Peter Koenen een 'geboren' tweederijer
Nieuwkomer Docos gokt op een periodetitel
wam
SJC hoopt op betere tijden; VVSB stelt zich terughoudend op
sportbijlage 1990 -1991
DIOK haalt tweede 'big brother' in huis
(Van onze redacteur Ad van Kaam)
Spelhervattingen worden bij
menige teamsport steeds
belangrijker om instant
resultaat te boeken. De reden ligt
voor de hand. Deze zogenaamde
'dooie situaties' zijn trainbaar,
variabel te maken en daarom een
gewichtig wapen daar waar het
creatief vermogen ophoudt.
Voorbeelden zijn er te over.
American Football is in deze zo'n
beetje het summum, dat bestaat
namelijk (van oudsher al) vrijwel
uitsluitend uit spelhervattingen
en is zo verworden tot een soort
schaakspel tussen coaches, die
elkaar met ingewikkelde
variaties trachten de loef af te
steken. Spelers zijn
ondergeschikt, zij voeren slechts
de opdrachten uit die van tevoren
zijn bedacht.
Dichter bij huis is die tendens
vooral waarneembaar bij het
hockey en het voetbal. Negen van
de tien gescoorde goals bij het
hockey komen voort uit de
strafcorner, dan wel de
strafpush. Velddoelpunten op
topniveau - en daar gaat het hier
over - zijn even zeldzaam
geworden als shirts zonder
sponsornaam. Het afgelopen
WK-voetbal in Italië gaf ook al
aan dat wanneer louter het
resultaat nog voorop staat, dat
niet alleen onmiddellijk ten
koste gaat van de kwaliteit van
het spel, maar dat tevens
trainbare zaken als vrije trappen,
corners en strafschoppen van
doorslaggevende betekenis
worden. Je kan namelijk niet
iemand neersabelen bij een vrije
trap of penalty. Dat is meestal
daarvoor al gebeurd.
Intussen leren ze in het rugby in
hoog tempo bij. Ook in die sport,
tot voor kort uitsluitend gestoeld
op teamgeest, karakter,
enthousiasme, balvaardigheid en
niet te vergeten amateurisme,
leggen de 'set-situaties' zoals die
hier worden genoemd, de laatste
jaren meer en meer gewicht in de
schaal. De line-out en de scrum
zijn vandaag de dag dé
mogelijkheden bij uitstek om
balbezit te verkrijgen. Balbezit
dat 'heilig' is, want louter
daarmee kan je scoren. Gelijk op
met het belang van deze dode
momenten gaat de vraag naar
specialisten. Voor de line-out - de
ingooi nadat het ovaal net als bij
het voetbal en hockey de zijlijn
heeft gepasseerd - is dat evident.
Grote, sterke springers die de bal
kunnen vangen of tippen naar
een medespeler. Internationaal
gezien kom je tegenwoordig
nergens meer als in de tweede rij
niet jongens staan van plus twee
meter, die (sprong)kracht paren
aan snelheid. Want aan de andere
kant van de lijn staan die figuren
namelijk wél.
DIOK, de Leidse
mJ(\ landskampioen,
gaat wat dat be-
treft met zijn tijd
mee, kien als de
club is op interna
tionaal contact. Beschikt in
de persoon van oud-basket
baller Eric-Jan Berendsen al
jaren over een echte grote
jongen en heeft sinds kort
een tweede 'big brother' die
öf straks de opvolger van
Berendsen kan worden, öf
eventueel alvast naast hem
wat extra lengte kan inbren
gen. Per slot van rekening
telt ook hier dan twee meer
weten of kunnen dan één.
Nieuwkomer
Peter Koenen, want dat is de
naam van de nieuwkomer, is
1.98 meter, heeft stekels, blauwe
ogen en een snor, werd vorige
maand vijfentwintig jaar en
speelt pas vijf seizoenen rugby.
