'In mijn roman is Leiden de eeuwige stad'
Herman Stevens debuteert met veelgeprezen Mindere Goden
POPI bijdragen: Jan Rijsdarrt Erna Straatsma, Wim Koevoet
Brave Candy
Betty Boop
Komiek
Ongepolijst
Rockformatie Tower heropgericht
Nostalgie
Sketches en echt cabaret bij Roomburg
ZATERDAG 2 JUNI 1990
PAGINA 41
Van onze redacteur Emiel Fangmann
LEIDEN "Nee, onder de lijn Assen-Meppel heb ik
niemand aangetroffen die het een moeilijk boek vond. Dat
studenten in Groningen er moeite mee hadden, ligt
misschien aan de Leidse sfeer van het boek". De in Leiden
woonachtige Herman Stevens spreekt over zijn bij de
Arbeiderspers verschenen debuutroman Mindere goden.
Eerder, tijdens zij studie, vestigde hij een naam met essays
in literaire tijdschriften.
Mindere goden beschrijft anderhal- slechts op de aankleding van een
ve dag in het leven van de cardio- boek. De roman bevat veel beelden,
loog-in-opleiding Theo Elsenaar, die men dan ten onrechte als sym-
die wanneer de roman begint aan de bolen ziet. En een meisje noemde
vooravond van zijn huwelijk staat, het een boek met 'een decadente
Zijn verloofde, letterenstudente Lu- yuppiecultuur' over mensen die
cia van Swinden, heeft het plan op- nooit uit de gymnasiumsfeer los-
gevat om op de trouwdag in kleine braken. Volgens mij legt dat een
kring Shakespeare's komedie A beetje rancune bloot. Een beetje
Midsummer Night's Dream op te gymnasium schijnt eerder tegen je
voeren. Met een speciale bedoeling, dan voor je te spreken."
zoals zal blijken. De ontwikkelin- G6Ïsol66rd
gen in die kleine kring worden ge
toond vanuit Theo's oogpunt.
Zo samengevat lijkt het verhaal
een cliché. Dat is het ook en de 34-
jarige Stevens is de eerste om dat
toe te geven: "Je kunt zeggen: Een
gevoelig meisje, in dit geval ook nog
intelligent, en een typisch mannelij
ke arts met een bord voor zijn kop."
De wijze echter waarop Stevens zijn
roman heeft geschreven, dwong het
respect af van alle critici. Hij werd
geen veelbelovende, maar een vol
wassen schrijver genoemd, voor
zien van een lyrische stijl en een
subtiele ironie.
Dezelfde ironie kenmerkt het ge
sprek met Stevens, die zich 'gere
serveerd' en 'laconiek' noemt.
"Sinds de wieg heb ik niet zoveel te
derheid ondervonden. Ik was er een
beetje ontroerd door" zegt hij. Al
voordat het boek in de winkels lag,
ontvingen Groningse studenten in
de letteren een drukproef. Zij kre
gen op de colleges van Volkskrant-
criticus Arnold Heumakers de op
dracht Mindere goden te recense
ren. Stevens was bij een afsluitend
college aanwezig. "Het bleek voor
sommige mensen toch een moeilijk
opgave te zijn. Als je zo'n halve
neerlandicus bent en geleerd hebt
dat je niet voor je lol leest, maar al
tijd met het koppie er boven. Dan
zit je op te letten wat de symbolen
met elkaar te maken hebben en dat
kan wel eens een teleurstelling zijn.
Maar het meisje dat opmerkte: 'Ik
zou Stevens willen vergelijken met
een tovenaar', beviel me wel, al
thans wat ze schreef. Maar ze was
een beetje een pinnig type en dat
was wel weer een teleurstelling."
