'Wat ik schrijf is waar' 'Discipline, daar draait het om' De bizarre werkelijldieid van Carolijn Visser ZATERDAG 5 MEI 1990 PAGINA 29 AMSTERDAM - Als ze terugkwam van een reis was ze al tijd gedeprimeerd. Vanaf dat moment begon de grote een zaamheid achter de schrijftafel als ze probeerde met behulp van knipsels en foto's de reis nog eens te maken op papier. Gisteren is bij Meulenhoff haar tweede boek verschenen over China met de titel 'Buigend Bamboe'. Het is een ver slag van een reis in twee delen in de voetsporen van de 17de eeuwse Johan Nieuhof. De man die voor Nederland de han del met China op gang heeft gebracht. Carolijn Visser reist al vanaf haar vijftiende. Direct nadat ze van het atheneum kwam heeft ze deze passie gecombi neerd met freelance werkzaamheden in de journalistiek. "Zelf had ik boeken gelezen van V.S. Naipaul en de Ameri kaanse Joan Didion. Pas toen besefte ik hoe wijd het genre van de reisliteratuur is. Beide schrijvers gebruiken de reis- journalistiek op zulke verschillende manieren; het is een genre waarin heel veel mogelijk is. Daarom ben ik daar sinds die tijd mee bezig geweest". Carolijn Visser is in 1976 begonnen met een reisjournaal over Turkije. Later heeft ze ook verhalen ge maakt over Amerika, Azië, Latijns- Amerika en Afrika. Ze publiceert haar verhalen voor negentig pro cent in NRC-Handelsblad. Verder schrijft ze voor Intermagazine, de Haagse Post en Avenue. Ook werkt ze mee aan lezingen en uit die avon den merkt ze op dat de belangstel ling voor het reisverhaal groeiende is. "Toen ik begon, werd ik altijd vergeleken met Cees Nooteboom. Een vreemde vergelijking, want hij is van een heel andere generatie, maar hij was vrijwel de enige hier in Nederland die reisverhalen schreef. In het buitenland waren er al wel veel reisschrijvers. Reisjournalis- tiek werd niet echt als genre gezien, het viel veel eerder onder New Jour nalism".. Deze stroming is vanuit Amerika overgewaaid, onder meer door de krachtige invloed van de journalist- /schrijver Tom Wolfe die in 1973 het boek 'The New Journalism' publi ceerde. Journalisten kregen sinds dien de mogelijkheid de werkelijk heid vorm te geven met literaire middelen. Ze konden bijvoorbeeld .decor en karakters toevoegen aan een feitelijke reportage. Carolijn Visser vermoedt dat dit van grote invloed is geweest op het door Jacoline Steegstra reisverhaal. "Vooral de vrijmaking van de journalist is belangrijk ge weest. De nauwomlijnde idee van de journalist die hoor en wederhoor moet toepassen en alleen de feiten noteert, is verdwenen. De mensen hebben het keurslijf van de journa listiek van zich afgegooid en zelf meer persoonlijkheid in het verhaal gestopt. Dat hoeft niet te betekenen dat de journalist zelf per se in het verhaal moet voorkomen, maar het houdt wel een persoonlijke omgang met het onderwerp in". Ontdekken Die vrijmaking van de journalist is door reisjournalisten gretig aange grepen. "De ontwikkeling van de New Journalism is toevallig samen gevallen met de jaren zestig en ze ventig, waarin de westerse samenle ving bezig was zichzelf te ontdek ken. Verhalen gingen over hippies, over hells angels, maar wel binnen de eigen cultuur. Ook als iemand naar het buitenland ging, dan was dat om zichzelf te ontdekken. Je ging naar India om je aan te sluiten bij de Ashram, of je had mensen die gingen op het strand van Goa zitten hasjh te roken. Ze trokken geen conclusies als ze werden omringd door mensen die moesten leven van een gulden per dag. Artikelen uit die tijd gaan over dat soort cultu- 'De meeste ideologieën zijn afge zworen", constateert