OEKEN
De eikelvreters van Els Pelgrom
SF is conservatief
Feest van schoonheid en lijden
Leo Vroman, vijfenzeventig jaar
Praagse ochtenden
veel te laat vertaald
LITERATUUR
Oude boeken op de Dam
WOENSDAG 25 APRIL 1990
Boven de Amsterdamse grachten
hangt een mist van regen. Gaslan
taarns fluisteren hun eentonig
lied door de stad. Deuren van ca
fés gaan open, een zacht geroeze
moes zweeft over straat. In een
van dranklucht verzadigd lokaal
bevindt zich een groepje jonge
ren. Ze filosoferen over kunst on
der het genot van een glas bier of
wijn en toasten op de schoonheid.
Het heeft iets romantisch; zo'n
clubje jonge bohémiens, samen
scholend in spaarzaam verlichte ca
fés of op rommelige zolderkamers.
Een stelletje uitvreters levend voor
hun kunst. Anti-kunst in de ogen
van het literaire establishment.
Het Nederlandse literaire klimaat
werd, meer dan een eeuw terug be
paald door een hogedrukgebied
waarvan het centrum in het hierna
maals lag. Tachtig schoof de rijmen
de dominees, Beets c.s., opzij, schaf
te het Christendom af en haalde go
din Schoonheid triomfantelijk bin
nen. Geen literatuur van de koude
grond, geschreven door oude, be
daarde heren met neusgaten vol
spruitjeslucht. Literatuur deed je er
niet naast, literatuur was leven. De
Tachtigers maakten kunst als een
vorm van verhevigd leven, samen
gebalde emoties in een gespierde
taal. Hun taal was zielsmuziek. Ver
warde gevoelens leveren verwarde
taal op, zo leert de stamelende poé-
zie van Gorters 'Verzen' (1890). Een
hoeveelheid van indrukken wordt
een rivier van proza als in het der
tiende hoofdstuk van de roman
Enthousiasmerende gids door het rijk van de Tachtigers
'Een liefde' (1887) van Van Deyssel.
Het ging er voortaan om een taal te
scheppen waarin de allerdiepste ge
voelens van een individu konden
worden uitgedrukt.
Een aantal jongeren, waaronder
Kloos, Verwey en Van Eeden, vond
elkaar in De Nieuwe Gids, door zijn
redakteuren liefkozend N.G. ge
noemd. Maar Tachtig betekende
veel meer. Het was een manier van
leven waartoe ook bepaalde schil
ders. componisten en andere kun
stenaars zich aangetrokken voel
den. Nieuw was de manier waarop
tegen kunst werd aangekeken;
kunst was iets van de kunstenaar
zélf, niet van de gemeenschap. De
Genestet, een vrijzinnig-protes
tantse dichter, schreef over de hou
ding van domineedichter Beets: Ik
sticht het volk vanuit mijn wolk.
Over Kloos zou je kunnen dichten:
Ik zit in de kroeg en ben mezelf ge
noeg.
Enno Endt vertelt in 'Het Festijn
van Tachtig' hoe het allemaal be
gon. Het piratenschip De Nieuwe
Gids voer uit, klaar om andere sche
pen te enteren of naar de kelder te
jagen. De warme mensenharten van
zijn bemanning en van de stuurlui
aan wal, hun sympathisanten, klop
ten van verlangen om eens flink te
keer te gaan tegen de bekrompen
Victoriaanse wereld die hen om
ringde. Het schip voer eerst onder
de vlag van poézie: de vernieuwing
ging van haar uit. Poézie is, aldus
Kloos, een wrede vrouw, een Salo
me die de dichter tot exaltatie
brengt, hem meevoert naar toppen
van vreugde en dalen van smart.
Zielsvervoering was een sleutel
woord in de gedichten van Tachtig.
Als Gorter zijn groot episch-lyri-
sche gedicht 'Mei' heeft voltooid, is
hij aan het einde van zijn krachten.