Daarvoor deed de lasser bij de
HCG aan tafeltennis, atletiek,
gewichtheffen en motorcross,
een rijtje dat wat hem betreft
een stuk korter had mogen zijn,
had-ie maar eerder het rugby
ontdekt. Hij geldt als een talent,
maar wel een talent op leeftijd,
hetgeen alles te maken heeft
met het feit dat hij pas vijf jaar
geleden, op een verjaardag bij
John Bavelaar (de captain van
het tweede) met deze tak van
sport in aanraking kwam. "Kom
eens een keer kijken, zeiden ze.
Nou, dat heb ik gedaan en sinds
dien ben ik niet meer bij DIOK
weggeweest", verhaalt Koenen
over zijn verlate start.
Hij heeft spijt dat hij niet een
jaar of vijf eerder langs sport
park De Morsch is gegaan,
"Want je loopt in vergelijking
met jongens als Yves Kummer,
Marcel van Loon en Robert
Broers, die daar al in de junioren
speelden, natuurlijk jaren in
ontwikkeling achter", weet
Koenen ook. "Waar ik in bepaal
de situaties soms nog moet den
ken, daar handelen zij gewoon
automatisch. Aan de andere
kant spiegel ik mezelf een beetje
aan een routinier als Kees
Koemans. Die brak ook pas later
door en kan, ruim over de dertig
al, nog altijd mee. In principe
moeten mijn beste jaren nog ko
men. Dus die achterstand hoop
ik, door veel te trainen en door
werklust en karakter te tonen,
nog wel in te lopen".
Vanwege zijn lengte en zijn
kracht ("Dat brengt mijn werk
met zich mee") is Peter Koenen
een 'geboren' tweederijer. Een
ideaal figuur voor de scrum
(kracht) en de line-out (lengte).
"Inderdaad, ik heb nooit anders
gespeeld. En ik heb wat dat be
treft bü DIOK natuurliik een
ideale leerschool. Berendsen
speelt al jaren voor Oranje en
het is op de training lekker als je
tegen zo'n speler moet opsprin
gen. Op die manier leer je de
knepen van het vak het snelst.
Laten we wel wezen, hoewel ik
tot nu toe voornamelijk in het
tweede speelde, zou ik bij elke
rot-je-knor-club uit de eredivisie
al seizoenen in het eerste heb
ben gestaan. Bij DIOK nog niet,
daar stellen ze hogere eisen. Ik
zit nu alweer een tijdje bij de A-
selectie, maar m'n echte door
braak moet nog komen. Dat
wordt dus of wachten op het
stoppen van Berendsen, of
naast hem spelen misschien. Ik
heb gehoord dat ze dat laatste
onderhand overwegen. Als dat
gebeurt, ben ik er wel klaar
voor. Ik heb in het tweede niets
meer te leren".
Springen
Zijn specifieke taakstelling is
dus dat springen. "Dat is inder
daad een belangrijk onderdeel",
zegt hij. "Je moet de lucht in en
daarbij je lengte uitbuiten.
Lengte alleen zegt overigens
niet alles. Timing en sprong
kracht geven de doorslag of je
bal wel of niet pakt. Ook dus een
kwestie van goede afspraken
met de hooker, de man die in
gooit. Voor de scrum komt het
aan op pure kracht. Duwen en
persen en de eerste rij in even
wicht houden. Zorgen dat de an
dere partij achteruit gaat. Of ik
dat onderdeel beheers? Ik denk
het wel. De scrum van DIOK is
de laatste paar jaar zelden of
nooit achteruit gezet, bij het eer
ste noch bij het tweede. Hetzelf
de geldt voor de line-out. Die
verliezen we bijna nooit. We zijn
natuurlijk niet voor niets de
sterksten van Nederland".
Wat Peter Koenen betreft
schuift hij een groot deel daar
van af op het werk van Theo
Snijders, vertrekkend coach bij
DIOK. "Ik ben gekomen toen
hij in Leiden arriveerde. Had
dus geluk, want een betere
coach is er in Nederland niet. Hij
weet alles van het internationale
rugby en onderkende dan ook
het belang van de scrum en van
de line-outs. Per wedstrijd heb
je toch gauw 20, 30 scrums en
misschien net zoveel line-outs.
