Eigenzinnige mini-republiek al 1600 jaar onafhankelijk 'Mijn boeken worden in de gevangenis gevreten' DONDERDAG 21 ME11992 13 VN-lidmaatschap erkenning voor Italiaanse stadstaat „Nu zijn we in San Marino". De taxichauffeur glimlacht, mindert vaan, snuift diep alsof de lucht hier echt anders is en wijst naar de constructie die de weg overspant en waar op geschreven staat: "Welkom op de oude grond van de vrijheid'. Paspoortcontrole ont breekt, geld wisselen is niet nodig, maar ik ben, zo verzekert de chauffeur, wel degelijk in het buitenland. SAN MARINO EELCO VAN DER LINDEN CORRESPONDENT Voor ons liggen zachtglooiende groene heuvels. Daar achter, scherp afgetekend tegen de blauwe lucht, rijst meedogen loos steil de Titanoberg op. Op de drie hoogste punten staan imposante torens die worden verbonden door een lange ver dedigingsmuur. Het is niet moeilijk voor te stellen hoe deze aanblik de moed in de schoe nen deed zakken bij vijandige legeraanvoerders. De weg slingert door enkele mi- niscule dorpjes, die nog steeds 'castelli' (kastelen) worden ge noemd. Elk kasteel heeft zijn ei gen wapen en zijn eigen raad, onder leiding van een gekozen 'capitano'. In totaal negen kas telen sloten zich in de loop der eeuwen aan bij het hooggelegen San Marino of werden veroverd in de laatste oorlog die de Sam- marinesi, in 1463, voerden te gen de heren van Rimini. Het territoir van San Marino, in to taal 62 vierkante kilometer, on derging sindsdien geen veran deringen meer. Politiek Mijmeringen over ridders te paard, pauselijke gezanten en gesluierde jonkvrouwen worden verstoord door twee donker blauwe Lancia's Thema, dé Ita liaanse symbolen van politieke macht. „De regenten van de re publiek", weet de chauffeur. De wagens passeren, schieten de toegangspoort van San Marino onderdoor, slingeren omhoog - door de smalle straten en hou den stil op het Plein van de Vrij heid. Voor het Palazzo del Governo, het in de vorige eeuw herbouwde parlementsgebouw, staat een kleurige erewacht. Blauwwitte pluimen, sabels, gouden schouderkwasten. Korte militaire kreten klinken. De twee staatshoofden van San Marino, een man en een vrouw, knikken afgemeten en verdwij nen onder de arcaden. De indruk van een ingedom meld stadje dat leeft in het ver leden, verdwijnt plotseling. Hier wordt dus wel degelijk serieus politiek bedreven, de 2e maart was voor San Marino'een grote dag. Toen werd de ministaat lid van de Verenigde Naties. In te genstelling tot de reeks voorma lige Sovjetrepublieken die ook op die dag ook in New York acte de présence geven, deed San Marino haar intrede na een on afhankelijkheid van ruim ander half millenium. De smalle straatjes van het 'centro storico', waarvan de meeste een hellingpercentage van meer dan 30 procent heb ben, zijn opgesierd met blauw witte vlaggen. Alle gebouwen en huizen in het oude centrum van de stadstaat zijn tot in detail ge restaureerd, geen steen ligt ver keerd. Pleintjes, zitjes, bloem bakken, alles getuigt van een Zwitsers aandoende precisie en properheid. Op de lange verde digingsmuur met kantelen in de vorm van een 'M', is het rustig. Toeristen zijn er nauwelijks, de meeste van de honderden sou venirwinkels zijn nog gesloten. Het uitzicht is adembenemend. Aan de westkant strekken zich de Apenijnse heuvelen uit; aan de oostkant ligt het vlakke land van Rimini en daar achter de Adriatische Zee. Opgewonden In het kleine 17e-eeuwse Palazzo Begni, waar de drie be langrijkste ministeries van de