Hij sterft samen met het meisje Mei.
Toen hij aan 'Verzen' werkte, 1889-
90, leed zijn gezondheid daar sterk
onder. De componist Diepenbrock
schreef aan Timmerman over deze
tijdelijke ziekte: Gorter lijdt veel,
waaraan weet ik niet. maar dat het
zoo is heb ik gemerkt. Natuurlijk
verkeert dat bij hem in kunst, en zoo
zullen wij weer eens aanzitten aan
het festijn van zijn lijden. Gorter
schreef in 1890: Je moet half dood
gaan bij het maken, dan komt er
wat van.
In het kielzog van de Poëzie volg
de het proza. Zola werd als grote
voorganger aangewezen, en bij ons
zouden vooral Van Deyssel en Net-
scher moeite doen om het naturalis
me literair gestalte te geven. Endt
beschrijft heel boeiend hoezeer
Gorter schrok van het experimente
le proza van Van Deyssel. Hij wilde
'Een liefde' niet lezen, want hij was
bang dat hij zijn eigen werk daarna
niet meer zou kunnen voltooien; het
zou overbodig worden. Proza en
Poëzie gingen toen even hand in
hand.
Een smeuïge geschiedenis blijft
natuurlijk de breuk tussen Kloos en
Verwey. Endt probeert interpreta
ties in de richting van een homo-
erotisch gekleurde relatie af te
zwakken. Hij wijst erop dat de lief
de, uitgedrukt in klinkende verzen,
best alleen tot papier beperkt kan
zijn gebleven. Verwey zou een van
de zeven nagelen aan Kloos' doods
kist worden. Een aantal mislukte re
laties leverde voedsel aan zijn me
lancholie en stof te over voor een
ongebreidelde stroom ik-lyriek.
Endt heeft veel aandacht voor de
omgeving van de harde kern van
Tachtig. Omgeving en kern inspi
reerden elkaar wederzijds. De dood
van Anna Witsen, een geval van zelf
moord, was voor Gorter aanleiding
een indringend gedicht te schrij
ven. En student Andrew de Graaf,
een dispuutgenoot van Gorter, zegt
te zijn opgevoed door de Tachtigers.
Natuurlijk ging die invloed veel ver
der. De naturalistische roman leef
de tot ver na de eeuwwiseling voort.
De woordenbrij, die het werk van
sommige Tachtiger-epigonen veelal
onleesbaar maakt, stroomde vrije
lijk over de dijk die onze eeuw van
de vorige scheidt. Nog in 1948
schreef Bordewijk, de taalekonoom
van onze letteren, over de invloed
van de beweging: De eenzijdige cul
tivering van de vorm ten koste van
de inhoud wreekt zich nog steeds: de
woordkunst is in onze letteren nog
oppermachtig.
Endt houdt veel van zijn wilde
jonge honden. Hij laat de documen
ten meestal voor zich spreken, zon
der commentaar, maar er blijkt dui
delijk aan welke kant hij staat. Als
Gorter in een van zijn studentenle
zingen eens doordraaft, zegt Endt:
Men vergeve de twintigjarige hoog
gestemde clichétaal.
Deze liefde is niet onsympathiek
omdat ze oprecht en authentiek
aandoet. De auteur weet een geluk
kig evenwicht tussen liefde en kriti
sche distantie te bewaren. Endt is
een enthousiasmerende gids door
het land der letteren waar Tachti
gers eens de scepter zwaaiden.
REINOLD VUGS
Menig recensent hanteert van tijd
tot tijd als maatstaf voor zijn kritiek
de vraag: bevat het besproken werk
zinnen of uitspraken die zo treffen
dat ze, uit het geheel gelicht, een
zelfstandig bestaan rechtvaardi
gen? Nu ik, ter gelegenheid van de
vijfenzeventigste verjaardag van
Leo Vroman zijn gedichten door
blader, als herkennend en opnieuw
verkennend lezer, dwingt het lezen
met het potlood bij de hand op vrij
wel elke bladzijde tot handelen.
