Cultuur t Q Stapelgek: humoristisch relaas nakomertje in psychische nood Tijdens de wedstrijd even je lippen bijwerken Prettige dameserotiek van Fay Weldon en Frans Theerens 'Een plaats aan de kust' van Levine nog actueel Donderdag 13 februari 1992 Redactie: 071-161400 CEES VAN HOORE* RENEE DE BORST* Eindredactie: NIEK FAAS* Vormgeving: RON VAN HAASTREGT 15 BOEKEN Sportvrouw spreekt in 'Zeven meiden om verliefd op te worden RECENSIE PEER VAN T ZELFDE Zeven meiden om verliefd op te worden, Gi|S Zandbergen en Jan Brouwer de Ko ning Uitg. Thomas Rap port is voor imbecie- V J ien, schreef Rudy Kousbroek ooit in een van zijn Anathema's. Ik was het volledig met hem eens. Inmiddels ben ikzelf in het ge wraakte kamp der imbecielen terecht gekomen. Een aanlei ding om mijn aanvankelijke standpunt te herzien heb ik echter nog niet gevonden. Inte gendeel: een curieuzer volkje dan (top)sporters heb ik nim mer ontmoet: zoveel opofferin gen en inspanningen terwille van die ene meter meer, of die ene seconde minder. Die verbe tenheid waarmee een volstrekt zinloze prestatie geleverd wordt! U gelooft mij niet? Lees dan 'Zeven meiden om verliefd op te worden', zeven in terviews door Gijs Zandbergen en Jan Brouwer de Koning. Zij hielden zich volledig op de ach tergrond zodat je de indruk hebt dat die meiden tegen jou persoonlijk aan het kleppen zijn, staccato, sans géne. Van hen kende ik alleen de naam van Yvonne van Gennip, alle anderen waren vreemden voor me. Waren, want door de ma nier waarop de gesprekken zijn vormgegeven, slurp je alles op wat er gezegd wordt. Daarbij komt: alles was nieuw voor me. Hockeyen bijvoorbeeld schijnt slecht te zijn voor je gebit. Ware het anders geweest, dan had Marcella Mesker nu niet met een racket gestaan maar met een stick en wellicht had ze dan met een dikke kont over het veld gedobberd. Dat hebben ze namelijk, hockeysters: dikke konten. .Alsof je naar een safa rifilm zit te kijken, met hockey sters in de rol van nijlpaarden", aldus Elly van HulsL Hun der rières roepen overigens niet al leen esthetische bezwaren op. Conny van Bentum vond „hen altijd zo eh... laat ik zeggen, net geen topsporters." Dat was na tuurlijk de kift: zwemsters train den vier uur per dag en stonden 's ochtends om vier uur met weggeschoren oksel- en schaamhaar "voor de goede orde, dat doen ze niet voor de schoonheid, maar voor het 'snelle' terwijl die hockey sters gewoon laat opbleven, be neden een beetje rookten en dronken, en lawaai maakten. De laatsten waren zich daar wel van bewust. Zwemsters werden tijdens de Spelen onvriendelijk bejegend, want ze zonderden zich af. "Daar heb je de zwem mers, moeten we weer rustig zijn", herinnert Det de Beus zich. Zo relaxed als het was, is hockey allang niet meer. Vroe ger kon zij tijdens de wedstrijd wel eens haar lippen bijwerken, maar "het is een saai, super-uit gebalanceerd en afgemeten spel geworden." Voorheen ook "was iedereen nog een persoonlijk heid. Later is dat anders gewor den. Toen kreeg je enkele meis jes die de norm bepaalden: de humor, de taal; alles was 'we relds' of 'onwijs gaaf. Armoedig hoor!" Yvonne van Gennip. Zoveel opofferingen terwille van die ene meter meer, of die ene seconde minder. Verbale armoede, maar finan ciële vruchten worden er door de meiden evenmin geplukt. Met op het eerste gezicht merk waardige consequenties. De eerste prijs bij een vfouwenwie- lerwedstrijd is vijftig gulden. Miek Havik: „Doordat het in het vrouwenwielrennen alleen maar om de eer gaat, heerst er veel meer jaloezie dan bij de mannen. Véél meer." Voor tennissters lijkt hetzelfde op te gaan. De al eerder ge noemde