"Sommigen studenten zagen
toch te weinig dat het een boek was
dat over mensen gaat en letten
Stevens volgde het gymnasium in
Rotterdam, en dat maakt nieuws
gierig naar de obligate vragen naar
de jeugd van een schrijver. Stevens:
"Ik was inderdaad wel het eenzelvi
ge, geïsoleerde kind zoals je wel va
ker hoort. Ik weet wel dat ik het ver
velend vond als de andere kinderen
zich met mij gingen bemoeien. Dan
was ik altijd gauw weg. Ik geloof dat
ik omstreeks mijn zeventiende het
plan had te zijner tijd te gaan schrij-
Stevens studeerde twee jaar gele
den af in de klassieke talen aan de
Leidse universiteit. Tcoh was hij
geen 'eeuwige student'. "Ik heb na
mijn eindexamen gewoon een paar
jaar nominaal niets gedaan. Ik had
wat geld, ik reisde wat en ik zat
thuis te lezen. Er was een periode
dat ik elk weekeinde wel een stuk
van Shakespeare las. Ik was in die
tijd een volstrekt onmaatschappe
lijk wezen. Maar in feite heb ik toen
te veel en te snel gelezen". Rond zijn
vijfentwintigste kwam Stevens
naar Leiden. "Omdat ik vond dat ik
de oude talen niet goed genoeg ken
de, je moest de literatuur kennen
vond ik. Een beetje vanuit het oude
renaissance-ideaal: je moet er door
heenwoordat je zelf kan beginnen."
En dat hij voor Leiden koos was
op een bepaald moment geen vraag
meer: "Ik liep met mijn favoriete
tante in Amsterdam langs een ge
bouw. En ik vroeg haar wat dat voor
een rotzooi was, al die graffiti op de
muren en jongelui die op de trappe
tjes zaten alsof het de Dam was.
Mijn tante zei: 'Dat is de letterenfa
culteit'. Waarop ik zeker wist dat ik
in Leiden ging studeren."
Tijdens zijn studie begon hij es
says te publiceren in literaire tijd
schriften als Maatstaf en De Revi-
De Leidse schrijver Herman Stevens: "Leiden is een.vrij cultuurloze studentenstad."
sor. "Toen om een zakcentje te ver
dienen" zegt hij. Ze waren met een
voor Nederlandse begrippen op
merkelijke vaart, lichtheid en hu
mor geschreven. Een essay
mijzelf. Want het is natuurlijk niet hoofdstukken vooruit. Nieuwsgie-
zo dat een uitgever je kan opdragen righeid hoe het afloopt kan ook voor
een boek te schrijven. Ik ben nu met de schrijver een motor zijn."
een tweede roman, met als titel Een Cf ra o+n m nor
schone slaap, bezig, - straatrumoer
/estdijks De Dokter en het lich- heb ik een 'voorschot geweigerd. Over Mindere goden praten is niet
te meisje viel uitgever Martin Ros Het moet eerst klaar zijn, anders gemakkelijk voor Stevens: "Je bent
op. Om het anders te zeggen: Ros voel ik mij onder economische druk
zag in Stevens een geboren schrij- staan en ik wil geen verplichtingen "J* 1S
ver. Stevens: "Anderen vroegen voelen. Ik wil juist terug gaan
ik zelf niet ging schrijven, de tijd van Proust, 1
zat te schrijven als kunstenaar-
omdat ik zo op de loop ging met
boek van een ander. Maar Martin streepje-ariïbteloos burger."
Ros wilde eigenlijk na mijn afstude
ren die essays bundelen. In die tijd
ben ik fictie gaan schrijven. Toen schreef hij
Mindere goden af was, heb ik tegen
Ros gezegd: Als je het leuk vindt,
mag je het hebben. En als je het niet
leuk vindt, dan vind ik het leuk voor
rerknoopt dat het
nog afstandelijk over te
•raten." De personages uit het boek
leven voor Stevens zodanig, dat hij
van hen gewag maakt als waren het
dierbare vrienden en kennissen.
'Herman Stevens is geen auteur Natuurlijk wilde een radio-maker
die schema's maakt. Mindere goden onlangs weten in hoeverre het boek
autobiografisch was. Wie de toon
van het boek geproefd heeft weet
welk antwoord Stevens gegeven
mijn hoofd moet hebben. "Ik antwoordde dat
tijdsbestek
acht maanden, waarin hij maar v
nig herschreef. "Nee, ik had de
niet'
zitten. Ik dacht hoogstens twee ik classicus
i geen medicus,
dat ik nooit verloofd was en ook niet
van plan ben me te verloven. En dat
ik bovendien geen rijbewijs heb,
terwijl er toch fenomenaal wordt
gecrossed in dit verhaal."
