'Jeugdzonden' van Dudok in Leiden te zien
Ons werk is intrigerend
Architect wars van Nederlandse hokjesgeest
Neanderthalers
Zeppelin-rasta
POP Bijdragen: Jan Rijsdam, Erna Straatsma
Moederschap Leidse fotografen in de Kleine Klup
House-virus
Uitputtingsslag
Golden Earring
ZATERDAG 15 SEPTEMBER 1990
*W.M. Dudok.
Popmuziek
In uw verder overigens aardige arti
keltje over de Leidse Vereniging
van Popmuzikanten (LVP) en ons
muziekhuis M123 (in het L.D. van 7
sept) worden helaas een paar zaken
nogal ongelukkig met elkaar in ver
band gebracht, die ik graag even wil
recht zetten.
De indruk wordt gewekt alof ons
aller Leidse trots de 'Toy Factory'
haar tournee door het Oostblok aan
de LVP en ons boekingsbureau
Gigz te danken zou hebben. Dit is
niet waar en zou dus veel te veel eer
zijn. De belangen van Toy Factory
(en ook The Vibe) worden al gerui
me tijd behartigd door boekingsbu
reau Hotel Suburbia, ook in Leiden
gevestigd.
Uw verslaggeefster vroeg om
voorbeelden te noemen van LVP
bands die nu succesvol draaien.
Ook Toy Factory en The Vibe zijn
ooit beginnende bands geweest,
maar meer dan een duwtje heeft het
LVP-bureau Gigz hen nooit hoeven
en kunnen geven. Al snel werd dui
delijk dat deze bands meer baat
hadden bij een full-time manage
ment of boekingsbureau. Hotel Su
burbia nam deze bands vervolgens
onder haar hoede en pakte de zaken
gelijk grootschalig aan. En met suc
ces, dachten wij.
Natuurlijk zijn we er trots op dat
onze vrienden het ver schoppen in
het buitenland, maar dat wij in een
eerder stadium ook een paar optre
dens hebben geregeld staat daar
volkomen los van. Ze hebben hun
succes tenslotte vooral aan hun mu
ziek te danken.
George te Marvelde, coördinator
muziekhuis M123
LEIDEN - Er zijn niet zoveel
Nederlandse architecten
wier naam tot ver over de
landsgrenzen reikt. W.M.
Dudok, geboren in 1884 te
Amsterdam, is zo'n architect
met grote internationale ver
maardheid. Al tijdens zijn le
ven werd hij overladen met
prijzen, eretitels en medail
les, waaronder de Engelse
Royal Gold Medal. Dudok
was de derde Nederlandse
architect die deze hoge on
derscheiding ontving, na ar
chitecten als Berlage en
Cuypers. Daarmee behoort
hij tot de onsterfelijken van
de Nederlandse architec
tuur.
Wie Dudok zegt, zegt Hilversum.
Het is namelijk die gemeente waar
Dudok, in de functie van directeur
publieke werken en gemeente-ar
chitect, een belangrijk stempel
heeft gezet op het aanzien van de
stad. Hij bouwde er een stadhuis,
een twintigtal scholen en een groot
aantal woningen.
Veel minder bekend is dat Dudok
in Leiden zijn eerste schreden op
het pad van de bouwkunst heeft ge
zet. Na zijn militaire dienst werd hij
in deze stad adjunct-directeur van
gemeentewerken en mocht hij
spoedig optreden als ontwerper van
de gemeentelijke HBS aan de Burg-
gravenlaan.
Deze maand is het 75 jaar geleden
dat het schoolgebouw officieel
werd geopend. Ter gelegenheid van
dat jubileum,.en de voltooiing van
de restauratie van het gebouw, heb
ben schooldirectie, docenten en
leerlingen van het Bonaventuracol-
lege, de huidige gebruikers van het
pand, het initiatief genomen op ge
paste wijze een hommage te bren
gen aan de architect van het ge
bouw. In een tentoonstelling wordt
aandacht besteed aan de werken
van Dudok in Leiden en aan het
schoolgebouw dat er na de restaura
tie niet oud maar 75 jaar jong uitziet.
Jeugdzondes
Eigenlijk zijn de gebouwen die
Dudok in Leiden realiseerde jeugd
zondes van de architect die in later
jaren tot een mythe uitgroeide. Po
gingen om Dudok in een hokje te
plaatsen zijn eigenlijk altijd mislukt
omdat hij zich nimmer bij een of an
dere makkelijk herkenbare archi
tectuurstroming heeft aangesloten.