Marcella Mesker ver baasde zich erover dat haar mannelijke collega's 's middags met elkaar op de vuist gingen en 's avonds weer samen een biertje dronken. „Als je bij vrou wen een keer iets verkeerd doet, blijft dat twee jaar hangen. Dat is een karaktereigenschap. Vrouwen zullen niet zo gauw iets in je gezicht zeggen. Zo krijg je problemen, want dan worden er dingen bij verzon nen? Gekissebis, gekonkel, af zien, "slijpen, slijpen en nog eens slijpen aan de juiste bewe ging" en je staat er, volgens Ria Stalman, als atleet helemaal al leen voor. "Als je sport, staat Nederland niet achter je, al thans de overheid niet. Je moet steun krijgen van mensen die nog gekker zijn dan jijt...)." Ik vermoedde het al, maar na lezing van deze prachtbundel weet ik het zeken met dat soort mensen zitten de arena's volge stouwd. Vier vrouwen en een zwaar kruis LITERATUUR RECENSIE ROB VOOREN Fay Weldon, 'Levenslust'. Uitg. Contact. 29 90 Frans Theerens. 'Een bnljante toekomst voor mevrouw Claessen' Uitg Houtekiet. Leslie Beck heeft een geslachtsdeel van 25 centimeter, in erectie. Deze fysieke eigenaardigheid is ogenschijnlijk de spil waar het leven van de vier vrouwen in Fay Weldon's roman 'Levens lust' om draait. Marion, Nora, Rosalie en Suzan vertellen hier in wisselend perspectief wat Leslie, dan wel zijn Enorme Pik, in hun leven betekent. Wat dat precies is, kan ik u ook na herle zing helaas niet vertellen. Wel licht geeft de titel een aankno pingspunt. De vier vrouwen leiden een doorsnee bestaan, drie ervan met man en kinderen (verschei dene daarvan van Leslie). Saai heid, standsverschil en onder linge roddelzucht kenmerken hun doodgewone leven tot Marion haar vriendinnen vertelt van de ontzagwekkende lengte van Leslie's geslachtsdeel, waar van ze onverhoeds getuige is. De een vertelt het door aan de ander, nieuwgierigheid wordt gewekt, en de een na de ander geeft zich gretig over aan het genot dat Leslie's imposante Le venslust hen verschaft. Gaat het om de Liefde in deze springerige roman („Een boek van Fay Weldon is als een glas champagne", zegt The Times) of om de Lui van Leslie? Is dit boek een olijk-feministische uit haal naar de gezapigheid van het huwelijksleven of een ode aan de vrolijke, levenslustige kracht van de erotiek? Niemand weet het met zekerheid, ook Nora niet, die het meest aan het woord is en in een terugblik verhaalt van het overspel waar aan Leslie (en niet alleen hij!) zich schuldig heeft gemaakt. „Hoe komt het toch dat noch Rosalie, noch ik, toen we hoor den dat Leslie Beck nu we duwnaar is, niet de minste nei ging hebben gehad om weer een verhouding met hem te be ginnen, er achter te komen of hij nog veel tamtam kon maken over zijn tamp. Misschien is hij nu te oud om nog interessant te zijn. Misschien was zijn aan trekkingskracht dat hij met ie mand anders getrouwd was; dat het zevende gedeelte van hem dat we zo belangrijk vonden verboden was." (p. 101) Tot het einde toe blijft het raad sel intact. Wat Weldon met dit chaotische boek, dat naadloos aansluit bij de moderne trend van extroverte en explosieve da meserotiek, wil zeggen, blijft duister. Misschien alleen maar prikkelen, plagen en amuseren. Dat gaat haar prima af. Want welke vrouw zou haar man of vriend, om welke reden dan ook, niet onschuldigweg deze kleine uitspraak van Nora gun nen: "Vrouwen zijn te aardig te- Ze zeggen al- fijd maar dat het niet uitmaakt hoe groot hij is."