Vroman's gedichten smeken om
vraagtekens bij twijfel, uitroepte
kens bij instemming en persoonlij
ke grafische tekens bij ontroering.
Hoeveel gedichten bevatten geen
prikkelende observaties, superieu
re formuleringen, verbijsterende vi
sies en geestige terzijdes? Kan men
het zich permitteren zo in te breken
in het gesloten universum van het
gedicht? Het mag van Vroman, die
al in '59 schreef: Dat verdomd god-
derige van het volmaakt gedicht is
tenslotte niet eerlijk genoeg meestal,
kortom dan ook, ik zou graag de
poëzie die men de laatste eeuwen zo
zorgvuldig heeft losgeweekt uit het
dagelijks leven, schoongepoetst en
opgeplakt, terugbrengen tot een
ogenblik in de gebeurtenissen van
de dag.
Vroman's thematiek is eerlijk en
eenvoudig: liefde en vrede, leven en
dood. In het veel te vaak en nooit ge
noeg geciteerde gedicht 'Vrede'
luidt het al: Liefde is een stinkend
wonder/van onthoofde wulpsighe-
den/als ik voort moet leven zonder-
vrede
Zonder vrede geen liefde, zonder
liefde geen leven. Het lijkt wel of al
le gedichten vanuit de stelling 'lief
de is het enige' geschreven zijn. Met
het sleutelwoord 'bijvoorbeeld'
voert hij steeds opnieuw informatie
aan over de werkelijkheid, vaak tot
in de kleinste details, om de lezer te
overtuigen dat er overstelpend be
wijs is voor de overeenkomst, ge
lijkheid en eenheid van ons, soort
genoten. Zijn poëzie is het middel
om zich met die bewijslast tot de le
zer te richten, in een liefst zo intiem
mogelijke relatie, want mens is een
zachte machine,/ een ingewikkeld
liefje.
Met een pennestreek ruimt hij in
'God en Godin' alle conflictstof op
dat hoge niveau van de religie op:
Er is God genoeg voor allen./ wie
God wordt genoemd wordt God/ Ge
noemd is genoeg. Het 'ik wil gelezen
worden' is in laatste instantie een
gedurig werven door een verliefd
dichter van een beminnelijke soort
genoot.
Ter gelegenheid van Vroman's
vijfenzeventigste verjaardag ver
schijnt in de reeks Schrijverspren
tenboeken 'Het Vroman effect. Le
ven *en werk van Leo Vroman'.
Zoals gebruikelijk in deze reeks be
vat het goed gedocumenteerde
overzichten zowel van het proza als
van de poëzie en het beeldend werk,
en uitvoerige bio-en bibliografische
aantekeningen. Veel illustraties en
enkele detailstudies verlevendigen
het geheel. Bijzonder interessant is
het artikel 'Het Vroman-effect' van
H.C. Hemker die als vakgenoot de
betekenis van Vroman als weten
schappelijke onderzoeker vaststelt.
Vroman's ontdekking dat de ab
sorptie van eiwitten uit bloed an
ders verloopt dan ooit is aangeno
men, maakt hem tot een vooraan
staand onderzoeker. Maar het Vro
man-effect heeft ook betrekking op
zijn poézie, betoogt Hemker. Daarin
zijn het poëtische en het natuurwe
tenschappelijke op een unieke wij
ze met elkaar verstrengeld: de mole
culair bioloog kent zijn cellen en mo
leculen intiem. Stukken natuur van
iedere dimensie gaan onophoude
lijk over tot puur menselijke intimi
teiten. Vroman kleedt de natuur uit.
En nog steeds raakt hij ontroerd
door ieder stukje bloot dat hij ont
dekt. Hetzij in een gedicht, hetzij in
een laboratorium. En deze ontroe
ring weet hij direct op de lezer over
te brengen. Naar mijn mening is dat
het Vroman-effect in de Poëzie.
