Theater
Wat de Leidse Schouwburg te bieden heeft
SEIZOEN 1990/1991
'Ik zou wel eens iets bezetens willen zien'
'In andere eeuw was Shakespeare romanschrijver geweest'
VRIJDAG 7 SEPTEMBER 1
LEIDEN - Met vijftien premières,
de uitvoering van drie konings
drama's van William Shake-,
speare, 35 cabaretvoorstellingen,-
de chansonweek, grote opera's en
een optreden van Herman Kreb-
bers en Theo Olof, biedt het pro
gramma van de Leidse Schouw
burg het komende seizoen weer
voor elck wat wils. Een greep uit.
het programma:
Toneel
Richard II van Shakespeare is de
eerste van de driedelige serie ko
ningsdrama's. Ruim vier miljoen
gulden kostte het project, waarin
25 acteurs meer dan 100 rollen
voor hun rekening zullen nemen.
Guijs Scholten van Aschat speelt
Richard II. Verder in dit stuk Ton
Lutz (die later in het seizoen Hen
ry IV voor zijn rekening neemt)
en Pierre Bokma (11 en 12 sep
tember).
Henry IV is het volgende in
deze serie, waarin naast Ton Lutz
Pierre Bokma de rol van prins
Hall speelt en Cees Linnebank
Falstaff (15 en 17 december).
Bokma speelt de titelrol in Hen
ry V e n Cees Linnebank vertolkt
Charles VI in het derde konings
drama waarmee de Shakespeare-
serie voor wat Leiden betreft op 8
en 9 maart wordt afgesloten.
Wegens succes geprolongeerd
is Shipley Valentine met Anne-
Wil Blankers op 28 september.
Dat geldt ook voor Zondagskin
deren waarin John Kraaykamp
een fenomenale rol speelt (16 en
17 oktober),
Johan Ooms, Kiki Classen en
Hans Cornelissen zijn in Scoren!
te zien, een stuk dat in Leiden zo
wel de voorpremière als zijn pre
mière beleeft (26 en 27 oktober).
Het stuk geeft een onthullende
blik achter de schermen van de
Film- en televisiewereld.
Van Shakespeare is de tragi-ko-
medie Cymbeline waarmee De
Voorziening op 7 november naar
Leiden komt.
Het Theater van het Oosten
brengt Drie zusters van Tsjechov
onder regie van Agaath Witteman
op de planken op 16 november.
Marijke Veugelers speelt Lena
in de politiethriller De bekentenis
(17 november).
Peter Faber en Petra Laseur
spelen Koekoeksnest op 23 en 24
november.
Leiden beleeft de première van
De dood van Iwan Iljitsj met
Henk van Ulsen op 11 december.
Toneelgroep De Appel brengt
vervolgens Lange dagreis naar
de nacht van Eugene O'Neill (12
december).
De Hollandse Komedie komt
dit seizoen met de komische thril
ler Arsenicum en Oude Kant (21
en 22 december). Joop Doderer
viert zijn 50-jarig toneeljubileum
met de komedie Op glad ijs (23
januari). Nel Kars brengt Konin
gin Sophie solo op 30 januari.
Amadeus van Peter Shaffer
mag in het Mozartjaar niet ontbre-
kèn. Willem Nijholt maakte al
tien jaar geleden deze produktie
tot een hoogtepount. Nu in repri
se op 18,19 en 20 januari.
Een dynamische voorstelling
mag De geschiedenis van een
paard worden genoemd. Het
Raamtheater brengt deze pro
duktie op 31 januari op de plan
ken van de Leidse Schouwburg.
Opnieuw is Anne-Wil Blankers
dit seizoen te zien in De meiden
van Jean Genet (1 februari).
Toneelgezelschap Amsterdam
speelt Verf, een nieuwe komedie
van Gerardjan Rijnders en Bert
Edelen bos (5 februari).
Huib Broos, Kees Coolen, Jules
Hamel en Cor van Rijn voeren in
een nieuwe bewerking de Gebroe
ders Kazamarov ten tonele op 6
februari. Een 'visuele' komedie
is De gang van zaken onder regie
van Helmert Woudenberg (7 fe
bruari).
