'Jeugdzonden' van Dudok in Leiden te zien Ons werk is intrigerend Architect wars van Nederlandse hokjesgeest Neanderthalers Zeppelin-rasta POP Bijdragen: Jan Rijsdam, Erna Straatsma Moederschap Leidse fotografen in de Kleine Klup House-virus Uitputtingsslag Golden Earring ZATERDAG 15 SEPTEMBER 1990 *W.M. Dudok. Popmuziek In uw verder overigens aardige arti keltje over de Leidse Vereniging van Popmuzikanten (LVP) en ons muziekhuis M123 (in het L.D. van 7 sept) worden helaas een paar zaken nogal ongelukkig met elkaar in ver band gebracht, die ik graag even wil recht zetten. De indruk wordt gewekt alof ons aller Leidse trots de 'Toy Factory' haar tournee door het Oostblok aan de LVP en ons boekingsbureau Gigz te danken zou hebben. Dit is niet waar en zou dus veel te veel eer zijn. De belangen van Toy Factory (en ook The Vibe) worden al gerui me tijd behartigd door boekingsbu reau Hotel Suburbia, ook in Leiden gevestigd. Uw verslaggeefster vroeg om voorbeelden te noemen van LVP bands die nu succesvol draaien. Ook Toy Factory en The Vibe zijn ooit beginnende bands geweest, maar meer dan een duwtje heeft het LVP-bureau Gigz hen nooit hoeven en kunnen geven. Al snel werd dui delijk dat deze bands meer baat hadden bij een full-time manage ment of boekingsbureau. Hotel Su burbia nam deze bands vervolgens onder haar hoede en pakte de zaken gelijk grootschalig aan. En met suc ces, dachten wij. Natuurlijk zijn we er trots op dat onze vrienden het ver schoppen in het buitenland, maar dat wij in een eerder stadium ook een paar optre dens hebben geregeld staat daar volkomen los van. Ze hebben hun succes tenslotte vooral aan hun mu ziek te danken. George te Marvelde, coördinator muziekhuis M123 LEIDEN - Er zijn niet zoveel Nederlandse architecten wier naam tot ver over de landsgrenzen reikt. W.M. Dudok, geboren in 1884 te Amsterdam, is zo'n architect met grote internationale ver maardheid. Al tijdens zijn le ven werd hij overladen met prijzen, eretitels en medail les, waaronder de Engelse Royal Gold Medal. Dudok was de derde Nederlandse architect die deze hoge on derscheiding ontving, na ar chitecten als Berlage en Cuypers. Daarmee behoort hij tot de onsterfelijken van de Nederlandse architec tuur. Wie Dudok zegt, zegt Hilversum. Het is namelijk die gemeente waar Dudok, in de functie van directeur publieke werken en gemeente-ar chitect, een belangrijk stempel heeft gezet op het aanzien van de stad. Hij bouwde er een stadhuis, een twintigtal scholen en een groot aantal woningen. Veel minder bekend is dat Dudok in Leiden zijn eerste schreden op het pad van de bouwkunst heeft ge zet. Na zijn militaire dienst werd hij in deze stad adjunct-directeur van gemeentewerken en mocht hij spoedig optreden als ontwerper van de gemeentelijke HBS aan de Burg- gravenlaan. Deze maand is het 75 jaar geleden dat het schoolgebouw officieel werd geopend. Ter gelegenheid van dat jubileum,.en de voltooiing van de restauratie van het gebouw, heb ben schooldirectie, docenten en leerlingen van het Bonaventuracol- lege, de huidige gebruikers van het pand, het initiatief genomen op ge paste wijze een hommage te bren gen aan de architect van het ge bouw. In een tentoonstelling wordt aandacht besteed aan de werken van Dudok in Leiden en aan het schoolgebouw dat er na de restaura tie niet oud maar 75 jaar jong uitziet. Jeugdzondes Eigenlijk zijn de gebouwen die Dudok in Leiden realiseerde jeugd zondes van de architect die in later jaren tot een mythe uitgroeide. Po gingen om Dudok in een hokje te plaatsen zijn eigenlijk altijd mislukt omdat hij zich nimmer bij een of an dere makkelijk