? Oude vrijster Minder verontrustend, maar even amusant en speels, is 'Een briljante toekomst voor me vrouw Claessen' van de Vlaam se schrijver Frans Theerens. Marie Claessen is een Belgische oude vrijster van zesenveertig, die haar leven zat is en tot zelf moord besluit. Daartoe huurt ze een kamer in een duur Amster dams hotel, waar ze zich van het leven zal beroven met be hulp van slaappillen. Al in de trein naar Amsterdam grijpt het lot vrolijk in. Een ontmoeting met een charmeur brengt haar aan het twijfelen, en als de ho moseksuele receptionist Hugo zich naderhand over haar en haar uiterlijk ontfermt, zet zich een rad van komische avontu ren, vergissingen en verwikke lingen in werking. Ik wil u niets verklappen, maar alles bereikt een prettige afloop, behalve zoals het hoort de schurk in de vertelling, die zijn diamanten en tenslotte ook zijn leven kwijtraakt. Ogenschijnlijk simpele lectuur, dit boekje. Het ware dan ook onvermeld gebleven, als het niet met zo n vrolijke vaart en onbedaarlijk plezier geschreven was. Ook de vorm en de stijl zijn verrassend. De levenslust van Marie Claes sen doet in sprankeling niet on der voor de wat benauwde pe- niszucht van Marion tot en met Susan bij Fay Weldon. Wie zich nog even wil verpozen met be tere pretlectuur komt zowel bij Weldon als bij Theerens, maar dan anders, aan zijn of haar trekken. Binnenkort is dat afge lopen, als onze levenslust door het geweld van de voorjaarslite ratuur wordt verpletterd. JEUGDLITERATUUR beth Eeixeira de Mattos, uitgeverij Sja- kxxn, 21.50. 'De gluiperd' van Anne Fine, vertaling Ada de Lange, uitgevenj Van Holkema Wa- rendorf, 24,90. De tijd van de grote probleemboeken is gelukkig aardig over. Echtscheiding, dood, zelf moord, incest, nucleaire ramp: het hele register menselijke rampen is langzamerhand in het jeugdboek aan ons voorbij getrokken. Dat wil niet zeggen dat de pro blemen de wereld uit zijn. Die hebben kinderen nog genoeg. En ze worden ook nog beschre ven. Een voorbeeld hiervan voor pubers is Stapelgek xan Mitzi Dale. De achterflap doet zwaar drama vermoeden. De openingszinnen zijn echter veelbelovend: 'Vandaag vier ik mijn jubileum. Precies een jaar geleden kwam ik uit het gek kenhuis.' Zoiets gaat de goede kant op, denk je. Maar direct daarop gaat Mitzi Dale toch de fout in. Ze laat haar vijftienjari ge hoofdpersoon Deirdre de le zer te duidelijk aanspreken: als die niet geïnteresseerd is in wat ze te vertellen heeft, kan die op houden met lezen. 'Je bent er nog? Leuk.' Dat lijkt Veronica wel. Na zo'n interventie van de auteur zou je hard weglopen. Maar zoals vaker, blijkt ook hier de schrijver na wat startproble men lekker op gang te komen en geeft Stapelgek inderdaad een 'humoristisch' verslag. Deirdre is niet écht zo gek als een deur, maar een nakomertje van wat ze 'een gefrustreerde moeder en een onverschillige vader' noemt. Een moeder die 'als volwassen vrouw nota bene, aan anorexia leed' en een vader die 'het niet eens in de gaten had.' Deirdre sluit zich af. Ze doet maffe dingen die niemand op vallen. Als ze op een dag, als dertienjarige, haar bed in de brand steekti krijgt ze aandacht genoeg natuurlijk. 'Man, dat trok pas echt de aandacht. Jaren van kaakgeklap en spiegelge- staar, maar één klein fikkie en iedereen raakt in paniek.' De 'psych' in het ziekenhuis moet uitkomst bieden. Die kan dat niet. En het gezinshuis biedt ook geen soelaas. Deirdre sluit zich steeds verder af. De hulp verlening werkt meer averechts. Tot Deirdre na een echte crisis in het gezinshuis, bij een vakbe kwame therapeut komt. Een ge wone man die haar duidelijk maakt dat ze niet echt gek is: 'Geschifte mensen denken niet dat ze geschift zijn.' Prima therapeutisch boek voor pubers die denken hard op weg naar de gekte te zijn: één con sult is duurder. De Gluiperd In De gluiperd