat liet het inmiddels wakker ge schudde Joh. Enschedé zich geen twee keer zeggen. Bij Philips maakte Tensen nog een klein stukje van het tijdperk Timmer mee. Hij waardeerde de stijl van de leider: „Aan een man als Timmer zie je dat hij niet staat te liegen. Hij is eerlijk en overtuigend. Hij vertelt werk nemers in alle eerlijkheid dat ze wegmoeten, Zoals hij ook aan de achterblijvers uitlegt waarom er colega's worden ontslagen. Zo'n man motiveert. Zo heb ik het ook altijd geprobeerd te doen." En zo deed hij het het af gelopen jaar bij Joh. Enschedé. Een bedrijf waar Tensen naar eigen zeggen 'absoluut verliefd' op is en dat hij als 'hond- sinteger' kenschetst. Maar een bedrijf waar de harde, rottige, negatieve dingen veelal on gezegd bleven. Die overdaad aan beschaving dreigde, gekoppeld aan een steeds nijpender wordend gebrek aan ondernemersvisie, van de topper een tobber te maken. Na zich eerst in de luwte voldoende inzicht en ideeën te hebben verschaft blies Tensen vanaf het najaar van 1991 steeds nadrukkelij ker een frisse wind door het bedrijf. De af stand tussen werkvloer en leiding werd ver kleind. Open gedachtenwisselingen verjoe gen het grote zwijgen. En de structuur van het bedrijf werd volledig overhoop gehaald. Drukkerij Joh. Enschedé in Haarlem. Wereldtopper op grafisch gebied. Mo dern in produktiemethoden, maar lang verouderd in management. Dat euvel wreekte zich eind 1990: slechte resulta ten, ruzie in de top en banenverlies. In april 1991 werd Ruud Tensen, ex-Phi- lips, de nieuwe sterke man. Enschedé, zegt hij terugblikkend opzijn eerste jaar, staat weer op de rails. En nu maar zien dat de vaart er tijdig inkomt, want de concurrentie raast door. Ruud Tensen verlost vennaarde drukkerij van verstarde bedrijfscultuur werk doorheen moeten pompen.' in 1991. De vaart lijkt er bij Enschedé weer een beetje in te zitten. Maar opgelucht ach terover leunen is er niet bij. Tensen: „De ver betering van ons resultaat komt hoofzakelijk voort uit kostenbesparingen en voor maar een piepklein beetje hoogste i de c Dat ff Si* u.- - - M-'y? "••li,, i. omzet-percentage moet nu we een gezonde re organisatie hebben omhoog met 25 tot 30 procent. Simpel gezegd: willen we internatio naal mee blijven doen. dan zullen we er veel meer werk doorheen moeten pompen. Vroe ger bestond de beschermde wereld voor En schedé hoofdzakelijk uit Haarlem Toen werd het Nederland. Daarna Europa. En straks de hele wereld. Pim Fortuyn (hoogleraar aan de Erasmus Universiteit en columnist van deze krant, JS) heeft absoluut geliik da hij zegt dat die beschermde wereld uit elkaar knalt. Al heeft men dat binnen dit bedrijf heel lang liever niet willen horen. Maar wie zich niet tijdig op die knal instelt, gaat eraan." Superklanten als PTT Post en de Neder- landsche Bank, die 'Kostenbesparing die we in gedachten hadden is bereikt' m Het inmiddels door de drukkerij veriaten complex n gesloten. i hartje Haarlem weerspiegelde het karakter i hun zegels en bank biljetten steevast door Elnschedé lie ten drukken, zullen zich in de toekomst wel degelijk over of fertes van andere, waarschijnlijk bui tenlandse drukkers buigen. Tensen: „De contracten met PTT Post en de Nederland- sche Bank lopen nog enkele jaren en tegen de tijd dat we opnieuw met elkaar gaan on derhandelen moet Enschedé er wel voor zor gen de concurrentie uit andere landen voor te blijven." Terugkomend op de 'knal van Fortuyn' zegt de algemeen directeur „Die komt niet morgen of overmorgen. Het ge er volgens T e in zijn optiek een de blinde worden rken is veel beter Wie had gerekend op verzet van werkne merszijde kwam bedrogen uit. Goed, hele maal zonder sociale pijn verliep en verloopt de reorganisatie niet. Maar de meeste