republiek binnenlandse en buitenlandse zaken plus finan ciën zijn ondergebracht, heerst een vrolijk opgewonden stemming. Het heeft iets van een schoolklas die voor het eerst op reis gaat. Secretaresses rennen door de smalle gangen. Koortsachtig wordt het pro gramma herhaald van die 2e Minister van financiën Clelio Galassi was het stralende mid delpunt. Om zeven uur 's mor gens was hij in Rome in de tele visiestudio's van de Rai om de Italiaanse broeders uit te leggen wat San Marino die dag was overkomen. Galassi geniet. „Ja ik ben reuzetrots. Een proces dat zes jaar geleden in gang werd gezet, krijgt zijn bekro ning. Het VN-lidmaatschap vormt de erkenning van San Marino's lange onafhankelijke bestaan, maar ook van onze in spanningen in de verschillende internationale organisaties". Galassi roept trots in herinne ring hoe zijn republiek tijdens de laatste CVSE-conferentie in Parijs een volle dag het voorzit terschap bekleedde. Maar breekt San Marino zo niet met haar befaamde neutraliteit? Verscheidene inwoners, onder anderen de groenteboer hier naast, willen niet dat een einde komt aan de 'splendid isola tion'. Galassi wuift dit weg. „Onze neutraliteit blijft gewaar borgd. Ook de Sammarinesi we ten dat de wereld de afgelopen jaren is veranderd en dat een bijstelling van de buitenlandse politiek noodzakelijk is. Ons vi sitekaartje is een periode van 1600 jaar vrijheid, onafhanke- lijkheid en democratie. We zijn klein, maar kunnen een belang rijke morele bijdrage leveren Legende Wanneer de geschiedenis ter sprake komt, bedienen de Sam- marinese politici zich net als hun Italiaanse collega's van veel retoriek en pathos, maar ze hebben enig recht van spreken. Volgens de zorgvuldig geculti veerde legende ontstond San Marino in de vierde eeuw na Christus toen de christelijke steenhouwer Marino zich op de Titanoberg installeerde om te ontkomen aan vervolging door de Romeinse keizer Diocleta- nus. Marino, afkomstig van het Dalmatische eiland Arbe, sticht te een van de eerste christenge meenschappen op het Italiaan se schiereiland. De door San Marino geprakti seerde politiek werd bepaald door het nog steeds gevleugelde gezegde 'bekend aan ons, maar onbekend aan de anderen'. Het door Marino nagelaten onaf hankelijkheidsbesef moest ech ter snel met andere middelen worden verdedigd. In de negen de eeuw werd begonnen met de fortificatie en in de elfde eeuw werd San Marino een stadstaat met eigen statuten. De repu bliek stond onder leiding van een groep regenten, die voort kwam uit een raad van familie hoofden, de wetgevende 'Aren- go'. Vandaag wordt met niet weinig chauvenisme onder streept dat San Marino, in te genstelling tot de andere Itali aanse stadstaten die onder lei ding stonden van e'e'n machti ge familie, een zeker democra tisch bestuur kende. San Marino wist de turbulente middeleeuwen te overleven. Haar milities en boogschutters die nog steeds op feestdagen aantreden vochten met of te gen de machtige pauselijke staat, die de republiek geheel omsloot. Napoleon Bonaparte liet San Marino tijdens zijn Itali aanse veldtocht met rust en noemde haar 'een voorbeeld van vrijheid'. In de vorige eeuw handhaafde San Marino haarneutraliteit, ook toen de Italiaanse staat werd gevormd, hetgeen ten kos te ging van de pauselijke staat. De Italiaanse volksheld Garbal- di, gezworen vijand van de paus, kreeg samen met zijn 2000 manschappen onderdak in San Marino. Dankzij Frans in grijpen kon een oorlog worden voorkomen