Het typeren van zijn bouwwerken
leidde tot termen als romantisch
kubisme of middelaar tussen tradi
tioneel en modern bouwen.
Dudok werkte er zelf ijverig aan
mee deze mythe in stand te houden.
Hij waarschuwde er voor dat dege
nen die hem in een hokje wilden
stoppen het moeilijk zouden krij
gen. Maar ook de mensen in zijn di
recte omgeving droegen ertoe bij
dat Dudok een solist lijkt in de Ne
derlandse architectuur.
Volgens het vreemde woorden
boek is een mythe een verhaal over
goden en halfgoden of een onge
grond verhaal. Dat laatste lijkt voor
Dudok op te gaan. Belangrijke stro
mingen uit het begin van deze eeuw
zijn namelijk wel degelijk herken
baar in het werk van Dudok. Zo was
Berlage rond 1900 één van de be
langrijkste bouwmeesters en ver
nieuwers van de bouwkunst. Ken
merkend voor zijn stijl is zijn be
langrijkste bouwwerk: het Beursge
bouw aan het Damrak in Amster
dam. Daaraan is goed te zien hoe
Berlage de constructie nadrukke
lijk in de vormgeving van zijn ge
bouw naar voren laat komen, en
niet wegwerkt achter fraaie versier-
Invloeden
Toen Dudok in 1913 in dienst trad
van de gemeente Leiden mocht hij
spoedig zijn eerste bouwwerk, de
HBS, van de grond tillen. Daaruit
bleek onmiddelijk dat hij onder in
vloed stond van Berlage. De twee
vleugels van het gebouw, die haaks
op elkaar staan, komen samen in
een trappenhuis met een kap waar
van de constructie duidelijk zicht
baar is. Ook de gemetselde bakste
nen bogen, de glazuurstenen lam-
brizering en de, in bescheiden mate,
aanwezige gevelversieringen ver
wijzen naar Berlage.
Gedurende zijn Leidse periode,
die duurde van 1913 tot 1915, ver
schuift de aandacht van Dudok
evenwel naar de architectuur van
de Amsterdamse School. Deze ar
chitectuurstijl wordt gekenmerkt
door het loslaten van het verband
tussen de vorm en de constructie
van een gebouw en het scheppen
van sierlijker vormen waarin een
heel scala van materialen en vor
men wordt toegepast: van verschil
lende baksteensoorteh en metsel
werk, decoratieve elementen van
natuursteen en terra-cotta tot
siersmeedwerk en glas-in-lood ra
men.
Stadhuis
De invloeden van de Amsterdamse
School komen duidelijk tot uit
drukking in het gebouw dat Dudok
in 1916 ontwierp voor het Leidsch
Dagblad. De opdracht hiervoor had
Dudok gekregen, los van zijn func
tie bij de gemeente Leiden, van de
*Het gebouw
van het Leidsch
dagblad was de
laatste bijdrage
van Dudok aan
Leiden. (foto
Reinout van Gulick)
toenmalige eigenaar van de krant,
A.W. Sijthoff.
De versieringen in en aan het ge
bouw hebben alles te maken met
het krantebedrijf. De terra-cotta
koppen aan de voorzijde verbeel
den de sprekende en de schrijvende
mens. De drie hoge glas-in-lood ra
men bevatten figuren die verwijzen
naar de wereld van het dagblad. Ze
zijn de personificaties van het
nieuws (een vrouw met de hand aan
haar mond), van de advertenties
(een kraaiende haan), en van de kri
tiek (een vrouw met opgeheven vin
ger).
Het gebouw van het Leidsch Dag
blad was de laatste bijdrage van
Dudok aan het aangezicht van Lei
den. In Leiderdorp werd nog wel
een wijkje met arbeiderswoningen
gerealiseerd dat Dudok samen met
de architect Oud had ontworpen.
Deze buurt werd in 1978 afgebfo-
Het had niet veel gescheeld of
Dudok zou ook nog de ontwerper
zijn geweest van het nieuwe Leidse
stadhuis. Op verzoek van het Leidse
gemeentebestuur maakte Dudok in
1930 (toen hij in Hilversum allang
zijn sporen had verdiend) een ont
werp voor een nieuw stadhuis in
Leiden. Dit ontwerp ontlokte veel
kritiek en werd uiteindelijk niet uit
gevoerd.