herkenbare archi tectuurstroming heeft aangesloten. Het typeren van zijn bouwwerken leidde tot termen als romantisch kubisme of middelaar tussen tradi tioneel en modern bouwen. Dudok werkte er zelf ijverig aan mee deze mythe in stand te houden. Hij waarschuwde er voor dat dege nen die hem in een hokje wilden stoppen het moeilijk zouden krij gen. Maar ook de mensen in zijn di recte omgeving droegen ertoe bij dat Dudok een solist lijkt in de Ne derlandse architectuur. Volgens het vreemde woorden boek is een mythe een verhaal over goden en halfgoden of een onge grond verhaal. Dat laatste lijkt voor Dudok op te gaan. Belangrijke stro mingen uit het begin van deze eeuw zijn namelijk wel degelijk herken baar in het werk van Dudok. Zo was Berlage rond 1900 één van de be langrijkste bouwmeesters en ver nieuwers van de bouwkunst. Ken merkend voor zijn stijl is zijn be langrijkste bouwwerk: het Beursge bouw aan het Damrak in Amster dam. Daaraan is goed te zien hoe Berlage de constructie nadrukke lijk in de vormgeving van zijn ge bouw naar voren laat komen, en niet wegwerkt achter fraaie versier- Invloeden Toen Dudok in 1913 in dienst trad van de gemeente Leiden mocht hij spoedig zijn eerste bouwwerk, de HBS, van de grond tillen. Daaruit bleek onmiddelijk dat hij onder in vloed stond van Berlage. De twee vleugels van het gebouw, die haaks op elkaar staan, komen samen in een trappenhuis met een kap waar van de constructie duidelijk zicht baar is. Ook de gemetselde bakste nen bogen, de glazuurstenen lam- brizering en de, in bescheiden mate, aanwezige gevelversieringen ver wijzen naar Berlage. Gedurende zijn Leidse periode, die duurde van 1913 tot 1915, ver schuift de aandacht van Dudok evenwel naar de architectuur van de Amsterdamse School. Deze ar chitectuurstijl wordt gekenmerkt door het loslaten van het verband tussen de vorm en de constructie van een gebouw en het scheppen van sierlijker vormen waarin een heel scala van materialen en vor men wordt toegepast: van verschil lende baksteensoorteh en metsel werk, decoratieve elementen van natuursteen en terra-cotta tot siersmeedwerk en glas-in-lood ra men. Stadhuis De invloeden van de Amsterdamse School komen duidelijk tot uit drukking in het gebouw dat Dudok in 1916 ontwierp voor het Leidsch Dagblad. De opdracht hiervoor had Dudok gekregen, los van zijn func tie bij de gemeente Leiden, van de *Het gebouw van het Leidsch dagblad was de laatste bijdrage van Dudok aan Leiden. (foto Reinout van Gulick) toenmalige eigenaar van de krant, A.W. Sijthoff. De versieringen in en aan het ge bouw hebben alles te maken met het krantebedrijf. De terra-cotta koppen aan de voorzijde verbeel den de sprekende en de schrijvende mens. De drie hoge glas-in-lood ra men bevatten figuren die verwijzen naar de wereld van het dagblad. Ze zijn de personificaties van het nieuws (een vrouw met de hand aan haar mond), van de advertenties (een kraaiende haan), en van de kri tiek (een vrouw met opgeheven vin ger). Het gebouw van het Leidsch Dag blad was de laatste bijdrage van Dudok aan het aangezicht van Lei den. In Leiderdorp werd nog wel een wijkje met arbeiderswoningen gerealiseerd dat Dudok samen met de architect Oud had ontworpen. Deze buurt werd in 1978 afgebfo- Het had niet veel gescheeld of Dudok zou ook nog de ontwerper zijn geweest van het nieuwe Leidse stadhuis. Op verzoek van het Leidse gemeentebestuur maakte Dudok in 1930 (toen hij in Hilversum allang zijn sporen had verdiend) een ont werp voor een nieuw stadhuis in Leiden. Dit ontwerp ontlokte veel kritiek en werd uiteindelijk niet uit gevoerd. Smeltkroes Geïnspireerd door