ffXTRA Het lompenproletariaat rukt op M A bijlage van het leidsch/alphens dagblad Londense thuislozen voelen zich thuis in kartonnen dozen ZATERDAG 7 JUL11990 W "F M PAGINA 21 Ze leken voorgoed uit het straatbeeld van Londen verdwenen. Maar twee jaar geleden doemden ze ineens weer op, de bedelaars. Inmiddels is hun aantal zo groot geworden dat de regering zich vorige week genoodzaakt zag met een noodplan te komen. De bedelaars moeten van de straat zijn, zodra de toeristen massaal bezit nemen van Londen. door Cees van Zweeden Lang niet alle Londense bedelaars proberen met roof aan de kost te komen. Deze probeert het als straat muzikant. Honger De 22-jarige Bob woont al zes jaar op straat. In een deken gezeten op de Hungerford Voetbrug over de Theems, het hoofd naar beneden, ont vangt hij juist genoeg geld om zich in leven te houden. Bob is, zoals velen, in een vicieuze cirkel terecht geko men: omdat hij geen vast adres heeft, krijgt hij geen uitkering en omdat hij geen uitkering krijgt, kan hij zich geen vaste woning veroorloven. Iedere vorm van professionalisme is hem vreemd. Sommige bedelaars hebben zich een hond aangeschaft ('Help ons! We hebben honger!), om dat veel Engelsen eerder geneigd zijn om geld te geven als er een ook die- remaag gevuld moet worden. Ande ren staan op zaterdagavond gewiekst bij de uitgang van de theaters, wan neer de voorbijgangers, goedgeluimd na een avondje uit, niet op een pond meer of minder kijken. Bob is zoals de overgrote meerder heid: verzwakt door jarenlange on dervoeding, timide, weerloos, niet bij machte zijn eigen lot nog te verande ren. De enige woorden die hij sinds zijn schooltijd nog heeft geschreven, zijn 'Ik heb honger. Help mij alstu blieft'. Maar zelfs dat ging hem niet foutloos af. Op het bordje naast hem staat I am hungary. Please help me (Ik ben Hongarije. Help me alstublieft). Hoewel de agressieve bedelaars (niet zelden is de hond een pitbull- ter rier) alle aandacht krijgen, vormen zij een kleine groep. De meesten zijn vriendelijk en vallen niemand lastig. Sommigen zijn zelfs gekend en ge liefd, zoals de 'heer van de straat' Den nis Rough die vorige week stierf op een leeftijd van ongeveer 75 jaar. Dennis Rough kreeg grote plaatse lijke bekendheid, nadat hij zijn ma tras had uitgerold in de tuin van La- bour-parlementariër Tony Benn, die een villa bezit bij Holland Park. Na een jarenlang verblijf in de achtertuin van de excentrieke miljonair Benn verhuisde Rough naar het portiek van een advocatenkantoor in Kensington, waar hij zich zo geliefd maakte dat de advocaten besloten zijn begrafenis te betalen. En Benn sprak: "Ik heb hem heel goed leren kennen. Het was droe vig om te moeten horen dat hij dood Optreden Als de leegstaande kerken en pakhui zen straks in pensions zyn getransfor meerd, krijgt de politie opdracht har der op te treden tegen bedelaars. Nie mand zal worden opgepakt wegens landloperij, maar bedelen is krach tens een wet uit 1824 verboden. Of het leger daklozen en bedelaars straks in gesloten formatie naar de pensions zal opmarcheren, wordt ech ter betwijfeld. Veertig procent van hen is volgens sommige ramingen geestesziek zij kwamen op straat te recht na de verregaande bezuinigin gen op psychiatrische inrichtingen in de jaren tachtig. De meesten van deze geesteszieken zullen niet bereid zijn om hun intrek te nemen in een pen- Ook onder de overige landlopers zijn de pensions, die nu ook al be staan, weinig populair. Het verblijf al daar is gebonden aan een periode van hooguit enkele weken, waarna de straat (of een ander pension) toch vaak weer het enige alternatief is. George Orwell, zelfs ooit landloper, schreef in 1933 in Down and. Out in Paris and London: "Een zwerver zwerft, niet omdat hij dat leuk vindt, maar om dezelfde reden als waarom een auto links rijdt; omdat er toevallig een wet is die hem ertoe dwingt. Een landloper kan alleen onderdak vin den in een pension, maar omdat ieder pension hem slechts voor een nacht toelaat, blijft hij automatisch zwer- Volgens een voorzichtige schatting van de regering leven zo'n 3.000 Lon- denaren op straat. De meesten bren gen de nacht door in portieken of on dergrondse parkeergarages. Maar bij Waterloo Station heeft zich ook al een sloppenwijkje gevormd, bestaande uit een vijftigtal onderkomens van karton en hout. De oudste inwoner van Cardboard City, de kartonnen stad van Londen, is ongetwijfeld Mum. Iedereen noemt haar hier zo. Deze 72-jarige dame wil haar echte naam niet prijsgeven en al helemaal niet ,op de foto. "Ik heb zes kinderen", zegt ze. "Die wonen alle maal in het buitenland. Mijn oudste zoon is manager van een Frans com puterbedrijf. Hij reist veel. Stel -je voor dat hij mij in de krant ziet". Mum leeft al meer dan tien jaar op straat, waarvan de