Wat geen toeval is, is de sfeer van
het boek. Hoewel de naam Leiden
nergens valt, moet het toch duide
lijk zijn, volgens Stevens en ande
ren, dat het een typisch 'Leids' boek
is. En volgens Stevens een boek met
straatrumoer: "Ja, de Leidse hoog
leraar Anbeek vroeg jaren geleden
om straatrumoer in de Nederlandse
literatuur en wat krijg je dan? Een
boek als De slag om de Blauwbrug
van Adri van der Heijden over de
rellen bij de inhuldiging van de ko
ningin. Dat is alleen boeiend voor
die niets anders te doen
hebben dan wat stenen uit de straat
de rukken. Pure sensatiejournalis-
tiek. Mensen moeten zich kunnen
herkennen. Het straatrumoer van
alledag is dat iemand tegen een
boom aanrijdt bijvoorbeeld." (zoals
in Mindere goden gebeurt, red.).
De brug over de Vliet speelt in het
begin van het boek wel een rol: de
jongen en het meisje ontmoeten el
kaar op die brug en de vonk slaat
over. "Theo denkt dat het een lots
bestemming is dat hij Lucia daar
ontmoet en dat is, denk ik, een voor
hem typerende fout. Ik heb natuur
lijk niet voor niets een medicus als
hoofdfiguur genomen. Met hun af
werende denkwijze zijn sommige
dingen in het leven dan net iets te
ingewikkeld voor hen. Ze denken
dan: gewoon doorgaan. Dat is de ty
pische botheid van een medicus,
want medici zijn soms botte men
sen. Lucia stelt dat aan de kaak."
Mentaliteit
Maar de Leidse sfeer in het boek
komt volgens Herman Stevens ook
voort uit de mentaliteit van de
hoofdfiguur Theo, die in Leiden ge
studeerd moet hebben. "Wat mij al
tijd in de Leidse studentenwereld is
opgevallen is een heel rationalisti
sche, zij het met ironie afgebluste,
manier van kijken tegen elkaar.
Neem Lucia's hartsvriendin Esther.
Zij is het meisje dat hogerop wil en
zoekt een goede partij. Ik heb ge
probeerd ergens zo'n typisch Leid
se conversatie weer te geven, waar
in Esther bij. Lucia naar Erik, een
vriend van Theo, informeert. Zo
van: wie is zijn vader en wat doet-ie.
Ironisch, maar niettemin.... Typisch
Leids, zoals ik merkte, want in links
Groningen snapten ze daar niets
van. En Erik zoekt het geestelijke
en vindt dat niet in Leiden. Leiden
is een vrij cultuurloze studenten
stad, als je het klassieke studenten
milieu beziet. Je kunt een dropout
worden en op de Klikspaanweg
gaan zitten, maar daar vind je nu
ook niet echt het paradijs".
Maar Stevens kan zich tenslotte
even goed vinden in de zoeker Erik
als in de corpsbal Theo: "Het is ook
wel leuk, zo'n volkomen op het soci
ale vertoon gerichte studentenstad.
Door die dikke huid van het sociaal
vertoon, duurt het lang voordat hier
iets doorgedrongen is. Zo gezien is
Leiden de eeuwige stad."
Dat het met de 'dikke huid' van
de hoofdfiguur Theo onvoorspel
baar, afloopt ligt voor de hand bij
een schrijver als Stevens. "Maar dit
boek is met ironie geschreven, want
ik ben het met die Leidse sfeer eens
en het er ook niet mee eens. Het is
te leven, want
simpele manier."
Candy Dulfer - 'Saxuajity' (Ario-
la)
Na de samenwerking met Prince
en Dave Stewart kon Candy Dulfer
er bijna niet onderuit om snel zelf
met een plaat op de markt te ko
men. Steeds heeft de jonge Broek in
Waterlandse volgehouden niet geïn
teresseerd te zijn in het opnemen
van eigen plaatwerk, maar na het in
ternationale succes van 'Party man'
en 'Lily was here' kwam het er dan
toch van.
Dulfer heeft voor haar debuutal
bum 'Saxuality' de hulp ingeroepen
van gitarist Ulco Bed. Hij schreef
vier van de tien nummers en even
zo veel samen met de saxofoniste.
Pa Dulfer schreef 'Home is not a
house' en 'So what' tenslotte is een
Miles Davis-cover.
Dat alleen Dulfers naam op de co
ver van de cd staat is door de grote
inbreng van Bed eigenlijk onte
recht. Behalve het schrijven van
nummers is Bed ook verantwoorde
lijk voor al het gitaarwerk. Dulfer
daarentegen is op 'Saxuality' veel
minder 'aanwezig' dan je zou ver
wachten. De sax is in elk nummer te
horen maar spetterrende solo's ont
breken. Alleen in de afsluiter van
Hans Dulfer, laat Candy zich even
gaan.
