'Een prachtige dag voor een moord' De genezende werking van kapitein Haddock Cultuur Kunst DONDERDAG 15 MEI 1992 FBI, Nixon en mafia betrokken bij uit de weg mimen Kennedy Net als in Oliver Stones geruchtmakende film 'JFK' vormt de moord op de Amerikaanse president John F. Kennedy het kernthema van het boek 'Dubbelspel'. Het verhaal komt er in het kort op neer dat de mafia door het kopen van stemmen en door intimidatie Kennedy hielp om in het Witte Huis te komen. Maar toen hij als presi dent niet voldoende 'dankbaarheid' toonde integen deel, hij speelde in mafia-ogen dubbelspel door zijn ver beten broer Bobby als minister van justitie op het spoor van de georganiseerde misdaad te zetten werd hij met behulp van de CIA door diezelfde mafia om het leven ge bracht Dat gebeurde later ook met Bob Kennedy. Geheel in de stijf van de zogenaamde Outfit wer den deze executies door weinig opvallende figuren uitgevoerd, zodat het spoor naar de eigen lijke moordenaars gemakkelijk kon worden verdoezeld. Dat alles wordt dus betoogd in het uiteraard Amerikaanse boek Double Cross'. Volgens dit boek zou de opdracht tot de moord op de president zijn ge geven door Sam 'Mooney' Giancana, die met straffe hand de mafia (de Mob) in Chicago leidde. Bij ons wellicht wat min der bekend dan de eens legen darische Al Capone, maar daar om nog niet minder machtig. Zijn misdadige organisatie zou connecties hebben gehad over de gehele wereld, tal van ver maarde artiesten (onder wie Sammy Davis jr. Frank Sinatra en Marilyn Monroe) in het za del hebben geholpen en met maar liefst zeven Amerikaan se presidenten een intensieve relatie hebben onderhouden. Het is allemaal te vinden in het relaas dat werd opgetekend uit de mond van Mooneys broer Chuck Giancara. Deze Chuck schetst in het verhaal allereerst de schamele omstandigheden waaronder de Italiaanse emi granten in Amerika moesten le ven. Die vormden een vrucht bare voedingsbodem voor cri minele praktijken, die allengs meer en meer werden georgani seerd en gestructureerd. De el kaar op leven en dood bestrij dende benden werden alsmaar omvangrijker, belangrijker en gruwelijker. Stigma In dat decor van een eindeloze keten van moorden en marte lingen groeide de macht van Mooney. die aanvankelijk al die executies zelf uitvoerde, maar al doende zo hoog op de ladder van de Outfit klom dat hij ten slotte maar even met de ogen hoefde te knipperen om weer een moord te bewerkstelligen. Niemand durfde deze mee dogenloze Mooney te weer staan. Ook zijn familieleden niet. Integendeel, die werden bijna nog erger dan de bendele den door Mooney getiran niseerd. Iedereen, behalve Chuck. Die houdt in het boek voortdurend staande dat Moon ey hem als lievelingsbroer altijd 'schoon' heeft willen en kunnen houden. Chuck wil niet ontken nen dat hij relaties onderhield met de Mob, maar maakte er volgens zijn zeggen nooit deel Hij heeft het dan ook altijd als een enorme onrechtvaardigheid ervaren, dat de publieke opinie en de FBI hem als de welvaren de ('op eigen kracht') broer van de beruchte Mooney het leven niet gewoon zuur maar onmo gelijk hebben gemaakt. Hem en zijn kinderen werd ook het gangstersstigma opgeplakt. En dat terwijl Mooney hem altijd ver van zijn misdadige monster praktijken hield. Tweede hand Tk haat niets zo erg als beschul digd te worden van iets dat ik niet heb gedaan. Het is niet eer lijk', klaagt Chuck in het boek. Maar het feit, dat Chuck geen deel uitmaakte van Mooneys misdaad betekent ook dat hij die praktijken niet uit eigen er varing kan weergeven. Hij kan alleen laten optekenen wat Mooney en anderen hebben verteld tijdens min of meer ver trouwelijke momenten. Het Lee Harvey Oswald