laatste twee in Cardboard City. De meeste tijd brengt ze door in haar kist, die net groot genoeg is om een matras tg her bergen. Bij het licht van een kaars doodt ze de tijd met het lezen van ro- Zelf hoeft Mum niet meer uit bede len; dat is een van de voordelen van het leven in Cardboard City. Terwijl een overbuurmeisje, bijna acht maan den zwanger en woonachtig in een kartonnen doos, een moot vis aan reikt, zegt ze: "Iedereen helpt elkaar hier. Daarom wil ik hier ook niet weg. In Cardboard City is iedereen hetzelf de. Het leven is hier beter dan op straat". Pensions Krachtens het regeringsplan zullen leegstaande kerken en pakhuizen worden ingericht als pensions voor de daklozen. Maar lang niet alle daklo zen zitten daar op te wachten. Voor dat zij zich definitief vestigde in haar kist bij Waterloo Station, sliep Mum acht jaar lang in pensions voor daklo zen. "Ik bergop een leeftijd gekomen dat je behoefte hebt aan een beetje privacy", zegt ze. "Met z'n dertigen op een zaal, dat hoeft voor mij niet meer. Hier heb ik mijn eigen kist. Weliswaar heb ik geen elektriciteit of stromend water, maar de openbare toiletten in Waterloo Station blijven tot tien uur 's avonds open". Andrew (23), haar buurman, moet ook niets van pensions hebben. "Ik moet nu eenmaal elke nacht met een meisje slapen", zegt hij. "Dat kan dus niet op een slaapzaal. Daarom breng ik hier de nacht door in een doos. Ei genlijk is de doos van een vriend, niet van mij. Maar als hij erin ligt, schop ik hem er gewoon uit". Andrew is wel bereid om zich tegen betaling van vijf pond te laten fotogra feren voor 'zijn' doos. Maar zodra hij aanstalten maakt om voor de camera 'te poseren, komen uit alle dozen en kisten zwervers te voorschijn die hem (en vooral de fotograaf) beginnen te belagen. "Toestemming voor een foto kost in Cardboard City eigenlijk meer", legt Andrew later uit. "Een journalist van The Independent heeft mij laatst 70 pond (225 gulden) betaald voor het maken van een foto van een zwanger meisje. Van dat bedrag heb ik 30 pond in eigen zak gestoken en de rest aan het kind gegeven". Andrew ontpopt zich als de pasja van Cardboard City. Hij gaat gekleed in een leren jas die hij naar eigen zeg gen gestolen heeft en als wapens han teert hij een zware paraplu en een mes. Bijna tien maanden geleden streek hij neer in het sloppenwijkje, nadat hij uit zijn kamer was gezet. In middels heeft hij bij Waterloo Station een klein bedrijfje opgezet. "Ik heb hier drie meisjes lopen: He len, Sheila en Marsha. Helen is eigen lijk een man; ze is een transseksueel. Ik noem haar 'Hel'. Elk verdienen ze met bedelen 25 tot 50 pond per dag. De helft mogen ze houden, de rest is voor mij". Crimineel Wat hij met dat geld (120 tot 240 gul den per dag) doet, wenst Andrew niet te onthullen. Hij koopt er bier voor en drijft er "een handeltje .in de stad" mee. "Maar", zo zegt hij, "alles wat ik doe, is crimineel". Niet alle zwervers zijn als Andrew, maar het aantal professionals groeit. Vorig jaar werden 1.396 bedelaars ver- De zelfkant van de Londense maatschappij biedt geen slaapcomfort. Wie over een deken beschikt of over een kartonnen doos, mag zich als spekkoper beschouwen. uotos gpd» oordeeld wegens agressief gedrag je gens het publiek, driemaal zo veel als in 1988. "Er is een kleine, harde kern die agressief is", zegt hoofdinspecteur Mark Jordan. "Ze opereren in groep jes, en voorbijgangers voelen zich ge dwongen om geld te geven". Ook onder hulpverleners is het be sef doorgebroken dat niet alle bede laars hetzelfde zijn. "De manier waar op sommige mensen bedelen komt dicht bij straatroof', meent Keith Christian van het Leger des Heils. "We zijn in Londen getuige van de op komst van een subcultuur die buiten de wet staat". Een onderzoek van het Londense Instituut voor Economische Zaken bracht vorige maand het ontstaan van een snel groeiend lompenproletariaat aan het licht. Het aantal onwettige kinderen, dat meestal door de moeder alleen wordt opgevoed, steeg in Enge land binnen luttele jaren van 14 naar 25 procent. Velen van deze kinderen groeien op in armoede en worden al vroeg aan hun lot overgelaten. "Hoewel nog goeddeels onzicht baar en veel kleiner dan in Amerika, heeft ook Engeland een lompenprole tariaat", zegt onderzoeker dr Murray. "En het groeit snel. De komende tien jaar zal het leger paupers vermoede lijk zo groot worden als in Amerika, wellicht groter". Het zijn vaak de kinderen uit deze allerarmste bevolkingsgroepen die in het groeiende leger van zwervers en bedelaars terecht komen. Veelal lo pen zij van huis weg, niet zelden ook worden ze door hun ouder(s) buiten de deur gezet. Maar voor allen geldt: eenmaal op straat, is het onheil nau welijks meer te ontvluchten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 21