Carolijn Vis ser. "In de jaren zestig en zeventig hadden de mensen een heel vastom lijnd beeld van wat er wel dan niet in een reisverhaal hoort te staan, dat heb ik ook wel gemerkt aan het be gin van mijn reisschrijverij. Bij voorbeeld, je gaat naar Nicaragua en dan moet het over engagement en de revolutie gaan. Je gaat naar Afrika en dan moet het gaan over de uitbuiting door het kolonialisme. Die omlijnde doelstellingen zijn nu voorbij. Toen had dat alles te maken met politieke gedachten of een reli gieuze ondertoon, zo van... laten we eens over de zwakkeren schrijven, het missionaris gevoel. Vroeger moest de conclusie zijn dat 'die zwartjes veel beter af zouden zijn, als ze maar in God geloofden en er werd ook verwacht datje een bood schap had. Dat komt ook nu nog in heel veel reisverhalen voor". Caro lijn Visser weet dat omdat ze in de jury zit voor een prijs die jaarlijks wordt uitgereikt door de Jaarbeurs voor het beste reisverhaal. Daarin ontdekt ze toch' nog vaak de grond toon van 'wij moeten er wat aan doen, zieltjes redden'. "Die mensen lopen echt achter, want de vrijheid is nu veel groter". Woedend In het begin heeft Carolijn Visser zelf ook wel kritiek gehad op de ver halen die ze bijvoorbeeld schreef over Nicaragua en China. "Ik ge bruikte niet het juiste jargon, ik be schreef niet de tegenstellingen die zij geschilderd wilden hebben. Zij vonden de uitkomst van mijn ver haal niet prettig. Ik kwam ontwik kelingswerkers tegen die daar rond liepen met de beste bedoelingen, maar die ook woonden in villa's met een zwembad erachter en vier be diendes. Als ik dat beschreef, wer den ze woedend, want zij zaten daar voor het goede doel. Ik had daar zo mijn twijfels over. Ik denk dat ik nu die kritiek niet meer zou krijgen". Het dilemma waar de reisjourna list steeds weer mee kampt, is de keuze tussen feiten en fantasie. Ca rolijn Visser is een schrijfster die zich houdt aan de waarheid. "Wat ik schrijf is waar. De mensen die er in voorkomen bestaan en ze heten ook zo. Ik ben voorzichtig met het ver anderen van feiten, want dat vind ik ook niet nodig. De werkelijkheid zoals die zich voordoet, is al zo veel zijdig, verrassend en bizar, dat het soms ontzettend moeilijk is om het geloofwaardig te portretteren. Het is absoluut niet het probleem dat er gebrek is aan materiaal als je op reis bent, dus waarom zou je dan dingen 'Natuurlijk kun je het verhaal wel invullen zoals je zelf wilt. Ik zei net dat je niet zelf hoeft voor te ko men in het verhaal, maar je bent wel degene die het pad kiest en jij be slist wie je onderweg spreekt en welk materiaal je selecteert om over te schrijven. Daar heb ik wel een be paalde stijl voor. Ik componeer het zo dat het een mooi verhaal wordt, dat is het uiteindelijke doel". Linda Lepomme leidt bloeiend Vlaams musicalbedrijf door Martin Hermens ANTWERPEN Ze heeft haar ziel verkocht aan de musi cal. De actrice in hart en nieren staat nu al weer vijfjaar aan het hoofd van de musical-afdeling van het Koninklijk Bal let van Vlaanderen (KBV). de belangrijkste leverancier van musicals in Nederland en Vlaanderen. Linda Lepomme, net 35 jaar, klein van stuk. maar begiftigd met enorme artis tieke kwalitèiten. Drie seizoenen lang maakte ze bij haar ei gen gezelschap furore als Eliza Doólittle in 'My Fair Lady'. Een vrouw die weet waar ze over praat en die geen blad voor de mond neemt. "Ik ben veeleisend, ja- En dat verwacht ik ook van mijn medewerkers." Na het verdwijnen van het Arena Theater, vijfjaar geleden, wierp het KBV zich op de musical. Linda Le pomme werd aangetrokken om een speciaal