'Niets is meer zwart-wit' Emotionele terreur T Langzaam loopt de moeder op de voordeur af en zegt dreigend: „Moet mama dan maar weggaan? Stuur jij mama dan maar weg?" Het heftig geschrokken 4-jarige kind begint panisch „Nee, nee!" te roepen, „mama moet niet weggaan!". Freek de Jonge (44) doet deze maand de 'Tropentour 1991 een reeks optredens die hem naar de Antillen, Venezuela en Ecuador voert. Daarmee is hij voor het eerst na een jaar weer terug op de podia. In Willemstad legt hij uit waarom hij stopte en opdook in de West. Ook gaat hij in op zijn drijfveren en de tol van roem. Kijk naar Bob Dylan. Zijn tragiek is dat hij niet kon ontsnappen aan dezelfde omstandigheden die hem zo groot hebben gemaakt. H e combinatie van reizen en B werken bevalt me goed. Zo- er maar iets spannends gebeurt. Daarom wilde ik optreden in Vene zuela en in Ecuador, voor mij onbekend ter rein. Die spanning begon ik te missen bij het optreden in Nederland en daarom ben ik ge stopt. Het ging me tegenstaan. Daar ga ik weer, dacht ik. Zelfs bij het improviseren voelde ik mijn grenzen. Toen ben ik een pro gramma in het Engels gaan maken. Dat was veel inspirerender, een uitdaging. Ik ging er mee naar Canada, de VS, het Verre Oosten." „Nu speel ik toch weer in het Nederlands, omdat het ons erg goed uitkwam om juist nu op reis te gaan. Het programma drijft voor een groot deel op improvisatie. Vooral om het voor mezelf aantrekkelijk en spannend te houden." „Wat me hier aanspreekt, is die neiging om regels te vermijden. Maar de mens is van na ture slecht. Daarom wordt regelgeving on ontkoombaar, hier en elders. Behalve ten aanzien van de drugs. De overheid zou zelf soft- en hard drugs moeten verkopen. Je krijgt daar niet méér verslaafden door, maar houdt wel de verdiensten in eigen zak. En daarmee kun je dan de hulpverlening aan drugsverslaafden betalen. De onderwereld neem je de wind uit de zeilen." OPWINDEND „Het is opwindend dat ik nu Zuid-Amerika bezoek. Ik heb al een paar maal de recette van een voorstelling besteed aan een ontwik kelingsproject. Maar als je daar een beetje cy nisch tegenaan kijkt, denk je dat je het geld ook in de lucht had kunnen gooien en zien waar het heen dwarrelt." „Voor de slachtoffers van die aardbeving in Mexico hadden we zes ton bij elkaar. Wilden ze dat we de cheque daar persoonlijk gingen overhandigen. Maar als je ziet wat er opgaat aan reis- en verblijfskosten. Voor jouw per soonlijke lol eigenlijk. Ik ging niet, en twee weken later ging Sonja Barend." „Als je wat geld inzamelt denk je daar iets goeds mee te kunnen doen. Maar allengs zie je dat niets absolute waarde heeft. Alleen rampen kunnen door hun schokeffect iets groots in gang zetten. Tsjemobyl had eigen lijk een paar duizend kilometer westelijker moeten liggen. Dan was er pas echt iets ge beurd ten gunste van het milieu." „Er zijn zelfs geen bewegingen meer die,enig gewicht in de schaal leggen. De vredesbewe- ging verzandde na het wegvallen van de kruisraketten. En Greenpeace en Amnesty In- temational kunnen politiek geen vuist ma- l ken. Dat is in zekere zin hun behoud, maar I straks ook hun ondergang. En het socialisme verloor z'n betekenis nadat de arbeider zijn rechten kreeg." i „Voor het milieu moet worden geknokt. Maar I er zijn zo veel andere belangen. Als je ziet hoe makkelijk Shell Curasao in de steek liet j maar in Zuid-Afrika bleef, onder het motto te willen bijdragen aan de sociale vooruitgang. I Hypocrisie ten top. Ik vrees dat we niet zullen ontkomen aan een vorm van geleide wereld - I economie. Dat kan goed uitpakken, maar het is beangstigend." NAÖEF „Ik ga straks naar Venezuela en Ecuador. Ik geloof