In hetzelde feestelijke kader pas
sen de tentoonstelling in het Letter
kundig Museum en Documentatie
centrum te Den Haag, waar tot 2
september Vromaniana zijn geëx
poseerd, een expositie van tekenin
gen en illustraties in het Catharina-
gasthuis te Gouda, vanaf 27 april, en
niet in de laatste plaats de publica
tie van een nieuwe bundel gedich
ten: 'Toen ik nog leefde'. Daarin
blijkt Vroman's bekommering over
het bedreigde milieu, in 'Snel-
wegggooilland'. Er is een terugblik
naar de kamptijd uit 1945 'Uit mijn
plakboek van Nasgaokaj', een re
flectie over de 'Mei' van Gorter, een
reeks computerprogrammaatjes in
naar het oorspronkelijke getal'.
Tot slot laat ik Vroman zelf aan
het woord, diee in het titelgedicht
'Toen ik nog leefde' op zijn beurt
het woord geeft aan een stoel.
'Toen ik nog leefde' zei de stoel
'maar toen ik nog niet was bedacht
hoe ondraagbaar vond ik toen het
gevoel
van onder te zijn gebracht
in het almachtige gewoel
van houtgroeikracht
Nu ben ik de bast en de dictatuur
binnen die dikke bomen
en dat gestuurd worden door de na
tuur
eindelijk heelhuids ontkomen
Nu wordt mijn buik door het zoet ge- Leo Vromt
schuur
van zitvlakken ingenomen
kom maar
schoot
Voordat ik mijn meer verlichte dood dan iaat ik
in dit heelal onderga {n het peinz
o dadelijk de tijd
Een van de eigenschappen waarop
het science Fiction-genre zich laat
voorstaan is het aspect van vernieu
wing. Dat is eigenaardig omdat van
alle literatuur juist SF het meest
conservatief is. De thema's, de toe
komstschouwingen. wichelarijen
en fantasieën de kosmische Hel
den en Schurken, de fascistoïde
verheerlijking van de eenling en
zijn onverbiddelijke gelijk, de aan
wellust grenzende uitingen van ge
weld en het bekrompen zwart-witte
gedachtengoed staan wezenlijke
verandering en vernieuwing voor
goed in de weg. SF holt per definitie
achter de feiten aan. Men extrapo
leert vanuit bestaande feiten, her
schikt die feiten en meent dan een
volstrekt nieuwe toekomst onder
ogen te zien. Juist vanwege die be
grenzing en het gebrek aan inhoud
en diepgang, kan SF nooit volwaar
dige literatuur zijn, een waardering
waar het genre naar snakt.
Natuurlijk zijn er wel
schillen in kwaliteit binnen de SF-
lectuur. Sommige auteurs als Orson
Scott Card en Gene Wolfe leveren
fraaie complexe produkten die op
onnavolgbare wijze het bij de fans
begeerde 'sense of wonder' oproe
pen. Dergelijke schrijvers weten
het rationele perspectief zodanig te
verdraaien dat men 'anders' tegen
de wereld en haar tobbende bewo
ners aankijkt dan voorheen. Als er
bij SF al sprake kan zijn van vernie-
wing -en dat kan niet betoogde ik
zojuist- dan vindt men die bij de be
gaafde SF-schrijver.
Omdat het einde van de doodlo
pende SF-steeg gestaag nadert,
wordt elk wijkplekje, elke blinde
zijstraat wanhopig aangeprezen als
vernieuwing, als beslissende door
braak naar onbegrensde toekomst
visies. Allemaal drog en groot
spraak. SF doorbreekt geen gren
zen, maar past zich hooguit aan aan
de tijdgeest. Zo was het in de zesti
gerjaren toen de New Wave met Mi
chael Moorcock als belangrijkste
exponent het genre een tijdelijk en
bizar nieuw leven inblies. Zo is het
ook nu met de zogenaamde cyber
punk waarin fragiele schakels zijn
geknutseld tussen de technologische
wereld en de georganiseerde wereld
van ontevredenen, de subculturele
wereld van de popmuziek vol visio
naire ongrijpbaarheid en anarchie
op straatniveau. Aldus Bruce Ster
ling in zijn opgewonden voorwoord
in de bundel CyberpunkSF. een
boek vol eigentijdse SF-verhalen.