'Saxuality' is een gedegen maar
veel te braaf album. Behalve 'There
goes my neighbourhood' en 'Gèt
the funk' (volgens George Clinton-
concept) is er geen enkele verras
sing. 'Saxuality' en 'Heavenly city'
zijn sterk door Prince beïnvloede
dansmelodietjes, 'Pee Wee' en
'Donja' zijn supersoft a la Kenny G
en 'Jazzid' is een gepolijste jazzhou-
E.S.
Madonna - I'm Breathless (WEA)
Madonna heeft zich met haar
nieuwe cd al de naam van de vlees
geworden Betty Boop verworven.
Dat is niet zo gek als je haar hoort
zwijmelen en kirren op I'm Bre
athless. Het nieuwe album bevat
nummers uit en geïnspireerd door
de film Dick Tracy die in oktober in
Nederland in première gaat en
waarin Madonna en Warren Beatty
de hoofdrollen spelen. De film
speelt in de jaren dertig en dat is op
het album goed te horen. Of de trou
we fans van de disco-zangeres daar
gelukkig mee zullen zijn is zeer de
vraag want met uitzondering van de
hitsingle Vogue laat Madonna zich
van een heel andere k^nt horen:
soms jazzy en sensueel, een andere
keer als hitsige nachtclubzangeres,
soms ook swingend, maar dan op de
manier van de Andrew Sisters.
Het album opent met een sterk
- Madonna.
nummer (He's A Man), maar het peil
zakt daarna toch wel af. Een aantal
nummers zijn gewoon vervelend
(I'm Going Bananas) of zelfs irritant
en zo weinig subtiel (Following
You) datje broek,er yanaf zakt. Dat
van dit album nog veel hitsingles
kunnen worden getrokken lijkt op
z'n minst twijfelachtig.
In het slotnummer Vogue zingt
Madonna 'Strike A Pose' (Neem een
pose aan). Dat is wat zij zelf ook doet
op I'm Breathless. Soms overtui
gend, maar over het geheel geno
men is het toch iets teveel van het
goede: een clichématige jaren der
tig sound (of wat daar voor door
gaat). Volgende keer maar weer ge
woon disco.
J.R.
Steve Vai - 'Passion and warfare'
(Food for thought)
De gitaar zal fceker tot aan de
eeuwwisseling het belangrijkste
muziekinstrument blijven in pop en
rock roll. Eén van de mensen aan
wie dat is te danken, is de Ameri
kaanse virtuoos Steve Vai, die zijn
sporen reeds verdiende bij Zappa
en David Lee Roth. Vai maakte van
het gitaarspel weer één groot avon
tuur met onbeperkte mogelijkhe
den. Met Vai in je band moet de man
achter de muziekcomputer weer te
rug naar het achterste hoekje van
het podium. Vai is bij mijn weten
ook de eerste komiek op snaren.
Tot dusverre maakte hij één so
loalbum maar dat was meer een de
monstratieplaat, bedoeld voor ver
gevorderde gitaristen die er nog wat
grappen en grollen wilden bijleren.
Vai's tweedè slaat alles. Menig gi
tarist zal na beluistering de neiging
krijgen zijn instrument, versterker
en randapparatuur van de hand te
doen want met 'Passion and Warfa
re' wordt een ieder duidelijk dat de
absolute top nog heel ver weg, ei
genlijk onbereikbaar is.
Een klein uur lang komen er de
meest ongelofelijke geluiden langs-
gezeild die allemaal op de juiste
plaats vallen in de veertien ijzerster-
ke composities. De luisteraar is na
afloop uitgeput, zo wordt hij van het
ene uiterste naar het andere uiterste
geslingerd:
het mooist zijn de drie ontroeren
de ballads, de meeste humor vind je
op 'The audience is listening' waar
Vai zijn gitaar een gesprek laat voe
ren met een schooljuffrouw en het
rpeest gevaarlijk voor je speakers is
'Alien Water Kiss': een pakkerd
waarbij alle oceanen van de aarde
zich in je huiskamer lijken te stor
ten.
WK
The Jeff Healey Band - Hell to
pay' (Arista)
Reeds na de eerste tien tellen van
'Full Circle', het eerste stuk van zijn
tweede cd, heeft de blinde gitarist-
/zanger Jeff Healey alle bezorgd
heid weggenomen: zijn geslaagde
debuut heeft gelukkig geen gepo
lijste opvolger gekregen. Het aantal
ballads is zelfs teruggebracht naar
nul en zijn fantastische gitaarwerk
is nog meer naar voren gemixed.