dat het politieke klimaat er stabiel is, al zegt dat weinig over de kwaliteit van het be stuur. Dus ja, waarom in '78 zo moeilijk ge daan tegenover het Nederlands elftal in Ar gentinië en nu zonder veel voorstudie zelf een al-dan-niet dictatuur binnenstappen?" „Oké, Venezuela mag dan het meest demo cratische regime van dat continent hebben, maar over Ecuador weet ik heel weinig. In 1978 wist iedereen dat in Argentinië de men- ERWIJL ZE DE DEUR- i knop omdraait, ant- -M. woordt de moeden „Ja, mama moet wèl weggaan, jij stuurt mama weg als je zo stout doet, als je steeds maar niet doet wat mama zegt". Het kind raakt nu echt over z'n toeren en dikke tranen snikkend smeekt het zijn moeder om alsjeblieft te blijven. „Als jij belooft dat je het echt nooit meer zal doen, echt nooit meer, dan kan mama misschien, misschien... toch nog wel blij ven", reageert de moeder als een soort van edelmoedige martela res, terwijl ze de deurknop weer loslaat. Helaas, dit is geen scène uit een toneelstuk. Het is een uit het le ven gegrepen voorbeeld, en be slist niet een van de ergste cate gorie, van emotionele terreur of mishandeling door een ouder je gens een kind. Deze moeder on derwierp haar kind als het stout was geweest regelmatig aan deze behandeling. Tientallen jaren la ter, toen het kind al lang een vol wassen man was geworden, wa ren de sporen ervan nog duide lijk merkbaar. Hij was in gedach ten voortdurend bezig met de mogelijkheid dat zijn vrouw hem .in de steek zou kunnen laten. Al les dat ook maar enigszins in die richting leek te wijzen, riep angst en agressie bij hem op en leidde tot ondervragingen die vaak op ruzie en dus verwijdering uitlie pen. EMOTIONELE MISHANDELING of misbruik is een van de ergste en meest ingrijpende ervaringen waarmee kinderen geconfron teerd kunnen worden en heeft vaak een leven lang grote in vloed. Het is helaas een nog wei nig onderkend en bestudeerd verschijnsel. De wereld heeft nu eenmaal altijd meer belangstel ling voor lichamelijke dan voor geestelijke processen, vandaar dat we veel meer horen over li chamelijke en seksuele dan over emotionele mishandeling. Zeker is dat er in ons land hon derdduizenden volwassenen, zo'n 10 tot 20 procent, rondlopen die als kind emotioneel ernstig beschadigd zijn. Een klein aantal daarvan meldt zich bij psycholo gen en psychiaters voor behan deling. De meesten komen nooit in behandeling en worstelen ja renlang, zo niet hun hele leven zelf met de gevolgen en gevoe lens van vroeger. Onlangs interviewde ik met een paar collega's een groep mensen van 65 jaar en ouder. Wat ons opviel was hoeveel van hen din gen vertelden als „Mijn moeder hield gewoon niet van me en dat liet ze merken ook"; „Als het op mij of mijn zuster aankwam ko zen ze altijd voor haar"; „Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik ze te veel was"; „Ze gunden me nooit iets, als ik iets graag wilde of er plezier in had, dan mocht het juist niet". Wat ons ook opviel was dat ge dachten aan die ouderlijke be handeling nog altijd sterke ge voelens van pijn en wrok konden oproepen. Emotionele mishandeling kan verschillende vormen aanne men. Het kan de vorm hebben van emotionele verwaarlozing, in de zin van onvoldoende aan dacht, liefde en veiligheid. De ouder interesseert zich gewoon onvoldoende voor het kind en laat het 'links' liggen. Het kan ook zijn dat de ouder een emo tioneel schrikbewind over het kind uitoefent, het steeds pest en dwarszit en probeert de eigen wil en het zelfvertrouwen van het kind zo veel mogelijk te breken. „ik denk dat ik een jaar of acht was. Het was op de verjaardag van mijn vader en er waren een heleboel mensen op