Bepaalde centrale thema's, meldt
deze voorman onder veel meer. dui
ken met vaste regelmaat in het cy
berpunk-genre op. Het thema van li
chaamsvernieuwing: kunstmatige
ledematen, ingeplante circuits,
laserchirurgie, genetische wijzigin
gen: computer interfaces in de her
sens. kunstmatige intelligentie, neu-
rochemie; technieken die op radica
le wijze het wezen van de mens, de
aard van het beestje herscheppen.
Over vernieuwing gesproken:
waar hebben we dit sinds Franken
stein meer gehoord? De inhoud van
CYberpunkSF bevestigt alleen
maar de onmacht tot vernieuwing.
Veel poppraat en rebellen en drugs.
En veel computertalk. Ontdaan van
alle technologische jargon, is cyber
punk weinig meer dan computerfic
tie, op een eigentijds toontje ui
tentreuren herhaald.
Een nauwkeuriger beeld van cy
berpunk krijgt men door lezing van
Zenumagiër van de Canadese au
teur William Gibson. Het verhaal
speelt zich af in een verstedelijkete
samenleving waarin -volgens die
vreselijke stereotiepe SFtradiitie-
weer enkele supermensen een
hoofdrol spelen. Hier is dat vooral
Case, een zogenaamde computer
cowboy, iemand die zich kan in
pluggen op computers en zo toe
gang krijgt tot de matrixruimte, de
wereld van elektronische bestan
den en programma's. Wie de film
Tron heeft gezien, weet wat wordt
bedoeld. Ook verder niets nieuws
onder de zon. Veel misdaad, veel ge
weld, machtige wereldfirma's, de
rebel, de kunstmens, de liefde, en
eind goed al goed. Zenumagiër is
een spannend SF-thriller en Gibson
is een vaardig auteur die ondanks
het mallotige computerjargon een
vlot verhaal weet te vertellen. Niet
minder maar vooral niet meer. Als
iets de onveranderlijkheid van SF
aantoont, is het de cyberpunk wel.
ROB VOOREN
CyberpunkSF. samengesteld door
Bruce Sterling. Uitg. Meulenhoff
24.50:
Zenumagiër. William Gibson. Uitg.
Meulenhoff 29.50
ris lekker op mijn
r pootafdrukken na
jan je tapijt'
WIM VEGT
'Toen ik nog leefde' verschijnt deze zo
mer bij Qucrido. Het Vroman-effect.
Over leven en werk van Leo Vroman is
een uitgave van het Letterkundig Mu
seum Den Haag, 29,50.
Merkwaardige titel voor schitterend verhaal
Fiction
Gegniffel stijgt op bij twaalfplus
sers als ze de titel 'De eikelvreters'
lezen, maar achter deze enigszins
dubieuze titel en nogal onaantrek
kelijke omslagillustratie schuilt een
juweeltje van vertelkunst.
De titel van het nieuwste boek
van Els Pelgrom verwijst natuurlijk
naar de schrijnende armoede die
erin beschreven wordt: mensen die
zo weinig hebben, dat ze uit pure
wanhoop de 'bellota's' eten, de eet
bare vruchten van een eikeboom.