Wil je dan het open rugby spelen
dat hij voorstond, dan moet je
toch eerst balbezit hebben. Als
je in elk geval al je eigen ballen
wint en ook nog een deel van de
ingooien van de tegenpartij, dan
zie je hoe belangrijk die dode
momenten zijn. En snelheid van
handelen natuurlijk, want daar
staat of valt alles mee. Wat dat
laatste betreft zit ik goed. Ik ben
bijna net zo snel als een drie-
kwarter".
Ambitie
Dat dan in de plus, maar hoe zit
het met zijn minpunten? "Mijn
technisch inzicht, daar moet
nog aan gewerkt worden. Het le
zen van situaties, ze herkennen
en dan direct beslissen. Dat is
een kwestie van ervaring, van
veel spelen op een hoog niveau.
Dat is, nogmaals, een beetje
mijn probleem. Ik doe het spel
gewoon nog te kort. Maar goed,
daar wordt drie keer per week
hard op getraind. Ik wil hoe dan
ook slagen in het rugby. Alle
goede tweederijers in Neder
land, Eric Berendsen, John
Dam en Michel van der Loos wa
ren op hun best zo rond de der
tig. Ik heb dus nog een paar jaar
de tijd. En ambitie genoeg. Want
mijn streven is het Nederlandse
team. Dat bedoel ik in elk geval
met slagen".
Eric-Jan Berendsen ainte), tweederijers die je niet zomaar wegduwt.
(foto Lock Zuydi
Peter Koenen rechtsen
sportbijlage 1990 -1991
Van
L
In de derde
klasse zondag
kunnen
Lugdunum,
Ol WSB en SJC
nieu\ye
opponenten uit de regio
begroeten. Blauw Zwart
kon een verdere degradatie
niet afwenden en is in twee
jaar van de eerste naar de
derde klasse gezakt. Met
een nieuwe trainer en
hernieuwde hoop wil de
club uit Wassenaar met
zeer aanvallend voetbal
terugkeren op het oude
niveau, waarop de club
twee jaar geleden
acteerde. Docos speelde
vorig seizoen een trapje
lager, maar ontsteeg dat
niveau door het
kampioenschap te behalen.
Met een uitblinkende Hans
van Marwijk kan de
jeugdige ploeg uit de Mors
misschien het
huzarenstukje herhalen.
Fokke van Reijdt nam het
zeer productieve elftal van
WSB over van de gestopte
Theo van der Burg en hoopt
op een hoge klassering.
SJC heeft met enige
moeite het verblijf in
derde klasse kunnen
verlengen, maar de
Noordwijkers willen met
de belangrijke versterking
Peter Ruigrok een beter
figuur slaan. Aan de
Schiestraat wordt al aan
een
periodekampioenschap
gedacht, maar er liggen
meer kapers op de kust in
deze regio.
DOCOS
Na de afgelopen seizoen behaal
de promotie is het vertrouwen
in de jeugdige ploeg ongeschon
den gebleven, wat tot gevolg
heeft dat het team in vergelij
king tot vorig jaar niet veel ver
rassingen zal kennen. Alleen
Jac Everaert (UDO) en Johan de
Ridder (Oranje Groen), wiens
broer Bert-Jan de overschrij
ving overigens heeft ingetrok
ken, behoren tot mogelijke
nieuwelingen in de veldforma-
tie, die steunt op de inbreng van
de 21-jarige Hans van Marwijk.
Deze spelbepalende middenvel
der is van mening dat het halen
van een periode-titel eigenlijk
moét. Wim Mugge, trainer van
Docos, legt daarentegen minder
druk op zijn spelers. Hij geeft
zijn ploeg wel kansen, maar hij
weet, refererend aan VVSB, dat
een promotie niet direkt bete
kent dat het in de derde klasse
ook meteen naar wens verloopt,
zoals vorig jaar bij de Noordwij-
kerhouters het geval was.