bezoek. Mijn moeder vroeg of ik een schaal met hapjes uit de keuken wilde halen. Ik denk dat ik wat te haastig was, want toen ik de ka mer binnenkwam struikelde ik. De hapjes vlogen over de vloer en over mijn kleren. Mijn moe der was razend en zei waar ie dereen bij zat: 'Dat is nou altijd hetzelfde met die stomme griet, die kan ook werkelijk nooit iets goed doen. Nou, schiet op, ruim die troep op en ga meteen maar naar bed.' Terwijl iedereen zat senrechten met voeten werden getreden. Eri met de Olympische Spelen in Berlijn 1936 in het achterhoofd dachten Bram en ik: dat nooit meer. We waren geloof ik zo naïef te denken dat het ons zou lukken een boycot van de WK te forceren." „Later komen er nuances in je wereldbeeld. Je denkt dan: wie help ik in het zadel als ik meehelp om Videla en zijn generaals weg te pesten? Wat zullen ze er daar mee opschie ten? Heeft macht niet altijd vuile handen? Waarmee ik niet wil zeggen dat ik dit soort acties nu heilloos vind." „Als de volgende WK in China zou worden gehouden zou ik zeker met een boycot sym pathiseren, al zou ik niet meer helpen die te organiseren. Nog los van het feit dat ik een vieze smaak in mijn mond krijg omdat alleen boycots tegen linkse dictauren een kans van slagen hebben: Melbourne '56, Moskou '80. Sinds '78 heb ik geleerd nuanceringen aan te brengen." „Ik herinner me dat nog heel goed, die eufo rie die over ons kwam bij het gevoel min of meer de voorlopers te zijn van een generatie. Totdat ik inzag dat je eigenlijk tegenover een zaal met driehonderd individuen stond, waarvan misschien tien procent verheven ge dachten koesterde bij wat jij stond te oreren, de rest kwam gewoon om te lachen. Dat be sef was tegelijk een nederlaag en een over winning, en dat besef leidde tot berusting en opluchting." „En als het dus straks in Ecuador niet pluis blijkt te zijn, dan weet ik dat ik daar alleen maar van kan leren. En dan geloof ik niet dat de mensen daar slechter af zijn door de komst van een harkelijn uit Nederland. Ik kan me nu voorstellen dat ik naar Zuid-Afrika zou gaan. Niets is meer zwart-wit." EUROPESE BRIL „Het machtige van reizen is voor mij dat ik me weer bewust word van die Europese bril waardoor ik de wereld bekijk. Als we de moeite hadden genomen om hier even te luisteren naar de Indianen voor we ze over de kling joegen en kennis hadden genomen van hun cultuur, met zijn eerbeid voor Moeder Aarde en direct van de natuur afgeleide waar den, dan zou de wereld er anders hebben uit gezien, met naast 'de Amerikaanse, de Eu ropese, de Aziatische en de Middenoost-cul turen ook nog het Indiaanse aandeel. Onder ling respect tussen al die culturen zóu de mensheid op een hoger plan kunnen bren gen. Maar ik vrees dat CNN ons culturele voorland wordt." „De teksten -voor mijn theaterprogramma's studeer ik niet in. Repeteren zonder publiek kan ik niet: dan komt er niets uit. Misschien is dat wel mijn talent: dat ik op het podium de concentratie opbreng om het met niet veel meer dan een verhaallijn te redden. Im provisatie speelt daarbij een grote rol. Als ik maar het gevoel heb dat de reacties vanuit de zaal me overspoelen en meesleuren alsof ik in de branding sta. Als het kabbelt moet ik uit een ander vaatje tappen." „Ik werk met 'steekwoorden'. Als ik merk iets gewaagds te hebben gezegd, ga ik daar ver der op in, tot het publiek zijn interesse ver liest, zoals een kind uitgekeken raakt op een stuk speelgoed. Dan pak ik weer iets anders." „Als het goed gaat brengt ook het publiek de concentratie op, dan valt het eigen belang weg, hebben we samen een enkel belang. Dat lukt niet altijd. Op een gala-avond hier had ik voor de pauze driehonderd