Berlage en de Amsterdamse School ontwikkelde Dudo-k langzamerhand een min of meer eigen stijl waarin later ook in vloeden van De Stijl en het Nieuwe Bouwen te herkennen vielen. Deze bouwtrant bezorgde hem grote faam in binnen- en buitenland. Opmerkelijk is dat Dudok in ei gen land eigenlijk veel minder werd gewaardeerd dan. Dat heeft waar schijnlijk alles te maken met de ty pisch Nederlandse hokjesgeest. Berlage zag in de architectuur, ten tijde van de opkomst van de sociaal- democratie, een middel om uit drukking te geven aan een maat schappelijk ideaal. De functionali teit en het 'eerlijk' tonen van de con structie stonden daarin centraal. Bij Dudok speelde de functionali teit ook een belangrijke rol, maar hij liet de vormgeving van zijn gebou wen nooit uitsluitend bepalen door de constructie. Dudok schuwde monumentale vormen niet en kwam daardoor in conflict met Ber lage. Dat plaatste hem in een be paald daglicht. Maar. Dudok voelde zich evenmin verwant met histori serende architecten die hij verweet traditionele vormen ongemotiveerd te handhaven. Zo bleef Dudok zijn leven lang een individualist en werd zijn werk een smeltkroes van stijlen die hij uiteindelijk tot een respecta bel geheel wist te smeden. De tentoonstelling Dudok in Leiden is alle zaterdagen in sep tember te zien in de voormalige HBS (nu Bonaventuracollege) aan de Burggravenlaan 2, van 10.00 tot 16.00 uur. Daar is ook een vouw blad verkrijgbaar, voor één gul den. dat gaat over Dudoks werk in Leiden en zijn plaats in de Neder landse architectuur. Claw Boys Claw - 'Angelbite' (Play it again Sam) Ze dachten met hun 'Hitkillers' in 1988 flink te zullen scoren, maar dat viel bitter tegen. De zo lang ver wachte doorbraak van de Amster damse formatie Claw Boys Claw bleef opnieuw uit. Hun tot garage- rock verworden Hollandse hits ('al le dertien goed') sloegen nauwelijks aan. Een nieuwe cd is inmiddels daar, dus de groep begint gewoon weer van voren af aan. De vier jon gens treden de komende weken op in allerlei platenzaken om hun nieuwste schijfje 'Angelbitê' te pro moten. Wat meteen opvalt aan het nieu we album is de duur van de num mers. Van de veertien tracks zijn er maar liefst zeven korter dan drie mi nuten. De totale speeltijd bedraagt slechts veertig minuten, zodat voor dit plaatje zeker niet meer dan 25 gulden neergeteld moet worden. De geest van Jimi Hendrix waart rond op 'Angelbite'. Titels als 'Wild Voodoo' roepen de herinnering aan de grote gitaris al meteen op. In 'Bi- te the dice' is het refrein van 'Stone free' opgenomen. De minder Hen- drix-achtige nummers zijn overi gens een stuk rustiger en toeganke lijker dan we van CBC gewend zijn, ook al gaan ze soms over Neandert halers en 'Troglodyte's'. Het was de bedoeling dat John Cale dit album zou produceren. De voormalige Velvet Undergroud- man ontmoette de groep tijdens het Newyorkse New Music Seminar in 1988. De samenwerking ging uitein delijk niet door omdat Cale, zijn oude vriend Lou Reed tegen het lijf liep en daar mee aan de slag ging. CBC nam daarop voormalig Virgin Prunes-producer Steve Parker in de arm. E.S. Dread Zeppelin - 'Un-led-Ed' (IBS) Elvis is dood maar zijn 'zoon' Tor- telvis is opgestaan, De Amerikaan, die eruit ziet als The King tijdens zijn laatste Las Vegas-dagen, ver tolkt in opdracht van zijn 'vader' Led Zeppelin-songs in reggae-uit- voering. Even slikken, ja. Led Zep pelin-voorman Robert Plant zou het hele project zijn zegen hebben gege- Tortelvis zou een echte zpon kun nen zijn van The King. Als je niet beter wist zou je denken dat Elvis uit de pophemel is teruggekeerd om on' en '9AM', is besmet