groot beursspel Kleine belegger onmisbaar in Te weinig kopers voor een pakketje 'Flippen' Aandelenmarkt graadmeter van economie ZATERDAG 1 DECEMBER 1990 PAGINA 31 Grote ondernemingen hebben regelma tig behoefte aan geld, bijvoorbeeld om te kunnen uitbreiden. Dat kan geleend worden bij een bank. Soms is er zoveel geld nodig dat er met een of twee geld schieters te weinig kapitaal op tafel komt. In dat geval kan zo'n bedrijf aan delen gaan uitgeven en die op de beurs laten verhandelen. De koper van een aandeel wordt mede-eigenaar van het be drijf en deelt dus mee in de winst: het di vidend. Deze uitkering is een beloning voor het economisch risico dat de mede-eige naar loopt door zijn geld in de onderne ming te steken. Hoe groter de winstver wachting, hoe groter de animo om ook mede-eigenaar te worden. Nu is het aantal uitgegeven aandelen beperkt. Zoals dat volgens de wet van vraag en aanbod gaat, zal de prijs van het aandeel stijgen als de vraag toeneemt, en dalen als het aanbod /toeneemt. Het is voor de bewuste onderneming dus nooit na te gaan wie nu precies mede-eigenaar is en voor hoeveel procent. Sterker nog: op een levendige beursdag kan het be drijf binnen een uur een groot aantal wis selingen in mede-eigenaars meemaken. In de meeste gevallen is het mede-ei- gendom niet zo belangrijk. De doorsnee belegger wil alleen een zo hoog mogelijk rendement over zijn geïnvesteerde geld behalen. Beperkt Een voorbeeld van zo'n beursgenoteerde onderneming. Philips heeft om aan haar kapitaalbehoefte te voldoen, aandelen uitgegeven: de emissie. De boekwaarde kan bijvoorbeeld worden gesteld op 10 gulden per aandeel: de nominale waarde. Als er bij een emissie grote belangstel ling bestaat om mede-eigenaar van de onderneming te worden, kan voor een aandeel een veel hogere prijs gevraagd worden: de koerswaarde van het aan- Het verschil tussen de nominale waar de en de koerswaarde bij uitgifte op de beurs heeft nog een voordeel. Omdat het bedrijf in dat geval minder aandelen hoeft uit te geven om het benodigde ka pitaal binnen te krijgen, houdt de onder neming heel wat deelnemingsbewijzen over. Dat is de zogenoemde agioreserve. Bij het uitkeren van dividend kan de aandeelhouder veelal kiezen uit betaling in contanten of een uitkering in aande len. Deze komen uit die agioreserve. In dat geval wordt gesproken over stockdi vidend. In 1989 waren beleggers bereid gemid deld 47.50 gulden per aandeel Philips te betalen. Niet eens zo'n gekke prijs. Want als het aantal aandelen gedeeld wordt op de totale waarde van het bedrijf, kom je uit op een prijs van ongeveer 60 gulden: de intrinsieke waarde van het aandeel. Als alleen het verschil zou spelen tus sen koerswaarde en intrinsieke waarde, zou het altijd de moeite waard zijn om beneden dat bedrag van 60 gulden een aandeel Philips te kopen. Maar waarom kon dan begin deze week de hoekman op de beurs een aangeboden pakketje 'Flip pen zoals de effecten in de wandeling heten, nog niet eens voor een bedrag van 19,80 kwijt, zodat achter de notering de opmerking 'gedaan en laten' werd ge schreven? Geheimtaal voor: niet alle ver kooporders konden tegen dat bedrag uit gevoerd worden. Er waren te weinig ko pers en teveel verkopers. Onzeker De aandeelhouder wil jaarlijks zijn belo ning voor het mede-eigendom. En Phi lips had net meegedeeld dit keer de winstuitkering over te slaan; het divi dend zou gepasseerd worden. De gemid delde belegger is na alle toestanden bij de lampenfabrikant in het zuiden des lands er ook niet meer zo van overtuigd dat het wel lekker gaat met Philips. De toekomstverwachtingen zijn onzeker. Misschien, zo dachten sombere beleg gers, gaat de onderneming wel failliet en dan ben ik mijn geld kwijt. Gelukkig voor Philips is niet elke be legger zo vreselijk somber. Uitgaande van de intrinsieke waarde, is een koers van rond de 20 gulden wel bijzonder laag. Daar moet op korte termijn wel verbete ring in komen. Vooral als de reorganisa