met de pauselijke staat, die San Marino be schouwde als een 'broeinest van liberalen'. San Marino was ook neutraal in de twee wereld oorlogen. In de laatste oorlog, zoals de Sammarinesi graag vertellen, vonden 100.000 Itali aanse vluchtelingen, achtmaal het aantal inwoners, hun toe vlucht op de Titano-berg. Communisten San Marino koestert haar verle den en eeuwenoude tradities, maar heeft ook een opvallend bruisend politiek leven. In het statige Palazzo del Governo, on der het toeziend oog van de va der des vaderlands, lopen de discussies hoog op. Ondanks al le euforie over het VN-lidmaat- schap, moet ook een regerings crisis worden opgelost. De de batten, die in elke bar te beluis teren zijn, staan, net als in Italië, in het teken van staatkundige hervormingen en het terug brengen van de moraal in de politiek. De recente politiek van San Ma rino lijkt veel op die van Italië, maar er is één groot verschil: de Communistische Partij (PCI) is veelvuldig aan de macht ge weest. In de Koude Oorlog, van 1945 tot 1957, was San Marino de enige staat in het westen met een volstrekt rode regering. De PCI in San Marino, die in 1990, een jaar eerder dan haar Itali aanse zuster, het communisme afzwoer, sluit dezer dagen een regeringsperiode af die begon in 1978. De laatste drie jaar was de coalitiepartner zelfs de christen democratische partij, een 'his torisch compromis' dat in Italië nooit kon worden gerealiseerd. Kiesstelsel Reves Sal va tori, een jonge verte genwoordiger van de tot Partij van Democratisch Links (PDS) omgedoopte, voormalige PCI, zegt dat de laatste jaren de poli tieke partijen in San Marino op permachtig zijn geworden. „Ze hebben zich genesteld in alle» overheidsdiensten. Net als in Italië bepalen de partijsecreta rissen de politiek. Ook hier zou den hervormingen geen kwaad kunnen. Het kiesstelsel is ver ouderd. Iedere burger mag 6 voorkeursstemmen uitbrengen, wat corruptie in de hand werkt. Bovendien bevinden zich 6000 stemgerechtigde Sammarinesi (tegen 11.000 in de republiek zelf) in het buitenland. Zij mo gen op kosten van de staat naar San Marino komen om te stem men. Dat kost veel geld. maar schaadt ook de democratie „We hebben hier altijd te ma ken gehad met een spanning tussen traditie en progressie zegt Salvatori. Ons 60 zetels lel lende parlement functioneert niet echt goed omdat de 10 mi nisters parlementariër blijven en mogen stemmen. Ook heb ben iie regenten een dubbele functie: zij zijn staatshoofd maar ook leiders van de rege ring. Zij worden om het half jaar, op 1 april en 1 oktober met groot ceremonieel vertoon gekozen uit de leden van de regeringspartijen. Dit heeft wel een opvallend effect: een groot aantal Sammarinese politici is staatshoofd geweest Reves Salvatori heeft dit ook mogen beleven. Glunderend: „Op 26-jarige leeftijd viel mij al le eerbetoon ten deel en had ik een limousine met chauffeur tot mijn beschikking. Dit terwijl ik nog bij mijn ouders thuis woon de...". Welvaart Ondanks de democratische ge breken heeft San Marino zich de afgelopen decennia ontwik keld van een arm landje tot een welvaartsstaat naar NoOtdttlIO* pees model. In tegenstelling lot Italië functioneren de over heidsdiensten perfect. De eco nomie floreert en overheidste korten zijn een onbekend feno meen. Werkloosheid bestaat niet. De republiek heeft een veelheid aan industriële en agrarische activiteiten, en een toeristensector die veel geld (circa 35 procent) in het laatje brengt. Het belastingklimaat