'Wel goed draaiend; nog verre van vrij' Ward Vermeer: 'Sancties als politiek signaal moetje niet te lang gebruiken' Landsberger: 'Geen enkele aanleiding maatregelen in te trekken' Leidse sinologen over China ZATERDAG 8 DECEMBER 1990 De wereld haastte zich om China te recht te wijzen toen in de nacht van 3 op 4 juni vorig jaar het Tiananmen- plein in Peking helemaal geen Plein van de Hemelse Vrede bleek te zijn. Een onbekend aantal studenten werd door het leger om het leven gebracht, omdat zij weigerden hun protesten tegen de machthebbers te staken. Er werden prompt sancties genomen om Peking duidelijk te maken dat zo'n barbaars optreden niets met de mocratie heeft te maken. Anderhalf jaar later lijkt het bloedbad echter ver geten. Officieel mag nog altijd geen militair materieel worden geleverd aan China en mag ook geen contact op hoog niveau plaatshebben. In de praktijk is van sancties echter nauwelijks sprake meer. Steeds meer landen herstellen de banden met China. Dat heeft vooral te maken met de Golfcrisis, waarin China als permanent lid van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties een belang rijke rol speelt. Afgezien van die tacti sche koerswijziging vindt de Leidse China-kenner Ward Vermeer het te recht dat China weer in ere is her steld: "Als politiek signaal waren die sancties goed, maar zoiets moetje niet te lang doen. Dan werkt het niet meer. Het was ook geen handelsem bargo. Het ging vooral om het op schorten van de hulpprogramma's aan China". Vermeers collega, de si noloog Stefan Landsberger, is daar entegen van mening dat de sancties gehandhaafd zouden moeten blijven. "In politiek opzicht is het regime in China nog even onderdrukkend. Er is dus geen enkele reden om ons an ders op te stellen". Twee meningen, vanuit de economi sche en de politieke hoek, over een "goed draaiend" (Vermeer), maar "nog altijd verre van vrij" (Landsber ger) China. Op verzoek van Lands berger geen directe confrontatie, "want als we bij elkaar zitten, loopt het geheid uit de hand". Ward Vermeer: "Ik verwacht zeker geen onrust". Ward Vermeer had" een confrontatie met zijn collega Stefan Landsberger graag willen aan gaan. Het hoofd van het in Leiden gevestigde documentatie- en onderzoekscentrum voor het hedendaagse China begrijpt niet dat zijn 'tegenstander' heeft gekozen voor afzonderlij ke interviews. Zoekend naar mogelijke oorza ken komt Vermeer uit op angst (wat Landsber ger ontkent) en op het feit dat hij beter op de hoogte is van de Chinese economie. "Lands berger is meer de theoreticus en is misschien wat diepzinniger. Ik ben praktischer". Als bewijs voor die stelling voert Vermeer aan dat hij in tegenstelling tot Landsberger al leen al dit jaar twee keer in China is geweest. In mei voor een onderzoek naar het nemen van milieumaatregelen en in september voor een ontwikkelingsproject. "Ik houd graag voeling met de werkelijkheid. In mijn geval kan dat ook, omdat de Chinezen openhartig zijn over hun economie". Om zijn woorden te onderstrepen, haalt Ver meer een jaarboek over de Chinese staalindus trie tevoorschijn. "We hebben hier in Leiden de grootste bibliotheek van de wereld over de Chinese economie. Theorie is echter nooit een vervanging voor de praktijk. Het een vult wèl het ander aan. Vandaar dat het goed is om ook ter plekke te kijken. In mijn geval kan dat ook. De Chinezen hebben er echter geen behoefte aan om buitenlanders te laten kijken naar de politieke situatie. Dat nadeel heeft Landsber ger, die zich vooral met de mensenrechten be zighoudt". Misrekening Met Landsberger is Vermeer van mening dat China solt met de democratie en dat het optre den op het Plein van de Hemelse Vrede terecht fel is veroordeeld. "De jonge generatie was ge wend aan een zekere mate van vrijheid en dacht zich op een gegeven moment alles te kunnen permitteren. Dat is een misrekening geweest. Het regime werd bespot, dat werd door Peking niet geaccepteerd. Daarom is de fluwelen handschoen van de ijzeren vuist afge trokken. Volkomen verkeerd natuurlijk. In plaats van zo bot te reageren, had Peking de oppositie moeten inkapselen, haar wat moeten beloven en zelf ook wat moeten veranderen. Een samensmelting dus van ideeën. Het leek zo simpel". Dat de wereld reageerde met sancties vindt Vermeer terecht, zoals hij het nu vanzelfspre kend vindt dat tal van landen de banden met China weer herstellen. "De sancties waren be doeld als politiek signaal. Zoiets moetje niet te lang doen, anders werkt het niet meer". De sancties die op het bloedbad op het Plein van de Hemelse Vrede volgden, hebben China echter weinig schade bezorgd. Tijdelijk werd nauwelijks geïnvesteerd in China en de hotels staan sinds juni vorig jaar voor driekwart leeg. De Aziatische Spelen trokken in september slechts 40.000 