tie bij het bedrijf zal zijn doorgevoerd. Dus ontstond er bij de hoekmannen spoedig een grote vraag naar Philipsaan- delen tegen een koers van 19,80 gulden. Zelfs zoveel, dat niet iedereen voor dat bedrag kon kopen. In dat geval komt er 'gedaan en bieden' achter de notering te staan: wie wil aan mijn klant voor deze prijs aandelen verkopen? Als een hoekman zijn kooplustige klant toch tevreden wil stellen, kan net gebeuren dat hij een hogere prijs voor stelt aan de mogelijke verkoper. Lukt dat, en blijft er vraag naar het aandeel be staan, dan gaat de prijs verder omhoog. De belegger die dus op het laagste punt heeft gekocht, ziet in die omstandighe den zijn aandeel in waarde toenemen. Koerswinst, heet dat. Als je de mogelijk heid hebt om heel veel aandelen in een keer te kopen, kun je zelfs bij een be scheiden koerswinst al een flink kapitaal verdienen. Koopjesjager! Het trucje om bij een lage koers heel veel aandelen te kopen en heel snel weer te verkopen, heet in de handel koopjesja- gen. Ómdat er heel even een hele grote vraag is, stijgt de koers van het aandeel. Maar omdat er heel snel weer verkocht wordt, het winstnemen, zakt die koers onmiddellijk weer in. De serieuze belegger zal weer echt in teresse tonen in dit fonds als de toe komstverwachtingen redelijk zeker zijn, de winstprognose er goed uitziet en de branche waarin het bedrijf opereert niet al te veel tegenwind zal ondervinden in de komende tijd. Philips heeft momen teel problemen om aan die verwachtin gen te voldoen. En daarom zal het ver schil tussen de koers van het aandeel en de intrinsieke waarde voorlopig wel groot blijven. Voor speculanten een uit daging, voor de Philips-aandeelhouder een gruwel. De hoekman: spil tussen aanbieders en kopers en altijd in contact met de klant. door Arnoud Cornelissen De effectenbeurs heet nog altijd de hoeksteen van het groot kapitalisme te zijn. Een beeld dat nog wordt versterkt, door dat de beursvoorzitter als baron door het leven gaat en het hoofd voorlichting de titel jonkheer draagt. Toch is de instel ling niet meer of minder dan een doodgewone markt, waar op ook de particulier met zijn beperkte middelen een gezie ne gast is. Sterker nog, de beurs koestert het aandeel van de kleine belegger fn de handel. Hij is onmisbaar bij de totstand koming van een ordelijke koers. Een kijkje op de beursvloer. De 'vloer' van de Amsterdam se effectenbeurs. Hier is de pols slag van de economie het duide lijkst te voelen. Hier wordt ook de pijn van een naderende re cessie het eerst ondervonden. Fo to onder: jonkheer H.S. de Ra- nitz:"Ik kan me nog herinneren dat ik vijfjaar geleden een pers bericht schreef als Wall Street 50 punten was gezakt. Dat was nieuws. Tegenwoordig is zo'n fluctuatie aan de orde van de dag". (foto gpd) Elke werkdag om stipt tien uur weer klinkt de gong over de Amsterdamse beursvloer. Het begin van een nieuwe beursdag. Beursmedewerkers van ban ken en commissionairs bladeren door hun papieren, kijken naar hun beeld schermen en mompelen door hun tele foons. Hun nissen in het midden van de vloer zijn klein en volgestouwd met elec: tronica. Van hieruit lopen de onzichtbare verbindingen met de buitenwereld en de werkelijke beurshandelaren: de hoek mannen. Zij zijn het die in onderling overleg èn concurrerend de beurskoer sen vaststellen, de handel begeleiden en er zelf aan deelnemen. Zoals het al eeuwenlang het geval is, hebben deze aan- en verkopers van effec ten hun stek in de 'hoeken' aan de zijden van de vloer. Ook hun onderkomens zijn klein en vol high-techapparatuur. De Amsterdamse beurs beschikt sinds twee jaar over een geavanceerd compu tersysteem om de handel in goede banen te leiden. Daarmee is een einde gekomen aan de zee van papiertjes die vroeger na een intensieve beursdag over de vloer lag. De grijze mannen in hun hoeken en nissen gebruiken papier nu nog voorna melijk voor korte aantekeningen. Die ze overigens nog steeds achteloos op de grond