is relatief gunstig, maar niet zo dat de halve wereld zijn geld naar de republiek brengt. De banken zijn op de vingers van één hand te tellen. Akkoorden met de EG behoeden San Marino in feite voor een al te frivole ontwikke ling. San Marino is klein, netjes en on-italiaans goed georgani seerd. De 23.000 Sammarinesi benadrukken dat dit te danken is aan het kleinschalige. „Een Italiaan functioneert goed als hij zijn staat kan overzien. Italië is een chaos omdat de bevolking geen 'feeling' heeft met de na tionale staat', zegt meneer Giar- di, eigenaar van het hotel Excel sior. Hij is trots op zijn land, maar hekelt de politieke gebrui ken. .Alles is gebaseerd op vriendjespolitiek en elkaar de bal toespelen. Ik zit al 5 jaar te wachten op een vergunning voor de bouw van een nieuw hotel, maar ik krijg haar niet omdat ik weiger het achterwerk van de politici te likken". 'Staatsgreep' Volgens Giardi is het leven in San Marino goed. maar zouden initiatieven om het niveau van het toonsme op te krikken geen kwaad kunnen. „San Marino wordt 's zomers overstroomd door 3 miljoen dagjesmensen In de Italiaanse regio Emilia Romagna, op een steenworp afstand van de drukke Adri atische badplaatsen Rimini en Ricdone, ligt de repu bliek San Marino. Op de 750 meter hoge bergkam Titano genieten de 'Sammarinesi' al vanaf de derde eeuw na t hrisiiis ivn als hrilig om schreven onafhankelijkheid. De ontelbare oorlogen, de strijd tussen kerkelijke en wereldlijke macht en de op komst van de nationale sta ten, hebben de republiek niet uit evenwicht weten te brengen. Het pas verkregen lidmaatschap van de Vere nigde Naties wordt gezien als een mondiale erkenning van San Marino's lange soe vereine bestaan. „De wereld is de afgelopen 10 jaar ver anderd en San Marino kan met haar lange ervaring een bijdrage leveren aan duur zame vrede en veiligheid zeggen de bestuurders van de republiek. Een portret van een eigenzinnig staatje, Italiaanser dan Italië, maar ook in staat tot relativeren: „Zeg nou zelf, welke provin ciestad droomt niet van een wedstrijd tegen Nederland in lut kader hM WK> voetbal?" die gefixeerd zijn op souvenirs en postzegels. We hebben geen enkele .ittr.u tie van allure San Marino had één casino, maar dat moest in 1957 sluiten. Italië wilde niet dat de Italianen bij ons kwamen gokken I cara binieri' begonnen een nauwge zette controle op de loegangs weg naar San Marino waardoor er niemand meer kwam Hel was eigenlijk een staatsgreep de christendemocraten van San Marino speelden onder eén hoedje met die van Italië en dwongen de communistische regering tot aftreden. Het is de ernstigste inmenging in onze binnenlandse aangelegenheden geweest na de Tweede Wereld oorlog". Zijn kritici ver wijten hem' een veel te clichéma tige aanpak. Maar z'n trouwe lezers kopen de rechercheur De Cock en diens compaan Vled- der als warme broodjes, juist vanwege de gro te herkenbaar heid. En Appie Baantjer? Die blijft ondanks de gigantische ver koopsuccessen van zijn boeken zichzelf. Ook nu hij drukproeven van 'DeKok and murder on the menu' thuis heeft. Want de meest uitgeleen de schrijver van Nederland gaat overzee. Een Amerikaanse uitgever heeft grote interesse in de recht-toe- recht-aan verha len over het Am sterdamse milieu. Dat wordt straks le zingen geven voor Hollandse clubs. En dat ter wijl hij het vol gend jaar, als hij 70 wordt, een stuk rustiger aan wil doen. Vorig jaar werden zo'n 700.000 'Baantjers' uitgeleend heeft. Ik