Maar hij wekt in dit geval meer de
lachlust op. Waarom het boek niet
simpel 'Santiago' genoemd, naar de
hoofdpersoon die in ik-vorm het
verhaal vertelt? Of 'Curro', zoals
zijn bijnaam luidt? En waarom niet
de luchtiger en voor kinderen aan
trekkelijkere illustratietechniek
van The Tjong Khing, net als op De
olifantsberg of De straat waar
niets gebeurt? Schrijfster en/of uit
gever zullen ongetwijfeld hun re
den ervoor gehad hebben, maar mij
is die in eerste instantie onduide
lijk. De buitenkant van een boek
moet liefde op het eerste gezicht
zijn en dat is het in dit geval niet.
Gelukkig verdwijnt de twijfel over
de kwaliteit van het boek als je aan
het lezen slaat. Het leven van de
straatarme Santiago pakt je en laat
je niet meer los.
De Spaanse Burgeroorlog (-1936-
1939) is al lang voorbij als Santiago
zijn verhaal begint. Het is rond 1945
in Spanje. Andalusië om precies te
zijn. Santiago is tien jaar. Samen
met vader, moeder en oma, Manoio
van vier, Diego van twee en een pas
geboren tweeling woont hij in een
grotwoning. Zijn schoenen zijn van
oude autoband gemaakt en het ge
zin heeft geen geld om brandhout te
kopen. Dus sprokkelt Santiago dat
stiekem in het bos van het klooster.
Daar ligt genoeg, maar niemand
mag er aan komen. Wat er dan met
je kan gebeuren, maakt Santiago
een keer van nabij mee: Langs de
brede weg naar omlaag kwam een
brandende fakkel naar ons toe hol
len. Toen zagen we dat het geen fak
kel was, maar een man met een bos
quelito. Oma vertelt hoe dat komt:
Die guardas! Het is eerder gebeurd,
hier niet mac
het hout niet
Als ze je betrappen, gooien
prop in de olie gedrenkt papier oj gebakken eieren.
wat vodden op je takken, en steken
het aan. En dan laten ze je gaan.
De tegenstelling tussen rijk en arm
wordt door Pelgrom via zorgvuldi
ge gedoseerde voorbeelden geïllu
streerd: We waren nog altijd zo arm
dat we vaak geen elastiek in onze
onderbroek hadden. Dan liepen
maar zonder, wan
pen, daar had je
Witbrood is ongekende luxe. Aard
appel met knoflook is gebruikelijk,
Maar de abt van het klooster, Don
Florencio, die ook maar moeilijk
van de dienstmeisjes afkan blijven,
geeft zijn hond Hirohito (genoemd
naar een vriendje van Franco) een
ontbijt van biefstuk, twee gebakken
i en wit brood. Een dier is ook
schepsel Gods. Ik zorg goed voor door zijn vader van school werd
mijn Hirohito, zo verklaart hij. San- haald. Werken als herder betekent
die kant op. Hij had tiago draait het op zo'n moment zeven lange dagen in ijzige kou en
moeten vastbinden, voor de ogen, alleen al door het feit zinderende hitte achter een kudde
dat hij hoort praten over biefstuk en geiten aansjouwen. Alles wat een
enkele peseta oplevert, pakt Santia
go aan. Of het nou een slim handel-
In de loop van de honderdachten- tje met sinaasappels en pepers is of
negentig bladzijden vergeet je te werk in de bouw. Als hij maar niet
maken te hebben met een door Els te lang uit zijn dorp of van huis weg
Pelgrom gecreëerde verhaalfiguur, moet. Dat kan hij absoluut niet aan,
Het is alsof Santiago ons hoogstper- want ondanks de harde opvoeding
soonlijk op zijn eigen, ietwat simpe- die hij krijgt, houdt Santiago ziels-
le, maar o zo gevoelige manier het veel van zijn vader en moeder.