daarvoor opgerichte afde ling artistiek t'e leiden. Het werd een succesvolle onderneming. "Wij zijn op het juiste moment het gat in de markt gaan vullen. Wij brachten de Vlaamse warmte mee; het emotio nele 'ligt onS dichter aan het hart. Nederlanders zijn wat koeler, maar technisch gezien vaak beter." De Vlamingen zijn voor een fors. deel afhankelijk van ons land. "Jul lie hebben zo'n 80 grote schouwbur gen waar wij met onze apparatuur ip kun'neh. In Vlaanderen is er een groot gebrek aan góede theaters. Daarnaast hebben jullie een grotere traditie. Bij jullie zijn de theaters ook op 'maandag- en dinsdagavond vol als er.eën musical.staat. Dat. is in 'Vlaëndereh'nauwelijks voor te stel- "Eén van de grote problemen in dit vak is het gebrek aan discipline. Juist dat heb je heel hard nodig. Op de balletschool is.die discipline er nog wel. Maar bij het toneel niet. Daar wordt het steeds individualis- tischer. En dat is een bedreiging voor alles wat discipline vraagt. Je kunt dat alleen maar oplossen door mensen te motiveren. Dat is niet makkelijk, daarvoor moet je een grote inventiviteit aan de dag leg gen." Ze heeft een uurtje uitgetrokken voor het interview. Maar dat loopt onopgemerkt uit tof ruim anderhalf uur. Linda Lepomme vertelt over haar vak als een bezetene! "Ik heb zo'n beetje alles gedaan op het ge bied van theater, maar musical staat bij mij op de bovenste tree. Het is de volledigste vorm van theater. Ik vind het wel jammer dat ik steeds minder vaak op toneel sta; het pro- duktionele werk slorpt mij zo op". Op haar twaalfde besloot Linda Lepomme actrice te worden. Toen al had ze een uitgebreide muzikale opleiding achter de rug. In 1977 be haalde ze het allereerste musical-di ploma aan het Hoger Instituut voor Dramatische Kunst in Antwerpen. Ze werd onmiddellijk geëngageerd door Theater Arena in Gent, dat zich voornamelijk toespitste op de musical. In zes jaar tijd speelde ze daar voornamelijk hoofdrollen in dertig produkties. Huistheater "In Gent speelden we vier tot zes musicals per seizoen", vertelt ze over die periode. ",We hadden daar een huistheater. Elke produktie speelden we zes weken, steeds van donderdag- tot en met zondag avond. We hadden een groot podi um, maar slechts 250 stoelen in de zaal. Dus de produktiekosten haal den we er nooit uit." Na die zes jaar ging ze als freelance zangeres aan de slag. Linda verscheen regelmatig op televisie, had haar eigen radio programma, maakte plaatopnames met wereldsterren en vertegen woordigde haar land bij het Knokke Cup festijn in 1980 en op het Eurovi sie Songfestival in 1985. wordt het zo zwaar. Het heeft een enorme invloed op je sociale leven. Discipline, daar draait het om". Jan Cremer De artistiek directeur van de KBV- musicalafdeling vertoeft regelmatig in het buitenland om nieuwe musi cals te bezoeken. Ook de ontwikke lingen in ons land volgt ze nauwge zet. Haar verwijt richting Neder landse musicals: "Die zijn té Neder lands. te veel cabaret. Musical is duidelijk wat anders." Voor de spraakmakende, failliet-verklaarde produktie 'Ik, Jan Cremer' heeft ze weinig goeds over. "Dat was een vergissing. Er, werd meer in ge schreeuwd dan gezongen. Tech nisch was het perfect, ja, en de cho reografieën waren prachtig. Maar tekstueel was die musical erbarme lijk. Er is mij maar één zinnetje bij gebleven: 'Jan Cremer is een vent met honing aan zijn lui'. Dat werd er echt uitgeschreeuwd." Een gevaarlijke ontwikkeling vindt ze de techniek die de over hand neemt in de hedendaagse mu sicals. "Bij een aantal produkties, zoals 'Chess' en 'The Phantom of the Opera', is die tèchniëk onont beerlijk. Maar bij 'Les Misérables' bijvoorbeeld is dat technische spek takel niet echt nodig. Zo'n voorstel ling moet het van het emotionele hebben. En dat .kun je op een ande re manier opvangen. 