De club uit de Mors hoeft niet
bang te zijn voor degradatie
wanneer de lijn van vorig jaar
doorgezet wordt. Met een voor
sprong van vijf punten werden
de doodwitten overtuigend
kampioen in de vierde klasse.
"Het belangrijkste is echter dat
Docos naar boven moet blijven
kijken", aldus de trainer. Voor
de LD-cup, waarvoor ze vorig
jaar in de finale niet opgewassen
waren tegen Roodenburg, denkt
zowel Wim Mugge als Hans van
Marwijk een aantal rondes te
overleven.
Hoewel Michel van Haaren van
UDO zijn overschrijvingsfor
mulier niet ingeleverd had en
dus niet kwam, is het keepers
probleem opgelost. Stefan Har-
teveld zal met de van Blauw
Zwart afkomstige Lucas Rietho
ven de concurrentie moeten
aangaan. De keeper, die vorig
jaar onder de lat stond bij Do
cos, heeft het toen zonder con
currentie moeten stellen, het
geen zijn prestaties niet ten goe
de kwam.
Gelukkig voor Wim Mugge kan
hij beschikken over een jonge
spelersgroep. In de jeugd zijn
bruikbare spelers voorlopig
niet voorhanden. Tijdens de
oefenperiode bleek dat Wim
Mugge zijn elftal nog steeds met
drie spitsen het veld in stuurt,
wat betekent dat hij de defensie
ve trend, die zich vooral op het
WK deed gelden, gelukkig voor
de toeschouwer naast zich neer
legt. In de oefenwedstrijden
werd tegen sterkere ploegen ge
speeld, waarin Docos het moei
lijker kreeg om zodoende in
mentaal opzicht sterker te wor
den. Bij een jonge ploeg, ge
beurt het vaker dat de kopjes
gaan hangen bij een tegenslag.
WSB
Verleden jaar seizoen stond
WSB te boek als een zeer aan
vallende ploeg, die echter verde
digend soms wat steekjes liet
vallen. De Noordwijkerhoutse
ploeg was dan ook de meest pro
ductief van de derde klasse,
waarin spits Theo Aanhane met
21 doelpunten een groot aandeel
had, maar de paarsgele brigade
kreeg ook een groot aantal doel
punten tegen. Dat de nieuwe
trainer, de van SJZ afkomstige
Fokke van der Reijdt, gaat wer
ken aan de verdediging is daar
om niet verrassend. "De te grote
omstuimigheid van de jeugdige
ploeg moet eruit", vertelt de
nieuwe trainer. Na een voor
sprong zal WSB niet blind
doorgaan met aanvallen, maar
probeert de ploeg met de coun
ter de winnende stand veilig te
stellen. Bij thuiswedstrijden
echter zullen ze de aanval blij
ven zoeken, hetgeen ze aan de
toeschouwers verplicht zijn.
Daarvoor heeft WSB de snelle
mensen in huis. Bovendien kan
Fokke van der Reijdt, die uit ei
gen kweek Stefan Duivenvoor
den de selectie zag versterken,
beschikken over de van Noord-
wijk gekomen Marco Joustra,
die als verdedigende midden
velder wat meer evenwicht kan
brengen in de naar de aanval
overhellende balans.
Het meer uitgebalanceerde elf
tal, waarvoor zestien spelers in
aanmerking komen, wil het ko
mende seizoen zeker een perio
detitel pakken, wat vorig jaar
mislukte. Bij de eerste drie ein
digen is een andere doelstelling,
die de opvolger van Theo van
der Burg wil verwezenlijken
met wat voorzichtiger spel.
John Jansen, met zijn 26 jaar al
één van de oudste spelers,
meent evenals zijn trainer, dat
een beter georganiseerde verde
diging de enige mogelijkheid is
om de gestelde doelen te halen.