ego's tegenover me. Ze moesten in de pauze eerst tegen el kaar zeggen dat het oké was om het leuk te vinden voordat we er in de tweede helft sa men iets van konden maken." „Een van de belangrijkste redenen om de ro man 'Neerlands Bloed' te schrijven is dat ik eens wilde ontsnappen aan al die rare thea- terwetten. Je werkt in je eentje in een enorme leegte, zonder direct contact met een publiek dat je kunt sturen of dat mij stuurt. Een heel aparte spanning. Met als extra bevrediging Freek de Jonge toert berustend en opgelucht in de West dat ik door het schrijven leer los te komen van de tirannie van de lach." NIET ANDERS „Voor mij is de vergelijking tussen theater maken en een roman schrijven die tussen snorkelen en diepzeeduiken. Theater blijft oppervlakte, entertainment. Niet dat ik in die roman mijn theater-afkomst verloochen. Ik hou nu eenmaal van pathetiek; een soort hoogdravenheid. Ik zou het niet anders of beter kunnen dan ik het heb gedaan." „De recensenten waren er over het algemeen ook positief over, op een vooringenomen ty pe als Hans Warren na. Maar dat is iemand die zich recenserend opwerpt als bewaker van de Olympus der Vaderlandse Letteren, omdat hij meent dat hij daar zelf ook thuis hoort. De literatuurgeschiedenis leert dat het meestal niet de meest getalenteerden zijn die zich zo krampachtig opstellen." „Ik had bij het schrijven een duidelijk publiek voor ogen. fk schreef nooit voor mezelf, zoals de meeste debutanten. Maar dat kan komen door mijn podium-ervaring. En 'Zaansch Veem' was natuurlijk een aardige vingeroefe7 ning. Ik heb trouwens al een opzet voor een vervolg, nog serieuzer van toon." „Ik hoop nog meer romans gepubliceerd te krijgen, maar het theater zal ik nooit verge ten. Ik wil doorgaan in de Engelse taal, terug naar de VS en Canada. En Engeland, dat nog veel moeilijker is te veroveren. Waar ik me heb laten uitjouwen voor zaaltjes met zeven man publiek; een goede ervaring voor ie mand die voor een bomvol Carré heeft ge staan." „Daarmee zweer ik Nederland niet af, maar het probleem is dat je daar alles jaren tevoren moet plannen en dat wil ik niet meer. Varia tie is broodnodig, anders word je zo'n oude rocker die steeds maar weer zijn gitaar om z'n nek hangt, omdat hij geen ander kunstje kent en zich anders thuis doodverveelt." „Kijk naar Bob Dylan, weinig musici hebben zo'n invloed op me gehad. De spirit, de arro gantie die hij vroeger uitstraalde. Net zo'n impulsief schrijver als ikzelf. Maar ik heb zijn laatste optreden in Nederland gezien: vrese lijk, die man is versuft. Zijn tragiek is dat hij niet kon ontsnappen aan dezelfde omstan digheden die hem zo groot hebben ge maakt." SCHIJNWERELD „Ik herken dat, je wordt als vanzelf het medi um van een stroming. Maar waar ik kon rela tiveren is hij mogelijk overrompeld door een nimmer eindigende stoet mooipraters. Nie mand durfde hem de waarheid te zeggen, totdat hij voorgoed verstrikt raakte in een schijnwereld." „Ik merk het al op deze tournee. Iedereen is aardig en roept hoe goed je het doet. Dylan maakt dat zijn'hele leven mee. Als artiest in Nederland loop je dat risico veel minder. Je rijdt om zes uur naar de schouwburg, komt thuis en hebt dan misschien alleen de toneel meester en de brandwacht gesproken." „Dat Dylan een tijd lang de discipline van het geloof heeft omarmd, begrijp ik ook heel goed. Je gaat vanuit die ongeremde vrijheid vanzelf meer verzinnen. Of je sluit je op in de eenzaamheid die zo veel grote, monomane geesten hebben gezocht: zo kan ik me de be koring van het Idoosterleven, van de ascese, van de zelftuchtiging goed voorstellen. Of je zoekt die eenzaamheid temidden van