Cultuur Oorvijg voor nare blondine Zeeman lijdt schipbreuk Eindelijk wil ik genieten van twee door Marx gestaalde tieten Adembenemende thriller Elsink Emotioneel testament uit de DDR Donderdag 6 juni 1991 Redact*: 071-161400 CEES VAN HOORE RENEE DE BORST Etndredact* HANS SONDERS Votmgevmg: PIET KOOREMAN 15 BOEKEN Nieuw treiterend realisme van Heeresma Uitg De Prom ƒ24.90 Nu al jarenlang wordt aange kondigd dat het definitieve meesterwerk van Heere Hee resma zal verschijnen. 'Kaddish voor een buurt', zo zou het moeten heten. Het is er nog steeds niet, maar we kunnen de voorstudie van een fragment uit dat meesterwerk lezen in Hee- resma's nieuwste boek: 'Zin gend langs de deuren'. Het is zo n boek als Heeresma eerder publiceerde: een collage van verspreid gepubliceerde verha len, beschouwingen, fragmen ten, gelegenheidsproza, al dan niet gefingeerde autobiografie. Heeresma wisselt van genres en van uitgevers maar niet van onderwerpen en niet van be handeling daarvan. Absurde lot gevallen in grauwe levens. De ellendigste kleinburgerheid ont ploffend in gruwel. Het bontst in meligheid, met brille behan deld, maakte hij het misschien in 'Zwaarmoedige verhalen voor bij de centrale verwar ming' (1973).t In dit nieuwe boek staat een verhaal, 'Neem eens een eenzaam mens op schoot', dat zich in die vorige bundel op zijn plaats zou heb ben gevoeld. "Ja, hoor eens, verhuren is al tijd overvragen en daar valt ver der niets aan te doen". Zo be gint de ontboezeming van een pensionhouder met een afschu welijke vrouw en gedresseerde commensalen en Heeresma houdt het vol die zowel cyni sche als zelfgenoegzame- als doodzielige man boeiend aan het woord te laten. Heeresma treitert de lezer, heel bewust. Hollands realisme, indertijd een serieus genre, door bijvoorbeeld Frans Coe- nen pijnlijk goed beoefend, heere Heeresma: absurde lotge vallen in grauwe levens. foto roland de bruin/gpd wordt bij hem tot karikatuur. Aan trivialiteiten en onsmake lijkheden geen gebrek, maar ze worden komisch. In het laatste verhaal wordt verteld over een vrouw die zo graag een kind wil, een absurd domme vrouw met een afschu welijke echtgenoot. Die man komt thuis van zijn werk en gaat op de bank liggen pitten. Heeresma schrijft dan: "Geruis loos deed ze het bestek in de kast en boog zich toen over hem heen. Wat had 'ie toch een groot hoofd! En daarin dat klei ne, nu wat lubberende mondje dat slap neerhing als de tepel van een reegeit. Uit het naai mandje pakte ze de lange schaar en duwde daarmee zijn gebit, dat uit het zakje van zijn poloshirt dreigde te vallen, weer terug. Het was in de loop van de tijd een vertrouwde handeling geworden; voorkomen dat z'n prothese op de grond viel wan neer hij sliep. En altijd met de lange schaar, daar ze weliswaar sinds kort zelf een klein kunst- gebitje had maar nog wat moei te ervoer met zo'n maalinrich ting waar toch altijd wat etens resten aan plakten". De logica van de laatste zin ontgaat me, maar de lieve scène is weerzinwekkend genoeg en daarin straalt dan - zo zou Frans Coenen het niet hebben gedaan - die tepel van een reegeit, een beeld dat de vrouw over wie het gaat zeker niet zou zijn ingeval len. Treiterig is ook het heel langzaam vertellen van een daad die in drift plotseling is be gaan. Heeresma, in zo'n auto biografische schets, vertelt dat hij een gemeentekantoor verliet waar hij een formulier niet had ingevuld: "Verontwaardigd dus, niet boos en zeker niet driftig daverde ik door die draaideur waar juist een helemaal bij deze tijd behorende jongevrouw met een licht dédain voor mannen en ouders in Egmond-Binnen die al maanden handenwrin gend wachten op een brief, een telefoontje en bovenal wat fo tootjes van hun kleinkind dat momenteel bijkans onderstebo ven in een soort koffertje op haar rug hing, naar binnen wil de. Die zwiepende deurpanelen met hun fraaie koperen beslag en borstels van varkenshaar te gen het doortochten, bevielen mevrouw niet en ze benoemde me schreeuwend