Annie M.G. Schmidt tekende
voor het blijspel En ik dan en zij
paste dit stuk speciaal voor regis
seur Berend Boudewijn aan de ei
sen van deze tijd aan. Henni Orri
en Carol van Herwijnen spelen de
hoofdrollen (8 februari).
Het Mechels Miniatuur Teater
brengt aangrijpend toneel in Ro
salie Niemand waarvan de pre
mière op 14 februari in Leiden is.
Taming of the shrew wordt door
het Engelse gezelschap Lamda op
28 februari opgevoerd. Ton Len-
sink en Huub Stapel spelen
Moordspel (Sleuth) op 2 en 3
maart.
Een 'neurotische komedie' van
Hans Dagelet is De ziekte die mu-
zak heet (20 maart).
Het Nationale Toneel speelt
Ivanov van Tsjechov op 23 maart.
Uit Parijs komt het Compagnie
Theatre Temps. Hun Franstalige
produktie Le pavilion des enfants
foils is op 27 maart te zien. Een
herkansing voor wie Jaloezieën
met Trudy Labij en Annet Nieu-
wenhuijzen nog niet heeft gezien
volgt op 29 maart.
Van Dennis Potter ('The Sin-
ging detective') is Voldoende kool
hydraat, een co-produktie van
Het Gebeuren en Het Nationale
Toneel (16 april).
De Appel speelt De Buddha
van Ceylon van Lodewijk de Boer
op 24 april en het Theater van het
Oosten is op 26 april opnieuw te
zien met Iphigeneia in Tauris.
Een 'nouveauté' op theaterge-
bied mag De muisjes: met smart
zult gij kinderen baren heten.
Herman Heijermans inspireerde
Cees Linnebank tot het schrijven
van dit feuilleton dat in het vol
gende seizoen een vervolg zal
krijgen. (17 mei).
Dans
Folklore opent het seizoen op 8
oktober, wanneer het dansen
semble Naiden Kirov uit Bulga
rije op de planken van de Leidse
Schouwburg staat, gevolgd door
het Russische Folklore Ensemble
op 5 november.
Feri de Geus met zijn r
listische Natieven en de Frans
man Pierre Hermet met Coup
d'Amour wonnen dit jaar het Cho-
rpocrrafpn Concours dat in Gro
ningen werd gehouden. Hun bal
letten zijn op 19 november in Lei
den te zien.
De Phoenix Dance Company
uit Leeds is op 21 november van
de partij, Djazzex brengt Jazz Ex
change op 18 december.
Uit New York komt het Ameri
can Dance Theatre (25 janauari).
Introdans viert haar 20-jarig jubi
leum met twee programma's. Het
eerste is op 2 februari in Leiden
te zien. Behalve reprises brengt
Scapino dit seizoen ook zes nieu
we balletten op de planken (16
maart) en Reflex is hier op 26
maart.
Het Shusaku Dormu Dance
Theatre brengt op 23 april Matrix
en de Elisa Monte Dance Compa
ny brengt haar internationaal be
faamde programma op 2 mei.
Nieuw werk van Ton Simons
en Stephen Petronio brengt De
Rotterdamse Dansgroep op 14
mei en Introdans laat op 1 juni
nieuwe werken van Ton Wiggers
en Jean-Christophe Maillot zien.
Opera
De Peking Opera bijt het spits af
op 10 september. De opera Eline,
gebaseerd op de roman Eline
Vere van Couperus is met Marco
Bakker, Tom Sol en Hantzen
Houwert op 24 oktober te bewon
deren.
Een bijzondere opera van Mo
zart is L'Oca del Cairo die het
Vlaamse kameroperagezelschap
op 26 januari in Leiden in pre
mière brengt. De Staatsopera van
Bydgoszcz brengt op 4 februari
Rigoletto van Verdi.
Operette is er in Leiden te zien
op 19 en 20 april wanneer de
Hoofdstad Operette Orpheus in
de Onderwereld ten gehore
brengt.
Voor de hele familie is tenslotte
De Fabelopera Reynaert de Vos
op 7 mei.
