Van rechtsbinnen
naar midden-mid
Zi>XIJ>V9
8
De turbotaal in de voetbalsport
Ellende
Josef Chovanec
m
Winkelhaak
Het moment van 1938
Ssassa'fiSÉïsSS""2
araSsSSSSSSSS?
SSr-sSHfr
Het voetbalelftal anno 1990: de midvoor en de stopperspü zijn vervangen door de goaltjesdief, de hangende linkerspits, de waterdrager, de diepgaande
middenvelder, de vleugelverdediger en de oorlogmakende centrumspits.
De jeugdleider van het elftal
waarin ik in 1950 of daarom
trent mijn eerste officiële voet
balwedstrijd speelde, zei dat ik
maar het beste rechtsbinnen
kon gaan spelen. Verdere uitleg
gaf hij niet. Was ook niet nodig.
Ik wist precies op welke plek in
het veld ik mij gedurende de
wedstrijd diende op te houden.
En toch was ik nog maar tien
jaar.
Mijn zoon debuteerde elf jaar
geleden. „Jij staat midden-
mid", koeterwaalde de leider
tegen hem, „maar je moet zo
diep spelen dat die rooie zeven
van hun niet over de helft
komt". Verdere uitleg gaf hij
niet. Was ook niet nodig. Mijn
zoon wist precies op welke plek
in het veld hij zich gedurende
de wedstrijd diende op te hou
den. En toch was hij nog maar
acht jaar.
Wat leiders van jeugdvoetbal
elftallen nu tegen hun pupillen
zeggen, kan ik slechts vermoe
den. Maar ik luister naar de
commentator van Studio Sport,
ik hoor hem tevreden
knorren hoe de han-
gende linkerspits de
bal heel verrassend in
de kruising had ge
stift nadat hij eerst
de inschuivende libe
ro had gedoedeld en
ik kan zo ongeveer
vermoeden wat er he
den ten dage in de
kleedkamers en langs
de lijnen allemaal
door de jeugdleiders
wordt gezegd en ge
roepen. Zonder dat
nadere toelichting
nodig is. Terwijl
voetbaltaal toch ra
zendsnel verandert.
Althans de laatste
dertig jaar. Tot aan
1960 ongeveer was er
niet zoveel aan de
hand. Je had een
doelman, twee backs,
twee half spelers, een
spil en vijf voorhoe
despelers te weten, de
rechtsbuiten, de
rechtsbinnen, de mid
(den)voor, de links
binnen en de links
buiten. Hoe genoeg
lijk rolde het leven,
des gerusten suppor-
ter heen. Toon Her
mans kon in die tijd nog onthul
len dat hij bij voorkeur rechts
buiten speelde, maar dat hij bij
slecht weer liever de rechtsbin
nenplaats opzocht. Een grap
waarmee hij nu niet meer hoeft
aan te komen. Want wat, beste
mensen, wat is een rechtsbui
ten? En wat een rechtsbinnen?
De ellende begon met de Brazi
lianen. Die bedachten dat je een
veel betere veldbezetting kreeg
als je vier spelers op een rijtje in
de verdediging plaatste, twee
op het middenveld en vier in de
aanval. De verwarring op de
perstribune was niet om aan te
zien. Vooral toen de Zuidameri
kanen met dat nieuwe systeem
nog succes hadden ook. Er
moesten warempel nieuwe na
men worden bedacht. Hoe bij
voorbeeld moest die knul wor
den genoemd die rechts in het
hart van de defensie stond?
Rechter binnen verdediger? En
was er eigenlijk nog wel sprake
van een midvoor?
Met de versoepeling van het politieke systeem in Tsjechoslowakije is de
drang zich in Italië in de kijker te spelen alleen maar toegenomen. Josef
Chovanec heeft de overstap naar het 'voetbalwalhalla' reeds gemaakt
en moest ervaren dat in het westen ook niet alles goud is dat blinkt. De
30-jarige verdediger werd als opvolger voor Ronald Koeman naar PSV
gehaald. Chovanec veroverde de positie, die hij wel al 39 caps lang
voor Tsjechoslowakije inneemt, in Eindhoven niet. De ex-speler van
Spartak Praag kwam zelfs veelvuldig als 'overtollige' buitenlander op de
bank terecht. Een te geringe handelingssnelheid en een te zacht karak
ter voor topvoetbal hielden hem lang buiten de basis van PSV. Bonds
coach Josef Venglos gelooft echter steevast in zijn libero. Vanwege
diens speloverzicht, balgevoel en vernietigend schot in zijn linkerbeen.
Razendsnel ontstonden er nieu
we begrippen die werden inge
haald door nog nieuwere be
grippen die op hun beurt weer
werden vervangen door, enzo
voort. Wat hebben we op de te
levisie en in de kranten de
laatste jaren niet allemaal voor
sinjeuren aan ons voorbij zien
trekken. Puntspelers, spitsen,
centrale verdedigers, sweepers,
vrije mannen, libero's, een ge
neraal, voorstoppers, mandek
kers, loopwonders, eikels, kaat
sers, waterdragers, meevoetbal-
lende keepers, oorlogmakers,
midden middens (of midden
mids?, een meervoud voor dit
begrip heb ik nog nooit gele
zen), scheidsen, hi-ha-honde-
lullen, doorschuivende vleugel
verdedigers, voetbalvrouwen,
diepgaande middenvelders...