wordt vermoord door nachtclubeigenaar Jack Ruby. Uit het relaas v trokken waren bij de moord op Kennedy. blijft dus informatie uit de twee de hand. Toen Chuck vroeg waarom Mooney Richard Nixon, 'toch al jaren de favoriet van de Outfit' niet steunde, maar John F. Ken nedy, gaf de gangster volgens Chuck als antwoord: 'Omdat Jack Kennedy met mij meegaat. Hij heeft me een paar grote be loften gedaan. Ik heb Nixon niet zó in mijn zak als ik Kennedy zal hebben. Een heleboel bazen hebben Nixon voor een deel in bezit. We delen de invloed met elkaar. Jack zal helemaal van mij zijn'. Om even later in het zelfde gesprek te zeggen: 'Chuck, jij houdt er van een zaak te leiden. En ik? Ik wil graag het gehele land leiden'. Eenvoudig Mooney vertelde Chuck ook dat de moord op Kennedy in Dallas vele maanden van voorberei ding had gekost. Dat er tiental len mannen bij betrokken wa ren. En dat de moord voor meer dan één stad was gepland: Mia mi. Chicago, Los Angeles en Dallas. Maar uiteindelijk was de president naar Dallas gelokt, de stad met de grootste mogelijk heid voor een 'succesvolle' af loop. Mooney voegde er nog aan toe dat 'zowel Richard Nixon als Lyndon Johnson van de hele zaak op de hoogte wa ren'. De politici en de CIA had den het volgens Mooney heel eenvoudig gemaakt. 'We zou den allemaal mannen voor de moord beschikbaar stellen. Ik zou het toezicht hebben op de Outfitkant van de onderneming, Jack Ruby erbij halen en voor extra ondersteuning zorgen. De CIA zou eigen gasten aanwijzen om voor de rest te zorgen'. Mooney zou precies hebben verteld waar en door wie de fa tale schoten werden gelost. De CIA zou eigen 'soldaten' aan het moordteam hebben toege voegd. 'En we behoefden ons deze keer zelfs niet eens zorgen te maken om J. Edgar Hoover. Hij haatte de Kennedy's net zo grondig als ieder ander en hij was niet van plan Bobby te hel pen bij het vinden van de moor denaars van zijn broer. Hij stop te zijn hoofd in het zand en stopte alles wat zijn padvinders vonden in de doofpot'. Prachtige nacht "Wie wind zaait, zal storm oog sten' uiteindelijk kwam ook Mooney door moordenaars hand om het leven. Met zijn dood begint het boek. Die eer ste zinnen zijn meteen teke nend voor de toonzetting van het verbluffende verhaal dat volgens de inleiding 'boeiend moest zijn zonder de histori sche nauwgezetheid uit het oog te verliezen'. Dus begint Double Cross als volgt: 'Alles was in orde. Het was een prachtige nacht voor een moord. Boven de ruisende bo men in Oak Park. een voorstad van Chicago, werd de lucht zo nu en dan verlicht door het licht van de bliksem. In de verte blaf te een hond. Het geluid van voetstappen van de moorde naar werd overstemd door kre kels en zacht zoemende aircon ditioners. Heimelijk zocht hij zijn weg langs de bescheiden bungalow en de trap naar de kelder. De druk van het .22 pistool tegen zijn middel herin nerde hem aan de voor hem lig gende taak. Hij had niets te vre zen, niets te verbergen. Zijn aanstaande slachtoffer en hij waren immers vrienden'. belbiografie. Uitg. Balans, 29,90. In 'Hergé/Kuifje - Een dubbel biografie' schrijft Harry Thomp son over de saaie jeugd van Ge orges Remi (1907-1983). Onder de naam Hergé werd hij als striptekenaar wereldberoemd door zijn stripfiguur Kuifje. 