Nieuwe Gouden Eeuw Rijnland Handicap kost veel geld kid Md MM Industrie maakt plaats voor 'schone' werkgelegenheid JÜW iii» MJI Mm VRIJDAG 16 NOVEMBER 1990 PAGINA 29 Toen William Archibald Blake, zoon van een universiteitsarts, Leiden in 1839 koos als vestigingsplaats voor de roemruchte Grofsmederij, liet hij zich niet alleen leiden door zoete jeugdherinneringen. Als generaal majoor, in het leger van Napoleon belast met het ijzeren geschut, viel zijn oog vooral op deze stad vanwege haar strategische ligging "tussen onze twee voornaamste zeehavens" en de goede waterverbindingen met Utrecht en alle Hollandse steden. Helaas, de Grofsmederij zou de zetel van Rijnland tot het moment van haar ondergang in 1978 als een knellende jas ervaren. Tal van orders moesten worden afgewezen, omdat het smalle water aan de Zijlsingel geen ruimte bood voor bijvoorbeeld grote schepen. De geschiedenis lijkt zich in het tijdperk van de dienstverlening en de ultramoder ne kantoren te herhalen. 'De hele Rand stad ligt er omheen', roept Alphen aan den Rijn anno 1990 als een hedendaagse Blake van de daken. En de Kamer van Koophandel gewaagt opgewekt van een 'gouden driehoek' onder de stralenkrans van Schiphol en de Rotterdamse haven, de troeven van de Nederlandse econo- Maar de vraag is of het agrarische Rijn land in het toch al overvolle Westen eco nomisch gezien niet tussen wal en schip valt. De kantorenbouw blijft al achter bij de rest van de Randstad. De ruimte op be drijfsterreinen is beperkt. En terwijl de Oude Rijn er steeds stiller bij ligt, op wat zomerse recreatievaart na, raken de mo dernere verbindingen - vooral in oost- westelijke richting - langzaam maar zeker verstopt. Zal de supersnelle TGV straks als een flits passeren of de Leidse regio opstoten in de vaart der volkeren? Groeit Schiphol verder uit tot een grote 'mainport' die buitenlandse bedrijven aantrekt of ver liest de luchthaven de slag om 'Europa' en valt zij terug tot een vliegveld van slechts regionale betekenis? Hoe belang rijk is de spoorverdubbeling Leiden- Economische bijlage: Eindredactie: Karei Berkhout Lay-out en grafieken: Raymond Peil (met dank aan Hans Boot) Fotografie: Ellen Martens Utrecht en de aanleg van Rijksweg-11? Wint de milieulobby het van de indus trie? Deze en andere vragen komen aan de orde komen in deze bijlage, die beoogt een beeld te geven van hoe Rijnland, op weg naar Europa 1992, er bij staat in het nog prille informatietijdperk. Een mo mentopname, die ook ruimte laat voor een weemoedige terugblik op het vrijwel vervlogen industrietijdperk. In 1960 had Katwijk nog de grootste vis sersvloot van Nederland, onderging Al phen een periode van industriële bloei en was in Leiden de helft van de bevolking van de nijverheid afhankelijk. Sindsdien is het beeld dramatisch gewijzigd, vooral in Leiden dat van oudsher de spin was in het Rijnlandse web van bedrijvigheden (en in vroeger tijden niet schroomde nieuwe industrie op het goedkopere plat teland te verbieden). Tussen 1970 en 1990 is de grote indus trie vrijwel van de kaart gevaagd. Een moment van stilte is daarbij op zijn plaats als de gedachten uitgaan naar de textiel. Deze tak van nijverheid ging na de laatste wereldoorlog een langzame dood tege moet na eeuwenlang een stempel op Lei den te hebben gedrukt. De rijke geschie denis van de ooit meest vermaarde laken stad in Europa is genoegzaam bekend De verkopers van rolstoelen WARMOND Anderhalf jaar na de start is het Warmondse bedrijf Rolcontrol dat