te ko- verhaal van zijn leven vertelt, vanaf Geestelijk verandert hij wezenlijk
nodig, zijn tiende tot aan het moment dat door die eerste sexuele ervaring,
hij op zijn zestiende voor het eerst Prachtig beschrijft Pelgrom hoe hij
met een meisje in het stro belandt: vanaf dat moment de wereld met
Het is voor mij de eerste keer, fluis- andere ogen ziet. Dat is tevens het
terde ik verlegen. Geeft niks, zei zij, einde van het boek: de hoofdper-
we doen het gewoon nog een keer. soon is volwassen geworden en
Lichamelijk is Santiago al jaren hoort nu thuis in een boek voor vol-
een man, gehard en gestaald als hij
is door zwaar lichamelijk werk van
af het ogenblik dat hij op zijn tiende
Riphagen, Bart Middelburg René ter
Steege. Reconstructie van de handel en
wandel van de Nederlandse 'Al Capone'
die in de Tweede Wereldoorlog zeker
tweehonderd mensen de dood heeft in
gejaagd. Uitg. De Arbeiderspers 29,90
Memoriaal van het klooster, José Sara-
mago. Nederlandse vertaling van een
Portugees meesterwerk, waarin religie,
intriges, liefde en macht een belangrijke
rol spelen. Uitg. De Arbeiderspers 49,90
Herfstmelk, Anna Windschneider.
Herinneringen van een boerin uit Neder-
Beieren. Uitg. De Arbeiderspers 25,-
Moordenaarswerk, Hans van Straten.
Een selectie uit de markantste Neder
landse moordzaken van de jaren 1844-
1964. Uitg. De Arbeiderspers 39,90
Meisje in Stilte, Raphaële Billetdoux.
Herdruk van een poëtisch debuut. Uitg.
De Arbeiderspers 29,90
Mindere goden, Herman Stevens. Een
liefdesroman waarin tragiek en ontgoo
cheling met elkaar wedijveren in de con-
tekst van de medische wereld. Uitg. De
Arbeiderspers 29,90
De afgewende stad, Helene Nolthe-
nius. Een oudere vrouw worstelt met
haar verlangen naar eenzaamheid en zelf
standigheid in een oud Engels decor.
Herdruk Uitg. Querido 27,50
Bedrog, Philip Roth. Roman over het
liegen van alle mannen en vrouwen in
bed. Uitg. Meulenhoff 29,50
De Poolse weg. Noud Bles. Een 55-jari-
ge arts gaat op zoek naar verandering en
schitterend verhaal uit raakt verstrengeld
Van De eikelvreters zal ook me
nige volwassene kunnen genieten.
Alle Spanje-gangers die het Ibe
risch schiereiland slechts kennen
van de drukbevolkte, zonnige stran
den met de torenflats, kunnen via
dit boek iets leren van de geschiede
nis van het Spaanse volk. Het is bo
vendien een schitterend verhaal uit
de mond van een rasverteller die
haar woorden op een goudschaaltje LirfdésverhLÏ
weegt. sprookje met folkloristische elementen.
CASPER MARKESTEIJN Uitg. In de Knipscheer 25
Een land waar een toneelschrijver
president wordt, moet ook andere
goede auteurs hebben. In Tsjechos-
lowakije konden jarenlang allerlei
boeken niet gepubliceerd worden.
Sommige van deze boeken versche
nen toch, maar alleen in het buiten
land. Ivan Klima (geb. 1931) was tij
dens de Praagse lente (1968) mede
werker van het tijdschrift van de
Tsjechische schrijversbond. Tien
jaar later was hij betrokken bij
Charta '77, een organisatie die pleit
te voor meer mensenrechten. Ivan
Klima kreeg moeilijkheden met zijn
werk en zijn 'Ma vesela jitra' moest
in Canada verschijnen.
Inmiddels heeft Charta '77 resul
taten geboekt en kan de geschiede
nis herschreven worden. De vroege
re dissident en auteur Vaclav Havel
is nu de populairste president die
Tsjechoslowakije ooit had. En Kli-
ma's 'Praagse ochtenden' werd
door Kees Mercks in het Neder
lands vertaald. Tien jaar te laat? Ja
zeker, met als enige voordeel dat de
kennis van de laatste politieke ont
wikkelingen de tragiek van deze
prachtige verhalenbundel nog dui
delijker maakt.
