Extra 'Ah, daar hebben wij de Nederlandse leeuw' r. FRANS VISSER Vormgeving: RUUD BLOKHUIZEN Een enkele keer gebeurt het tussendoor, maar ge woonlijk zit Gerard Doornbos alleen nog in de maand augustus op de trekker. Behoudens de va kantie met vrouw en kin deren is hij full-time be stuurder: voorzitter van de Nederlandse Christelij ke Boeren- en Tuinders- bond en lid van talrijke colleges die uit dat voor zitterschap voortvloeien. Tenminste één keer per maand zit hij een of twee dagen in Brussel om de belangen van de Neder landse boer te verdedigen in het Comité des Organi sations de Professionelles Agricoles (COPA) in de EG, het overkoepelend or gaan van boerenbonden in de gemeenschap van de twaalf landen. Gerard Doornbos, een boer die vaker gÉUMgffi in de auto zit dan flBsllisll op de tractor, cro Hij woont met zijn Canadese vrouw en drie kinderen op een akkerbouwbedrijf in Nagele. Dat ligt akelig dicht aan de grote weg door de Flevopolders. Dat zou geen bezwaar zijn, ware het niet dat vrijwel iedere boer in de polder weet waar hij woont en ten minste een keer per week langs de hoeve rijdt. De hele Noordoostpolder kan hem dan ook op boerenvergaderingen exact vertellen hqe zijn gewas ervoor staat. Doornbos kkn geen sprietje onkruid laten staan of het wordt hem haarfijn voorgehouden; als aardigheidje. Hij kan er wel tegen, zegt hij. Het is een sober en doelmatig mens. On derweg van Nagele naar Brussel stopt hij zelden. Van thuis heeft hij een mandje meegekregen met een thermosfles koffie, melk, kopje en lepeltje. Zijn passagier fun- geert even als ober. De koffie smaakt im mers nergens zo lekker als thuis en als het even kan eet hij ook aan de Elan Stijkelweg. „Zet de prak maar op. Ik ben net Almere voorbij" vertelt hij doorgaans door de auto telefoon als hij op weg naar huis is. Meestal gaat die conversatie in het Engels, de taal die hij en zijn vrouw Jane thuis bezi gen. Als de kinderen of anderen erbij zijn, wordt er Nederlands gesproken. Daarnaast beheerst hij het Duits en heeft hij ooit het plan gehad om een spoedcursus Frans bij de nonnetjes in Vught te volgen. Daar is het nog niet van gekomen. Blondes „Je kunt zeggen", zo verhaalt hij op weg naar Brussel, „dat wij met twee-bedrijven werken. Mijn vrouw en ik hebben een maatschap en zitten op het akkerbouwbe drijf van mijn ouders: 50 hectare. Op een ki- lometer of zes bij ons vandaan woont mijn broer op een bedrijf van 36 hectare. Wij doen veel samen. Hij houdt dagelijks toe zicht op de gang van zaken bij mij thuis." „Samen hebben wij ook gezocht naar alter natieven. Wij hadden een traditioneel ak kerbouwbedrijf van graan, aardappelen en suikerbieten. Later zijn daar witlofpennen, plantuien, vlas en wortelen bijgekomen. Daarnaast wilden wij nog wat anders begin nen. Wij hebben eerst naar mestkuikens ge keken, maar uiteindelijk zijn het meststie- ren geworden. Wij draaien namelijk mee in het project van de Friese Mij voor Blondes d'Aquitaine." „Er is bij de boerderij van mijn broer een nieuwe potstal gebouwd voor 190 stieren. De meesten zijn die Blondes, rrfaar wij mes ten ook Charolais voor iemand in het Zui den. Dat Blonde-project bevalt wel, maar het is nog niet helemaal klaar, heb ik de in druk. Iedereen moet nog het nodige leren." „Als je in Nederland de slachterijen verge lijkt met die in Frankrijk, dan moet bij ons nog veel gebeuren om echt goed kwaliteits vlees te kunnen leveren. Met de Nieuwe Weme, de afnemer van dat Blondevlees, is het net zo: ze moeten nt)g het nodige leren om het te profileren. Dat geldt ook voor de boeren. Kijk, als drie partijen het in zo'n ke ten goed doen en de vierde maakt er een zootje van.». Op zich zijn wij echter niet on tevreden, maar het gaat nog met de nodige strubbelingen." Geintje „Tja, hoe wordt een boer een vergaderman? Ik zal het