En schedé-'ers schikten zich in hun lot. Per slot van rekening zeiden zij het al in november 1990: „We zijn een té vriendelijk bedrijf'. De deuren en monden, benadrukte Tensen voortdurend, moeten open. Of zoals hij het in zijn voorwoord van het sociaal jaarverslag 1991 schreef: „We moeten gevechtsklaar staan. Dat betekent dat iedereen de wil zal moeten hebben om mee te doen en mee te denken. Aan meelopers heeft Enschedé hm Nieuwe structuur mmm Het contrast tussen Joh. Enschedé oude en nieuwe stijl kan haast niet groter. Zetelden de bedrijfsbestuurders vroeger in een statig, donker complex in hartje Haarlem, tegen woordig houdt de directie domicilie in lichte werkkamers in de fabriek op het industrieter- rein Waarderpolder. Zo ook Tensen. Geen regent in driedelig grijs, maar een kleine, beweeg lijke man in hemdsmouwen. Het colbert drapeert hij achte loos over de rugleuning van z'n stoel. Weggestopt in een hoekje van de vensterbank staat een grote stapel sigarenkistjes. Reeds leeggerookt. Aan de muur niet het geschilderde Enschedé- hedendaagse oproep: 'Aan meelopers hebben we niets' verleden. Don 't forget the customer' Tensen op de vraag hoe Joh. Enschedé er voor staat: „Redelijk. De kostenbesparing die we in gedachten hadden is bereikt In 1990 was het resultaat na belasting vijf miljoen gulden verlies en in 1991 vier miljoen gulden winst Waarbij moét worden aangetekend dat het eigenlijke resultaat over 1990 één miljoen gulden winst was. Maar door reorganisatie kosten kwamen we alsnog op die min vijf miljoen uit." De totale kosten van die reorga nisatie belopen circa twintig miljoen gulden. Van dat bedrag gaat ruwweg de helft op aan het voortijdig afscheid nemen van bovental lig personeel. Tensen staat op, loopt naar bord en schetst sigaar in de mond, stift in de hand de nieuwe structuur van de on derneming. Drie divisies met Engelse bena mingen. Met het oude 'Joh. Enschedé en Zo nen, grafische inrichting BV hoef je in het Europa van na 1993 niet aan te komen. Het drukken van bankbiljetten en postzegels ge beurt door de divisie security printing. De pasjes, cheques, betaalkaarten en ander te beveiligen materiaal zijn ondergebracht in de divisie security cards and documents en het handelsdrukwerk komt voor rekening van de met 135 werknemers in Amsterdam gevestig de divisie general printing. Toen Tensen een jaar geleden zijn op wachting bij Enschedé maakte, belandde hij in een bedrijf dat wereldwijd fameus was om zijn techologische hoogstandjes. Maar. zegt hij er meteen bij, de organisatie bleek sterk verouderd: „De uitvoerende lijn was een af geleide van allerlei experts die hier rondlie pen. Met als gevolg dat de klant verdwaalde in een amorfe massa. Van een echte relatie met onze afnemers was te weinig sprake. Kij ken of iets anders, beter of goedkoper kon, deed Enschedé onvoldoende. Zolang de klant tevreden bleef en op tijd betaalde was er niets aan de hand. Décht men." De reorganisatie was niet alleen bedoeld om het aantal werkplekken terug te brengen van 950 naaf 700, maar ook om de mentali teit binnen de onderneming te veranderen. De eerste maanden na zijn komst hield Ten sen zich op de vlakte. Maar met het verstrij ken van de tijd en het vertrek van een deel van het oude management, begon de voor malige Philips-baas zich steeds nadrukkelij ker te profileren. Of beter gezegd: Tensen profileerde zijn gedachtengoed waarin het snel en open handelen, zowel in- als extern, centraal staat. Zijn boodschap aan de werk nemers: met technologische hoogstandjes al leen blijft zelfs een gerenommeerde drukker als Joh. Enschedé niet langer op de been. le dereen, van hoog tot laag. moet keihard aan de bak. ^■i Concurrentie m—mm Het verlies van 1990 werd