Wat evenwel niet betekent dat
de aanval, die bestaat uit de veel
scorende Theo Aanhane en Ro
bert Marijnen, zal lijden onder
het nieuwe concept. Hy zelf zal
zeer waarschijnlijk daarom ook
zijn aanvallende spel moeten
aanpassen.
SJC
De Noordwijkse ploeg SJC ken
de vorig jaar moeilijke tijden.
Een degradatie kon ternauwer
nood worden vermeden. Harrie
Loeris, de trainer die SJC al een
jaar onder zijn hoede heeft, wil
de zijn contract eerst niet ver
lengen, omdat de selectie naar
zijn mening niet serieus genoeg
bezig was met de wedstrijden.
Hij kwam op zijn beslissing te
rug na een gesprek met de spe
lers. Het plezier blijft er, maar
dan na de wedstrijd. Loeris
streeft een serieuzere voorberei
ding naar de wedstrijd. Met deze
nieuwe aanpak denken ze het in
Noordwijk beter te doen dan het
afgelopen seizoen. Men hoopt
stilletjes op een periodetitel.
Harrie Loeris wil daarop niet
vooruit lopen: "De tijd zal het le-
Terwijl onder andere routinier
Piet Alders zijn schoenen aan de
wilgen hing, kreeg SJC verster
kingen in de personen van Pie-
ter Hazenoot en Peter Ruigrok,
die beiden van Noordwijk naar
SJC kwamen. Voor de laatste
betekende dat een terugkeer op
het oude nest, waar men veel
verwacht van de verloren zoon.
Hij heeft veel ervaring opge
daan in de eerste klasse met
Noordwijk en hij kan hiermee
de jongere spelers sturen tot be
tere en meer constante presta
ties. Één van de beloftes heet
Herman Oude Veldhuis, die vo
rig jaar als junior soms inviel,
maar nu als volwaardig lid van
de selectie een gooi gaat doen
naar een basisplaats. Als rechts
buiten zou de achttienjarige
scholier de driemans voorhoe
de, waarmee SJC dit seizoen
gaat opereren, kunnen vormen.
In elk geval is het keeperspro
bleem opgelost. Chiel Smit
heeft een schorsing van één jaar
aan zijn broek gekregen na een
incident bij het zaalvoetballen.
Daarom was de vraag of er een
waardige vervanger uit de gele
deren zou opstaan om zijn plaats
in te nemen. Ted van de Meer
stelde zich echter weer beschik
baar, nadat hij vorig jaar in ver
band met zijn werk vaak verstek
moest laten gaan.
BLAUW ZWART
Een nieuw gezicht staat dit sei
zoen voor de spelersgroep van
Blauw Zwart, die versterkt is
met de jeugdspelers Twan l'Ami
en Dave Stok. Roel den Hartog,
voormalig coördinator van re
gionale jeugd var\ Feijenoord en
trainer van de amateurafdeling
van de Rotterdamse club, ziet in
de Wassenaarse club een nieu
we uitdaging. In vergelijking tot
vorig seizoen moet Blauw Zwart
een trede lager opereren. De oe-
fenmeester wil het verloren ter
rein zo snel mogelijk terugwin
nen. Den Hartog wil dat gaan re
aliseren met een zeer aanvallen
de ploeg, waarvan de achterhoe
de op een lijn gaat spelen. Ge
lukkig voor Blauw Zwart zijn
Danny Minnema en Ruud Luy-
ken teruggekomen op hun be
slissing om respectievelijk naar
Roodenburg en Leiden te gaan.
Deze twee spelers zijn ondanks
hun jonge leeftijd belangrijke
steunpilaren in hun team. De 23-
jarige Ruud Luyken verwacht
een ommekeer in de prestatie
curve, maar dat deed de werkne
mer van het ministerie van justi
tie begin vorig seizoen ook en
toen kwam er in plaats van een
promotie een degradatie uit de
tweede klasse.