'Hell to pay' is dan ook veeleer een
ode aan zijn eigen scherpe kantjes
geworden dan een slimme, com
merciële zet.
Liefhebbers van softe middle of
the road blues waarin bij voorbeeld
Robert Cray grossiert, kopen met
'Hell to pay dan ook de kat in de zak.
Zij zullen zich rot schrikken van het
Jimi Hendrix-achtige gitaargeweld
dat dik vijftig minuten aanhoudt.
'I think I love you too much',
waarin Healey een duel aan gaat
met de doorgaans toch wat luie gita
rist Mark Knopfler (Dire Straits) is
zelfs nog een tikkeltje venijniger
dan de wild scheurende opener.
Pas op het zevende stuk, een ver
tolking van Harrison's klassieker
'While my guitar gently weeps' lijkt
het gezelschap wat gas terug te ne
men. Maar dat is maar schijn want
net als op Harrison's eigen interpre
tatie tijdens het Bangla Desh con
cert wordt er toegewerkt naar een
geweldige climax, een gitaristisch
offensief dat het stuk een bijkans
dramatische wending geeft.
WK
Marianne Faithfull.
Marianne Faithfull - Blazing
Away (Island)
Na een leven waarin ze zo onge
veer alles heeft uitgevreten wat
door God is verboden heeft Marian
ne Faithfull haar nieuwe album Bla
zing Away opgenomen in de St. An
ne's Cathedral in Brooklyn, New
York. Op het live-album staan der
tien songs die het leven van Marian
ne Faithfull aaneenrijgen. Vanaf het
moment dat het dromerige tiener
zangeresje doorbrak met het fraaie,
door Mick Jagger en Keith Ri
chards geschreven, 'As Tears Go
By' tot aan recept werk als 'Broken
English' waarmee Marianne Faith
full zich wanhopig uit dé goot pro
beerde te vechten. Daartussen
overbekende songs als 'Sister Mor
fine' en 'Working Class Hero'
Nostalgie van de bovenste plank
dus.
Maar, Blazing Away is niet zo
maar een opeenvolging van 'grea
test hits' van een zangeres die tracht
vi^ oude successen nieuwe roem te
vergaren. Het album bevat ook
nieuwe nummers en is vooral bij
zonder door het aangrijpende, door
nicotine, alcohol en drugs geteken
de stemgeluid van Marianne Faith
full dat op een studio-album nogal
eens teveel wordt bijgeslepen. Een
live-album dat zeer de moeite waard
J.R.
LEIDEN - De Leidse rockformatie
Tower, acht jaar geleden zeer suc
cesvol met top-40 hits als See You to
night en Goin' Home, is weer bij el
kaar. Een try-out-concert in het
Zoeterwoudse zalencentrum 'Don
Bosco', een maand geleden, was uit
verkocht. Daarom treedt Tower
morgenavond voor zo'n vijf a zes
honderd popliefhebbers opnieuw
op in het Leidse Antonius Clubhuis.
In het voorprogramma speelt de
jonge Leidse band Barefoot Rabbit.
Het plakboek ten huize van gita
rist van der Hoogt leert dat Tower
begin jaren tachtig een bliksemstart
in de popmuziek maakte.
Het succes kwam voor Tower zo
snel toen ze het niet op single uitge
brachte See You Tonight bij Jan
Rietman en VARA's Popkrant kon
den laten horen. De plaat werd ver
volgens door Dureco uitgebracht,
waarna Frits Spits de rest deed.
"Frits Spits is terug dus wij ook"
grapt van der Hoogt dan ook. In de
Avondspits werd de single zowel
Steunplaat als vlak daarna Top-
sprinter: een uniek feit voor dat pro
gramma. Drie weken daarna stond
de plaat 11 in de top-40. De leden
van de band hadden er toen, net als
nu, andere werkzaamheden bij. Een
hectisch leven brak aan, leert het
plakboek. En met smeuiige verha
len over optredens in Oostduitsland
stonden ze bij Jan Rietman. "Als we
in de DDR nog twèe keer meer wa
ren optreden, had die Muur al zeven
jaar geleden neergegaan" zo ver
woordt Van der Voort zijn herinne
ringen aan die tijd. Het laten horen
en zien van een video en geluidsar
chief toont iets van de nostalgie
naar die tijd.
