Venus wellicht stuk Ster van Bethlehem mi i =ikW M Spectaculaire nieuwe methode voor bodemsanering De grote verspilling Sneller en nauwkeuriger lasersnijden nu mogelijk 'Werkloze drinkt minder dan iemand met een baan' DE DONKERE KANT VAN DE MAAN Onderzoek: gevolgen verwijdering van strottehoofd zwaar onderschat 'Schade aan het hart bij Hodgkin- patiënten vaak door bestraling' Orthomanuele geneeskunde werkt WOENSDAG 19 DECEMBER 1990 EINDREDACTIE HANS SONDERS MAASTRICHT (GPD) Een werkloze of alleenstaande grijpt minder snel naar dc fles dan iemand die getrouwd is of een baan heeft. Dat conclu deert Kenier van Gelooven in zijn proefschrift 'Drinksitua- ties en drinkgedrag: alcohol gebruik in het dagelijks leven'. "In de bestaande literatuur wordt de verwachting gewekt dat het ontbreken van zinvolle bezigheden, alcoholgebruik in de hand werkt. Het tegendeel is waar", licht de promovendus toe. Het blijkt dat er geen enkele activiteit is waarbij niet wordt gedronken, en óók dat een groot deel van de bevolking al cohol gebruikt in situaties waarin dat sociaal gezien niet normaal is. Bij werkende vrouwen is het aandeel zware drinkers relatief hoog. Ook voor mannen met een baan gaat die vlieger op. w aarbij te vens de categorie 'met partner' in negatieve zin hoog scoort. Werklozen en mensen met een job blijken in bijvoor beeld een kroeg evenveel te drinken, maar laatstgenoemde groep blijkt in een situatie die niet tot alcoholgebruik noodt, vaker een neut te pakken. Deze foto van de maan werd 8 december gemaakt door de camera van de Galileo satelliet, die op weg is naar Jupiter. Rechts is de don kere 'zee van te zien van Mare Oriëntale. Deze streek en de heldere delen van de maan aan de linkerzijde waren nog nimmer door een ge a vanceerd camerasysteem als die van Galileo opgenomen. (foto Ar> De lichamelijke en psychoso ciale gevolgen van de verwij dering van het strottehoofd zijn aanzienlijk en worden on derschat. Er is vooral weinig aandacht voor longproblemen tot jaren na de operatie. Dat schrijven artsen en onderzoe kers van het Antoni van Leen- wenhoekhuis in het Neder lands Tijdschrift voor Genees kunde. Naar schatting zijn er in Ne derland 2.000 mensen bij wie het strottehoofd <wegens keel kanker) is verwijderd. De pa tiënt raakt daardoor zijn stembanden kwijt en zal met (mechanische) methoden op nieuw moeten leren praten. Vijftien procent van de 59 onderzochte patiënten die lan ger dan een half jaar daarvoor was geopereerd, voelde zich geremd in de omgang met an deren. Wat de onderzoekers vooral tegenviel waren de vele klachten over de luchtwegen en daardoor gevoelens van angst en depressie. De meeste patiënten bleken veel speeksel op te geven, veel te hoesten en hadden constant een loopneus. Zowel patiënten als behandelaars denken dat deze klachten een onvermij delijk gevolg van de operatie zijn. Een sinds enkele jaren verkrijgbare pleister met een filter die voor het stoma ge plakt moet worden, vermin dert de klachten. De artsen pleiten voor verder onderzoek naar deze pleister om na te gaan of die resultaten blijvend zijn. Patiënten die zijn behandeld wegens de ziekte van Hodgkin (kanker in de lymfeklieren) hebben ook na tien en vijftien jaar een hogere sterfte dan ge zonde leeftijdgenoten. Ook dan nog kunnen zij een hartin farct krijgen. Die late schade aan het hart, lijkt veroorzaakt door de bestraling. De kans op die schade schade is waar schijnlijk groter dan in enige andere risicogroep voor hart en vaatziekten. Oncoloog-radiotherapeut dr. E. Noordijk en infernist- hematoloog dr. J. Kluin-Nele- mans van het AZL stellen