xan Anne Fine. ren boek met een verkeerde ti tel, krijgt Helly minder profes sionele. maar zeker zo doeltref fende hulp. Met Helly is er iets helemaal mis als ze op een dag op school komt. Het normaal zo zachtzinnige meisje valt uit te gen mevTouw Lupey en stormt de klas uit. De lerares vindt Kitty de aangewezen persoon om hulp te bieden. Kitty is niet echt fijnbesnaard. Maar mevrouw Lupey heeft door alle verhalen die ze van Kitty heeft gelezen en gecorri geerd, feilloos in de gaten dat zij de juiste is om Helly te helpen. Kitty zat namelijk in hetzelfde schuitje als Helly: moeder die een vriend heeft met wie doch terlief niet bepaald direct een innig contact heeft. In een op stel beschreef Kitty moeders nieuwe vriend Gerald als volgt: 'Hij heeft een griezelige manier om mensen aan te staren, net een hond die hoopvol boven zijn lege etensbak staat te kwij len. Daarom noem ik hem bij mijzelf: De Gluiperd.' Met Helly in een grote werkkast gezeten, vertelt Kitty haar in en kele uren al haar persoonlijk leed dat ze heeft moeten door staan. F.n dat doet ze zeer sma kelijk. Op deze manier ontstaat er een verhaal dat van Kitty aan Helly in een verhaal. Den verhaal waar je als lezer net zo verlangend naar uitziet als Hel ly. Die verlaat opgevrolijkt de kast. De lezer verlaat in dezelfde gemoedstoestand dit boek. Uitg Men kan zich afvra gen wat de reden is geweest dat een boekje als 'Een plaats aan de kust' van de Canadese schrij ver Norman Levine pas nu, ruim twintig jaar nadat het voor het eerst in Canada werd uitge geven, in Nederlandse vertaling verschijnt. Het verhaal heeft die twintig jaar ruimschoots over leefd. Het speelt zich af in de ja ren vijftig en zestig maar de the matiek is nog steeds herkenbaar en actueel. 'Een plaats aan de kust' is het verhaal over de Canadese schrijver Joseph Grand. Bij ge brek aan opdrachten als schrij ver van reisverhalen besluit hij over zijn eigen leven te gaan schrijven. Dat verhaal lezen we. Na de Tweede Wereldoorlog, waarin hij in '44 als achttienjari ge bij de luchtmacht dienst neemt, gaat hij studeren met fi nanciële hulp van een vetera- nenfonds om vervolgens met enkele oorlogsmakkers naar En geland te vertrekken. Daar ont moet hij in een badplaatsje in Cornwall, in het verhaal Cam - bray, in werkelijkheid te zien als de kunstenaarskolonie St. Truro, zijn vrouw Emily. Ze trouwen en vestigen zich in Sussex. Door een chronisch geldgebrek gedreven, verhuizen ze enkele jaren later met hun drie dochtertjes naar Cambray, omdat daar in het laagseizoen de huurprijzen bijzonder laag zijn. Om toch te werken begint lo- seph met het schrijven van het verhaal, met het vertellen van de waarheid. Hoe te leven met het eeuwige gebrek aan geld: bekentenissen over alledaagse gebeurtenissen uit het leven van een man, zijn vrouw, kinde ren en zijn vrienden. Levine vertelt zijn verhaal op een rustige en knappe manier, met prachtige verrassende be schrijvingen. Bijvoorbeeld over zijn vader: weg van huis zag hij er altijd verloren uit...", en over zijn zus Mona die na 10 jaar onaangekondigd bij hem op de stoep staat: het was een verschrompeld, in elkaar gedoken vrouwtje, dat vastbera den haar gezicht vooruit stak. Het was geen mooi gezicht, hoewel het nieuwe blonde krul len had". Als hij aangeeft hoe ellendig het winterse Cambray is: waar je ook loopt voel je dat je langs le ge kamers loopt. De zijstraten zijn ook verlaten. Vrouwen met KRAKER JACK Wat gebeurt er als de harde kern van de Amsterdamse kraakbeweging besluit in te gaan op de duistere plannen van Colombiaanse cocaïne handelaren? 