Cabaret
Zoals al aangekondigd biedt het
programma van de Leidse
Schouwburg ook het komende
seizoen veel cabaret. Bekenden
als Paul de Leeuw (met Beste
maatjes op 7 en 8 september),
Seth Gaaikema met een nieuwe
show op 27 september, Mini en
Maxi met Sprakeloos op 5 okto
ber, Purper met Opus 8 op 29 en
30 oktober, Hans Liberg met Ka-
det 4711 op 1, 2 en 3 november.
Dubbel en dwars met Er staat een
gek om de hoek op 8 november.
Ook Martine Bijl met Mevrouw
Bijl op 3,4 en 6 december, Tineke
Schouten met haar wanwoeman-
sjoo op 2, 3 en 4 januari, gevolgd
door Jaseprina de Jong met haar
tour de chant op 5 en 6 ,j
Op 9, 10, 11 en 12 januari brengt
Herman Finkers weer zijn pro
gramma De zon gaat zinloos on
der.
Jenny Arean is met het huis
houdschoolsyndroom te zien op 15
en 16 februari, Adèle Bloemen-
daal vaart op 12 maart op de Ori
noco. Maijol Flore gaat op 28
maart Vreemd en de nieuwe thea
tersolo van Youp van 't Hek is
zelfs vijf avonden te zien: van 9
tot en met 13 april.
Paul Haenen biedt het publiek
op 17 april een Heldere avond en
Paul van Vliet brengt zijn jubile-
umshow op 30 april en 1 mei.
Onbekend talent zal te zien zijn
in het Leids Cabaretfestival, dat
van 18 tot en met 23 februari
wordt gehouden. Nieuw is dat
Cabarestafette, een theaterpro
gramma dat het gevolg is van
amateursfestivals, in dit pro
gramma is opgenomen.
Musical
Simone Kleinsma komt weer met
Sweet Charity (21, 22 en 23 sep
tember). Ook is de muzikale thea
tershow Jeans 2 te zien (9 okto
ber). Het Fakkelteater brengt De
Club in een nieuwe bezetting (7
en 8 december), het koninklijk
ballet van Vlaanderen speelt
Broadway Baby op 24 januari.
Paco Pena komt met zijn fla
mencodansers naar Leiden en
verder zijn er optredens te horen
van Liesbeth List en Mathilde
Santing. Voorts een concert van
Herman Kre^bers en Theo Olof (6
april) en een keur aan familie
voorstellingen.
"Wat me van dit jaar bijgeble
ven is? 'Una giornata particola-
re' van Clara Smit, dat in Impe
rium gespeeld werd. Dat vond ik
grandioos, om van te smullen.
Waarschijnlijk wordt het dit
jaar herhaald". De 43-jarige
Ton Uijl is docent aan 'Rhijn-
wijck', een instelling voor mid
delbaar dienstverlenend en ge-
zondheidsondcrwijs, en noemt
zich een liefhebber van toneel
en cabaret. Freek de Jonge,
Youp van 't Hek, Zak As zijn
voor hem de grote namen. Hoe
wel, wat Freek betreft, van wie
Uijl ooit in Haarlem de eerste
show zag, is de jus er een beetje
af. "Nee, ik volg hem nu niet
meer zo, maar ik heb een druk
bestaan". Uijl gaat niet speciaal
voor iets naar Amsterdam, al
komt hij wel eens in Carré. De
Leidse Schouwburg, Microthea
ter Imperium en ook wel het
Appeltheater in Scheveningen
volstaan. Zelf schrijft hij in zijn
hoedanigheid als leraar wel
voor studenten en docenten en
een aantal jaren terug stond
Ton Uijl in Imperium op de
planken. "We hebben toen met
een groepje een toneelstuk ge
maakt. De basis werd gelegd op
een cursus van K O en toen
hebben we Clara Smit gevraagd
om ons te regisseren. Het is ze
ven keer opgevoerd: een draak
van een stuk, maar leuk voor ons
zelf en anderen hebben er ook
wel van genoten". 'Niet geschikt
oor publikatie' heette de pro
duktie. "Ook gerecenseerd door
deze krant" zegt Uijl. "En rede
lijk afgekraakt, hoewel...het en
thousiasme werd opgepikt".