tot een schan delijk iets. Te veel! En te laat! Met verbazing zie ik nog die mannenhand omhoog komen; slanke, spatelvormige vingers die duiden op artisticiteit en denkkracht, de goed onderhou den nagels ook en een welig ontwikkelde muis die de kracht van iemands erotiek verraadt. Die hand, bij de pols begrensd door een kapitale Carrier, vloot voort door de lucht en het ein digde in een schallende oorvijg die het lange blonde haar van de ontvangende deed uitwaaie ren in de zonneschijn en het zorgeloze beeld opriep van tv- reclames voor wat duurdere produkten". Uitg. De Bezige Bij 27.50 Alsmaar door sukkelt in de Nederlandse media een discus sie over wel of geen hermeti sche poëzie. Het is een schijn discussie, die sinds de beweging der Maximalen twee kampen heeft gecreërd. Een nadere blik op gedichten bewijst meteen de onzin van het model. 'Mij rest/ een weg te hakken naar het beeld.', schrijft Michaël Zeeman in 'Fossiel', het eerste gedicht in zijn debuutbundel 'Beeldenstorm'. Moeizaam een weg banen. Naar het verleden bijvoorbeeld. In een taal die juist in het geheel geen onthul lende kracht bezit, integendeel, kringen draait in zichzelf, het verborgene tijdens het onthul len opnieuw weer in een nieu we vorm verhult. Het is voortdurend die weife ling tussen open- en dichtma ken. Zoals in 'Wad': 'Waar de wateren samenvloeien/ en het droge te voorschijn komt/ ligt misschien in de klei een/ laatste spoor van zijn vingers.' Het wa ter vloeit samen (dicht) èn het droge komt te voorschijn (open), maar het droge blijkt klei (dicht), en dat eindigt in een laatste regel die in zijn complexheid niet zomaar als open of dicht te benoemen valt, maar er wel alles mee te maken heeft. In de zware, gebeeldhouwde poëzie is er dan opeens sprake van een gedicht dat gaat over vlinders die in een Blue Band magarinedoos gevangen wor den, maar het elastiek schiet los en 'een kleine wolk van vlin ders/ krult op en spat uiteen'. Dat is een heel raar gedicht in dit verband. Zo licht als het na melijk is. Nog raarder, wel aan- voelbaar maar niet verklaar baar, is dat dit opeens zo helde re, lichtvoetige, anekdotische gedicht een titel meekrijgt als 'semantisch'. Waarmee het als vanzelf een naar de poëzie te rugverwijzend, poëticaal, ge dicht wordt, een metagedicht. En dan valt het op, hoe zwaar, hoe dichtgemaakt, het einde van het gedicht is. In brokstuk ken uiteenvallende zinnen, zwaarmoedige pogingen vast te Michaël Zeeman: weifelen tussen open- of dichtmaken. foto chris vanhouts houden wat weggefladderd is. De losse stukken leunen ver moeid tegen elkaar. 'Het' viel niet te vangen. Door de schijn baar lichte openheid wordt de uiteindelijk gesloten zwaarte al leen nog benadrukt. Die weer terugverwijst naar de lichtheid, het opene. 'Als van een Russische boer zijn paard crepeert gaat hij lopen, als hij geen wodka meer heeft drinkt hij eau de cologne, t is, heeft hij niets'. Een van de vele anekdotes in het boek 'Russische Werkelijkheden' van Charles B. Timmer Uitg Arbeiderspers 39,90 De Russen zijn dol op 'zwarte humor'. Er zijn talloze keiharde puntdichten in omloop, waar van de Russen in een hard, meedogenloos land echt kun nen genieten. Je kunt het een soort galgenhumor noemen. Een dankbaar onderwerp voor die epigrammen vormden de vele ongelukken op het platte land, direct na de Tweede We reldoorlog. Na 1945 gingen de boeren weer aan de slag, op ak kers bezaaid met onontplofte bommen, granaten, kogels in boomstammen en verborgen wapentuig. De gevolgen voor de kolchozenboeren waren ver schrikkelijk. Zo ontstonden gedichtjes als: Tanja liep in het bos te zoe ken naar bramen Per toeval kwam zij met een landmijn tesamen Nog lang moet ik aan het droomvisioen wennen: twee lichtblauwe ogen daar hoog in de dennen. Deze knuppelversjes uit de Rus sische volkspoëzie vormen een van de aardige onderdelen in het laatste boek van Charles B. Timmer 'Russische Werkelijk heden'. Timmer, de vertaalgi- gant van de Russische litera