bedoel maar. zó worden die boeken gelezen!" Bonbons Hij vertelt van een mevrouw die hem eens een doosje bon bons in de hand drukte. Zonder zijn hoek te kopen overi gens. „Haar moeder, die met kanker in het ziekenhuis lag. had een boekje over De Cock gekregen. Ze vond het zo prachtig dat ze ook de andere titels wilde hchben. Pas als ze alles had gelezen, wilde ze sterven. En zo gebeurde het ook". Oud-rechercheur Appie Baantjer (geen pseudoniem), die 28 jaar verbonden was aan het roemruchte Amsterdamse bureau Warmoesstraat, schrijft elk jaar twee boeken. Voor elk boek trekt hij drie maanden uit Daarna volgen evenzo- vele maanden nist. Drie maanden op. drie maanden af, en dat al negen jaar lang met een ijzeren regelmaat. „Ik sta elke dag om zes uur op en loop vervolgens anderhalf uur met Droes, onze Duitse herder Dan orden ik het toneel van m'n hersens. Per ochtend schrijf ik drie tot vijf pagina's. Ik denk nooit in schema's, een plot of een begin heb ik nooit vantevoren. Ik leg ergens een lijk neer en daar schrijf ik een verhaal omheen. Het is net zoals met de foto op de omslag. Er wordt ergens van mij een kiek gemaakt en later bedenk ik daar een situatie bij die er op lijkt". Bang dat z'n informatiestroom zal opdrogen, Is hij niet. Daarv oor is hij ook nog te veel bij het gebeuren betrokken. Nog elke week ontvangt hij dagapporten van z'n oude bu reau. Daaruit kan hi) opmaken dat de criminaliteit harder is geworden. „Die liquidaties op grote schaal van de laatste tijd had je vroeger niet. Dat neemt niet weg. dat er ook toen wel eens hendeleden terecht werden gesteld. In de onder wereld zijn door de eeuwen heen altijd doodvonnissen uit gesproken en uitgevoerd" Hij blijft de actualiteit op de voet volgen. Maar Baantjer kan niet de garantie geven dat De Cock in een van de volgende delen met een Ghana-connection te maken krijgt. „Ik kijk wel uit zeg. Mijn hoeken zijn weliswaar fictie, maar voor sommigen wordt fictie wel eens werkelijkheid. En je weet hoe koelbloedig ze in het drogswereldjc zijn. Ik ben niet bang. maar je weet nooit hoe zo'n verhaal wordt opgevat. Vooralsnog heb ik stof genoeg. Binnenkort beschrijf ik in 'Kogels voor een bruid', een schat van een verhaal, de moord op een Tsjechische stouw Het gaat om iemand die betrokken is bij een schijnhuwelijk In zijn boeken zijn tot dusver (het was onlangs zelfs een Vlaag 10 een tv kwis) welgeteld 87 li|ken geteld I i|krn die bij de lezers geen gruwelijke beelden oproepen, want de Amsterdamse auteur houdt van een cleane aanpak Want: „Het leven is al triest genoeg. Dat zeg ik ook alti|d tijdens lezingen voor plattelandsvrouwen en dergelijke Ik zorg er dan voor om de mensen aan het lachen te krijgen. Wat koop je ervoor om twee out lang VHM htfldoi lui- AÉ 0 te vertellen?" Vorig jaar jaar werden 700.000 'Baant)ers' bij de bibliothe ken uitgeleend, goed voor een maximale uitkering van tien mille uit het boekenuitleenfonds van het ministerie van wvc. Zonder die limiet zou Appie Baantjer 1 t miljoen gul den hebben gekregen... Daarnaast gingen alleen verleden jaar al 267.000 boeken van hem over de toonbank. „Ik heb in m'n contract staan dat alle I m k s uit voomiad lever baar moeten zijn. Nieuwe lezers moeten alle titels kunnen aanschaffen. Inderdaad, een bijzondere clausule, maar de uitgeverij vaart er natuurlijk ook wel bij". Vol trots zegt hij dat hij op een stevige eerste plaats staat in de top 200 van de bajes-bibliotheken. negen plaatsen voor de