je kort vertellen. Ik begon in fe bruari 1987 als voorzitter van de CBTB in Flevoland. Ik was nog niet eens in functie of de toenmalige landelijke voorzitter, Jaap van der Veen, vroeg mij of ik er niets voor zou voelen hem op te volgen." „Als regionaal voorzitter-waren de rillingen mij al over de mg gegaan en toen dat... Daar had ik in het geheel niet aan gedacht. Eerlijk gezegd had ik het idee dat het een geintje was. Ik heb mijzelf dan ook van de groslijst laten schrappen." „Na de nodige aandrang heb ik in septem ber 1987 toch die functie aanvaard 1988 werd ik al Landbouwschap. Ik wil niemand aanraden dat ook zo te doen. Het gaat allemaal net even te vlug. Die route is te kort. Ik zie mij nog met het stratenboek van de Shell naast mij op de bank naar Den Haag rijden. Zo groen was ik toén nog. Tja, nu ben ik full-ti- me-bestuurder en soms meer dan dat." „Het COPA kende ik een beetje voor ik lid werd van het presidium. Ik ben namelijk re gelmatig in Brussel geweest om er het cir cuit te verkennen. Bovendien zitten wij minstens een keer per jaar met collega's uit andere lidstaten om tafel om elkaar beter te leren kennen." „Met de Spanjaarden en Italianen wordt dat echter wat moeilijk, omdat daar zoveel boerenorganisaties zijn. Als je dan met de een overlegt, steekt dat de ander. Die heb ben in het COPA zelf ook de grootste tram melant. Je moetje niét verbazen, dat wan neer je een vertegenwoordiger van de ene club voordraagt voor een bepaalde functie, je van de andere bonden een briefje krijgt waarin staat dat je hem beslist niet moet „Nederland treedt hier op met één stem en één mening. Ze kunnen bij ons best discus siëren, maar naar Brussel hoor je met één standpunt te gaan. De Belgen hebben een Vlaamse en een Waalse mening, in Frank rijk is de mening erg afhankelijk van de club vap de woordvoerder. De ene keer is dat ie mand van de FNSEA, de grootste boeren bond, de andere keer van de landbouwka- mer, een soort Landbouwschap. De Engel sen komen wel met één verhaal, maar soms klinkt daar ook wat Schots doorheen. Ieren en Denen hebben één club, de Grieken ook, maar die spreken alleen Grieks en hebben maar één lijn: wij moeten meer geld heb ben." „Nederland hoeft zich in het COPA niet te schamen, bepaald niet. Je wordt wel eens beroerd van die vierkante-centimeter-dis- cussies die wij in ons land hebben, waarbij wij soms net doen alsof er bij ons zo veel verdeeldheid heerst, maar als je dat met het buitenland vergelijkt slaan wij een prima fi guur." „Ja, ik ben vice-voOrzitter van het COPA. Freiherr Heereman von Zuydtwyck, de praeses van het Duitse Bauernverband, is voorzitter en met een Spanjaard ben ik zijn tweede man. Soms moet je voor hem inval len, want de man heeft een uiterst druk be zette agenda. Wel iemand van overwicht en gezag, die Heereman. Hij kan, als je niet op past, je soms zo dingen door de strot du- „Je kunt niet ontkennen dat door het COPA een scheiding loopt tussen noord en zuid, tussen rationeel en emotioneel. Wij probe ren voor problemen een oplossing te vin den, maar dan begint meteen al het ver schil. De zuidelijken slaan een toon aan als of ze voor een groep actievoerende boeren staan. Een hele andere benadering dan die wij kiezen: overleg waarmogelijk." Minimaal overleg „Voor sommige zuidelijke staten geldt: dit is ons standpunt en daar wijken wij niet vanaf. Hel overleg met de overheid is mini maal. Ze flikkeren hun mening zo door de brievenbus en daarmee is het afgelopen. Ook al kun je van tevoren nagaan dat het niks wordt. In Nederland zie je daar bepaal de trekjes van bij het KNLC. Daar hebben ze die neiging ook een beetje." „Of je daar meer mee bereikt is nog zeer de vraag. Het verhaal bij ons gaat aliijd dat de boeren in Frankrijk en Duitsland zo veel na tionale steun krijgen. Wy denken altijd dat het