'Waaruit bestaat toch de aan trekkingskracht van een jonge man met een kapsel uit de jaren dertig?', vraagt Harry Thomp son zich af in zijn dubbelbiogra fie over Hergé en zijn schepping Kuifje. Thompson geeft een heleboel verklaringen. Als Kuifje-liefheb ber geloof ik dat al die verklarin gen een grond van waarheid hebben, maar ik bedenk tegelij kertijd dat ze geen van alle ant woord geven op de vraag naar de geliefdheid van Kuifje zelf. Hoe is het mogelijk dat in de loop der tijd zo n 150 miljoen Kuifje-albums zijn verkocht, en dat kennelijk zoveel mensen hun hart verpand hebben aan een personage dat zó opper vlakkig, of liever zó transparant is als Kuifje? En om het per soonlijk te houden, hoe bestaat het dat ik zelf-tot die miljoenen behoor? Dat het niet bestaat, dat ik hele maal niet idolaat ben van Kuif je, weet ik eigenlijk pas sinds ik het boek van Thompson gele zen heb. En ik weet nu ook wat ik onbewust allang moet heb ben geweten: ik ben het ook nooit geweest. Kuifje heb ik hooguit altijd sym pathiek gevonden. Maar het is tets anders dat van mij een Kuifje-liefhebber heeft gemaakt. Mijn eerste Kuifje-album kreeg ik in de zomer van 1970. Ik was bijna negen jaar, had geelzucht en lag tussen half juni en half augustus ziek en doodmoe op bed. Toch was het. ondanks de - v, <8*7*,, v CASTVR man'^vJ Van links naar rechts vluchtend: Bobby, Kuifje, professor Zonnebloem en kapitein Haddock. glazen karnemelk die ik dage lijks moest drinken ('word je sneller beter van') een heerlijke zomer omdat ik door iedereen vertroeteld en verwend werd. Tot de belangrijkste verwenne rijen behoorden boeken, en een van die boeken was het Kuifje album 'De schat van scharlaken Rackham'. Ik ben er een verwoed Kuifje lezer door geworden, tenminste als je het jaarlijks herlezen van een stuk of acht Kuifjes een ver woede bezigheid mag Wie het verhaal voor m toppunt van verrukking maakte, was degene die in 'De schat van scharlaken Rackham' op blad zijde twee komt opdraven. Hij draaft niet zo maar op. Hij beent driest over straat met een krant voor zijn hoofd, ondertus sen 'Donderen bliksem!!!... Dui zend bommen en granaten!' toepend, en hij knalt zeven te keningen later met ziin kop té gen een reclamezuil, waarop staat aangeplakt: 'Het nieuws van 'Het Laatste Bericht' is tref fend nieuws'. Voor wie het nog niet wist: ik heb het over Kapi tein Haddock, die figuur die het lezen en herlezen van ieder Kuifje waarin hij voorkomt, tot een onverminderd plezier maakt. Pas na het lezen van Thompsons dubbelbiografie be grijp ik waarom Hergé hem. te reent, blijvend zo n vooraan staande plaats in de avonturen van Kuifje liet innemen. Thompson: 'Voor de oorlog wós Hergé Kuifje. Kuifje was een middel om zijn fantasiëen (en die van elke andere jongen) ge stalte te geven. Na de oorlog be gon Hergé zich in toenemende mate met Kapitein Haddock te identificeren." Ik denk dat er maar weinigen zijn, die zullen bestrijden dat Hergé juist door het uitbouwen van het karakter van Haddock (en in mindere mate van Zon nebloem) meesterwerken is gaan maken. Hergé vereenzel vigde zich met Haddock, maar wat is er zo kenmerkend en grappig aan de kapitein, die Kuifjes beste vriend zou wor den? Behalve de komische ab surdheid van zijn onuitputtelijk scheldvocabulaire en zijn niet aflatende zucht naar sterke drank, is dat waarschijnlijk zijn don quichotterie. zijn goedaar dige opvliegendheid, zijn door leefdheid, kortom zijn menselijk tekort in al zijn tragi-komische aspecten. Het zijn die herkenbare, men selijke trekken, die van Had dock een troostrijk personage maken. Zelfs voor een negenja rige, en zeker voor een negenja rige die ziek op bed ligt en een sterke behoefte heeft aan aflei ding en medelijden. In de Kuif jes komen de exotische avontu ren en de deugdzaamheid van de jonge held tegemoet aan de behoefte aan afleiding en is Haddock degene die de behoef te aan medelijden bevredigt. Van dat laatste ben ik zozeer overtuigd dat ik me zelfs afvraag of ik ooit van Hergés stripboe ken was gaan houden als ik 'De schal van scharlaken Rackham' had gekregen op