Kenmerkend voor Towers groot
ste hit See You Tonight was de snel
le vioolpartij, gespeeld in 1982 door
violist Benny Beer. Om de op de
singles volgende elpee 'Titan' in
Groot Brittannië te kunnen uitbren-
De heropgerichte Leidse formatie Tower met staande slagwerker Ton
Hoogenboom en zangeres Marian Pijnaker. Zittend v.l.n.r. slag- en sologi
tarist Cor van der Hoogt, basgitarist Ben Peterzen en keyboardspeler
Frans Wisse. <f0to pr)
gen, moesten klassieke passages weling werd keyboardspeler Frans
door een Engels orkest gespeeld Wisse aangetrokken,
worden. Tower vond een oplossing De techniek heeft in zes jaar niet
door naast Benny Bear op See You stilgestaan. Het was toen op de büh-
Tonight voor de elpee een klassiek ne niet mogelijk die vioolpartij 'live
intro en outro te schrijven. Uitvoe- uit te voeren. Met
rende: The London Symphony Or- Frans Wisse dit
chestra,
keyboard kan
wel. Basgitarist
Ben Peterzen voegt daar nog
w g voor ons eigenlijk toe: "En mijn vier snarige bas werd
toen eigenlijk allemaal te snel" zegt een vijfsnarige. waarmee je net als
1985 de groep verliet. Van der Hoogt to Your HeartMusic en Home of the
Pijnaker vormden nog korte tijd Brave. De leden componeren tesa-
de formatie Split Decision en brach
ten de single 'Action' uit. "Eigenljk"
zegt Van der Hoogt "is Split Deci-
aangevuld tot het Tower
Tower hoopt
single te gaan uitbrengen. "Je kunt
onze muziek omschrijven als melo
dieuze rock, want de tijd van de
Slagwerker Ton Hoogenboom keer- symphonische rock
de r
r de groep terug en als r
'Jonnie meets Hills Mountains' cabara-
tesk feestprogramma van L. H. C. Room
burg. Gezien op 1 juni in de Leidse schouw:
burg.
op toneel die iets durve
kun-
LEIDEN - Met enthousiasme en
lef hebben Jon van Gennep, Rob
Hillebrand en Frank Montanus
een cabaretesk feestprogramma
in elkaar gezet. Dit naar aanlei
ding van het elfde lustrum van
hockeyclub Roomburg. 'Jonnie
meets Hills Mountains' (een
niet mis te verstane toespeling op
de makers ervan) biedt een com
binatie van echte cabaretteksten,
zang en feestsketches. Ter opluis
tering van de lustrumfestiviteiten
voldoet dit programma ruim
schoots aan de eisen. Er wordt
goed gezongen, er is een prima
band en er staan een paar
Tussen de regels door kun je
dan ook merken dat deze groep
méér ambities heeft. Men wil iets
anders dan alleen maar - om zo te
zeggen - 'Hi, ha, hockeylol' bren
gen. Die capaciteit is er ook, al
wordt die helaas niet optimaal be
nut; ongetwijfeld bij gebrek aan
voldoende podiumervaring. Wat
namelijk ontbreekt, is een regie
concept - een strenge regisseur
zou met het onmiskenbaar aan
wezige talent wonderen kunnen
verrichten. 'Jonnie meets Hills
Mountains' is een onderhoudend
programma, maar er zit beslist
veel meer in dan er nu is uitgeko-
De parodie op de in het Duits
nagesynchroniseerde 'western'
zou bijvoorbeeld strakker uitge
werkt moeten worden. Een persi
flage op Jan van Veen kan echt
niet meer, ook al bestaat 'Candle
light' na al die jaren nog steeds.
Zoiets is gewoon al te vaak ge
daan. Het idee van het praatpro
gramma 'Lina Live' is goed.
Lieneke van Ginkel kan zo'n rol
prima spelen, en het perfecte
Ronnie Brunswijk-nummer (een
prachtige imitatie) mag er zonder
meer zijn. Maar waarom twee
maal 'Lina Live' - vóór en na de
pauze?! Het is onlogisch, het le
vert een vertragend extra change
ment op en laat de rode draad-
functie van zo'n praatprogramma
onbenut. Zo zou er nog meer te
noemen zijn, het belangrijkste
voor Roomburg is echter dat
'Jonnie meets Hills Mountains'
als feestprogramma geslaagd is te
WIJNAND ZEILSTRA