buitenlanders in plaats van de beoogde 500.000. "Maar daarmee is China be paald nog niet failliet, zoals Landsberger stelt. Integendeel. China staat er met de handels- en betalingsbalans goed voor. China zou er econo misch gezien alleen maar beter voor hebben gestaan als die sancties niet waren ingesteld. In de jaren tachtig werd nog gedacht aan een economische groei van acht procent, twee keer zoveel als Europa. Dat blijft nu beperkt tot drie a vier procent, omdat het onzeker is of het bui tenland in dezelfde mate blijft investeren in China als voorheen". "In feite is dus sprake van een vertraagde economische groei. Dat komt onder meer om dat de infrastructuur in China niet volgens plan is ontwikkeld. Daarvoor moest China geld krijgen van het buitenland. Spoorlijnen, om eens wat te noemen, leg je bijvoorbeeld niet zomaar aan. Voor de snel opkomende mo derne industrie is het belangrijk dat steeds, wordt beschikt over alle technische ontwikke lingen. De afgelopen tijd heeft het maken van televisies een grote vlucht genomen. Jaarlijks worden er nu 25 miljoen geproduceerd. Ben je echter niet op de hoogte van de modernste snufjes, dan raak je achterop. Met dat pro bleem zit China nu. Met het opheffen van de sancties zijn niet alle investeerders even toe schietelijk geworden als voorheen". Dat geldt met name voor de Chinezen in Hongkong, Taiwan en Singapore. "Die men sen stonden altijd voor driekwart van de inves teringen in China. Zij gingen er vanuit dat zij ooit naar hun land zouden terugkeren en dat ze "Ik voorspel opnieuw massale protestacties". Stefan Landsberger is niet te vermurwen. Hij voelt er niets voor samen met collega Ward Vermeer een interview te geven over China. "Als we bij elkaar zit ten, loopt het geheid uit de hand. Dat heb ik al eens eerder meegemaakt. Daarvoor bedank ik nu". Wat, waar en wanneer het precies is misgegaan, wil Landsberger met. zeggen. Vermoedelijk zaten Landsberger en Vermeer al snel op verschillende golflengten, als ze ooit al op dezelfde frequentie heb ben uitgezonden. De enige overeenkomst is zo onge veer dat ze allebei zijn verbonden aan het documen tatie- en onderzoekscentrum voor het hedendaagse China in Leiden. Terwijl Vermeer zich regelmatig positief uitlaat over China ("de economie is helemaal niet failliet, zoals vaak wordt gesteld"), ziet Landsberger geen enkel lichtpunt sinds het land zichzelf in de nacht van 3 op 4 juni 1989 in het donker heeft gezet. Alleen tussen januari en half augustus van dit jaar zijn vol gens Amnesty International al 720 mensen om uit eenlopende redenen geëxecuteerd. Op dit moment zijn er, aldus AI, nog minstens 700 politieke gevan genen. China beschouwt hen overigens als contra revolutionairen en noemt een aantal van 500. "Ik heb dan ook het duistere vermoeden dat een compromis is bereikt met China. In ruil voor het op heffen van de sancties kiest China niet langer parti j vóór Irak, maar huilt het mee met de wolven in het Westen. Anders kan ik het niet verklaren dat China nu weer zo vriendelijk wordt behandeld. In het land zelf is immers niets ten goede gekeerd. De mensen worden nog altijd onderdrukt. Er zouden politieke hervormingen moeten komen, maar de acht onster- felijken in Peking hebben de macht nog even krach tig in handen", zo verbaast Landsberger zich over het opheffen van de sancties. Loos De eis om te hervormen werd onder meer gesteld door de Europese Gemeenschap. Bovendien moes ten politieke gevangenen worden vrijgelaten. Dat is weliswaar gebeurd, maar volgens Landsberger pas nadat de "arrestatiemachine" overuren had ge maakt. "Het hield dus niets in toen China na verloop van tijd mensen vrijliet. Dat waren slechts omstan ders die met de opstand op het Tiananmenplein des tijds niets te maken hadden. Het was een mooi, maar loos gebaar". Ook de in september in China gehouden Aziati sche Spelen waren in de ogen van Landsberger niet meer dan een podium van de oude leiders waarop ze zich onderscheidden in het misleiden van de publie ke opinie. "Er werden ter meerdere eer en glorie van het regime volop medailles uitgereikt. Verwacht werd dat het regime zich vooral bij die gelegenheid ook soepeler zou opstellen. Voor de leiding telde echter alleen het slagen van die Spelen, het volk kwam in het stuk niet voor". "Sterker nog, de gewone mensen werden verder afgeknepen, zonder dat het buitenland dat zag. Er werden allerlei toeslagen geheven op essentiële le vensbehoeften om maar aan het geld te komen om de Spelen te kunnen organiseren. Daardoor ver vreemdde het regime zich nog meer van het volk. Net als bij de viering van het 40-jarig bestaan vorig jaar van de revolutie. Ook dat feestje werd alleen door het kader gevierd". Af en toe verontschuldigt Landsberger zich met de opmerking dat hij het "waarschijnlijk wel