door het house-virus. Op het tweede album, getiteld 'It's in the blood', slaat de drum computer zijn slag. Mooie a-capella ballades zijn er deze keer niet bij en ruige rock 'n rock behoort eveneens tot het verleden. De vlakke, over het algemeen sui kerzoete melodietjes, doen geen recht aan de uitmuntende zang van het viertal. Het repertoire laat een voudigweg geen ruimte voor vocale hoogstandjes. Vooral de tweede helft van de cd is slaapverwekkend. De eerste nummers ('It's in the blood' en 'Getcha ya ya) zijn nog wel te pruimen maar bij de Bob Marley- cover 'No woman no cry' gaat het helemaal mis. Een werkelijk tenen krommende uitvoering, waarvoor Marley zich ongetwijfeld in zijn graf zal omdraaien. E.S. Stelling is terug LEIDEN - "Galerie Stelling is te rug. Daar zijn we blij om. Wij ver wachten nadmkkelijk effect van Stelling als het gaat om meer heden daagse kunst in Leiden. Er is hier weinig, maar het gaat de goede kant op. Wie weet krijgen we straks in De Lakenhal wel een vleugel voor mo derne kunst". Met deze woorden heropende Yvonne van Baerle (voorgrond), di recteur Culturele Zaken van de Ge meente Leiden, Galerie Stelling. En daarmee opende zij meteen de eerste expositie van Stelling sinds zes maanden: Allart Lakke, Marjolijn van Dijk, Anne Feddema, Willem Zeegers, Jan Kölling en Henck van Dijck exposeren er tot 7 oktober. Stelling is door communicatiepro blemen met de Stichting Kunstkring Burcht, de 'huisbaas', een tijd uit beeld geweest. Maar nu, met het nieuwe Stelling-bestuur, dat be staat uit Joyce de Gruiter (achter grond), Hans van Polanen, Peter Willemse en Kan Kölling, lijkt er geen vuiltje meer aan de lucht. Okke Spierenburg, een van de op richters van Stelling, wilde vooral jonge kunstenaars in zijn galerie. "Dat jonge is er nu een beetje van af', zei Van Baarle. "Stelling mikt nu niet alleen meer op die categorie. Als de exposanten maar veelbelo- ling kunnen gevestigde kunstenaars vend zijn. En er is nog iets veran- ook debutanten introduceren" derd: in de huidige opzet van Stel- n<*nk Bouwman" Dave Stewart. weer te gaan zingen en optreden. Tortelvis vindt zichzelf overigens geen Elvis-imitator. 'Ik zie er uit als Elvis, klink en doe hetzelfde als hij,, maar dat is puur een erfelijke kwes tie', aldus de zanger. Hij vertelt er gelijk bij dat hij op een andere pla neet is grootgebracht omdat zijn moeder Priscilla pas 12 was toen hij werd geboren. Afijn, terug naar de werkelijk heid. 'Un-led-Ed' is een aanstekelijk debuutalbum vol originele Zeppe- lin-rub-a-dubs met Elvis-vocalen. 'Black dog' en 'Heartbreaker' wor den naadloos ineengeweven met respectievelijk The King's 'Hound dog' en 'Heartbreak hotel'. En ook 'Whole lotta love' is,met een Jamai- ca-sausje overgoten. Zonder hen belachelijk te maken levert Dread Zeppelin een opval lend en vermakelijk eerbetoon aan hun idolen af. E.S. London Beat - 'It's in the blood' (RCA) Ze begonnen met ruige zwarte rock 'n roll, maar zijn inmiddels een geheel andere weg ingeslagen. London Beat, vooral bekend van de twee krakers 'There's a beat going Dave Stewart and the spiritual cowboys - BMG Eurythmics staat op sterk water. Annie Lennox schijnt zich voor te bereiden op het moederschap. Voor haar voormalige wederhelft Dave Stewart is de (voorlopige?) beëindi ging van de samenwerking echter geen teleurstelling. Eurythmics zou al geruime tijd verstikkend werken op zijn creativiteit. Stewarts solo project moet daaraan een eind ma ken. Typerend voor Dave Stewart- is dat hij eigenlijk altijd heen en weer is geslingerd tussen new-wave, dis co, soul en rhythm blues getinte muziekstukken. Invloeden