Smeltkroes
Geïnspireerd door Berlage en de
Amsterdamse School ontwikkelde
Dudo-k langzamerhand een min of
meer eigen stijl waarin later ook in
vloeden van De Stijl en het Nieuwe
Bouwen te herkennen vielen. Deze
bouwtrant bezorgde hem grote
faam in binnen- en buitenland.
Opmerkelijk is dat Dudok in ei
gen land eigenlijk veel minder werd
gewaardeerd dan. Dat heeft waar
schijnlijk alles te maken met de ty
pisch Nederlandse hokjesgeest.
Berlage zag in de architectuur, ten
tijde van de opkomst van de sociaal-
democratie, een middel om uit
drukking te geven aan een maat
schappelijk ideaal. De functionali
teit en het 'eerlijk' tonen van de con
structie stonden daarin centraal.
Bij Dudok speelde de functionali
teit ook een belangrijke rol, maar hij
liet de vormgeving van zijn gebou
wen nooit uitsluitend bepalen door
de constructie. Dudok schuwde
monumentale vormen niet en
kwam daardoor in conflict met Ber
lage. Dat plaatste hem in een be
paald daglicht. Maar. Dudok voelde
zich evenmin verwant met histori
serende architecten die hij verweet
traditionele vormen ongemotiveerd
te handhaven. Zo bleef Dudok zijn
leven lang een individualist en werd
zijn werk een smeltkroes van stijlen
die hij uiteindelijk tot een respecta
bel geheel wist te smeden.
De tentoonstelling Dudok in
Leiden is alle zaterdagen in sep
tember te zien in de voormalige
HBS (nu Bonaventuracollege) aan
de Burggravenlaan 2, van 10.00 tot
16.00 uur. Daar is ook een vouw
blad verkrijgbaar, voor één gul
den. dat gaat over Dudoks werk in
Leiden en zijn plaats in de Neder
landse architectuur.
Claw Boys Claw - 'Angelbite'
(Play it again Sam)
Ze dachten met hun 'Hitkillers' in
1988 flink te zullen scoren, maar dat
viel bitter tegen. De zo lang ver
wachte doorbraak van de Amster
damse formatie Claw Boys Claw
bleef opnieuw uit. Hun tot garage-
rock verworden Hollandse hits ('al
le dertien goed') sloegen nauwelijks
aan. Een nieuwe cd is inmiddels
daar, dus de groep begint gewoon
weer van voren af aan. De vier jon
gens treden de komende weken op
in allerlei platenzaken om hun
nieuwste schijfje 'Angelbitê' te pro
moten.
Wat meteen opvalt aan het nieu
we album is de duur van de num
mers. Van de veertien tracks zijn er
maar liefst zeven korter dan drie mi
nuten. De totale speeltijd bedraagt
slechts veertig minuten, zodat voor
dit plaatje zeker niet meer dan 25
gulden neergeteld moet worden.
De geest van Jimi Hendrix waart
rond op 'Angelbite'. Titels als 'Wild
Voodoo' roepen de herinnering aan
de grote gitaris al meteen op. In 'Bi-
te the dice' is het refrein van 'Stone
free' opgenomen. De minder Hen-
drix-achtige nummers zijn overi
gens een stuk rustiger en toeganke
lijker dan we van CBC gewend zijn,
ook al gaan ze soms over Neandert
halers en 'Troglodyte's'.
Het was de bedoeling dat John
Cale dit album zou produceren. De
voormalige Velvet Undergroud-
man ontmoette de groep tijdens het
Newyorkse New Music Seminar in
1988. De samenwerking ging uitein
delijk niet door omdat Cale, zijn
oude vriend Lou Reed tegen het lijf
liep en daar mee aan de slag ging.
CBC nam daarop voormalig Virgin
Prunes-producer Steve Parker in
de arm.
E.S.
Dread Zeppelin - 'Un-led-Ed'
(IBS)
Elvis is dood maar zijn 'zoon' Tor-
telvis is opgestaan, De Amerikaan,
die eruit ziet als The King tijdens
zijn laatste Las Vegas-dagen, ver
tolkt in opdracht van zijn 'vader'
Led Zeppelin-songs in reggae-uit-
voering. Even slikken, ja. Led Zep
pelin-voorman Robert Plant zou het
hele project zijn zegen hebben gege-
Tortelvis zou een echte zpon kun
nen zijn van The King. Als je niet
beter wist zou je denken dat Elvis
uit de pophemel is teruggekeerd om
on' en '9AM', is besmet door het
house-virus.