werpen. Vanaf de galerij lijkt de 'vloer' van de effectenbeurs in Amsterdam op een grauwe bijenkorf. Mannen in grijze pak ken en een enkele vrouw bewegen zich schijnbaar chaotisch door elkaar. Tele foons rinkelen, beeldschermen lichten op. Uit het geroezemoes klinkt af en toe een schreeuw door; soms als geladen met blijdschap, soms als een pijnkreet. Miljoenen guldens schuiven in een enkel moment heen en weer tussen de bu reaus, onzichtbaar voor de leek. Alleen de weerslag daarvan is te zien op het elektronische scorebord, dat de stem ming van de aanwezigen weergeeft. Hier is de polsslag van de economie het duide lijkst te voelen. Hier wordt ook de pijn van een naderende recessie het eerst on dervonden. Onder druk De handel op Beursplein 5 is de laatste maanden 'pijnlijk'. De koersen staan on der zware druk van de krakende Ameri kaanse economie, de Golfcrisis en de als gevolg daarvan explosief gestegen olie prijzen. In eigen land drukken de tegen vallende resultaten van grote bedrijven als Akzo, DSM, KLM en DAF de pret. Om maar te zwijgen van Philips. Beleggers reageren daarop door hun geld in zaken te steken die meer zeker heid bieden. Obligaties (leningen), dan wel beleggingen in edelmetalen of on roerend goed. Totdat de markt 'aantrekt' en er weer meer te verdienen valt in aan delen. Dat moment hoeft in de huidige effec tenwereld niet eens zo ver weg te liggen. Want sinds de krach die bekend werd als 'Black Monday', op 19 oktober 1987, zijn over de hele wereld de bëurzen onderhe vig aan sterke schommelingen. Voor de ware speculant een uitdaging, voor de kleine belegger een gruwel. Wat is er nu aan de hand met die eens zo standvastige beurs? Beursvoorlichter jonkheer H.S. de Ra- nitz wil over de huidige stand van zaken niet al te veel zeggen. Hij vindt het niet aan. hem om een analyse van de actuali teit te geven. Daar zijn beleggingsadvi seurs voor. Hij wil wel kwijt waarom het beursleven zo woelig is geworden. "De internationale onrust is onder meer ontstaan door het financieringste kort van de Verenigde Staten. Naar Ne derlandse begrippen valt dat tekort wel mee", aldus De Ranitz. "De invloed is zo groot, omdat we over een hele omvang rijke economie praten met wereldwijde verbindingen. Dat werkt door in alle fi nanciële markten. Door die onrust van de afgelopen jaren gaat de markt op de tails reageren. Verder speelt de interna tionalisering van de markten een rol. De omzetten zijn heel groot geworden. Ook dat heeft grote koersfluctuaties tot ge volg die enkele jaren geleden nog on denkbaar waren". "Ik kan me nog herinneren dat ik vijf jaar geleden een persbericht schreef als Wall Street 50 punten was gezakt. Dat was nieuws. Tegenwoordig is zo'n fluc tuatie aan de orde van de dag", zo vertelt hij. Onrust De onrust in de geldwereld is dit jaar zeker niet verminderd. Er is onzekerheid over de financiering van de Duitse her eniging, de rentepercentages stijgen en de Golfcrisis bezorgt de belegger nog meer kopzorgen. Gevolg is dat iedereen op zijn plaats wil blijven zitten en door dat het volume van de handel laag is, kunnen een beperkt aanbod of beperkte vraag al leiden tot forse koersreacties. Dat gebeurde bijvoorbeeld bij de toetre ding van het Britse pond tot het Euro pees Monetair Stelsel (EMS) en het be kend worden van tegenvallende werk loosheidscijfers in de Verenigde Staten. "De Amsterdamse markt is overigens samen met Londen het minst in koers ge daald", vervolgt De Ranitz. "Maar over de hele wereld wordt afgewacht tot er helderheid komt. De moeilijkheid is, dat er altijd een vermenging is van oorzaken en inschattingen van de markt zelf. Het is zelden eenduidig te zeggen waarom de markt naar beneden gaat of juist stijgt". Aandelen De effectenmarkt, de handel in aandelen (deelnemingsbewijzen in beursgenoteer de ondernemingen) en obligaties (lenin gen van overheid en bedrijfsleven) vormt een deel van het totaal dat als de kapitaalmarkt bekend staat. Op de Am