Wat bedoelt een coach daar ei
genlijk mee, met diepgaande
middenvelders? „En jij Baste-
mans, jij gaat diep!Bastemans
knikt. Was hij wielrenner dan
wist hij wat hem te doen stond.
Zich zo leeg rijden dat hij op
een gegeven moment niet meer
zou weten of hij met zijn han
den trapte, zijn el-
lebogen of mis
schien toch nog
met zijn voeten.
Maar hij is in dit
geval voetballer en
dan betekent des
coaches opdracht
dat hij zoveel mo
gelijk op de helft
van de tegenstan
der moet spelen.
„En hé Bastemans,
en als het effe kan,
proberen een paar
keer die achterlijn
te halen hè". Bas
temans knikt op
nieuw. Een beetje
onrustig nu, want
de achterlijn halen
is veel moeilijker
dan je op het eer
ste moment zou
zeggen.
Van Bastemans
wordt namelijk
verwacht, dat hij
op die tocht de bal
aan de voet houdt
en omdat hij onge
veer weet wat de
vijandelijke coach
in die andere
kleedkamer tegen
Geitenbeek heeft
gezegd... „Geit, jij
speelt in de mandekking tegen
Bastemans. En denk erom, je
geeft 'm geen millimeter ruimte
hè? Al gaat-ie pissen achter de
cornervlag, jij gaat mee. De
beuk erin, begrepen?" Geiten
beek begrijpt het en voelt of
zijn scheenbeschermers nog
goed zitten. Mocht Bastemans
ooit de achterlijn halen, dan zal
het strompelend zijn. Want
voetbal is oorlog, heeft de hoge
priester van het vaderlandse
voetbal Rinus Michels reeds in
1974 verkondigd.
Michels overigens, is een van de
mensen die de nieuwe voetbal
termen bedenkt en lanceert.
Net als lieden als Leo Beenhak
ker, Johan Cruijff en Ruud Gul-
lit. Of die laatste het woord bo
bo heeft bedacht, meen ik ove
rigens te moeten betwijfelen.
Die eer komt, dacht ik, toe aan
journalist Joop Niezen die de
term in de jaren zeventig voor
het eerst hanteerde. In een tijd
dus dat sportjournalisten zelf
nog woorden bedachten. Want
voetbalverslaggevers die zinnen
optikten als „En scheidsrechter
Dorpmans joeg de erwt weer
bekwaam door de fluit" (wijlen
Henk Wehberg in de Volks
krant) die hadden daar natuur
lijk geen enkele moeite mee.
De huidige generatie reporters
wel blijkbaar. Trainers en spe
lers worden heb ik de indruk
klakkeloos nage wou weid.
Met als ernstig gevolg dat een
begrip als 'n één-tweetje' ge
meengoed is geworden in bijna
elk voetbalverslag. Ik hou van
voetballen en ik weet wat een
één-tweetje is. De eerste die ik
zag was er een tussen Henk
Schouten en Coen Moulijn in
1959 in het Olympisch Stadion
in Amsterdam. Maar waarom
heeft een of andere doctorandus
in de voetbalkunde deze ma-
nouevre later gotbetert 'n één
tweetje genoemd? Niemand
heeft me dat ooit duidelijk kun
nen maken. Het Duitse begrip
'dubbelpass' dekt de lading veel
beter.
Maar slimmer nog was het ge
weest een paar Amerikaanse
sportverslaggevers nieuwe
voetbalwoorden te laten beden
ken. Die jongens sla de honk
balverslagen er maar op na
schudden ze uit hun mouw. Net
als de Belgen trouwens. Onbe
vangen, inventief en toch zeer
nauwkeurig. Belgische sport
verslaggevers gewagen om
maar een klein voorbeeld te ge
ven niet van de kruising (de
plek waar lat en paal van het
doel elkaar ontmoeten), maar
van de winkelhaak. Wat de toe
stand ter plaatse natuurlijk veel
beter weergeeft.
We lachen wel eens om de Bel
gische verslaggever die voor de
radio meldt dat de duiven te
Rijssel zijn gelost met de 'wind
op de poepert'. En als ik uit
mijn wielerarchief een verhaal
over de zesdaagse van Antwer
pen opdiep met daarin de stro
fe: „Severeyns lichtte de billen
van het zadel, liet er een waaien
die weerklonk tot in de spanten
van het sportpaleis en demar
reerde", dan schiet iedereen in
de lach. Maar iedereen geeft
vervolgens ook meteen toe dat
de verslaggever heel duidelijk
maakt wat zich daar op de piste
in Antwerpen allemaal precies
heeft afgespeeld.
Hetgeen ik maar met moeite
kan zeggen van een regel die ik
laatst in een Nederlandse krant
las: „Als Van Loen meegaat
naar Italië, dan is dat om oorlog
te maken in de zestien".
ROB V.D. DOBBELSTEEN
mam