dat in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde. In de stan daardbehandeling kan name lijk een groot deel van het. hart zijn bestraald. Zij pleiten dan ook voor een groot onderzoek met vele hon derden patiënten waarin de gebruikelijke behandeling wordt vergeleken met een mo gelijk minder schadelijke the rapie waarin een kleiner ge bied wordt bestraald met bij voorbeeld lagere doses. Orthomanuele geneeskunde blijkt een effectieve behande lingsmethode bij patiënten die klachten hebben door scheef stand van bekken en wervel kolom. Dat concluderen de artsen J.W.B. Albers en E.D. Keizer in een onderzoek naar de waarde van deze alterna tieve geneeswijze. Doel hiervan was om de scepsis weg te nemen die te gen deze geneeskunde bestaat. "We willen laten zien dat de methode geen onzin is, maar dat het werkt'% aldus Albers. Of de artsen hierin zijn ge slaagd, zal nog moeten blijken. Zij geven toe, dat zij niet echt kunnen bewijzen dat de pa tiënten die de methode onder gaan, genezen. Wel denken zij aannemelijk te kunnen maken dat de behandeling helpt, om dat de patiënten aangeven dat zij er baat bij hebben. De orthomanuele genees kunde gaat er vanuit dat scheefstand van het bekken of de wervelkolom ten grondslag ligt aan allerlei klachten zoals rug- nek- en schouderklach ten, hoofdpijn, buikpijn en zelfs stoornissen aan maag en ingewanden. Door de stand van het bekken of de wervels door middel van manuele the rapie te corrigeren zouden de klachten verdwijnen. Uit het onderzoek, dat ónder 2.000 patiënten van orthoma nuele artsen werd uitgevoerd, bleek dat bij meer dan twee derde de klachten aanzienlijk minder waren of zelfs waren verdwenen. KARLSRUHE - Nederland se ingenieurs hebben een eenvoudige maar doelmatige methode gevonden om meta len en andere verontreini gende stoffen uit de grond en het grondwater te halen. De door Geokinetics in Delft en Groningen ontwikkelde techniek kan ook gebruikt worden voor de zuivering van baggerslib en voor de af scherming van schadelijke stortplaatsen en industrie terreinen. Op de internationale we tenschappelijke conferentie van TNO over de bodem, in Karlsruhe gehouden, maak ten de ontwerpers de resulta ten bekend van de proeven die zij met hun techniek tot nu toe bereikten. De concen tratie van zware metalen in de bodem wisten zij met meer dan 90 procent terug te dringen. Gebleken is dat ook organische verontreinigin gen voor een groot deel kun nen worden verwijderd. De nieuwe methode, die electroreclamatie wordt ge noemd, bestaat eruit dat men één of meer elektroden in de grond stopt waarmee in de bodem een elektrisch veld tot stand wordt gebracht. Door ionenuitwisseling wor den de vervuilende stoffen bijeengebracht. Deze gaan naar een op het systeem aan gesloten verwerkingsinstal latie. Er blijft uiteindelijk een zeer geconcentreerde op lossing over, die slechts een half tot één procent van de totale hoeveelheid behandel de grond uitmaakt. Het grote voordeel van de methode is volgens W. Pool van Geokinetics in Gronin gen, dat daarmee alle ver vuilde grond en grondwater behandeld kan worden. Voorts kan men de bodem tot op grote diepte saneren. Het is bovendien niet nodig de bovenlaag af te graven. Tenslotte wordt aan de grond geen schade toege bracht. "Ze wordt niet dood gemaakt", aldus Pool. Met de andere tot nu toe beschik bare methoden voor bodem- reiniging is dit volgens hem allemaal niet mogelijk. Een ander gunstig aspect van electroreclamatie is dat voor de omgeving schadelij ke stortplaatsen en sterk ver vuilde industrieterreinen op betrekkelijk eenvoudige wij ze afgesloten