te som ber inziet" voor de Chinezen. Een opmerking die duidelijk is bedoeld aan het adres van zijn collega Vermeer. "Maar ik ben nou eenmaal niet optimis tisch. De mensen worden kort gehouden. De Chine se economie is bijna failliet. Produkten als katoen en brandstoffen zijn gigantisch in prijs verhoogd. De Chinezen is een barre winter voorspeld. Als dat alle maal begint door te werken, voorspel ik opnieuw massale protestacties". Modelsoldaat Tegelijk stelt Landsberger echter vast dat waar schijnlijk niets kan en zal worden ondernomen zo lang het centrale gezag met ijzeren hand regeert. Dat regime bestaat uit tachtigers die met Mao hebben deelgenomen aan de Lange Mars en "nog altijd den ken zoals in de jaren vijftig. Dat zag je in het voorjaar bijvoorbeeld. Het modelsoldaatje Lei Feng werd weer ten tonele gevoerd om duidelijk te maken dat het aankomt op gehoorzaamheid en discipline. Met angst en beven wacht iedereen op de dood van de acht onsterfelijken. Tot die tijd durft niemand iets te doen. Men wacht op de machtsstrijd die komt als zij er niet meer zijn". Al met al kan Landsberger slechts tot de conclusie komen dat er met het oog op de mensenrechten geen enkele aanleiding is de sancties op te heffen. "Waar om stel je sancties nou in? Toch niet om de publieke tribune tevreden te stellen?" Stefan Landsberger: door Jan Preenen Anderhalf jaar na dato lijkt het bloedbad op het Tiananmenplein in Peking vergeten. Alleen al tussen januari en augustus van dit jaar zijn volgens Amnesty International 720 mensen in China om uiteenlopende reden geëxecuteerd. (archieffoto) door te investeren aan hun toekomst werkten. Verder gaat het om internationale zaken met name in Duitsland en Japan, die investeerden in telefooncentrales, in fabrieken met auto's, machines, huishoudelijke apparaten enzo voort. De vraag is of zij weer vertrouwen in China krijgen of dat zij de komende jaren in an dere landen investeren". Bezuinigingen Afgaande op de snelheid waarmee landen el kaar verdringen om weer zaken met China te gaan doen, lijkt die vraag voor Peking positief te kunnen worden beantwoord. Tot de inves teerders behoort Philips, dat half november met partners in China en Hongkong een fa briek in televisie-buizen in Nanjing heeft ge opend. Door de Chinezen werd dat op zaken- gebied beschouwd als de belangrijkste inter nationale gebeurtenis sinds juni vorig jaar. De bevolking heeft volgens Vermeer hele maal geen hinder ondervonden van de sanc ties. Enerzijds wijst hij er op dat niemand er iets van merkt als er geen autofabriek bij komt. Anderzijds is door de Chinese leiding in no vember 1988 al gekozen voor een bezuinigings programma (door Vermeer consequent verso beringsprogramma genoemd) om de inflatie terug te brengen van 25 naar 5 procent. Dat leidde tot minder kredieten aan bedrijven, vier miljoen bedrijfssluitingen, toename van het aantal werklozen tot vijftien miljoen, belas tingverhoging, het schrappen van de prijscom pensatie en sociale orirust. "Dat lijkt allemaal erg dramatisch, maar dat is het niet. Wat is vijftien miljoen nou op een werkende bevolking van vierhonderd miljoen mensen? We hebben het bij de bedrijfssluitin gen wel over inefficiënte onderneminkjes. Hier in het Westen wordt het als heel normaal beschouwd als dan tot sluiting wordt overge gaan". Tegenover de nadelen van de sancties ston- den voor China ook positieve effecten. "Er is de laatste anderhalfjaar minder geïmporteerd, waardoor de buitenlandse schuld is vermin derd. Daarentegen is de export gewoon door gegaan en zelfs, net als trouwens in de jaren er voor, met vijftien a twintig procent gestegen. Dat is onder meer het gevolg van de devaluatie van de munt, die is gekoppeld aan de Ameri kaanse dollar". De export van China bestaat vooral uit fabrikaten (textiel, chemische pro dukten, schepen) en grondstoffen (aardolie, steenkool). Graan Ook de door Landsberger gesignaleerde nade len van de record-graanoogst van 420 miljoen ton "er zijn problemen met het opslaan van het graan, de prijs is gekelderd, boeren zullen in het vervolg niet meer zo gemotiveerd zijn als ze geen resultaat van hun werk zien" wor den door Vermeer van tafel geveegd: "Met uit zondering van dit jaar zijn de boeren er de afge lopen jaren behoorlijk op vooruitgegaan. Meer dan de mensen in de steden. Ik verwacht ook zeker geen onrust". Van een failliet China wil Vermeer ondanks alle sombere verwachtingen van Landsberger dan ook niet weten. "Het land heeft een sterke eigen markt, de export loopt prima. Nu nog de buitenlandse investeringen. Ik zou China al leen nog willen adviseren over te schakelen van een centraal geleid systeem op een vrije markteconomie. In dat geval zou het met Chi na nog beter gaan".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 23