Mister Transavia mag niet meer Racistische humor ZATERDAGS BIJVOEGSEL Nederlands bekendste piloot, Transavia-captain Pim Sterks, vliegt niet meer. Sierks werd in één klap wereldberoemd toen hij het vliegtuig bestuurde met daarin drie Japanse terroristen die dagenlang elf mensen gij zelden in de Franse ambassade in Den Haag. Een dag later keerden hij en zijn bemanning als helden terug in Nederland. Donderdag vloog hij voorlo pig) voor het laatst. Hij wordt zestig, vandaar. D ZATERDAG 7 MAART 1992 I I September 1974: Sierks keert terug van zijn heikele missie: „Ik ben geen moment bang geweest" ARCHIEFFOTO Donderdag 5 maart 1992. Even voor drieën landt op Schiphol een Transavia-kist uit Londen- Gatwick. „Captain Sierks en zijn bemanning hopen dat u een prettige vlucht heeft gehad", klinken de laatste woorden van de stewardess uit de luidsprekers. Terwijl de passagiers het vliegtuig verlaten verdringen fotografen zich om binnen te komen. Het is de laatst vlucht van Pim Sierks, Mister Transavia. „Even wachten", roept hij de fotografen toe. „Ik moet nog even dit formulier invullen. Anders word ik ontslagen", voegt hij er lachend aan Pim Sierks lacht, maar is niet blij. Hij stopt tegen zijn zin. „Dinsdag word ik zestig en dan ben ik volgens de Nederlandse overheid van het ene op het andere moment niet meer in staat te vliegen. Dat is belachelijk. Er zijn een heleboel oude lullen van veertig die on gemotiveerd zijn en liever vandaag dan mor gen willen ophouden. Ik ben gezond, gemoti veerd en wil doorgaan, maar mag dat niet van die Nederlandse kruideniers." b zeggen De 59-jarige gezagvoerder, met zijn grote snor en jongensachtige uiterlijk, kreeg natio nale bekendheid in september 1974. Op vrij dag de dertiende september drongen drie Ja panse terroristen de Franse ambassade aan het Haagse Korte Voorhout binnen. Ze gijzel den elf mensen, ,onder wie de ambassadeur, en eisten de vrijlating van een medeterrorist uit Franse gevangenschap. Vanaf het begin van de gijzeling was de Nederlandse televisie erbij. Tot dinsdag 17 september gebeurde er vrijwel niets. Totdat Sierks ten tonele ver scheen. „Dagenlang", zo vertelt hij routineus het verhaal, „had er een DC8 van de KLM klaar gestaan bpSchiphol om de Japanners te ver voeren. Ik zei: je zult de bemanning maar zijn. Maar de Japanners eisten, behalve de vrijlating van hun collega, ook losgeld en een Franse Boeing 707. In Nederland waren maar een stuk of acht Transavia-piloten die een 707 konden vliegen..Op zondagavond, ik was die dag nog naar Rome geweest, werd ik ge beld door een collega. Hij vroeg of ik eventu eel die Japanse terroristen wilde vliegen als de Franse 707 zou komen. Ik antwoordde: als het moet, moet het. Vlak voordat ik naar bed ging zag ik op de televisie dat op Schiphol een 707 van Air France was geland. Ik dacht: shit, nu heb je A gezegd en moet je ook B zeggen." De gebeurtenissen volgden elkaar snel op. Omdat de Franse 707 een ander type was dan waarmee Sierks normaliter vloog, maak te hij op maandag 16 september eerst een proefvluchtje. „Ik wist niets van het toestel. Ik had geen boeken, geen instructeur, omdat de Franse bemanning meteen weer was terug gekeerd naar Frankrijk. De Franse regering was bang dat de Nederlandse hen ertoe zou bewegen het toestel zelf te vliegen." Dinsdag sprak hij met een kabinetsdelega tie, kreeg toestemming om zijn eigen beman ning uit te kiezen en stelde één voorwaarde: „Ik wilde weten waar de Japanners heen wil den, maar ze weigerden dat tegen de onder handelaars te zeggen. Toen ben ik er zelf heen gelopen. Uiteindelijk kreeg ik te horen dat het Aden werd, maar ik moest het geheim houden. Ik heb het alleen de vier betrokken ministers verteld. Niet Bang 's Avonds volgde de voorlopige ontknoping op een sinister Schiphol. De Japanners droe gen daar de laatste gijzelaars over in ruil voor de inmiddels vrijgelaten terrorist uit Frank rijk. Bovendien kregen ze 300.000 dollar los geld mee. Met Sierks aan de knuppel koos de 707 het luchtruim. De volgende morgen landde het toestel in Aden (de hoofdstad van het toenmalige Zuid- Jemen), maar de autoriteiten wilden de Ja panse terroristen niet toelaten. Na te hebben bijgetankt vertrok het toestel naar Damascus in