Uijl noemt zich een theater-
liefhebber, geen theaterdes-
kundigc en over het algemeen
zou hij meer experimenteel
theater willen zien. "Ik kom uit
de zestiger jaren, hè, weet je.
Dat is wat ik misschien weer
zoek. Ik heb de indruk dat er
vroeger in de Leidse Schouw
burg meer experimenteel to
neel was. Ik herinner me nog
eens een stuk, ik geloof van Pin
ter, heel indrukwekkend, met
allemaal auto's in de zaal. En
wat ik eigenlijk ook mis. en dat
is misschien de geest van deze
tijd, is gedrevenheid. Een
beetje meer gedreven toneel
werk. een bepaald idealisme.
En dat is uit hè, een beetje be
keringstoestand is niet meer zo
in." "Ik zou iets bezetens willen
zien", vervolgt Uyl, "Dat men
sen een idee hebben waar ze
voor willen staan op het toneel.
Maar ik vind het moeilijk om zo
één, twee. drie te zeggen hoe dat
toneel er uit ziet". Dan lachend:
"Ik zou het zelf moeten schrij-
Ton Uijl wil niet zeggen dat er
tegenwoordig niet onderhou
dend geacteerd wordt, maar hij
mist iets. "Laatst zag ik hier een
stuk, dat perfect gespeeld was,
heel goed. Maar er sprong geen
vonk over, geen enthousiame.
Daarentegen herinner ik me
nog een stuk van vier vrouwen
in de Leidse Schouwburg, een
aantal jaren geleden en het ging
over Rosa Luxemburg, dat had
die gedrevenheid. Die vier
vrouwen herkenden zich er in.
Verdomme, dat was niet zomaar
iemand geweest, die Rosa
Luxemburg, dat was een vrouw
die ergens voor stond en dat
hebben ze naar zich toe ver
taald. Zo'n feministisch stuk,
waarin mensen zich herkennen
in de boodschap van een ander.
Die herkenning zoek ik. Dat
soort toneel zal er nog wel zijn
in Nederland, alleen niet meer
zo opvallend. Ik denk dat dat de
tijdgeest is".
Uijl heeft duidelijk behoefte
aan toneel met een boodschap.
"Neem nou Freek de Jonge in
die Oudejaarsshow met dat ver
haal over die houtsnijder. Dat
zet mensen tot denken. Althans
mij heeft hij tot denken gezet.
Intimiteit was het geheim van
Freek de Jonge. En Youp van 't
Hek had met de jaarwisseling
een stukje over de verzorging,
de kraamzorg, dat ik heel tref
fend vond. Hij keerde zieh tegen
Adrian Brine, regisseur koningsdrama's
zoals hij is. Cameramensen gaan
achter de schermen kijken".
Adrian Brine: „Ik denk ook dat er
nu meer belangstelling is voor hoe
het mechanisme in elkaar zit. hoe
mensen daarbinnen met elkaar om
gaan, hoe het is om verantwoorde
lijkheid te dragen voor het welzijn
van een heel land. Het gaat niet al
leen om het portret van een koning,
maar ook om het net van mensen
om hem heen. Het hele team is be
langrijk. De koning is wat hij is
doordat de mensen om hem heen
hem zo gemaakt hebben. Ze hebben
voortdurend kritiek op hem, ze den
ken dat hij het niet goed doet en wil
len zijn macht overnemen. Dan
komt er inderdaad een andere ko
ning en wordt het de vraag hoe die
het doet, beter of niet".
- Wordt het beter?
„Ik denk het niet. Het wordt an
ders. Ik weet zo net niet of de ge
schiedenis vooruitgang kent. Prins
Hall, de zoon van Hendrik IV, wil
aanvankelijk ook niets met het ko
ningschap te maken hebben. De
kroon hangt als een zwaard van Da
mocles boven zijn hoofd. Op het
sterfbed van zijn vader verwijt hij
de kroon zijn vader vermoord te
hebben: thou hast eat thy bearer up.
„De kroon is in deze stukken het
belangrijkste symbool. Het is niet
alleen een teken van macht, maar
ook van identiteit. Richard II is een
eenheid als hij de kroon op heeft.