tuur, stierf op 1 januari 1991. Het lijkt of hij met 'Russische Werkelijkheden' zijn bureau aan het opruimen was. In het boek zijn een twaalftal essays bijelkaar geveegd, die qua on derwerp vrijwel niets met elkaar te maken hebben. Een romme lig boekje dus, maar wie Tim mer kent, zijn fenomenale ken nis van de Sovjetunie, van het Russisch, van het dagelijks le ven daar. gepaard aan een wel dadige verteltrant vol anekdo tes, die kan van 'Russische Wer kelijkheden' smullen. Een ander, door Timmer uit het uiteraard onofficiële circuit op gedoken epigram moet hier even vernield worden I te am te humor is overgegaan in een sick joke en een onbekend ta lent neemt via de vrouwelijke minister van kunst en cultuur Foertseva de hele communisti sche partijkliek op de hak: Voor die Chroesjtsjov zou ik nooit beven: Met Foertseva ga'k door het leven, want eindelijk wil ik genieten van twee door Marx gestaalde tieten. Een onthullend hoofdstuk in het boek is 'Rehabilitatie en deshabilletatie', waarin Timmer schetst hoe ge makkelijk hoofd van de bevolking drie maal zo hoog als in de VS. Brood is voor de Rus een le vensvoorwaarde. 'Ach, we heb ben nog brood", schreef een Rus mij onlangs uit Kiev, na een trieste verhandeling over de le ge winkels in de Oekraïnse hoofdstad. Charles B. Timmer dist in zijn boek deze boeren wijsheid op: 'Als van een Russi sche boer zijn paard crepeert gaat hij lopen, als hij geen wod ka meer heeft, drinkt hij eau de cologne, maar als er geen brood meer is, heeft hij niets' Het meest actuele van de twaalf essays is het titelhoofdstuk 'Russische Werkelijkheden', waarin Timmer beschrijft hoe de Sovjet-economie nu eigenlijk werkelijk in elkaar Soviet-autoritei- rr c als de 'secundaire ten ten onrechte EcOflOltlll Sf)\JdHHlC economie' is dan voltrokken v o, i Vol aVOfltUUr, °°k 7ekeI nissen corrige de hr sprankelend, riskant i immer, maar n reha- dank zij zijn gron- Dat is en romantisch dip- kennis van »oi van het dagelijkse le ven van de Rus weet hij in gewoon, niet weten schappelijk proza, exact uit de doeken te doen hoe het er alle maal in zijn werk gaat. Aan de hand van praktijkvoorbeelden en anekdotes laat hij de bonte scala van staatsmarkt. vrije markt, zwarte markt, buiten landse valutamarkt en de niilmarkt de revue passeren Het economisch gebeuren in de Sovjetunie heeft niets van doen ringen in trokke bil iter heel mooi ven een regime, dat het de hand in eigen boezem steekt, zou men kunnen den ken. Het enige probleem daarbij is dat rehabilitatie bij voorkeur postuum wordt verleend. F.n wat alleen in de Sovjetunie kan de nabestaanden van een gere habiliteerde. maar al jarenlang morsdode politicus, kregen van de administratie van de partij nog een rekening te vereffenen 'Ter attentie van mijlen kame raad Trofimov - wegens 17 jaar achterstallige contributie van het partij- en vakbondslidmaat schap 17 x 200 roebel jaarlijkse bijdrage ofwel de somma van 3400 roebel. Betaling binnen drie weken'. Brood Zo staat het boekje vol typisch Russische anekdotes. Over brood bijvoorbeeld is heel wat te vertellen. De consumptie van brood, nog altijd heel goed koop, is in de Sovjetunie per Wester vol tuur, sprankelend, riskant dus romantisch, het heeft lyrische kanten en kent dramatische ontknopingen, triomfen en tra gedies De kranten in de Sov jetunie schrijven het nog steeds 'De produktie van schrijfmachi nes is dit jaar 70 procent hoger dan vorig jaar'. I ven kijken in het statistisch jaarboek van vo rig jaar hoe de aantallen dan wel liggen Pech. daar staat slechts, dat 'de produktie van schrijfmachines met 60 procent ten opzichte van vorig jaar is toegenomen' Tot slot i-en van die heerlijke voorbeelden, waarmee Timmer steeds weer zijn boekje door spekt: Op de vrije markt meldt zich een Rus bij een chagrijnig kijkende boerenvrouw. Voor haar liggen drie kwijnende au gurken. "Heb je ook appelen?" Njet, snauwt de vrouw De man schuift een bankbiljet in haar richting en zegt Geef me dan maar een