kunnen wor den. De voor de mens en het milieu gevaarlijke stoffen kunnen dan niet meer via de bodem en het grondwater buiten deze gebieden in de omgeving doordringen. Experimenten in de omge ving van een voormalige ver- ffabriek, waar de bodem ver ontreinigd was met zware metalen, zoals lood en koper, toonden aan dat 94 procent van de schadelijke stoffen er uit gehaald kan worden. Bij een galvaniseerbedrijf wis ten de onderzoekers de con centratie zink in de bodem aanzienlijk terug te brengen. Hetzelfde geldt voor de reini ging van met arsenicum ver ontreinigde grond bij een voormalig impregnerend be drijf. Experimenten in het labo ratorium gaven te zien dat het met electroreclamatie ook mogelijk is schadelijke stoffen als polycyclische aro matische koolwaterstoffen (PAK's) uit de bodem te ha len. De komende maanden zal een onderzoekprogram ma worden opgezet om vast te stellen of de methode ook in de praktijk haalbaar is. Volgens Pool biedt de nieu we techniek ook mogelijkhe den voor het ontzilten van akkerbouwland. Kerstmis 1990 en Öud-/Nieuwjaar 1990/1991. Aan de Zuidwestelijke avondhemel is nu een bijzonder opvallende 'ster' verschenen; de planeet Venus. Door sommigen de 'Avondster' genoemd, maar de term 'kerstster' is, gezien de kerstsfeer, passender. Precies 1991 jaar geleden moet er ook zo'n 'ster' zijn verschenen: de 'Ster van Bethlehem'. Misschien heeft die ster wel iets te maken gehad met de planeet Venus zo leren recente computerberekeningen. Het heldere licht dat we nu 's avonds kunnen zien is derhalve misschien wel een 'stukje Bethlehem' van weleer. Van onze correspondent Ben Apeldoorn In de nacht dat Jezus Christus, ergens in een stalletje nabij Bethlehem werd geboren, trad er een bijzonder opvallend ver schijnsel aan de sterrenhemel op. Het moet geweldig helder zijn geweest en gedurende de navolgende nachten, zo staat in de bijbel beschreven, diende het als lichtbaken voor reizigers naar de plaats van het grote ge beuren. Oude en moderne sterrenkundigen breken zich al eeuwen het hoofd over de vraag wat het verschijnsel kan zijn geweest dat de bewuste plaats van 'bovenaf zo duidelijk aangaf. De laatste bijna 2.000 jaar zijn de inzichten in de astronomische feno menen van en aan de hemel zó voortgeschreden dat men, oneer biedig of niet, niet goed raad weet met de ware oorsprong van de 'Ster van Bethlehem'. Was het een helde re komeet, een plotseling opvlam mende ster of een zeldzame samen- stand van enkele van de helderste hemellichamen in ons zonnestel sel? Gelovigen verwijten onderzoe kers vaak goddeloosheid als zij zich bezighouden met religieuze aspec ten die zich uitstrekken tot mysteri euze verschijnselen aan de hemel. En de Ster van Bethlehem is zo'n mysterie. Onderzoek daarnaar heeft natuurlijk niets met goddeloosheid te maken als alleen maar gebruik wordt gemaakt van één van de mooiste karaktertrekken die de mens van de Schepper heeft meege kregen: nieuwsgierigheid. En nieuwsgierigheid dwingt tot kri tische vragen, berekeningen en het opstellen van theorieën. Eén van die kritische vragen liegt er niet om: hoe ter wereld is het mo gelijk dat een opvallend astrono misch verschijnsel, waarvan in velé landen melding werd gemaakt, pre cies naar dat onooglijk kleine plaatsje wees en, sterker nog, daar boven 'stil bleef staan'. Die eigen schap is namelijk niet met een as tronomisch verschijnsel te verkla ren. Een helder hemellichaam aan bijvoorbeeld de Noordwestelijke avondhemel moet vanuit Perzië net zo goed in het Noordwesten zijn ge zien als vanuit het toenmalige Mon- golenrijk en als één of andere Mongool