Hij weet wat zijn functie is, hij weet
hoe zijn leven eruit moet zien,
kortom hij weet wie hij is. Maar zo
dra hij de kroon kwijt is, is hij ookal
die zekerheden kwijt."
Scholten van Aschat: „En dan
komt hij tot inkeer. Hij vraagt zich
af wat zijn ware identiteit is. Die
zoektocht is menselijk en maakt
hem sympathiek. 'Maar wat ik dan
ook ben', zegt hij, 'noch ik, noch wie
dan ook die niets dan mens is,/raakt
ooit voldaan vóór het idee hem
troost/dat hij niets is'. Met andere
woorden, je moet terug tot nul voor
datje beseft dat er ook nog iets is."
Bnne: „Prins Hall. de latere Henrv
V, heeft door zijn twijfels alles al
Adrian Brine moet een ge
lukkig man zijn. Hij heeft
voor de duur van een jaar de
artistieke leiding over een
toneelproject, dat belooft
een van de hoogtepunten in
het nieuwe seizoen te wor
den: de opvoering van
Shakespeare's koningsdra
ma's Richard II, Henry IV en
•Henry V. De stukken, die te
zamen een historisch drie
luik vormen, worden van
september tot en met mei in
een groot aantal steden in
Nederland en België opge
voerd.
Omdat geen enkele toneelgroep het
zich kan veroorloven een jaar lang
alleen maar Shakespeare te spelen,
is een ad hoe gezelschap gefor
meerd met acteurs en ontwerpers
'uit allerlei windrichtingen: de vrije
sector, het gesubsidieerde toneel en
het cabaret. Er zijn enkele grote na
men bij. Gijs Scholten van1 Aschat
(van Het Nationale Toneel) speelt
Richard II. Pierre Bokma (Toneel
groep Amsterdam) is eerst Boling-
broke, later diens zoon prins Hall en
tenslotte koning Henry V. Twee
keer speelt Ton Lutz de vader van
Pierre Bokma: als Jan van Gent en
k als koning Henry IV. De komische
rol van Falstaff is voor Gees Linne
bank, die in zijn optreden wordt bij
gestaan door o.a. Nelly Frijda (Doll
>Tearsheet) en Elsje de Wijn (Mrs
\5Quickly). Regisseur Adrian Brine
'Jieeft de naam een Shakespeare-
tenner te zijn. Hij komt uit Enge-
land, maar hij woont en werkt al in
Nederland sinds hij in 1966 voor de
Nieuwe Komedie van Berend Bou-
dewijn een 'Romeo en Julia' regis-
seerde.
;Wisselvallig
!ln de drie koningsdrama's (eigen
lijk zijn het er vier, muar de twee de
len van Henry IV worden samenge
trokken tot één stuk) behandelt
Shakespeare een.periode uit de En
gelse geschiedenis die loopt van
1397 tot 1415. Het begint met de
laatste jaren uit het koningschap
van Richard II en eindigt met de
overwinning die Henry V in de slag
bij Agincourt boekte op het Franse
leger. Aan de hand van scènes vol
oorlog, moord en verraad, afgewis
seld met filosofische bespiegelin
gen en komische intermezzo's, laat
Shakespeare vooral zien hoe wissel
vallig de wereld is waarin wij leven.
De historische setting is in zekere
zin maar schijn. In feite beschrijft
Shakespeare zijn eigen Elizabet
haanse wereld. Het is zelfs zo, dat
koningin Elizabeth zich tegenover
haar hofhistoricus ooit heeft laten
ontvallen: "I am Richard II. Know
ye not that?" Moderne opvoeringen
van de koningsdrama's laten zien,
dat ook onze tijd gekenmerkt wordt
door dezelfde politieke machinaties
en machtsstructuren.
In Nederland zijn de stukken ove
rigens niet vaak te zien geweest. Ri
chard II was, voordat Ivo van Hove
het vorig jaar bracht, voor het laatst-
vertoond in een versie van de Ne
derlandse Comedie uit 1958. De
twee delen van Henry IV werden
voor het laatst opgevoerd door To
neelgroep Theater in 1968 (ook toen
had Adrian Brine de regie, samen
met Hans Croiset). Henry V heeft
het hier nog nooit tot een opvoering
gebracht. Twee jaar geleden waren
de koningsdrama's, inclusief de de
len van Henry VI en Richard III,
wel te zien in een versie van de Eng
lish Shakespeare Company, die een
kleine tournee door Nederland
maakte.