een moment dat ik kerngezond was geweest. De Kuifjes Behoren namelijk tot het soort horken d.il ik Iers als ik ziek ben. En écht. ze helpen! Zr rijn ymaÉnn hdg, nto de Kuifjes, zeker Haddock. Maar wat precies Haddocks werkza me bestanddeel is. weet ik niet. Misschien dit dat Haddock zelf met ieder nieuw avontuur in een toestand geraakt, dh Je all ziek-zijn zou kunnen omschrij ven. Haddock voelt zich eigen lijk alleen gezond als hij in kal me rust ziin dagen mag slijten op Molensloot, met zijn kat, zijn trouwe butler Nestor, zijn dage lijkse wandeling en zijn min stens drie maal daags in te ne men glas whisky. Aan het begin van ieder nieuw avontuur wordt dat even wicht rrstoord. terwijl aan het eind van zo'n angstwekkend en bloeddrukverhogend verhaal Weer een tijdlang uitzicht wordt geboden op die rust. Het is een toestand waarnaar je zelf ver langt als je ziek bent. Mogelijk gaat er daarom een soort ho meopathische werking uit van de Kuifje-verhalen waarin Had dock acteert. Eelt op de ziel Jevgeni Anateljevitsj Popov (1946) werd in 1979 uit de Schrijversbond van Rusland ge zet. Dat gebeurde omdat hij sa men met auteurs als Vasili Aks- jonov, Andrej Bitov en Viktor Jerofejev de almanak Metropool via de 'samizdat' (de onder grondse pers) in .Amerika had laten verschijnen (waar in 1981 ook zijn eerste verhalenbundel verscheen). In 1980 trad Popov toe tot de onofficiële RussNche 'club van hellenisten' en sinds 1989 mogen zijn verhalen in Rusland worden uitgegeven. Bovenstaande korte geschie denis van Popov lijkt typerend voor elke Russische schrijver die ondanks de censuur zijn hart laat spreken, of datgene bloot legt wat misschien wel de ziel van de patriot genoemd kan worden. Popov schrijft in dit boek brieven aan een denkbeeldige Ferfitsjkin. Uit deze brieven, ge dateerd van 25 oktober 1982 tot 31 december 1982. leren wij Popov kennen via zijn associa tief aaneengeschreven teksten die de flarden vormen van een familiekroniek, waarin Tsaren dom, oorlog en Stalinterreur elk individu hebben gemaakt tot de Rus met eelt op zijn ziel. Een ziel waaruit, volgegoten met bier, wijn of wodka het gevoel hoog oplaait in verhalen, anek dotes of melancholische liede- De inhoud van de brieven kabbelt voort, gaat gedachten- loos over van de ene bladzijde in de andere. Stilistisch zijn de ze brieven niet bijzonder. Be paalde 'modernistische' zinnen, tekeningen of brieffragmenten komen mij als Nederlandse lezer zelfs wat gedateerd voor. Toch heeft Popov bewust voor deze vrije, associatieve stijl gekozen, omdat hij daarmee wil aantonen hoe beperkt tegelij kertijd die 'vrijheid' is als je je ziel wil uitspreken. Hij wil, zoals hij het in een brief van 2 no vember 1982 aan Ferfitsjkin schrijft, 'de ywig mshsn md de mij vertrouwde wereld van het korte droefgeestige proza naar de vrije ruimte van het vaag, vrijblijvend, eigenmachtig ouwehoeren. Weg met het ge zwoeg en de zorgvuldige woordkeus!' Het boek laat de familiever tellingen voor wat ze zijn als Brezjnev op 10 november 1982 overlijdt. Dan is plotseling het heden geschiedenis. Popov maakt wandelingen door Mos kou en tekent op wat er op straat en in de kroegen gebeurt Ook in deze brieven, die indrin gender zijn dan die uit de eerste helft van het boek. associeert Popov er aan de hand van 'plek ken' lustig op los. Zo hoort de lezer ook iets over het leven van Popov, aan wie tot twee keer toe de toegang tot de letterenfacul teit werd geweigerd. Juist in de tegenstelling van verleden en heden, in de be schrijving van DE geschiedenis ligt de kr.i< lit van dit boek. Popov hoeft alleen maar op te schrijven wat er NU gebeurt, maar het menselijk geheugen haalt vreemde streken