demonteerbare motoren voor rplstoelen verkoopt een slapende firma. Er werden vijf zogenaamde 'Power Packs' verkocht maar daar bleef het dan ook bij. De re den? Het hulpmiddel kost bijna 5000 gul den, een bedrag dat slechts weinig gehan dicapten zó op tafel gunnen leggen. De Gemeenschappelijke Administratie Kan toren (GAK) en de Gemeenschappelijke Medische Diensten (GMD) zouden de aanschaf niet subsidiëren. door Dorith Ligtvoet "Een motortje moet zeker meer dan 20.000 gulden kosten voordat ze een bij drage geven", aldus de Warmondse C.A.M. Ouwehand, die samen met haar echtgenoot eigenaar is van het 'bedrijfje dat zetelt op het industrieterrein in de Veerpolder. Ze doet de administratie, geeft voorlichting aan belangstellenden en runt het kantoor. Haar echtgenoot ver zorgt kleine reparaties. Rolcontrol importeert de hulpmotoren voor rolstoelen vanuit Engeland. Een be dieningspaneel, twee accu's en een opla der maken het hulpmiddel compleet. De lichtgewicht motoren hebben als voor deel dat gebruikers ze in een handom draai kunnen loskoppelen. Ze kunnen eenvoudig met de stoel in de laadruimte van een auto worden meegenomen. Eventueel levert het bedrijf een bijpas sende rolstoel. Subsidie In het begin was de belangstelling voor het nieuwe hulpmiddel groot. Het bedrijf had bejaardenhuizen aangeschreven en advertenties en persberichtjes laten plaatsen in kranten en bladen voor ge handicapten. Hoewel er veel interesse was, werd de motor niet vaak verkocht. De meeste mensen konden de motortjes niet uit eigen zak betalen en GAK en GMD werkten niet mee. Ouwehand toont een brief waarin het GAK in Amsterdam subsidiëring van de Power Pack afwijst. 'Uitbreiding van het aanbod achten we niet noodzakelijk', luidt de boodschap van de korte brief. "Ook al zouden ze maar de helft subsi diëren", vindt Ouwehand. "Dah kom je al anders over op klanten. Een handicap kost al zoveel geld. Zelfs heel kleine wo ningaanpassingen kosten een vermogen. Moet dit nou, denk je dan". Slechts een kleine bemiddelde groep kan het mo tortje nu aanschaffen. "En dat was beslist niet onze bedoeling". Behalve met de opstelling van GAK en GMD had het bedrijf ook te kampen met aanvoerproblemen vanuit Engeland. De motoren worden geëxporteerd door de Engelse firma Bekker, een bedrijf dat zich heeft gespecialiseerd in het maken van hulpmiddelen voor gehandicapten. Een verhuizing leidde tot stagnatie in de levering van goederen. Bovendien duur de het volgens Ouwehand veel te lang voordat kapotte onderdelen werden ge repareerd en teruggestuurd. Sinds twee We staan hier slechts even stil bij het sterfproces in de laatste decennia. In 1958 viel het doek voor de dekenfa- briek van Scheltema aan de Oude Singel - naast de huidige Droomf'abriek; in 1963 volgde Van Wijk aan de Hogewoerd en het Levendaal. Wat langer hield Clos en Leembruggen (garen en sajet) het vol aan de Langegracht, op de plek waar nu de Digros staat. Buurman Krantz, de laken- en wolfabriek op de plaats waar nu de po litie bureau houdt), hield het in 1977 voor gezien en week uit naar het goedkopere Zuid-Limburg. En de deur in Leiden werd in definitief 1980 gesloten door de Leidsche Wolspinnerij, die (meer daar over elders in deze bijlage) de laatste adem zou uitblazen in Veenendaal. Daarmee kwam een einde aan een proces van jaren, waarin een lange reeks textiel bedrijven moest buigen voor de concur rentie uit Tilburg, Twente en, later, het verre buitenland. Want de textielindus trie mag dan een respectabel