gevolgd door winst Beeld uit 1956: handmatige controle van de bankbiljetten. toto unrm> *oros Of 90ff> beurt vertraagd. Maar wel vóór het jaar 2000." Een van de manieren om je er als onderne ming tegen de wapenen is het aangaan van zogenoemde strategic alliances Ofwel het sa menwerken op deelgebieden Enschedé gaat dat doen met de SDU in Den Haag De voor malige Staatsdrukkerij en Uitgeverij die na een privatisering slagvaardig(er) de markt be trad. De twee concurrenten /collega's beslo ten onlangs tot het gezamenlijk opzetten van een onderneming die beveiligde plastic kaar ten gaat produceren. Voorlopige vestigings I plaats: het na de reorganisatie wat te ruime Enschedé-complex in Haarlem Samen vei j vaardigen de twee grafische bedrijven nu jaarlijks zo'n vijftien miljoen kaarten Dat moeten er. zegt Tensen. veel meer worden Maar wat te doen als de Nederlander de beveiligde kaart niet massaal wenst te omar men? Want in vergelijking met ons omrin gende landen is het kaartverbruik hier nog relatief gering. ..Als men er hier niet aan wil. richten wc ons op het bus teniand. Dat zullen we so wieso moeten doen. want daar liggen misschien nog veel grotere kansenzegi Tensen, die niet uitsluit dat zich nog andere onderne mingen bij het project aan sluiten. Er zijn, zegt hij. con tacten met geïnteresseerde bedrijven uit onder meer Zwitserland. Oostenrijk. Scandina\u\ Enge land en Duitsland Want: „Die heblx n ook allemaal zitten rekenen en vastgesteld dat ze te klein zijn om alleen de wereld in te gaan I uieren met de SDU absoluut niet bij. Het z* huwelijk van de lamme i <|i deelgebieden dan elkaar volledig opeten Tweemaal groter betekent in ons ge\al beslist niet tweemaal beter. Daarvoor verschillen onze culturen en produktenpakketten teveel." ■■i Financieel sterk mmmm Van de Enschedé aandelen is 70 procent in I handen van de familie De resterende 30 pro cent heeft de Néderlandse Panic ipatie Maat schappij (NPM). Op de vraag of de nadrukke lijke bemoeienis van de Enschedé s bij het bedrijf hem wel eens panen spelen ant woordt Tensen ontkennend Bij zijn aantre den zijn daarover trouwens goede afspraken gemaakt. Hij verwoordt die als volgt „Ik heb gezegd wel te willen buigen, maar niet te zul len breken." Waarna de nieuwe topman de loftrompet op de aandeelhoudende familie steekt: „De Enschedé's bezaten en bezitten deze onderneming niet als inkomstenbron maar uit trots. Zo hebben'zr zichzelf altijd een zeer mager dividend uitgekeerd en daar mee het bedrijf ri|k gemaakt Het eigen vermogen ligt op dit moment rond de tachtig miljoen gulden hetgeen Ten sen in staat stelt zich In grote financ iele vtii heid te bewegen „Ik praat heel makkelijk met de banken en heb nooit problemen met lenen We mogen de familie hartstikke dank baar zijn dat ze de onderneming zo sterk heeft achtergelaten Want hoe vaak hoor je niet dat een bedrijf na eerst vreselijk leeg te zijn gezogen, verzwakt en kansloos ac liter blijft ioschedé staat sterk, aan de goede kant van de streep. Terugkomend op het forse eigen vermogen zegt Tensen: ..Ons netto rendement omhoog naar pakweg tien procent van dat vermogen. Dan pas is Joh Enschedé B.V echt gezond. Dus geen winst van sier. maar minimaal acht miljoen gulden. Dat gaan Wi de komende jaren hoogstwaarschijnlijk wel halen." Toen Tensen begin 1991 tekende bij Di schedé deed hij dat voor een periode van vier jaar Het eerste zit erop De resterende drie OM*! hii KM i ti Ml Dé0M -<>l Daarna blijft hi| misschien neg eens twee jaar Maar „Dan Ls het voorbij, want ik ga hoe dan ook op m'n 60ste weg. Nog Lingrr blijven zou On gezond voor het bedrijf zijn We moeten op tijd nieuwe, jongere goden binnenhalen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 37