Op het tweede album, getiteld
'It's in the blood', slaat de drum
computer zijn slag. Mooie a-capella
ballades zijn er deze keer niet bij en
ruige rock 'n rock behoort eveneens
tot het verleden.
De vlakke, over het algemeen sui
kerzoete melodietjes, doen geen
recht aan de uitmuntende zang van
het viertal. Het repertoire laat een
voudigweg geen ruimte voor vocale
hoogstandjes. Vooral de tweede
helft van de cd is slaapverwekkend.
De eerste nummers ('It's in the
blood' en 'Getcha ya ya) zijn nog wel
te pruimen maar bij de Bob Marley-
cover 'No woman no cry' gaat het
helemaal mis. Een werkelijk tenen
krommende uitvoering, waarvoor
Marley zich ongetwijfeld in zijn graf
zal omdraaien.
E.S.
Stelling is terug
LEIDEN - "Galerie Stelling is te
rug. Daar zijn we blij om. Wij ver
wachten nadmkkelijk effect van
Stelling als het gaat om meer heden
daagse kunst in Leiden. Er is hier
weinig, maar het gaat de goede kant
op. Wie weet krijgen we straks in De
Lakenhal wel een vleugel voor mo
derne kunst".
Met deze woorden heropende
Yvonne van Baerle (voorgrond), di
recteur Culturele Zaken van de Ge
meente Leiden, Galerie Stelling. En
daarmee opende zij meteen de eerste
expositie van Stelling sinds zes
maanden: Allart Lakke, Marjolijn
van Dijk, Anne Feddema, Willem
Zeegers, Jan Kölling en Henck van
Dijck exposeren er tot 7 oktober.
Stelling is door communicatiepro
blemen met de Stichting Kunstkring
Burcht, de 'huisbaas', een tijd uit
beeld geweest. Maar nu, met het
nieuwe Stelling-bestuur, dat be
staat uit Joyce de Gruiter (achter
grond), Hans van Polanen, Peter
Willemse en Kan Kölling, lijkt er
geen vuiltje meer aan de lucht.
Okke Spierenburg, een van de op
richters van Stelling, wilde vooral
jonge kunstenaars in zijn galerie.
"Dat jonge is er nu een beetje van
af', zei Van Baarle. "Stelling mikt
nu niet alleen meer op die categorie.
Als de exposanten maar veelbelo- ling kunnen gevestigde kunstenaars
vend zijn. En er is nog iets veran- ook debutanten introduceren"
derd: in de huidige opzet van Stel- n<*nk Bouwman"
Dave Stewart.
weer te gaan zingen en optreden.
Tortelvis vindt zichzelf overigens
geen Elvis-imitator. 'Ik zie er uit als
Elvis, klink en doe hetzelfde als hij,,
maar dat is puur een erfelijke kwes
tie', aldus de zanger. Hij vertelt er
gelijk bij dat hij op een andere pla
neet is grootgebracht omdat zijn
moeder Priscilla pas 12 was toen hij
werd geboren.
Afijn, terug naar de werkelijk
heid. 'Un-led-Ed' is een aanstekelijk
debuutalbum vol originele Zeppe-
lin-rub-a-dubs met Elvis-vocalen.
'Black dog' en 'Heartbreaker' wor
den naadloos ineengeweven met
respectievelijk The King's 'Hound
dog' en 'Heartbreak hotel'. En ook
'Whole lotta love' is,met een Jamai-
ca-sausje overgoten.
Zonder hen belachelijk te maken
levert Dread Zeppelin een opval
lend en vermakelijk eerbetoon aan
hun idolen af.
E.S.
London Beat - 'It's in the blood'
(RCA)
Ze begonnen met ruige zwarte
rock 'n roll, maar zijn inmiddels een
geheel andere weg ingeslagen.
London Beat, vooral bekend van de
twee krakers 'There's a beat going
Dave Stewart and the spiritual
cowboys - BMG
Eurythmics staat op sterk water.
Annie Lennox schijnt zich voor te
bereiden op het moederschap. Voor
haar voormalige wederhelft Dave
Stewart is de (voorlopige?) beëindi
ging van de samenwerking echter
geen teleurstelling. Eurythmics zou
al geruime tijd verstikkend werken
op zijn creativiteit. Stewarts solo
project moet daaraan een eind ma
ken.