'Metropolis' is in Londen zelfs ten onder gegaan aan een geweldige machinerie, ter wijl de muziek magnifiek was." Traditie Komend theaterseizoen komt haar gezelschap met een eigen produk tie: 'Dear Fox' van Daniel Ditmar en Dirk Stuer. "We kennen in Vlaande ren absoluut geen musical-traditie. De eerste vijf jaar hebben we dan ook veel kinderziektes moeten overwinnen. Dat kan alleen door ijzersterke stukken te brengen en je daarin professioneel in te leven. Dan kun je je toeleggen op de vak kennis. Je moetje niet te vroeg ver grijpen aan eigen werk". "De structuur van 'Dear Fox' is zodanig dat we er de Europese markt mee op kunnen. De voorstel ling laat zich makkelijk vertalen. We hebben de ambitie om met een Franse en een Duitse en misschien wel Engelse versie te komen", zegt ze. "We hebben vijf jaar gebroed. Het ei is rijp, het kuikentje kan eruit komen. Maar het moet wél een mooi, geel kuikentje zijn." Londense theaters getroffen door reeks ongelukjes LONDEN (AP) - Neerstorten de decorstukken, gordijnen die niet opgaan en draaiende tone len waar geen beweging in is te krijgen: de Londense theaters zijn de laatste tien dagen getrof fen door een reeks van dergelij ke incidenten. De Britse ac- teursbond heeft inmiddels een onderzoek gelast naar de veilig heid op het toneel. Het publiek dat donderdag de premiere bijwoonde van 'A Clockwork Orange', gespeeld door de Royal Shakespeare Company, kreeg van de hevig in verlegenheid gebrachte directie van het Royalty Theatre een drankje aangeboden, toen na de pauze het doek weigerde op te gaan. Het duurde zeker een kwartier, voor de toneelknech ten het doek omhoog kregen. In het Lyttelton Theater werd een van de acteurs uit de musi cal 'Sunday in the Park with Ge orge' van het Royal National Theatre, maandag op een haar na geraakt door een omvallende boom. De voorstelling werd af gebroken, de voorstellingen van dinsdag werden afgezegd en het publiek kreeg zijn geld terug. Een week eerder was tijdens een voorstelling van de musical, die handelt over het leven van de 19de-eeuwse Franse schilder Georges Seurat, reeds een ijze ren tralie losgeraakt. De voorstelling van de kome die 'The School for Scandal' in het Olivier Theater moest op 24 april halverwege worden stop gezet, toen een hydraulische krik afbrak, waardoor het draai ende toneel het niet meer deed. r je vak leeft, kun je het wel verge len.' Faam Al meteen het eerste overde het KBV zich een eigen plaats in de Nederlandse theaters met de veelgeprezen interpretatie van 'Jesus .Christ Superstar'. Het daaropvolgende seizoen werd de faam van het gezelschap definitief gevestigd met 'My Fair Lady'. Dat zorgde ervoor dat de Nederlandse première van 'Evita' in Carré plaats had. Die musical werd het grootste succes van het KBV tot nu toe met zo'n 170 voorstellingen. Linda Lepome blijft nuchter. "We zijn nog steeds geen Westend. In Londen alleen al lopen 10.000 werk loze acteurs rond. Dat fenomeen kennen wij hier niet. Er zijn bij ons veel minder mensen bezig met mu sical. Dat verkleint de mogelijkhe den enorm." Er is in Vlaanderen ook geen spe cifieke musical-opleiding. "De stu dio van Herman Teirlinck komt daar het dichtst bij in de buurt. Maar daar begin je op 18-jarige leef tijd. Dat is te laat om een goede dan ser te worden. Ik wil dan ook ieder een die iets mét musical wil doen adviseren om zo vroeg mogelijk