gras elders groener is. Als je met Fran sen en Duitsers praat, vinden ze van ons hetzelfde. Toch gebeuren daar soms din gen. waarvan je afvraagt: kan dat zo maar in de EG? In Duitsland hebben ze voor de boe ren steeds met de geldbuidel gerammeld, maar ik heb niet de indruk dat boerenstand daar beter van is geworden. Op den duur zelfs slechter." „Voor Nederland zou dat toch ook moeilij ker liggen. Wij worden in Brussel direct met het argument om de oren geslagen dat het boereninkomen bij ons het hoogste is van de hele EG. Dat maant je tot voorzichtig heid." Aan de ene kant hebben ze respect voor ons, maar aan de andere kant zijn ze ja loers. Ik heb de neiging om beide de kop in te drukken. Je bent eikaars collega's, maar ook eikaars concurrenten. Zo is hel toch? Iedereen heeft wel een Achilleshiel. Soms word je gedwongen ergens aJdcoord mee te gaan, terwijl dat je liever niet wil. Als je ech ter in elke vergadering het Nederlandse standpunt tot op het scherpst van de snede probeert te verdedigen word je niet meer serieus genomen en op een andere manier gepakt." Invloed „Nederland heeft in Brussel echt wel in vloed. Die zit vooral ook in het informele circuit. Een man als Chris Floris, secretaris buitenland van het Landbouwschap, is goud waard. Die man spreekt tien tot twaalf talen op een redelijk niveau, iedereen kent hem en hij kent iedereen". „Kijk, je weet natuurlijk nooit precies wat je hebt bereikt. Soms kun je wat troep uit een notitie halen, maar daar kun je de boeren niet mee aankomen. De een zal zeggen dat je het goed doet, de andere dat je het ver keerd doet en ik neem aan dat beiden gelijk hebben. Je denkt wel eens: waar doe ik het voor en wat heb ik er nou mee bereikt? Zo vaag is het dan, zo ongrijpbaar." „Bovendien, als je wat doet dan is het nog maar het COPA-standpunt dat je naar bui ten brengt. Wat doet Brussel daarmee? In vloed heeft het-COPA wel. De politiek is ge woon veroordeeld om met ons te spreken, maar dan nog...." „Ik had bijvoorbeeld grote zorg of wij als COPA unaniem de plannen van de EG- landbouwcommissaris MacSharry zouden kunnen afwijzen, omdat inkomenssteun in het zuiden nogal goed ligt. Daar gaat het hier om: lagere prijzen en het inkomen compenseren door directe steun. Wij heb ben daar met z'n allen een paar dagen aan gewijd in een volkshogeschool bij Bonn. Toch ben ik er nog niet gerust op. Je ziet de politiek afdrijven in de richting van MacS harry. Dat moet je als COPA keren, als je kunt." In Brussel wordt Doornbos geconfronteerd met een aanslag op het COPA-standpunt. Dat is een teleurstelling voor hem, net zo goed het ook een teleurstelling was dat de Duitse minister van landbouw Ignaz Kiechle zich door zijn kabinet liet terugflui ten en alsnog minder afwijzend over MacS harry deed. Een teken dat de Beierse boer aan het afbouwen is. Doornbos in de sobere huisvesting van het COPA: „De voorzitter van de zuivelgroep wil met mij praten. Wij kennen elkaar niet en hij vindt dat hij even moet kennismaken met de vice-voorzitter uit een van de be langrijkste zuivellanden ter wereld. Ik denk dal daar wat achter steekt. De zuivelgroep is een van de 35 werkgroepen van het COPA: van suikerbiet tot zijderups. Die groepen moeten het standpunt van het COPA over de plannen van MacSharry concreter invul len. Ik ben echter niet onder de indruk van wat ze willen. Het komt neer op een ver plichte quotumkorting, terwijl het presidi um van het COPA voor meer vrijwilligheid had gekozen". „Nu kan ik een 'reserve' leggen. Dat wil zeg gen: een voetnoot plaatsen onder datgene waar ik het niet mee eens ben, maar dat moet je niet te vaak doen, anders verzwak je je stahdpunt. De kans zit er in dat er straks landen met ons meegaan, maar an dere dan je denkt. Dit kan een hele merk waardige coalitie worden". Uren later tijdens