Typerend voor Dave Stewart- is
dat hij eigenlijk altijd heen en weer
is geslingerd tussen new-wave, dis
co, soul en rhythm blues getinte
muziekstukken. Invloeden van die
verschillende stijlen zijn ook terug
te vinden op zijn eerste solo CD.
Stewart heeft zich zeer ingespan
nen om een nieuw concept te vin
den voor zijn spiritual cowboys pro
ject maar het is op z'n minst twijfel
achtig of hij daarin is geslaagd. De
wisselvalligheid van de 14 composi
ties op zijn solo-album duiden er
eerder op dat Stewart in een artistie
ke impasse verkeert.
Een en ander wil niet zeggen dat
we hier met een weggooi CD van
doen hebben. Er staan wel degelijk
heel mooie symphonische stukken
op die de vergelijking met de mooi
ste nummers van Eurythmics kun
nen doorstaan. Het openingsnum
mer van de CD, Soul Years, roept
associaties op met David Bowie.
This Little Dream heeft Lennon-
achtige kantjes. Party Town en
Fashion Bomb zijn uitgesproken
Eurythmicsnummers, maar dan
zonder de vocalen van moeder Len
nox. Vocaal blijft het überhaupt be
helpen voor Dave Stewart. Na de
geboorte toch maar eens informe
ren of Annie nog kan zingen.
J.R.
De fotografen Willem Overtoom en Mireille in 't
Veld werken sinds 1989 samen. Onder de
naam Eye Eye reizen ze, fotograferen ze,
schrijven ze samen en fungeren ze al9 eikaars
model. Ook dit interview geven ze samen.
Wanneer de een een zin begint, maakt de an
der hem af. Ze vallen elkaar niet in de rede,
maar voegen hier en daar een woord toe.
Het begon allemaal met een reis
naar Jamaica, waar Willem Over
toom Mireille in 't Veld achterna
reisde. Beide maakten daar foto's
en zo ontstond het idee de resulta
ten te combineren.
"De reis naar Jamaica kwam
voort uit onze interesse voor de reg-
gae-cultuur daar. We hebben inter
views gemaakt met opkomende
muzikanten, bezochten een spe
ciaal klooster en trokken naar afge
legen gebieden. Terug in Nederland
hebben we hierover een groot arti
kel geschreven, dat in twee delen in
Muziekkrant OOR gepubliceerd is.
Wij hadden een algemeen cultuur
beeld geschetst, maar OOR drukte
alleen de delen af die voor de mu-
ziekhistorie van belang waren. Voor
de publikatie van de algemene in
drukken zijn we nu in onderhande
ling met een uitgever".
Het schrijven is niet de belang
rijkste drijfveer voor Overtoom en
In 't Veld. Hun hart ligt bij de foto
grafie. Zowel de reisfotografie als
bij de door hen genoemde 'literaire
fotografieën', waarvan een deel nu
te zien is in Fotogalerie De Kleine
Klup. De 'literaire fotografie' ont
staat in de studio en wordt opge
bouwd uit fotografische, fysieke
elementen en beelden uit de schil
derkunst. Het resultaat is een serie,
zeer verschillende foto's met als eni
ge overeenkomst een mystieke in
slag. Er zijn eenvoudige en krachti
ge composities zoals de torso van
een man overschaduwd met rode
lijnen die bij nadere beschouwing
rijen tulpen blijken te zijn. Daar
naast meer abstracte composities
waarbij de fysieke elementen ge
heel onherkenbaar zijn.
"Het samen componeren van
beelden, dat is leuk en stimulerend.
Evenals het samen schrijven: het is
een continue herbeleving van onze
reizen. Met de literaire foto's willen
we -associaties oproepen Zoals
dichtregels je ook op andere ge
dachten kunnen brengen. Wij schil
deren en tekenen eigenlijk met
kleur en licht. Zo hebben we geko
zen om een deel van deze foto's in
De Kleine Klup te laten zien, terwijl
we een serie waar we nu aan wer
ken, gebaseerd op de sferen waarin
de vroeg-joodse mystiek, de kabba
la, haar filosofie uitlegt, willen vast
houden voor buitenlandse gale
ries".