naar een balletschool te gaan." Voorwaarde om te slagen in de musical-sector is een goede fysieke conditie. Linda Lepomme: "Musi cal is eigenlijk een topsport. Een passie. Als je niet echt voor het vak leeft, dan kun je het vergeten. Dan moet je ervan afblijven, want dan Onderscheiding scheepsbouwer van VOC-schip AMSTERDAM (ANP) - Scheeps- bouwmeester Willem Vos uit Lely-* stad wordt onderscheiden voor zijn werk aan de replica van het VOC- schip Batavia in Lelystad, dat in de loop van 1991 voltooid moet zijn. Vos wordt benoemd tot 'Gildebroe- der van Havekesdreht'. De stichting Ambachtsmuseum Verborg uit Haastrecht kent deze onderscheiding toe aan Vos voor zijn grote vakbekwaamheid als scheepsbouwer en zijn "voortreffe lijke begeleiding van jongeren bij de bouw van het schip". Hij heeft de leiding over de bouw van de Batavia en maakte van honderden onerva ren vrijwilligers redelijk vaardige ambachtslieden. JAZZ Ken Vos en Renee Rosnes, om er ma len op te sommen. Aardig r geïnspireerd. Twee walletjes Uitgekiend Greg Osby: 'Season of Renewal' (juli 1989, JMT) Alt- en sopraansaxofonist Osby be hoort tot de (nog) jonge New Yor kers (Jack DeJohnette, Michel Ro- sewoman, Mark Helias) die de toon aangeven in de V.S. De laatste cd van hem, zijn derde al weer, is symptomatisch voor muziek die de ze generatie de laatste tijd produ ceert. Net als collega's Gary Tho mas en Steve Coleman probeert Os by van twee walletjes te eten door in een gebied tussen de pure fusion en de nieuwe jazz te opereren. Evenals bij Cleman en Thomas gebeurt dat met wisselend succes. Alles gebeurt met dusdanige doelgerichtheid dat de zaak al gauw een onsamenhan gend karakter krijgt en de luisteraar alleen maar oor heeft voor de associ aties die de muziek oplevert. Het is zonder meer goede muziek die Osby met een cast van belangrij ke Amerikaanse musici maakt, maar het ontbreekt aan ontwikke ling van thema's. De elf tamelijk korte stukken zijn geconstrueerd rond klankideeën die verder niet worden uitgewerkt. Dat terwijl Os by toch de beschikking had over Kevin Eubanks, Lonnie Plaxico, Cassandra Wilson, Steve Thornton Thomas Kessler Group: 'Thomas Kessler Group' (Laika) Synthesizer-speler Thomas Kessler is een mij 'tot nu toe onbekende Westduitse musicus, die met Wolfgang Diekmann (basgitaar) en Harald Ingenhag (slagwerk) een op vallende debuut-opname heeft ge produceerd. De muziek van Kessler is een van de onverwachte volwas sen kwaliteit en is technisch bijna volmaakt. Nu geldt dat natuurlijk voor veel platen in het genre waarin dit drietal speelt, de fusion met etni sche elementen, maar deze cd heeft net iets meer afwisseling en avon tuur dan het gemiddelde. Her zijn geen technische hoogstandjes te horen, er is spraken van doordacht gebruik maken van de technische middelen die de musici ter beschik king staan. Het meest doet de muziek denken aan sommige ECM-produkten, waarin stemmigheid een zeker exo tisme de boventoon voeren. Hoewel alles in een laag of rustig tempo wordt gespeeld, verveelt het album geen moment, wat bijna uniek is in dit genre. Dit is niet zozeer te danken aan de zonder meer adequate composities van Kessler als wel aan het uitge kiende gebruik van klankkleur van de instrumenten, in het bijzonder de synthesizerprogrammering. Een genoegen is het ook om naar het vette baswerk van Diekmann te luisteren. De produktie is van een Duitse Gründlichkeit. Een opname met veel atmosfeer. Inspiratiebron Mike Westbrook Band: 'Off Abbey Road' (Tiptoe) Westbrook is een van de belangrijk ste figuren in het Britse jazzwezen. Telkens weer weet hij