sterdamse beurs kan in ongeveer 2000 ef fecten gehandeld worden, die in de wan deling fondsen worden genoemd. De handel in aandelen vormt uit infor matie-oogpunt een belangrijk deel van de markt op Beursplein 5, omdat hij als graadmeter voor de economie gezien kan worden. Hoe vrolijker de handel in aan delen, hoe groter het vertrouwen in het bedrijfsleven en daarmee dus in de eco nomie. Geprikkeld door de aanhouden de hoogconjunctuur stortten zich de laatste jaren ook vele particulieren in de handel. De beurs werd een geliefd ge sprek op feestjes en partijen. Op de internationale beurzen is echter een ontwikkeling gaande die steeds min der plaats lijkt te bieden aan de kleine belegger. De Ranitz: "De handelaren in die grote markt, de whole-sale market waar grote pakketten ineens worden ver handeld vinden elkaar buiten de beurs om. Dat is bijvoorbeeld in Londen het geval. Daar is de reguliere handel, de auction-market (waarbij vraag en aan bod worden verzameld en afgerekend op de evenwichtsprijs, vandaar het woord veiling), bijna verdwenen. Dat veroor zaakt echter het gevoel dat er geen wer kelijke basis is voor de prijs die in die groothandel tot stand komt. Die basis hebben wij in Amsterdam wel voor de handel in staatsleningen. Wij proberen de twee markten met elkaar te mengen. Wanneer de whole-sale market tot een prijs komt, laten wij alles wat er aan klei ne orders is, daarin meelopen. De parti culier behoeft zich in Amsterdam niet achtergesteld te voelen". "Wij denken", aldus De Ranitz, "dat dit concept het juiste kan zijn. Het is nog te vroeg om het effect te kunnen meten. Het is wel een ontwikkeling die wereld wijd aandacht heeft gekregen en gevolgd wordt. Het onderstreept ook het belang van de kleine belegger bij een ordelijke koersvorming op de beurs". Bij elkaar genomen vormen de gelden die particulieren in beursfondsen heb ben gestoken, een essentieel deel van het totaal belegde kapitaal in Nederland. Be leggen kan ook met weinig geld lucratief zijn. Zolang je maar niet uitgaat van de hoop in minder dan geen tijd een vermo gen te vergaren. "Want", zo zegt De Ra nitz, "vooral beleggen in aandelen is een kwestie van termijn. Het is een prima ap peltje voor de dorst. Maar als je kleine be dragen investeert, is het zeker geen me thode om snel rijk te worden". Hoekman Bij de handel in effecten heeft de hoek man op de beurs een spilfunctie. Hij brengt vraag en aanbod bij elkaar, hij kent de markt en kan tot een ordelijke koersvorming bijdragen. De banken en commissionairs op de beurs geven aan hem door voor welke prijzen particulie ren, bedrijven of instellingen aandelen willen kopen of verkopen. Hij is de enige die het overzicht over vraag en aanbod heeft. Even los van het feit dat grote be leggingsinstellingen buiten de beurs om aan elkaar of aan grote bedrijven pakket ten aandelen tegen een onderling over eengekomen prijs kunnen verhandelen. De particuliere transacties zullen echter bijna altijd door een hoekman worden af gehandeld. "De hoekman is van oudsher de spil tussen aanbieders en kopers", vertelt A. Veenstra van het Amsterdamse hoek- mansbedrijf Van der Moolen Holding nv. "Tegenwoordig gaat de functie veel meer in de richting van market-maker. Hij zorgt er voor, door bij een transactie al dan niet zelf als partij op te treden, dat er een ordelijke prijs tot stand komt". De hoekmannen baseren zich daarbij op hun jarenlange ervaring in de markt. "Ik werk al vanaf mijn zeventiende bij dit bedrijf', vertelt Veenstra. "In het be gin doe je niet meer dan koffie zetten en effectenbriefjes rondbrengen. Als blijkt datje een neus voor de handel hebt, groei je er langzaam maar zeker in", zo schetst hij zijn praktijkopleiding tot hoekman. "Het is een kwestie van alert zijn op ont wikkelingen. Prijzen schatten kan nie mand. Het gaat erom een bepaalde lijn te ontdekken in de markt. En daar moet je op reageren".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 31