verleden hebben in Leiden, de positie van belang rijkste werkgeefster heeft zij al snel na 1945 moeten prijsgeven. door Wim Fortuyn In 1960 verdienden driemaal zoveel mensen hun brood in de metaalindustrie, die in de jaren vijftig een sterke groei kende. Even belangrijk als de textiel was toen de voedings- en genotmiddelenin dustrie met zo'n 1500 werknemers, ter wijl ook ruim 1300 mensen werk vonden in grafische bedrijven. Sterk opgekomen was verder de bouw, met zo'n 3000 ar beidskrachten. Toch is ook van die na-oorlogse indus trie weinig meer over in het computertij dperk. Van de grote metaalbedrijven, na de Tweede Wereldoorlog de belangrijk ste tak van industrie, rest vrijwel niets. In Alphen verdween motorenfabriek De In dustrie, die het moest afleggen tegen het Appingedamse Brons Motoren. In Zoe- terwoude ging de Grofsmederij kort na het vertrek uit Leiden roemloos ten on der, de beroemde ankers en EGO-kettin- gen (Elektrisch Gelast Onbreekbaar) ten spijt. En ruim tien jaar later vecht ook het laatste metaalbolwerk, de Hollandse Constructie Groep (HCG), tegen de on dergang. Het nijvere geklop van smeedhamers, het geratel van kettingen en gesis van lasap paraten is langzaam weggestorven. En te ruiken valt er ook niet veel meer. De oude voedingsmiddelenindustrie legde al eer der het loodje, met uitzondering van meelfabriek De Sleutels die pas twee jaar geleden de poorten sloot. Dertig jaar geleden speelde de conser- venindustrie nog een grote rol. Het beeld van doppende huisvrouwen bij Tieleman Dros staat menig Leienaar nog in het netvlies gegrift. Nu getuigen alleen fa brieken in Ter Aar (Uijttewaal) en Roelo- farendsveen (Van Ruiten) nog beschei den van de industrie die de groenteteelt in de Veenstreek ooit op gang bracht. Even geluidloos verdween de jeneversto kerij van Hartevelt aan de Langegracht, die een fikse naoorlogse expansie moest bekopen met grote ruimtenood en in 1969 zelf werd opgeslokt door Bols in Nieuw- Vennep. Nog levend, zij het niet spring, is de grafische industrie. In Alphen, (Samsom) maar met name in Leiden waar de aanwe zigheid van de universiteit al eeuwen borg staat voor een 'druk' leven. De ruim 300 jaar oude boekhandel en drukkerij Brill is daarvan het meest sprekende voorbeeld, al gaat het dit bedrijf de laatste jaren niet voor de wind. Heineken Tegenover de verliezen in de voedings- en genotmiddelenindustrie stond bij voorbeeld de komst van een enkel, ge zichtsbepalend concern, dat op het ge bied van de werkgelegenheid veel goed maakte: Heineken in Zoeterwoude. Ook buitenlandse bedrijven, zoals Fasson, 3M en Zanussi, meldden zich en droegen een steentje bij een de werkgelegenheid. Het zijn vooral de dorpen en kleinere steden die nu, ten koste van agrarisch ge bied, ruimte bieden aan de grotere indus trie, die niet langer te verenigen is met de woon- en winkelfunctie van de stad. Die trend die eigenlijk al in 1939 werd inge zet, toen verffabrikant Sikkens verhuis de van Groningen naar Sassenheim, waar nu 1500 mensen onder dak zijn. Er zit ook een schaduwkant aan, zeker in de Bollenstreek: de komst van indus trie op het platteland vergroot het ruimte probleem voor de kwekers. Zij hebben hun welvaart de laatste decennia met sprongen zien stijgen dank zij steeds in tensiever gebruik van de schaarse grond, maar kunnen zo langzamerhand geen kant meer uit. Schiphol Toekomst is er vooral voor 'schone' werk gelegenheid, aan de rand van de steden, in de buurt van stations en moderne wooncentra. De