datzelfde verschijnsel ge durende een aantal nachten was ge volgd dan was hij beslist niet in Bethlehem maar ergens in de Noor delijke IJszee uitgekomen. Daarnaast zit men ook nog met het vaststaande gegeven dat de Ster van Bethlehem vroeg of laat in de nacht toch een keer ondergegaan zal moeten zijn. Het is drie wijzen uit het Oosten in ieder geval gelukt om met de 'ster' als gids tot bij de stal te gera ken om daar offers te brengen. Maar hoe groot de door hen afgelegde af stand was weten we niet en de kro nieken vermelden evenmin of die drie deel uitmaakten van een multi nationaal, merendeels individueel afgereisde mensenmenigte waar van de rest simpelweg verdwaalde dan wel misnoegd huiswaarts keer de. Veel onderzoekers houden het er op dat de gebeurtenis, nu 1991 jaar geleden, omgeven is door een wazig cocon van merendeels onna volgbare symboliek. Staartster? Hoe het ook zij, er is toen iets heel bijzonders te zien geweest; iets dat 'wees'. Het eerste waaraan de mo derne sterrenkundige dan denkt is een buitengewoon heldere komeet, een 'staartster'. We weten tegenwoordig wat ko meten zijn; stoffige, brosse ijsber gen wier staarten ontstaan door de stralingsdruk van de zon. Ons zon nestelsel moet omgeven zijn door een enorme verzameling kometen- koppen waarvan geregeld exempla ren in de richting van de zon 'val len'. Soms kunnen ze uitgroeien tot adembenemende natuurverschijn selen waarvan de aanblik in vroeger tijden zelfs angstaanjagend was. Kometen werden toen niet voor niets voor onheilsbodes aangezien. De komeet van West, in maart 1976, was zo'n zeldzame speling van het natuurlijke lot die, geplaatst in de verre Oudheid zonder overvloe dig stadslicht, een nog veel impo santer verschijnsel was geweest. Maar 'West' beschrijft zo'n ongelo felijk wijde baan dat hij over één en kele omloop maar liefst een paar honderdduizend jaar doet. Er zijn in het verleden nog veel helderder ko- iheten verschenen waarvan sommi ge zelfs midden overdag aan de he mel waren te zien en het is heel goed mogelijk dat Bethlehem's Ster een zeldzame komeet was die pas over duizenden, honderdduizenden en misschien zelfs wel miljoenen jaren terugkomt. Dat is allemaal niet na te gaan maar een komeet blijft een heel serieuze kandidaat. Minder serieus is het verschijnsel supernova, een betrekkelijk zware, ontploffende ster. Zware sterren komen na het eindstadium van hun brandstofcyclus op een onvoorstel bare wijze aan hun eind: ze klappen als een bom uit elkaar en worden daarbij gedurende enkele weken tot maanden miljoenen malen helder der dan ze eerst waren. Maar als de Ster van Bethlehem een supernova was dan moeten daarvan ergens om ons heen toch de restanten zijn te zien. Tweeduizend jaar mag dan lang geleden zijn maar ons zonnestelsel heeft in die tijd niet meer dan anderhalf lichtjaar in de ruimte afgelegd. Restanten van supernovae zijn in de ruimte wel be kend maar die zijn niet afkomstig van een explosie tijdens het begin van onze jaartelling, 1991 jaar gele den. Van onze correspondent Nico Hylkema Een beetje mismoedig bekijkt Henk Deinum (49) uit Delfzijl een kranteartikel waarin hij wordt afgeschilderd als milieufanaat. "Hoezo fanaat, ik denk alleen maar na". Ex-scheepswerktuigkundige, tech nisch inspecteur bij Akzo Delfzijl en opsteller van het 'Energie- en milieubeleidsplan Deinum', maakt inderdaad allerminst de indruk een fanaat te zijn. Rustig legt hij zijn plan uit. Dat plan moet een energie besparing van 50 procent opleve ren, zonder dat wij veel op comfort behoeven in te boeten. Kan Deinum succes boeken, waar menig, door high tech