een koffiepauze: „De Grieken lijken mee te gaan. Ze hebben wei nig melk en als er meer afgaat moeten ze die halen uit Bulgarije. De Italianen ook. Die krijgen nu al melk uit Duitsland. Wij zijn op louter commerciële gronden tegen." „Mijn populairiteit, voorzover die er was, daalt met de minuut. Ik ben nog steeds te gen die invulling van de zuivelgroep". Een voorlichter: „Hij is erg agressief, hij blijft te gen". Later zal ook Spanje zich aan zijn zij de scharen en zullen Ierland en Portugal hem sympathie betuigen, maar de 'reserve' niet ondertekenen. Het voorstel van de zui velgroep is evenwel waardeloos geworden. Heereman prijst Doornbos om zijn volhar den: „Daar hebben wij de Nederlandse leeuw...." Bij Doornbos strijden zege en verlies om de eerste plaats. Het COPA-standpunt is in be ginsel overeind gebleven, maar verzwakt door de invulling van de zuivelgroep, die weer is verzwakt door Doornbos' forse voet noot." Grammofoonplaat MacSharry zelf verschijnt ten tonele. De vergadering is besloten. De Freiherr geeft de commissaris er van langs en kondigt grote demonstraties 'in ganz Europa' aan. MacSharry pareert. Doornbos is niet onder de indruk. „Hij draaide dezelfde grammo foonplaat af die ik al vier keer eerder heb gehoord. Heereman zei nog dal de boeren bij de politiek weglopen en dat de Europese Commissie de zwakste groep in de samen leving treft. Zo zeggen ze dat in Duitsland. MacSharry verbaasde zich erover dat wij niet hartstikke blij met zijn plannen wa- Van het verhandelde is later niks terug te vinden in krant, tijdschrift en vakblad. Doornbos: „Aan public-relations is geen moer gedaan. Maak trouwens maar eens een persbericht over wat er over de zuivel is gezegd. Dat is bijna niet te doen." ,,F.r moeten meer zaken beter worden gere geld. Volgend jaar moet er 6,5 procent bij, want de uitgaven gaan omhoog door een stijging van de loonkosten. Bovendien moet de belangenbehartiging hier worden verbe terd, omdat er nu eenmaal steeds meer za ken in Brussel worden besloten. De coöpe raties leveren ook een flinke bijdrage, want wij doen daar veel dingen samen." „Nee, het gaat niet om onze vergoeding. Die krijgen wij namelijk niet. Ook geen reis kosten. Daar wordt wel over geklaagd in de zuidelijke landen die altijd maar weer naar Brussel moeten vliegen, maar tot dusver hebben wij dat kunnen keren. Ik word be taald door de CBTB en voor dit werk leve ren de beide andere bonden een bijdrage." Het hotel waarin de delegaties vertoeven, is bovenmodaal. Daar staat tegenover dat de koffie bij het COPA uit een plastic bekertje komt, de cola zelf uit een koelkast moet worden gehaald en de broodjes tussen de middag het voorvoegsel 'luxe' niet verdie- De COPA-leden krijgen de stukken voor de vergadering doorgaans laat en soms, vlak voor de vergadering, in Brussel. Doornbos: „Dat kan ook een manier zijn om de voor stellen er snel door te drukken." De stukken worden vertaald in het Engels, Frans, Duits, Spaans en Italiaans. Nederlanders, Vlamin gen, Denen, Grieken en Portugezen worden geacht een andere taal te kennen. 's Avonds rond negen uur is hij thuis. Voor deze vergaderman is dat redelijk vroeg. Soms is hij dagen achtereen weg. Er zijn ook COPA-vergaderingen die hij bezoekt na eerst ergens een spreekbeurt te hebben ge houden. „Maandagavond was ik om half negen thuis. Ik had toen nog naar de kerke- raadsvergadering gekund, maar dat is erbij ingeschoten. Ik ben namelijk jeugdouder- ling in de Gereformeerde Kerk, maar wel onder de speciale conditie dat ik lang niet altijd op de vergadering hoef te zijn. Ik vind - echter dat je je niet aan dal werk moet ont trekken. Bovendien heb ik er plezier in en kom je met heel andere zaken en andere mensen in aanraking. Daar word je niet minder van."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 17