uit: 'F.r zijn pas tien dagen voorbij en ik vergis me al in het belangrijk ste... Het was niet de 10de dat ze zijn dood (die van Brezjnev, N.K.) bekendmaakten, maar de volgende dag. de 11de dus Al het bovenbeschrevene is echt gebeurd, maar het gebeurde de 11de Deze brieven hebben geen bijzondere indruk op mij ge maakt. De mooiste fragmenten bestaan uit wat Popov zelf 'het korte droefgeestige proza' noemt. De sprongen die de schrijver maakt komen te onge controleerd over. Zo zie je maar hoe bedrieglijk vrijheid kan zijn NICO KEUNING Droogkloten Als literatuur een sumblicroe vorm van imilMIHml tv /«'.lis Ton Anbeek, hooeleraar moder ne Nederlandse letterkunde te Leiden beweert, dan zou de lite ratuurwetenschap daar eigenlijk even subliem 'infotainment' bij moeten leVOIOD I Mitt dU 0 beurt zelden. De wetenschap beweegt zich immers op een terrein en drukt :u h bi| na per definitie uit in een idioom dat nauwelijks te verte ren is voor leken die ook wel eens een boek lezen. Amusementswaarde heeft de literatuurwetenschap niet, al kan dat met nd worden vftj de bundel ideologische artike len die enige tijd geleden onder de redactie van Van Alphen en Maaike Meijer verscheen. Dat boek groeide door opname van enkele stukken die geschreven werden onder het mombakkes van wetenschapsbedrijverij uit tot één van de meest belachelij ke vormen van geestverdnjverij De literatuurwetenschap heeft vele gezichten, ook het clow neske van drenzende kleuters die er een feministische moraal op na houden. Van meer auitte aard bi 'ik is anders' waarin een aantal ar tikelen van Leidse geleerden over de autobiografie in ver schillende culturen is opgeno men. De bundel staat weliswaar bol van de goede bedoelingen, maar de wetenschappelijke uit komsten ervan hebben ook hier weer de bewijskracht van con stateringen als: Sinterklaas be staat omdat hij elk jaar in Hoorn met de boot aankomt en Piet Romer de hoofdpiet speelt Van de bewering dat het genre onder invloed van de context waarin het beoefend wordt al tijd en dus met de geschiedenis mee verandert, hoor je niet op, want je oude moer had het ook kunnen verzinnen. En van uitspraak dat 'De vermenging van fictie en werkelijkheid, zo wel in vorm als inhoud even zeer een algemeen verschijnsel' is. lig je ook niet echt wakker. In Tk is anders' inderdaad, maar hoe kom je er op? staat geen enkele bijdrage die met verve is geschreven, geen enkel stuk waar het enthousiasme of de bevlogenheid vanaf spetten Integendeel, het is een en al plichtmatigheid en degelijkheid en hoewel dat af en toe garant staat voor interessante informa tie betreffende een boek of een auteur, is de bundel voor leken eigenlijk niet te pruimen. De opgenomen artikelen zijn u eenvormig bijna elke bijdra ge begint met een citaat uit het te behandelende werk zo saai en dus geestdodend, zo weinig origineel qua stofkeuze, dat ze de betiteling ess.u tb soluut niet verdienen. Dai Mon taigne 'het liever niet staande doet. of na het eten' is zo'n beetje het leukste dat we in dit boek voorgeschoteld krijgen. Waarom is de literatuurwe tenschap toch zo droogkloterig en humorloos7 Zuig tot h et een puntje aan Montaigne, steek Mario Praz naar de kroon, wandel mee met Walter Benja min of schrijf MM n is .1,-rgr lijks als 'Boswells ('Jap' of 'Swinburne's Masochism BERT KUIPERS 'Ik I* andere'. Autobiografie In ver schillende mlturrn. Onder rcdarlle van Mlnrkr VhlpjM-r rn l'rlrr Schmitz. IJltg. Ambo. /3S.SO. De ziel van de patriot: Barden van een familiekroniek, waarin oorlog. Tsarendom en Stalinterreur, elk individu gemaakt hebben tot de Rus met eelt op de ziel. hdtoMOiKtWNC

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 25