van die verschillende stijlen zijn ook terug te vinden op zijn eerste solo CD. Stewart heeft zich zeer ingespan nen om een nieuw concept te vin den voor zijn spiritual cowboys pro ject maar het is op z'n minst twijfel achtig of hij daarin is geslaagd. De wisselvalligheid van de 14 composi ties op zijn solo-album duiden er eerder op dat Stewart in een artistie ke impasse verkeert. Een en ander wil niet zeggen dat we hier met een weggooi CD van doen hebben. Er staan wel degelijk heel mooie symphonische stukken op die de vergelijking met de mooi ste nummers van Eurythmics kun nen doorstaan. Het openingsnum mer van de CD, Soul Years, roept associaties op met David Bowie. This Little Dream heeft Lennon- achtige kantjes. Party Town en Fashion Bomb zijn uitgesproken Eurythmicsnummers, maar dan zonder de vocalen van moeder Len nox. Vocaal blijft het überhaupt be helpen voor Dave Stewart. Na de geboorte toch maar eens informe ren of Annie nog kan zingen. J.R. De fotografen Willem Overtoom en Mireille in 't Veld werken sinds 1989 samen. Onder de naam Eye Eye reizen ze, fotograferen ze, schrijven ze samen en fungeren ze al9 eikaars model. Ook dit interview geven ze samen. Wanneer de een een zin begint, maakt de an der hem af. Ze vallen elkaar niet in de rede, maar voegen hier en daar een woord toe. Het begon allemaal met een reis naar Jamaica, waar Willem Over toom Mireille in 't Veld achterna reisde. Beide maakten daar foto's en zo ontstond het idee de resulta ten te combineren. "De reis naar Jamaica kwam voort uit onze interesse voor de reg- gae-cultuur daar. We hebben inter views gemaakt met opkomende muzikanten, bezochten een spe ciaal klooster en trokken naar afge legen gebieden. Terug in Nederland hebben we hierover een groot arti kel geschreven, dat in twee delen in Muziekkrant OOR gepubliceerd is. Wij hadden een algemeen cultuur beeld geschetst, maar OOR drukte alleen de delen af die voor de mu- ziekhistorie van belang waren. Voor de publikatie van de algemene in drukken zijn we nu in onderhande ling met een uitgever". Het schrijven is niet de belang rijkste drijfveer voor Overtoom en In 't Veld. Hun hart ligt bij de foto grafie. Zowel de reisfotografie als bij de door hen genoemde 'literaire fotografieën', waarvan een deel nu te zien is in Fotogalerie De Kleine Klup. De 'literaire fotografie' ont staat in de studio en wordt opge bouwd uit fotografische, fysieke elementen en beelden uit de schil derkunst. Het resultaat is een serie, zeer verschillende foto's met als eni ge overeenkomst een mystieke in slag. Er zijn eenvoudige en krachti ge composities zoals de torso van een man overschaduwd met rode lijnen die bij nadere beschouwing rijen tulpen blijken te zijn. Daar naast meer abstracte composities waarbij de fysieke elementen ge heel onherkenbaar zijn. "Het samen componeren van beelden, dat is leuk en stimulerend. Evenals het samen schrijven: het is een continue herbeleving van onze reizen. Met de literaire foto's willen we -associaties oproepen Zoals dichtregels je ook op andere ge dachten kunnen brengen. Wij schil deren en tekenen eigenlijk met kleur en licht. Zo hebben we geko zen om een deel van deze foto's in De Kleine Klup te laten zien, terwijl we een serie waar we nu aan wer ken, gebaseerd op de sferen waarin de vroeg-joodse mystiek, de kabba la, haar filosofie uitlegt, willen vast houden voor buitenlandse gale ries". Deze uitspraak is geen groot heidswaanzien. Overtoom en In 't Veld werken hard aan hun public relations. Deze zomer presenteer den ze zich voor het eest in Arles tij den 'Le Rencontre International de la Photografie', een