Deze uitspraak is geen groot
heidswaanzien. Overtoom en In 't
Veld werken hard aan hun public
relations. Deze zomer presenteer
den ze zich voor het eest in Arles tij
den 'Le Rencontre International de
la Photografie', een jaarlijkse ont
moeting tussen fotografen, galerie
houders, verzamelaars en museum
conservatoren. Ze verwachten naar
aanleiding van de daar opgedane
contacten binnen een jaar een expo
sitie in Italië of Zwitserland te kun
nen realiseren.
Aan het Nederlands fotografie-
minnend publiek hebben ze zich
begin deze maand gepresenteerd op
de port-foliodagen van de Fotogra
fie Biennale Rotterdam. Samen met
vele andere fotografen brachten zij
het weekeinde door in de mooie,
maar bedompte ruimten van de
kantoren van de Holland Amerika-
lijn. In 't Veld "De eerste dag was
erg saai. Het was warm, er was geen
muziek op de achtergrond en ieder
een zat elkaar vanachter zijn tafeltje
een beetje aan te staren. Op oen ge
geven moment hing er zo'n sfeer
van: 'weet jij nog een goeie mop?".
De belangrijkste tentoonstelling
makers en verzamelaars waren er
wel. maar mondjesmaat.
Overtoom: "Het contact met de
andere fotografen was nog het
leukst. Ze waren zeer nieuwsgierig
naar ons werk, al begreep niet ieder
een het even goed. Maar niemand
kan er onder uit. Ons werk staat zo
ver van andere fotografie en is daar
door zo intrigerend"
Willem Overtoom en Mireille in t
Veld: 'Literaire Fotografieën', tot 2H
september in Fotogalerie I)e Kleine
Klup.
Golden Earring, met Barry Hay -
zang en gitaar. George Kooymans -
gitaar en zang. Rinus Gerritsen -
basgitaar en Cesar Zuiderwijk -
drumstel. Gehoord en gezien op vrij
dag 14 september in de Stadsge
hoorzaal in Leiden
LEIDEN - Haalt de Golden Ear
ring zelfs het jaar 2000? Die
vraag piept in m'n oren terwijl ik
vrijdagnacht even voor twaal
ven over de Breestraat loop. Zo
juist is weer een optreden van de
vier rockers afgelopen. In de pa
tatzaken wordt met frikadel-
speciaal druk nagekaart over
het verschil met twee, zes of tien
jaar geleden.
De eën houdt het op een wat an
dere roffel tijdens de drumsolo
voorafgaande aan Rader Love'.
Een ander mist iets in de gi
taarsolo van 'Twillight Zone'.
De meesten kunnen daarente
gen geen verschil opnoemen.
De 'Earring' klinkt precies het
zelfde als twee, zes of tien jaar
geleden. Hooguit iets stroever.
Maar nog steeds even standvas
tig. Dus wie weet houdt Ncér-
lands poptrots sinds 1965 het
wellicht nog negen jaartjes uit.
Gekeken naar het zoveelste con
cert in de Stadsgehoorzaal
wordt het wel een uitputtings
slag. Nog enthousiast begonnen
met 'Just Like Vince Taylor',
'Sleepwalking' en 'Save Your
Skin', vielen de Haagse veerti
gers halverwege de anderhalf
uur speeltijd vermoeid terug
Het enthousiasme was duidelijk
ver te zoeken. Zelfs meelijwek
kend klonk het dieptepunt van
de avond, de gitaarsolo tijdens
'Mad Love's Coming'. Eens
(1977) maakte het vijfde bandlid
Eelco Gelling hiervan een hooj
standje vol spanning. Gistere-'
kwam George Kooymans op
zijn oerdegelijke Gibson niet
verder dan wat gefreak in de
vrijwel uitverkochte ruimte
De echte Earring-fans malen
daar niet om. Ze zijn blij dat er
tenminste nog een vaderlandse
band het hoofd boven water
houdt. Dat levert de veelal plat
telands-jongeren een goede re
den voor een avondje plezier in
de 'grote stad'. Vooral' een be-
/ook.ir uui café of koffie hop,
daarna een beetje heupwiegen
op When the Lady Smiles' en
dansen op 'Rader Love'. En voor
het slapen gaan nog even een
lekker frikadelletje..
De 'Earring' gunt het z'n vaste
fans van harte. Om adem te spa
ren voor Lisse vandaag, en wie
weet voor de komende jaren,
hielden ze het na eén korte toe
gift voor gezien. 'Back Home',
was de laatste, voorspelbare
boodschap. Waarschijnlijk wa
ren ze zelf als eerste thuis.
ERIC HOENSON