Toen het Engelse gezelschap
door Nederland trok, was Brine al
begonnen met de voorbereidingen
voor de Nederlandse produktie.
Hing het onderwerp in de lucht?
Gijs Scholten van Aschat, die de rol
speelt van Richard II: „Ja, dat zou
me niks verbazen. Ik denk dat het
interessant is om te zien hoe de
macht werkt. Twintig jaar geleden
nog namen mensen voor lief wat po
litici zeiden. Nu willen ze weten hoe
het komt dat die belangrijke man is
was, niet uit lichtzinnigheid om met
de kliek van Falstaff. Hij heeft zijn
wilde jeugd gebruikt om het volk te
leren kennen. Richard II kwam
nooit met het volk in aanraking, die
bleef maar in zijn eigen kringetje
hangen. In feite heeft Henry V de
overwinning op Frankrijk aan zijn
jeugd te danken, want nu wist hij
hoe hij zijn soldaten toe moest spre
ken. Het mooie van de hele serie
achter elkaar zien, is datje een aan
tal personages in verschillende situ
aties kunt gadeslaan. Je ziet een
held op zijn dertigste, op zijn veer
tigste en als ouwe zak. De Tijd is bij
na een personage in deze stukken.
Je beoordeelt iemand als jongeman,
vraagt je af hoe zijn toekomst zal
zijn en later zie je die toekomst ook.
Met een enkel stuk zou je nooit goed
kunnen aangeven hoe iemand ver
andert. Pas als iemand dood is, kun
je echt de balans opmaken van wie
hij was."
In 1979 zei Brine in een interview,
dat in Nederland vaak de ideeën
van een regisseur geregisseerd wor
den in plaats van het stuk. Zijn
werkwijze is een andere. ..Kijk, we
maken uiteraard geen oubollig to
neel. Maar het gaat mij er zeker ook
niet om Shakespeare te gebruiken
voor het laten zien van een bepaald
regie-concept. Ik wil de mensen
zien achter al die karakters, dat is
complex genoeg. Ik ben ook niet
speciaal op zoek naar regie
vondsten. Op een gegeven moment
probeerde ik de opstand tegen Ri
chard II in beeld te brengen door
Bolingbroke's soldaten binnen te
laten breken in het paleis van Ri
chard. Ze verscheurden het balda
kijn boven zijn troon en staken zijn
vlag in brand. Ik heb dat een paar
keer gerepeteerd en toen dacht ik:
dat is helemaal niet nodig, het is al
duidelijk genoeg zonder die toevoe
van tevoren op een rijtje gezet.
Daarom kan hij ook een goede ko
ning worden. Hij ging, toen hij jong
ging". ..Regisseurs zoeken vaak
naar vondsten omdat ze denken: dit
stuk is niks, we moeten er iets mee
doen. En dan gaan ze het stuk red
den'. Maar Shakespeare hoeft niet
gered te worden. Hij redt^mij.
Shakespeare is de ster, niet ik".
„Je kunt Shakespeare op zoveel
verschillende manieren opvoeren,
omdat nooit precies duidelijk is
waar hij zelf staat. Hij creëert een
bepaald conflict en laat daar dan al
lerlei visies op los. Je kunt de op
standen tegen Henry IV bekijken
door de ogen van de dappere
Hotspur, de twijfelende prins Hall,
de cynische Falstaff of de veronge
lijkte koning zelf. De kunst is niet
om antwoorden te geven, dat doen
filosofen en politici, maar om vra
gen te stellen. Iemand als Tolstoi
maakt zich als schrijver kapot als hij
zijn prachtig opgeroepen drama
van de mensheid bedekt met een
theoretisch verklaringsmodel.
Shakespeare maakt geen propagan
da voor bepaalde ideeën. In een an
dere eeuw, was hij een groot roman
schrijver geweest. Dan had hij Oor
log en Vrede geschreven".