Syrië, waar de Japanners zich na vier uur onderhandelen overgaven. De pistolen en het losgeld overhandigden ze aan Sierks en zijn bemanning. „ik ben geen moment bang geweest. Nooit gedacht: dit wordt mijn laatste vlucht. Ik ben heel erg positief ingesteld, altijd optimistisch. De Japanners waren al lang blij dat ze weg waren. Op een gegeven moment zaten ze in het voorste deel ook rustig hun pistolen schoon te maken, zo vertrouwden ze ons. Ik heb nooit overwogen ze te overmeesteren. Ik zie niet zo veel in een vechtpartij op 30.000 Een dag later werd Sierks als een held inge haald op Schiphol. Ontvangst op Soestdijk, een lintje en een golf van publiciteit. En dat beviel de gezagvoerder wel, die destijds in Sassénheim en later in Nieuw-Vennep woon de. Hij is ijdel genoeg om toe te geven dat hij nog steeds geniet van de belangstelling. In middels is hij het bekendste lid van de Trans- avia-familie, al wordt hij wel een beetje moe van telkens weer hetzelfde verhaal te vertel len. Gokje „Ik ben iemand die houdt van een gokje. Ik ben niet doldriest, maar je moet ook niet al te benauwd leven. Jongensachtig, branie-ach- tig, ja dat klopt wel. Als je naar mijn loopbaan kijkt, zie je wel vaker dat ik een gokje heb ge nomen", legt hij uit waarom hij besloot de terroristen te vliegen. Sierks begon als zweefvlieger, later vloog hij in sportvliegtuigjes. Hij ging bij de lucht macht en kreeg zijn opleiding bij de Royal Canadian Airforce. Vloog straaljager, maar besloot de luchtmacht te verlaten. Er volgde een periode met werk in Afrika. In 1967, vlak na de oprichting, kwam hij in dienst bij Transavia en daar bleef hij. Na de gijzelingzaak kreeg hij tal van reac ties. Passagiers begonnen spontaan te klap pen als hij hen welkom heette. Een simpel bezoekje aan het toilet was onmogelijk zon der tal van inzittenden een handtekening te geven. Uiteindelijk zette de bemanning de toiletdeur en de cockpitdeur tegen elkaar zo dat hij ongezien de wc kon bezoeken. Maar er gebeurden ook minder leuke din gen. Zo verdween het losgeld van 300.000 dollar en al gauw ging het verhaal dat Sierks en zijn bemanning het in hun zak hadden gestoken. „Dat verhaal duikt steeds maar De uitdagend uitgedoste dame loopt door een straat waar een lief negerjochie aan het spelen is. Als ze het kind passeert, aait ze hem even over zijn bol en vraagt: „Hoe heet jij?" Het jongetje neemt haar uitvoerig op en antwoordt dan: „Ik heel heet!" de restauranttafel als de moppenver- teller is uitgesproken. Dan vallen vrijwel gelijktijdig in verschillen de hoofden de munten door en steekt een bulderend gelach op. Het startsein voor een lange reeks 'ras echte moppen, waar aan alle tafelgenoten op hun ei gen wijze een bijdrage leveren. Vanaf een naburig tafeltje, zo goed en zo kwaad als het kan stiekem meeluisterend, onderga ik een soort stoomcursus alterna tieve volkerenkunde. Negers en Surinamers blijken lui en kinder lijk. Ze spreken slecht Neder lands en denken aan niks anders dan seks. België is één grote zwakzinnigeninrichting. T urken brengen de meeste tijd door op vuilnisbelten en schroothopen en joden zijn alleen maar bezig met het ophalen van geld. Het zijn vooral de culturele min derheden die het mikpunt vor men. Bijkbaar weerspiegelt de mop de maatschappelijke span ningsvelden van het moment, is er een soort symptoom van. Maar het is wel een heel merk waardig symptoom. Want wat moet je nou denken van een groep volwassen mannen en vrouwen in een toch betrekkelijk beschaafd land. die zich een deuk lachen om de op de keper beschouwd meest grove beledi gingen van andere mensen? weer op, terwijl wij het geld gewoon hebben overhandigd aan iemand van de Franse am bassade. Maar elke keer kwam dat gezeik over dat geld weer terug." Het verhaal deed weer volop de ronde toen de Leidse copiloot op de vlucht met de Ja panners, inmiddels zelf gezagvoerder bij Transavia, werd opgepakt na een poging het bierconcem Heineken te chanteren'. Hij dreigde gif in blikjes bier te doen, maar werd door de politie gegrepen. Even werd de naam Sierks in verband gebracht met de chantage, maar hij bleek er niets mee te maken te heb ben. „Ach, ik heb nooit echt rotte publiciteit gehad", relativeert hij nu. Mooie Tijden Sierks, die