grote groei komt dan ook op naam van de dienstverlening. Daarbij moet worden gedacht aan een sterk ex panderende verzekeraar als het Zilveren Kruis (die het Noordeinde allang heeft verlaten voor een luxe onderkomen in Noordwijk), maar ook aan de bouw van kantoren in de schaduw van de grote ste den en in de nabijheid van, vooral, Schip hol. De lonkende blikken gaan uiteraard in de richting van multinationals van het kaliber Olivetti, JVC en Mitsubishi, die de Rijnlandse regio uitkozen voor hun Nederlandse vestigingen of distributie centra. Ook de in het oog springende suc- cesstory's van de al maar groeiende Info- theek en Research voor Beleid komen goed in de kraam van Rijnland te pas. De komst van kleine, hoogwaardige bedrij vigheid wordt op prijs gesteld. Een be langrijke troef is daarbij de Rijksuniver siteit. De samenwerking met (Ameri kaanse) bedrijven in het bio-science park heeft al zijn vruchten afgeworpen. Dat alles levert niet alleen nieuwe werkgelegenheid op. maar houdt ook een bedrijfstak aan de gang die zich door de jaren heen heeft gehandhaafd in de wijde regio: de bouwnijverheid, die haar wor tels vindt in de vruchtbare rivierklei. De steen-, kalk- beton- en dakpanfabrieken langs de oevers van de Oude Rijn getui gen daar al eeuwen van. Gouden eeuw Tot zover de theorie. Want zoals gezegd, de vraag is of de grenzen van de groei al niet zijn bereikt in de Randstad. Er zijn nog veel onzekerheden die het twijfel achtig maken of Rijnland aan de poort staat van een nieuwe gouden eeuw. Nog een los vraagje in dat verband: voldoet de van oudsher armlastige marktstad Lei den eigenlijk wel als eigentijds woon-, winkel- en uitgaanscentrum voor al die veeleisende consumenten die het nieuwe tijdperk met zich meebrengt? Na het le zen van deze bijlage weet u meer. Mis schien. Directeur Ouwehand: "Al betaalde de overheid maanden zetelt de fabriek in een nieuw gebouw en Ouwehand verwacht dat de aanvoer en reparatie in de toekomst beter verlopen. Geluk Rolcontrol zou de importeur worden voor het motortje in de Benelux en Duits land, maar belangstelling vanuit omrin gende landen is er nog niet. Volgens Ou wehand wordt het produkt in het moe derland wel goed afgezet. Ze wijt dat aan een ander financiëringssysteem voor de gezondheidszorg. Invaliden zouden in Engeland meer mogelijkheden hebben om een deel van de aanschafkosten terug te krijgen. Ouwehand noemt het een geluk dat haar gezin niet van Rolcontrol hoeft te le ven. Haar man heeft een onderhoudsbe drijf voor verwarmingsinstallaties dat in hetzelfde pand is gehuisvest. Omdat Rol control weinig kosten maakt is het vol gens Ouwehand nu net mogelijk om quit te te spelen. Hoewel het echtpaar zich af en toe af vraagt hoe het verder moet met Rolcon trol, wil de eigenares het hoofd nog niet in de schoot leggen. "Ik wil het bedrijf niet zomaar aan de kant zetten. Er zit zo veel werk in en het is niet zo dat we enor me verliezen draaien. We zouden wat aan dacht aan nieuwe zaken kunnen schen ken", oppert ze. Ze toont een seinlicht waarmee invali den vanuit hun auto hulp kunnen inroe pen. In de driehoek die de gebruiker bij voorbeeld voor een van d,e ruiten kan plaatsen, is een figuur in een rolstoel af gebeeld. Het licht werkt op de accu van de wagen. Op welke termijn het bedrijf de nieuwe produkten eventueel gaat ver kopen kan Ouwehand niet zeggen. "We moeten nu eerst maar eens kijken hoe we precies verder willen gaan".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 29