kilo De vrouw duikt omlaag naar haar manden en stopt een kilo prachtige appelen in de tas van de man. De Sovjet- economie in een notedop. zo werkt het in het Idein en zo werkt het in het groot. Charles B. Timmer, een begrip, kenner van alles wat Sovjetunie is. geestelijk vader van de Russi sche bibliotheek zoals die bij Van Oorschot verscheen. Zelf vertaalde hij een kwart van de ruim 26.000 pagina's van Russi sche literatuur. Met liefde en enthousiasme kon wijlen Char les B. Timmer er over schrijven en vertellen. Voor het regime zelf. de zo veel geprezen glas nost van Ciorbatsjov en voor de communistische partij heeft hij geen goed woord over. De laatste twee zinnen uit zijn boek laten z.ich als een schreeuw van onmacht, teleurstelling en pro test lezen, (reen wonder dat het met die alles binnendnngende en alles verpestende leugens slecht gaat in de Sovjetunie. Want welk denkend mens kan op den duur de tegenstelling aanvaarden tussen wat de pani) aan misdaden heeft bedreven en baar pretentie een leidende rol in het maatschappelijke be stel te mogen spelen7' Het is waarschijnlijk niet het laatste boek dat wordt uitgege ven van de op nieuwjaarsdag overleden Charles B. "I immer Volgens uitgever Van Oorschot is er in de nalatenschap nog veel materiaal gevonden Dit moet worden uitgezocht en er zal met de nabcsiaanden eerst overleg moeten zijn ELISABETH EYBERS VERSORGINGSSTAA T Jy word by elke loswring uit die skemer vlot opgevang, weerloos en moedernaak, hoewel jy self geen afspraak hoef te maak met vroedvrou en begrafnisondernemer: basisberoep waarvan trouens die een terughoudender dan die ander wordt bejeën deur omstanders wyl jy as hoofpersoon geen kennis of erken tlikheid vertoon Elisabeth Eybers kreeg onlangs de P C. Hooftprijs. Ter gelegen heid daarvan verschenen er bij Querido twee cahiers, een met het juryrapport, de lofrede en het dankwoord, en een met ge dichten van Eybers, onder de ti tel 'Teëspraak' (Tegenspraaki (ISBN 90214 61986/CIP/NUGI 310). Het gedicht "Versorgings- staat' is het derde vers uit deze sterke bundel. Voor de riet- Zuidafrikaners hier een ruwe vertaling: 'Je wordt bij elk los wringen uit de schemer/vlot opgevangen, weerloos en moe dernaakt,/hoewel door jou geen afspraak hoeft gemaakt /met vroedvrouw of begrafenisonder nemer/basisberoepen waarvan trouwens het ene/terughouden der dan het andere wordt beje gend/door omstanders daar jij als hoofdpersoon/niks weet en geen erkentelijkheid vertoont'. RECENSIE KOOS ROST Moed per fax. Menk EKink Uitg Fontein ƒ25.- Henk Elsink is naast zijn to neelcarriere hard op weg ook naam ie maken als thrillerau teur Hij maakte destijds onder de naam Elsinck een enthou siast begroet debuut met 'Tene rife Zijn tweede boek 'Moord per fax' is al even verrassend Een verhaal met een knap uit gewerkt, origineel gegeven I i- gentijds en pakkend Ik roep niet vaak dat ik een boek 'in één adem' heb uitgelezen, maar hi| F.lsink rustte ik niet voor ik de laatste bladzijde te pakken had Het boek laat zich ook ge makkelijk lezen. Een verhaal louter en alleen opgebouwd uit verzonden faxen Waarvan een aantal niet is te traceren Dat zijn de faxen die komen \an iets dat zich 'Radicaal Volksfront voor Afrika' noemt De groepe Henk Elsink •fOTOGPO ring eist enkele miljoenen van de Shell Via faxen van verschillende bedrijven, politie-autoriteiten en diverse personen kunnen we zo de weg van de misdaad vol gen Die uiteindelijk leidt tot ontvoering en moorden. Natuurlijk heeft zo'n manier van opbouw grote voordelen Men kan alles heel simpel hou den Brieven van vriendinnen behoeven geen ingewikkelde structuur Daarin kan van de hak op de tak worden gespron- P i Politiemensen bekommeren zich meer om feiten en gege ven» dan om entouragr »-n menselijke grvoelens. Zaken mensen laten zich al evenmin verleiden emoties te tonen in het faxvrrkeer Aan het einde zijn er ie veel open einden. Bijvoorbeeld: waar zijn die miljoenen geble ven die als losgeld werden be taald7 