inmiddels alweer veertien jaar op een 16de-eeuws landgoed in Engeland woont, zegt prachtige tijden te hebben be leefd bij Transavia. Zeker in de begintijd, toen de luchtvaartmaatschappij nog overal heen vloog, vermaakte hij zich prima. Maar ook de kortere Europese vluchten, sinds jaar en dag de hoofdmoot, staan hem niet tegen. „Bovendien liegen we een paar jaar geleden Mombassa erbij. En dat is toch een aardig eindje." Over de Mombassa-vluchten doet trou wens een leuke anekdote de ronde. Sierks meldde altijd dat het vliegtuig de 'Jongensachtig, branie-achtig, Sierks ontvangt op Soestdijk e ningin Juliana. passeerde en gaf dan een rukje aan de stuur- Donderdag 5 maart knuppel. „Duizenden passagiers denken nog 1992: Pim Sierks par- Steeds dat de evenaar een soort drempel is." keert zijn kist op Vliegen is zijn lust en zijn leven. Hij be- Schiphol. Voorlopig grijpt dan ook niet dat er piloten zijn die met voor de laatste keer de pest in hun lijf naar hun werk gaan. „Ik foto united photos ken copiloten die net veertig zijn en elke keer de boer als ze bij de dokter zijn geweest er weer over olaf kraak zeuren dat ze niet zijn afgekeurd. Ik begrijp dat absoluut niet. Vlieger is het mooiste be roep van de wereld. Het is een best betaald beroep. Het is een jongensdroom. Er staan zelfs volwassen mensen langs de startbaan om naar vliegtuigen te kijken. Als je dan nog met de pest in je lijf naar je werk gaat, kun je beter wat anders gaan doen." Hij heeft nooit overwogen te stoppen, zelfs niet toen tweeën eenhalf jaar geleden zijn zoon in een vliegtuigje neerstortte. Geë- (tilt IClOJJt lV6l motioneerd: „Hij was net als ik een optimistische jongen, die vliegen ontzettend leuk vond. Hij voerde een vlucht uit over de Veluwe om te kijken of er brand was. Ik zat ook in de lucht, was op de terugreis en vloog er overheen zonder dat ik wist wat er was gebeurd, dat hij was neerge stort. Na dat ongeluk ben ik gewoon doorge gaan met vliegen. Daarvoor heb ik een te po sitieve kijk op het leven en ben ik te rationeel. Bovendien zeg ik het na elke vlucht weer. 'En nu komt het gevaarlijkste deel van uw reis: met (je auto naar huis'." Voorlopig Donderdag vloog hij voor het laatst een Transavia-kist. Voorlopig voor het laatst, als het aan hem ligt. Sierks hoopt op een snelle verandering van de Nederlandse wet. „Zodat ik nog een paar jaar kan vliegen, het liefst voor Transavia Als ze me nog willen heb ben Lukt dat niet. dan lonkt altijd nog het buitenland, waar minder streng met de leef- tijdsgtens wordt omgegaan. De vraag naar piloten is groot „Er zijn er velen die aan me trekkenzegt hij geheimzinnig. Bang dat zijn leeftijd invloed heeft op z'n \lu*ggedrag is hij niet: „Er storten net zo goed kerels van dertig Psychologisch gezien is één van de grootste misvattingen over humor de gedachte dat als je iets als grap of mop brengt, dat ook betekent dat je de inhoud er van niet serieus meent. In zeer veel gevallen weerspiegelt de inhoud van een mop een angst of een opvatting die de verteller deelt met veel van de mensen in de groep waartoe hij of zij behoort. De talrijke moppen over impo tente mannen en overspelige vrouwen die aJ eeuwenlang de ronde doen. geven bij voorbeeld uiting aan een diep zittende angst bij de man om seksueel te falen Moppen waarin verschil lende volkeren ten opzichte van elkaar op een spottende wijze worden neergezet, geven even eens vaak uiting aan diepgewor telde stereotypen. Bij de meeste moppen die draai en om de moeite die we hebben met de eigenaardigheden, met het anders-zijn van andere men sen of volken, is het zo dat er maar één als de domste, de ge meenste. de onbetrouwbaarste uit de bus komt. En dat is vrijwel altijd iemand die niet tot de groep, de soort, of het gehoor van de verteller behoort. Dat laatste is van belang voor het be grijpen van de functie van een mop Iemand die een mop vertelt, wil daarmee stemming maken. Dat lukt natuurlijk alleen maar als de mop geen elementen bevat die beledigend kunnen zijn voor de genen die zich onder zijn of haar gehoor bevinden. Iemand die een mop vertelt waarin een blin de of epilepsiepaticnt een du bieuze hoofdrol krijgt toebe dacht. loopt (terecht) het risico op een hoop gelazer als zich on der