bijbel. In sappig Mokums: „Mijn boeken worden in de gevangenis gevreten. Toen ik nog als rechercheur in de Warmoesstraat werkte, bracht een collega eens een straat- diefje binnen. Vraagt die jongen opeens of meneer finant|«T hier ook werkt. Ja, dus. En of hij me even mag spreken. Ver telt-ie dat hij een maand eerder met een delegatie van ge vangenen bij de directeur van de Bijlmerbajes op de stoep had gestaan met de klacht dat er te weinig Baantjers in de bibliotheek stonden De oud-politieman scoort hoog in het milieu Er worden. Tl hij, regelmatig boeken van hem bij de boekhandel ge- zegt hij stolen i haald. Gniffelend: „Ik doe een tientje op de /wartr n Ofschoon hi) langzamerhand tot VIP hoogte is grstcgcn. geniet Appie Baantjer meer van het geldeli|k gewin <ian van de bijbehorende glitter, „lob. je wordt soms door de meest vreemde mensen aangesproken. Laatst vroeg ik in bet don ker iemand de weg. Die man legt alles netjes uit en zegt tot slof: 'Nog een prettige lezing, meneer Baantjer Tja. ge „God zal u zegenen". De entree is verrassend en verwar rend tegelijk. De schrijver op de reli-toer? De veronderstel ling wordt met een gulle lach beantwoord. „Nee hoor, maar ook al geloof je niet, dit wens je toch iedereen toe. Ik ben bevriend met Alida Boshardt, je weet wel, die majoor van het Leger des Heils. Ze schrijft af en toe een boekje. En dan voorziet ze mijn exemplaar steeds van deze tekst". Appie Baantjer. Hij oogt als een verstrooide professor. Witte haardos 'coupe alles-door-mekaar', ondeugende, alerte ogen achter een moderne bril, licht welvaartsbuikje, geiten wollen sokken aan de voeten die hij achteloos op de tafel rand parkeert. IJdel, heel ijdel zelfs. lx)opt met de beant woording soms twee, drie vragen achter. Is bovenal niet kwaad te krijgen. Ook al is de kritiek op zijn boeken vanuit literaire kringen verre van mals. „Hier, dit stuurde iemand me onlangs op. Een stukje waar in Willem Wilmink werk van mij met dat van Van der Heij den vergelijkt. Oh, komt dat uit jullie krant? Wat toevallig. Enfin, die Wilmink heeft gelijk. Natuurlijk schrijf ik geen li teratuur. dat pretendeer ik ook niet. Ik schrijf lectuur. Mooi toch. Ik vind net prachtig als gerenommeerde schrijvers daarop reageren. Het is leesvoer wat ik maak, en niks an ders. Heerlijk toch om de mensen een paar fijne leesuurtjes te geven. Om ze even uit de dagelijkse sleur te halen". Voegt er als gratis toegift nog een andere vergelijking aan toe: „De mensen kopen voor zestien, zeventien gulden een boek van mij. Voor datzelfde geld kun je ook een prima fles wijn krijgen. Het vleit me enorm dat zoveel kopers dan toch voor Baantjer kiezen De band met z'n honderdduizenden lezers is. zegt Baantjer, heel intensief. De postbode loopt dagelijks de deur plat met fanmail. 'Appie live' is voor veel mensen een grote beleve nis. Komt hij ergens z'n boeken signeren, dan loopt het ge garandeerd storm. „Vroeger ging iemand dank zij mijn handtekenjng op een proces-verbaal achter slot en grendel, nu maak ik mensen blij met diezelfde krabbel. Tja, het kan verkeren. Tijdens die sessies blijkt dat mijn lezers vooral de herkenbaarheid van de boeken zeer waarderen. Onlangs nog kwam iemand naar me toe om te zeggen dat hij m n laatste boek maar niks vond. De Cock had maar één keer ruzie gemaakt met de hoofdcommissaris, terwijl hij in alle andere boeken minimaal twee keer bonje met de leiding Apple Baantjer.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 13