En de rol van die diep in de schulden zittende adjunct - direc teur blijfi onduidelijk. De onbeantwoorde vragen geven een gevoel van onvrede Deson danks heb ik het boek in éen adem' uitgelezen Het verhaal pakt meteen en Elsink is ook als auteur handig genoeg om die aandacht tot net einde toe vast te houden. Uitg VarOnrwp ƒ14 50 Patronen van rm *ugd. Chntfa vVoK VertaNig Tr*e Da «ïv LMg Van Gennep 59 .50 De publicatie in Duitsland van Christa Wolfs novelle Wat blijft deed vorig jaar veel stof opwaaien bij onze oosterburen. Kntikastm verweten de teur gewacht te hebben met het vrij geven van hel verhaal tot de macht van de DDR autoriteiten op instorten stond en de kust veilig was. "I.af en conformis tisch". kreeg de inwoonster van Oost-Berlijn naar bet hoofd ge slingerd Een gemakkelijk verwijt dat \oorbi| gaat aan de omstandig heden waaronder de novelle ge schreven werd Bovendien ver bult de kritiek dat juist Christa Wolf uiterst gewetensvol te werk gaat. Dit blijkt niet alleen uit Wat blijft, maar ook uit de mo n urnen tale roman Patronen iw/i een jeugd, die net iets eerder in vertaling verscheen In de tijd dat de DDR nog be stond, gold Wolf als een van de meest gezaghebbende auteurs van het communistische bol werk. I entje die de kntiek op de machthebber» absoluut met schuwde Dit kwam haar te staan op bewaking door de ge heime politie. Deze beklem mende ervaring vormt het uit gangspunt voor IVtif blijft. waarin Wolf éen dag uit haar It ven heschn|ft Niet zomaar een dag. Op de parkeerplaats tegen over haar voordeur sta.it een Wartburg met daarin "twee. dne sterke, gezonde jongeman nen". Politiemannen in burger. Met dr moed der wanhoop slaat Wolf zich door de dagclijk se gang van zaken heen Ze doet boodschappen, krijgt telefoon tjes. Post houdt ze eerst ti-gen het licht om te kijken of de en veloppon al open gemaakt zijn Af en toe blikt ze naar buiten Steeds keert dat ene zinnetje te rug: 'Ze waren er nog 's Avonds geef ze een lezing m liet plaatselijke Kulturliaia Vt .if loop is de schrijfster het middel punt van een emotionele dis cussie met het publiek over de toekomst". Intussen worden jongeren die tevergeefs de bom volle zaal in willen door de poli tie afgevoerd Christa Wolf heeft dus tien jaar gewacht met hot publiceren van deze novelle De openings zinnen luiden 'Nou met bang worden. In die andere taal. die roeg niet op mijn tong pro eens ook hierover spreke dat wist ik. zou het nog tr zijn". De auteur werpt zich graag op als het geweten van haar tijd Dit thema komt in vrijwel al haar romans en verbalen naar voren. Zij stelt vragen aan ben die do touwtjes in nanden heb ben; zij stelt vragen aan de mensen in haar omgeving; en niet in dr laatste plaats aan zichzelf. Tijdens l)ir Wende in november 1989 en de onzekere fwriode die daarop volgde. be loordc Wolf tot de minderheid die vraagtekens zette bij «Ir des ti|ds nog op handen zijnde her eniging Haar protest ging in het gebulder van Hetmutn Kohl i s verloren. Patronen inn een jeugd gr tuigt n6g sterker van deze kriti sche houding In deze even aangrijpende ah omvangrijke roman keert Wolf terug naar haar geboortedorp 'L'. het hui dige Poolse stadje 'G Zij he /'►ekt de vroegere kruideniers winkel van haar ouders Ir komt een stroom bonnoenngen op gang de schooljeugd in do jaren K). familiehe/ockjes. het dageli|ks leven in en rond het dorp Tot in details prnbreri dr schijfster igeb 1929i te rccon stnieren boe Hitlers Nationaal Socialisme zijn weerslag vond in het gewone' leven van door snee Duitse gr/rnnen >m er achter te komen hoe de mensen uit haar irugd. haar eigen vader en mococT en ook zijzelf, op de opkomst van het Nazisme ren geerden En hoeveH ze wisten van de versehnkkingrn haar jeugd, het zichzelf, vraagt Wolf Zich af "Hoe zijn wr geworden roal* we trgenworrtuig zijn?" Een goudeerlijke roman, van een schijfster die ook zichzelf niet spaart. Op zoek i kind in zk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1991 | | pagina 15