zijn gehoor een of meer mensen met een dergelijk pro bleem bevinden. Wil een mop 'slagen', dan moet dus aan ten minste twee voor waarden worden voldaan. Op de eerste plaats moet hij verteld worden aan een gehoor van mensen wier houdingen en op vattingen min of meer overeen stemmen met die van de vertel ler. Op de tweede plaats moet het mikpunt van de mop bij voorkeur buiten de eigen groep liggen. Als aan die voorwaarden is vol daan en de mop werkt op de lachspieren, dan slaat de verteller twee vliegen in één klap. Door de gemeenschappelijke \rolijke stemming verstevigt hij. althans tijdelijk, de groopsband Voorts verleidt hij de groepsleden te denken dat degenen die afwijken van de eigen normen of kenmer ken. inderdaad belachelijk of minderwaardig zijn. Daarmee maakt hij de weg vrij voor eventuele acties, ook ge welddadige. jegens die 'minder waardige anderen' Uit verschil lende studies blijkt dat als peste rijen op school uit de hand lo pen. het precies op die manier gaat Een groep scholieren begint onder leiding van één of meer gangmakers (de z.g. bully's) een afwijkende in ras. lichaams bouw, kleding of gedrag me descholier belachelijk te maken. Het gezamenlijk uitlachen doet steeds meer een situatie ontstaan van een groep tegenover een en keling, waarbij de laatste zich be dreigd gaat voelen en zich steeds angstiger (in de ogen van de groep steeds minderwaardiger) gaat gedragen De individuele le den van de groep gaan zich als reactie daarop steeds sterker, su perieurder voelen. Alles wat er aan frustratie- of agressiegevoe- lens tussen de groepsleden on derling leeft, vindt nu een uitlaat klep. een ventiel dat voor de rela ties in de groep niet bedreigend Integendeel: het feit dat er nu een extern mikpunt voor gevoe lens van onlust en onbehagen is, doet de eventuele spanningen tussen de groepsleden zelf afne men. Dat is exact de reden waar om nazi - propaganda minister Joseph Goebbels ooit zei:..Als er geen joden bestonden, dan moesten ze uitgevonden wor den." Wat Goebbels. helaas, maar al te goed doorhad is dat de menselij ke geest een uitstekende afwij kingsdetector is. Zo gauw die bij onszelf of anderen iets waar neemt dat afwijkt van de patro nen die onze opvoeding, levens ervaring en -beschouwing er in hebben aangebracht, geeft die een waarschuwingssignaal af: „Ga op onderzoek uit. kijk of die afwijking wel of niet bedreigend voor je is en onderneem eventu eel actie om die afwijking te neu traliseren." Als we die afwijking niet kunnen neutraliseren of opheffen, dan zullen we ons. gegeven de wijze waarop ons brein geconstrueerd is, iedere keer onrustig voelen als we ermee geconfronteerd wor den. Vandaar dat Nederlanders die in een buurt leven waar veel buitenlanders zijn komen wo nen. terecht tegen anderen in buurten zonder buitenlanders zeggen: Ja. jullie hebben mak kelijk praten van: je moet met die andere culturen leren leven." Maar iiet ts nift aluin die in nerlijke onrust die de afwijkende cultuur om je heen teweeg brengt, die de prikkel vormt voor racisme en racistische uitlatin gen. zoals in de vorm van mop pen. We leven in zekere zin alle maal in en vanuit het idee dat wij hei middelpunt van de wereld zijn. Het is voor ons niet goed voorstelbaar bijna onaan vaardbaar dat er miljoenen anderen zijn die met exact het zelfde idee over zichzelf rondlo pen. Racisme is in wezen niet an ders dan een strijd over de vraag wie er nu eigenlijk in het middel punt van de wereld mag staan, wie er number one is zij of wij? Zolang er mensen op deze we reld rondlopen die zich superieur wanen ten opzichte van anderen, zal er een of andere vorm van ra cisme zijn. En aan zulke mensen voorlopig geen gebrek, getuige bijvoorbeeld Bush' Republikein se opponent Pat Buchanan, die onlangs uitriep dat hij het Ameri kaanse volk weer the number one people' in de wereld zou ma ken. Op zulke momenten moet ik aan Albert Finsteins verzuchtingden ken,.Ex zijn twee dingen onein dig in deze wi reld h« l l.il n de menseli|ke domheid Alleen van het heelal ben ik niet zeker." RENË DiEKSTRA hoogleraar klinische en gezondheidspsychologie Pim Sierks zegt tegen z'n zin de burgerluchtvaart vaarivel hennyvan egmond

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 39