'Kraker Jack' van Diana Ozon beschrijft de lotge vallen van Jack Hermans zoon van Toon de 'blonde schicht' uit de Amsterdamse Staatsliedenbuurt. Samen met andere 'autonomen' verkoopt hij zijn krakersidealen voor veel geld en materiële welstand aan een aantal Zuidamerikaanse mafiosi. Als tegenprestatie moe ten de Amsterdamse krakers de cocaïne-export naar de landen van het voormalige Oostblok in goede banen leiden. Wie van de tekeningen van Eric Schreurs houdt, zal zich koste lijk kunnen vermaken met Dia na Ozon's laatste roman. Haar beschrijving van de wereld van de Amsterdamse autonomen is er één die van onsmakelijkhe den aan elkaar hangt De kra kers worden afgeschilderd als ongemanierde heesten in een omgeving die al even weinig in spirerend is. Idealisme is hen vreemd en nadenken is al iets wat ze helemaal nooit doen. Norman Levine: "Zolang Emily de schrijfmachine hoort, denkt ze dat ik werk." foto the Toronto star schorten voor komen het huis uit om tafellakens uit te schud den voor de vogels". En bij het zien van een zomerse ansicht van het dorpje: als kaart, dacht ik, zou ik deze plaats aar dig kunnen vinden". Voor een reisverslag mag hij een bezoek van enkele weken bren gen aan Canada, waar hij ook zijn ouders opzoekt. Als hij zijn uitstapjes naar Londen maar af en toe kan maken houdt hij het wel uit, bedenkt hij zich in Ca nada, maar eenmaal terug in Cambray wordt hij overvallen door een depressie. De beschrij vingen van de bezoeken aan zijn vrienden in Londen geven lucht aan het verhaal, zoals ze Joseph Grand lucht in zijn leven geven. Steeds weer overvalt Le vine ons met zijn verrassende wendingen. De dramatiek ligt in het feit dat hij de alledaagse en minder alledaagse gebeurtenis sen in gelijk gewicht naast el kaar plaatst. De kwetsbaarheid van zijn per sonages wordt niet als zodanig beschreven, maar we lezen er over in wat ze doen. We wéten dat Joseph een joodse achter grond heeft, we wéten dat zijn n^oeder en zus hem verwijten dat hij daar ver in Engeland niet leeft volgens de joodse traditie, maar we lézen dat hij zich bi| de dood van zijn vader in het pak steekt en een joodse begrafenis in de buurt bezoekt. In 'Een plaats aan de kust' zijn de beschrijvingen van de werke lijke gebeurtenissen en die van de gedachten en mijmeringen van de hoofdpersoon evenwich tig verdeeld. wat verlangde ik ernaar om deel van een ge meenschap te 7j|n" concludeert Joseph ergens op het eind van zijn verhaal. De werkelijkheid echter haalt hem op dezelfde bladzijde nog in als hij boven op zijn werkkamer tikt: "Zolang Emily de schrijfmachine hoort, denkt ze dat ik werk". Vandaar ook dat de eerste de beste middelmatige demagoog het hele gezelschap krakers zonder problemen in de cocai nehandel weet te praten. Als lezer van het boek word je net zo gemakkelijk in de luren gelegd als het karikaturale groepje Amsterdamse krakers. Steeds zal je je afvragen wan neer het nu eens echt spannend wordt, wanneer de vaak onsma kelijke humor werkelijk een glimlach waard is. Totdat je ontdekt dat ie het boek ondanks die bescheiden wensen toch in één ruk hebt uitgelezen. De krakers zijn uiteindelijk het beste af: zij hebben op tijd het 'mime sop' gekozen en komen triomferend als voorlopige over winnaars uit de strijd. Maar als lezer blijf je na die laatste blad zijden met de onbevredigende vraag zitten waarom je het boek toch hebt uitgelezen. ERIC WENT 'Kraker Jack', Diana Ozon. Uitg. In de Knipsche Ozon: cocaine naar het voormalig oostblok. FOTO HAPi SMl Hl Fay Weldon: wil misschien alleen maar prikkelen, plagen en amuseren. Omslag van het boek 'Stapelgek'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 15