jaarlijkse ont moeting tussen fotografen, galerie houders, verzamelaars en museum conservatoren. Ze verwachten naar aanleiding van de daar opgedane contacten binnen een jaar een expo sitie in Italië of Zwitserland te kun nen realiseren. Aan het Nederlands fotografie- minnend publiek hebben ze zich begin deze maand gepresenteerd op de port-foliodagen van de Fotogra fie Biennale Rotterdam. Samen met vele andere fotografen brachten zij het weekeinde door in de mooie, maar bedompte ruimten van de kantoren van de Holland Amerika- lijn. In 't Veld "De eerste dag was erg saai. Het was warm, er was geen muziek op de achtergrond en ieder een zat elkaar vanachter zijn tafeltje een beetje aan te staren. Op oen ge geven moment hing er zo'n sfeer van: 'weet jij nog een goeie mop?". De belangrijkste tentoonstelling makers en verzamelaars waren er wel. maar mondjesmaat. Overtoom: "Het contact met de andere fotografen was nog het leukst. Ze waren zeer nieuwsgierig naar ons werk, al begreep niet ieder een het even goed. Maar niemand kan er onder uit. Ons werk staat zo ver van andere fotografie en is daar door zo intrigerend" Willem Overtoom en Mireille in t Veld: 'Literaire Fotografieën', tot 2H september in Fotogalerie I)e Kleine Klup. Golden Earring, met Barry Hay - zang en gitaar. George Kooymans - gitaar en zang. Rinus Gerritsen - basgitaar en Cesar Zuiderwijk - drumstel. Gehoord en gezien op vrij dag 14 september in de Stadsge hoorzaal in Leiden LEIDEN - Haalt de Golden Ear ring zelfs het jaar 2000? Die vraag piept in m'n oren terwijl ik vrijdagnacht even voor twaal ven over de Breestraat loop. Zo juist is weer een optreden van de vier rockers afgelopen. In de pa tatzaken wordt met frikadel- speciaal druk nagekaart over het verschil met twee, zes of tien jaar geleden. De eën houdt het op een wat an dere roffel tijdens de drumsolo voorafgaande aan Rader Love'. Een ander mist iets in de gi taarsolo van 'Twillight Zone'. De meesten kunnen daarente gen geen verschil opnoemen. De 'Earring' klinkt precies het zelfde als twee, zes of tien jaar geleden. Hooguit iets stroever. Maar nog steeds even standvas tig. Dus wie weet houdt Ncér- lands poptrots sinds 1965 het wellicht nog negen jaartjes uit. Gekeken naar het zoveelste con cert in de Stadsgehoorzaal wordt het wel een uitputtings slag. Nog enthousiast begonnen met 'Just Like Vince Taylor', 'Sleepwalking' en 'Save Your Skin', vielen de Haagse veerti gers halverwege de anderhalf uur speeltijd vermoeid terug Het enthousiasme was duidelijk ver te zoeken. Zelfs meelijwek kend klonk het dieptepunt van de avond, de gitaarsolo tijdens 'Mad Love's Coming'. Eens (1977) maakte het vijfde bandlid Eelco Gelling hiervan een hooj standje vol spanning. Gistere-' kwam George Kooymans op zijn oerdegelijke Gibson niet verder dan wat gefreak in de vrijwel uitverkochte ruimte De echte Earring-fans malen daar niet om. Ze zijn blij dat er tenminste nog een vaderlandse band het hoofd boven water houdt. Dat levert de veelal plat telands-jongeren een goede re den voor een avondje plezier in de 'grote stad'. Vooral' een be- /ook.ir uui café of koffie hop, daarna een beetje heupwiegen op When the Lady Smiles' en dansen op 'Rader Love'. En voor het slapen gaan nog even een lekker frikadelletje.. De 'Earring' gunt het z'n vaste fans van harte. Om adem te spa ren voor Lisse vandaag, en wie weet voor de komende jaren, hielden ze het na eén korte toe gift voor gezien. 'Back Home', was de laatste, voorspelbare boodschap. Waarschijnlijk wa ren ze zelf als eerste thuis. ERIC HOENSON

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 43