met een oor spronkelijk project voor de dag te komen in telkens wisselende kleine en grote bezettingen. Hij schuwt het risico niet; zo had hij enkele jaren geleden Rossini als inspiratiebron genomen. Op deze cd passeren zes tien beatles-composites de revue, alles uit de laatste jaren dat het in vloedrijke kwartet bij elkaar was. De band bestaat hier uit acht perso nen, waaronder zoals gebruikelijk zijn vrouw Kate, die met Phil Min- ton de zang voor haar rekening neemt. Een opvallend element is de aanwezigheid van een tuba (Andy Grappy) in plaats van de basgitaar die je zou verwachten. Je hoort aan deze live-cd dat de musici veel plezier hadden aan de interpretatie van het overbekende Beatles-materiaal. Af en te neigt het door de losse en ontspannen speel wijze een beetje naar een parodië ring van de muziek zonder dat dat het eigenlijke doel zal zijn geweest. Over het algemeen wordt de vorm van de oorspronkelijke I dicht gevolgd arrangementen van Westbrook, die er een spannende zaak van weet te maken door bij voorbeeld achter de zang de blazers bijna ontwrichtende lijnen te laten spelen. In andere stukken worden tempi veranderd (Octopuctus' Gar den) of spannende intro's toege voegd (Here Comes the Sun). Dor de benadering van West brook krijgen vele stukken een ex tra dramatische dimensie die ze in oorspronkelijke vorm niet hadden. Een goed opgenomen cd, die goed is voor veel luisterplezier. Over drie weken speelt Mike Westbrook in Leiden een voor Nederland eenma lig concert met dit programma. Gevangen Mördy Ferber: 'All the Way to Sendai' (1989. Enja) John McLaughlin Trio: Live at the Royal Festival Hall' (JMT) Mordy Ferber is een jonge Israëli sche gitarist die in Boston woont en met deze cd, voor zover ik weet, zijn eerste opname onder eigen naam uitbrengt. Zijn vaste kwartet be staat uit Tiger Okoshi op trompet, Bob Mintzer op fluit, tenorsax en basklarinet, Miroslav Vitous op contrabas en Nana Vasconcelos op percussie. Niet de minste zijn dat en technisch is alles dan ook dik in or de op dit album. Ferbers spel is het resultaat van veel luisterwerk en studie, waardoor hier en daar mis schien de individualiteit in het ge drang komt. Ferber heeft een aan gename, heldere manier van fra seren op zowel akoestische als elec- trische gitaar, die hem in elk geval tot een belofte voor de toekomst maakt. Helaas zijn de composities hier, zes in totaal, alle van zijn hand en niet bepaald toonbeelden van or- ginaliteit. Het zelfde geldt zeker voor de arrangementen die niet ver schillen van de doorsnee fusion- plaat. Goede muziek die na beluis tering niet in het geheugen blijft hangen. De opname is goed. John McLaughlin, een van Fer bers voorbeelden, heeft vrij lange tijd weinig van zich laten horen en zijn vorige plaat, 'Adventures in Ra- dioland' was ronduit een teleurstel ling. Met deze live-opname in trio formatie is de Britse gitarist echter helemaal terug. Mclaughlin heb ik zelden beter horen spelen dan hier met basgitarist Kai Eckhardt en Trilok Gurtu op slagwerk. Indruk wekkend is het samenspel tussen de twee heren en de enorme intensi viteit die meer dan een uur lang de aandacht gevangen houdt. Net als in zijn Shakti-periode speelt McLaughlin hier uitsluitend akoestisch. Vroeger verloor hij zich 'wel eens in zinloos technisch vuur werk, maar hier staat alles ten dien ste van solide improvisatiewerk van grote precisie. Als dan één gitaar plaat aangeschaft dient te worden, dan kunt u net zo goed deze nemen. De opnamekwaliteit is vrijwel even goed als de muziek.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 29