ande ren in drank en drugs. Ik heb het geluk gehad te ontdekken dat de zelfgekozen discipline in je werk het leven kan verrijken. Mijn vrouw Hella heeft daar zeker een grote rol in ge- Freek de Jonge in Willemstad: „En als het dus straks in Ecuador niet pluis blijkt te zijn, dan weet ik dat ik daar al leen maar van kan le- toe te kijken moest ik met een rooie kop alles schoonmaken. Op een gegeven moment hield ik het niet meer en ben huilend de ka mer uit gerend. Ik herinner me nog dat mijn moeder een week lang geen woord tegen mij ge zegd heeft. Ik voelde me ver schrikkelijk, maar ik wist gewoon niet wat ik moest doen om het weer goed te krijgen. Uiteindelijk heb ik op aandringen van mijn vader mijn excuses aangeboden. Maar het was altijd hetzelfde liedje. Als ik iets verkeerds had gedaan strafte mijn moeder mij door tijdenlang niks te zeggen, te doen of ik voor haar niet be stond. Ik vond dat vreselijk." De vrouw die mij dit relaas ver telde, was op 35-jarige leeftijd nog altijd zó allergisch voor het zwijgpatroon van haar moeder, dat die haar daarmee alle kanten op kon sturen. Belde haar moe der om haar te vragen of zij 's zondags op bezoek kwam en antwoordde zij dat het haar niet uitkwam, dan hoefde de moeder niets anders te doen dan kortaf te zeggen: „Oké, dan niet" en de hoom op te leggen. Dat was het signaal voor de dochter om zich onmiddellijk beroerd te gaan voelen en prompt terug te bellen dat ze toch zou proberen even te komen. de essentie van emotionele mis handeling is dat de natuurlijke feilbaarheid en de natuurlijke ongehoorzaamheid van een jong kind wordt beantwoord met de dreiging van het totale verlies van emotionele veiligheid, het verlies van de ouder. Het kind wordt als het ware te verstaan gegeven dat, als het zich niet volledig richt naar de wen sen en normen van de ouder, het niets waard is en alleen en onbe mind zal achterblijven in een we reld die het alleen niet aankan. Om de panische angst voor ver lating door de ouder te vermij den, moet het kind voor een groot deel het uitproberen van dingen, het maken van fouten en het volgen van eigen behoeften en gedachten opgeven. Maar dat kan het niet. Een kind is nu eenmaal zo geconstrueerd dat het steeds in de fout moet gaan. Het is de speelbal van al lerlei behoeften, zoals de behoef te aan zelfontplooiing, die voort durend om aandacht en bevredi ging vraagt zonder dat het kind daar veel controle over heeft. In geklemd tussen de dreiging van emotionele verlating en afwijzing aan de ene kant, en de eigen on volmaaktheid en driften aan de andere kant, raken veel kinderen psychisch verwrongen. Omdat ze zich in de buitenwe reld niet voldoende kunnen ont wikkelen, bouwen veel kinderen een fantasiewereld waarin ze zich regelmatig terugtrekken. In die wereld fantaseren ze bij voor beeld dat ze vondeling zijn en dat ze op een dag hun echte ou ders zullen terugvinden. Of dat ze later ontzettend succesvol zijn en dat iedereen - en vooral hun ouders - vol bewondering voor hen zijn. Of dat het uiteindelijk tussen hen en hun ouders toch nog goed zal komen. Maar meestal, helaas, als die kinderen volwassenen zijn geworden, blij ken die fantasieën nog altijd niet meer dan fantasieën. De realiteit is dat kinderen tot hun ouders veroordeeld zijn en dat in een aantal gevallen die veroordeling onrechtvaardig is. Wat rest is de schade onder ogen te zien en waar mogelijk te her stellen. En dat begint met het inzicht dat je ouders geen gelijk hadden, en met het krachtige besluit dat ze dat ook niet zullen krijgen. RENE DIEKSTRA hoogleraar klinische en gezondheidspsy chologie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 33