ondersteund wetenschap per faalt, of is dit gewoon weten schap met gezond verstand? Het voorkomen van energie verspilling komt bij Deinum op de eerste plaats. "We moeten terug in energiegebruik als we de beschik bare fossiele brandstoffen eerlijker willen verdelen en als we de vervui ling willen stoppen". Zaken als kernfusie en gebruik van zonne- energie voor opwekken van water stof zeggen hem niet zoveel. Het is mooi als het misschien nog eens komt, maar in de tussentijd zal er nog heel wat moeten gebeuren. Alles komt terug Deinum: "Een hoofdwet in de che mie zegt dat er bij chemische pro cessen geen gram verloren gaat. Al les komt terug in het milieu. Wij ge bruiken in ons land een hoeveel heid energie gelijk aan 6.000 kubie ke meter aardgas per inwoner per jaar. In de Verenigde Staten is dat 12.000 kubieke meter. Elke kubieke meter aardgas betekent een kooldi- oxyde-uitstoot van 1,8 kilo. Voor kolen en hout is dat bijna het dub bele en olie en benzine zitten er tus senin. Er moet dus iets gebeuren. Het energieverbruik kan met de helft terug; het stroomverbruik in ieder geval met 40 procent". En daarvoor is volgens Deinum geen ingewikkelde peperdure high tech nodig. Hij is inmiddels een wei- geziene gast op veel scholen en in stellingen als bejaardenhuizen, waar hij er in is geslaagd het gasver bruik tot vaak meer dan de helft te rug te brengen. "En dat kan met re delijk eenvoudige middelen zonder grote investeringen". Op basis van een ruimte-thermos taat de tijdklok goed afstellen is al een eenvoudige maatregel die zich snel terugverdient. Zet er een hoog rendement-ketel op, regel de water verdeling goed en een besparing tot meer dan de helft is mogelijk. In scholen zou volgens hem landelijk een besparing van 600 miljoen ku bieke meter aardgas per jaar moge lijk zijn. Veel te bereiken Besparing op stroom levert wellicht iets minder spectaculaire resultaten op, maar desalniettemin geldt ook hier weer dat met eenvoudige maat regelen veel te bereiken is. Zijn eer ste uitgangspunt is, dat zo lang niet alle energiecentrales in Nederland warmte-krachtcentrales zijn, alles wat op aardgas kan, niet op elektri citeit moet. Een kilowattuur kost in een gewone centrale een derde ku bieke meter aardgas. Zonder warm- te-kracht koppeling wordt daar slechts een rendement van 30 tot 40 proces gehaald. Eeh warmte-krachtcentrale haalt een rendement van 90 procent, stelt Henk Deinum. (foto GPD) Deinum. Warmte-kracht koppeling wil eigenlijk niet meer zeggen, dan dat de warmte die vrijkomt bij het opwekken van elektriciteit, elders weer doelmatig wordt gebruikt. Maar in Nederland is men nog lang niet zover dat elke krachtcentrale zo is uitgerust. Dus moeten de mensen nu zo weinig mogelijk stroom ge bruiken. Energetisch heeft bespa ring op stroom een drievoudig ef fect. Dus geen elektrische boilers, lie ver geen vaatwasmachines, of was drogers en als het niet echt nodig is, ook geen vrieskisten of koelkasten op warme plaatsen. En waarom ge bruikt de Nederlander niet meer spaarlampen. Nu is dat beperkt tot nog niet eens één per gezin. Dat zou op zijn minst vier tot vijf kunnen zijn. Dr. Sipke Hoekstra bij het door hem ontwikkelde systeem dat nauwkeuri ger lasersnijden mogelijk maakt. (foto gpd) Als een straal zich spetterend een weg baant door een plaat metaal is het voor de toeschouwer duidelijk dat deze toepassing van de laser veel voordelen biedt. De laserstraal werkt nauwkeurig en snel en kan zonder veel inspanning van positie veranderen. Snelheid en nauwkeu righeid zijn evenwel begrippen die met elkaar in strijd kunnen zijn. Al les hangt derhalve af van het appa raat dat de lasertraal langs de vast gestelde baan leidt. Dr. Sipke Hoek stra van de Universiteit Twente is onlangs gepromoveerd op een nieuw ontwerp voor een dergelijke snelle en nauwkeurige positione ringsinstallatie. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan het proto-type dat moet aantonen dat het apparaat net zo werkt als het computermodel voorspelt. Hoekstra heeft de plaats- bepaler geheel ontworpen op de computer. Daartoe heeft hij een mo del gemaakt dat het gedrag en ge bruik van het apparaat nauwkeurig beschrijft. Als eerste beschreef hij het me chanisch deel. Daarin komen zaken aan de orde als het trillingsgedrag en de regels en besturing van het ge hele snij proces. Daarna berekende Hoekstra de voorwaarden waaron der, door wijziging van lengte en breedte van de installatie, de baan- fout minimaal is. Het laatste aspect van het computermodel is de zoge naamde validatie (bekijken op be trouwbaarheid) van de getallen. De vraag is daarbij of het modél goed genoeg is, zodat het ook voor aanpassing van andere modellen gebruikt kan worden. Het sluitstuk van Hoekstra's onderzoek is de bouw van een prototype, een kwes tie van leren om vanuit het compu termodel de constructie te ontwer pen. Vergeleken met bestaande plaats- bepalers voor lasersnijders is het ontwerp eenvoudig. Die bestaande systemen zijn vergelijkbaar met het hijskraantje van een gokmachine op de kermis. Dat kraantje beweegt zich over twee assen en kan door middel van twee knoppen naar elke gewenste plaats binnen een vlak worden gestuurd. In de praktijk van de laserbewerking bestuurt een computer de 'knoppen'. De installatie van Hoekstra, zoals die nu vorm krijgt in het prototype, bestaat uit twee metalen balken, die geleid door lineaire elektrische mo toren, de laserstraal sturen. De voordelen van dit systeem zijn naast de eenvoudige constructie, de stijfheid van het materiaal - minder trillingen - en de simpeler geleiding van de laserstraal. Door middel van een beperkt aantal spiegels komt de straal bij het snijpunt van de balken terecht. Het gaat erom de snelheid om hoog te krijgen bij een hoge graad van nauwkeurigheid. Door de stijf heid van het materiaal is die nauw keurigheid groter. Dat maakt snel ler werken mogelijk, zonder de nauwkeurigheid aan te tasten. De plaatsbepaler van Hoekstra is vooral bruikbaar voor robots in de plaatverwerkende industrie. Nu is het maximale werkoppervlak een vierkante meter. Hoekstra meent dat met zijn computermodel ook plaatsbepalers voor een groter op pervlak mogelijk zijn. De principes zijn gelijk. Zijn werk heeft inmid dels al geleid tot een publikatie in een internationaal tijdschrift. Stellingen Elke waarneming is een con structie; objectief waarnemen is een fictie. (Anje A. te Velde, UvA) Leden van de Friesche Elfste dentocht Vereniging ouder dan 45 jaar dienen hun lidmaatschap op te geven om de mogelijkheid te scheppen jongeren hun spor tieve ambities te realiseren. De meeste stellingen zijn teleur stelling. (R.J.L Klaassen, UvA) De huidige structuur van de Eu ropese Gemeenschap vertoont overeenkomsten met die van de Verenigde Staten onder dé grondwet van 1777, de 'Articles of Confederation'. Onder die grondwet behielden de individu ele staten dusdanig veel autono mie dat de federale overheid haar taken niet naar behoren kon vervullen. (Hans Mulder, UvA) Van het proefschrift moet de proef letterlijk en het schrift he laas volstrekt figuurlijk worden opgevat. Ware deskundigheid berust op gezond verstand. (Lode Wiegersma, UvA)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 23