Klima beschrijft in zeven verhalen,
netjes verdeeld over de ochtenden
van de week, hartverscheurend
over allerlei aspecten van de
Tsjechoslowaakse samenleving. In
de zeventiger jaren ging deze lang
zaam maar zeker naar de bliksem:
onderdrukking van andersdenken
den, corruptie en economische ach
teruitgang gingen hand in hand.
Klima laat zien wat dat betekende
voor de mens in de straat. Welk ef
fect deze achteruitgang had op het
gezin, op de winkels, op de zieken
huizen, enzovoort.
Klima laat elk verhaal in een andere
omgeving spelen. Zo heet donder
dagmorgen 'een erotisch verhaal'
en wordt zaterdagmorgen 'het die-
venverhaal' genoemd. In deze ver
halen demonstreert Klima zijn hu
moristische kwaliteiten. Het eroti
sche verhaal vertelt van de beleve
nissen bij een autoreparatie. In het
dievenverhaal bouwt de hoofdper
soon met wat kennissen illegaal een
garage. De meest aangrijpende
stukken uit de bundel vond ik 'vrij
dag-morgen ziekenbroederverhaal
met een in doos gelegd verhaal' en
het laatste: 'zondagmorgen een
dwazen verhaal
eln het ziekenbroederverhaal
schetst Klima niet alleen de tekort
komingen in de verzorging. Wat
vooral duidelijk wordt, is de onver
schilligheid, het menselijk tekort.
Daarbij bouwt Klima extra verras
singen in het verhaal. Dat is niet al
leen verhaaltechnisch interessant,
ook de afloop heeft een onverwach
te, aparte wending.
Het laatste verhaal ('een dwazenver-
haal') is zeer mooi. De hoofdper
soon, meneer Klima, komt in een
dorpje terecht. Hij is daar voor zijn
rust en om even uit het gezicht van
de politie te zijn. Hij gaat op bezoek
bij een vriend, een jonge dominee
en komt enkele bijzondere figuren
tegen, waaronder een aardig hoer
tje. Het verhaal krijgt een extra di
mensie als tijdens een overstroming
een andere vriend van Klima, de
kritische professor, op bezoek
komt.
Klima's meesterschap ligt vooral in
zijn prachtige, onderkoelde stijl.
Zijn liefde voor land en vrienden is
tussen de regels goed te lezen. Kli
ma kent de spreuk: 'men kastijdt
wie men liefheeft'. En dus krijgt zijn
eigen land Tsjechoslowakije ervan
langs. Helaas is deze natie voor het
merendeel zo bang dat ze alleen in'
de slaapkamer en in de kroeg voor
de waarheid durft uit te komen. En
dan moet men nog de zekerheid heb
ben dat de toehoorder nog bezopener
is dan de spreker en datje echtgeno
te zich niet meteen de volgende dag
van je laat scheiden. Deze kritiek
komt des te harder aan als de spot
bijna achteloos opduikt. Ik probeer
de nog de sportberichten van giste
ren door te lezen, maar rond kerst
gebeurt er niet veel op sportgebied
en de overige rubrieken in de krant
brengen als bekend helemaal geen
informatie, in geen enkele tijd van
het jaar.
Tien jaar te laat vertaald, maar een
goede vertaling van een prachtig
JOS DAMEN
De acht zaligheden, Arie van der Lugt.
Trilogie over de Brabantse Kempen. M
&P uitgeverij ƒ29,90
Voortijdig afscheid, Ellie Wolf.
Als eerste in een reeks van vier
antiquarische boekenactiviteiten
zal op 27 mei de Dam in Amster
dam bol staan van tweedehands
en/of antiquarische boeken en
prenten. Daarbij zullen fotografi
sche boeken in het centrum van
de belangstelling staan. Alle
denkbare stijlen van fotografe
ren, camera's, donkere kamer
technieken en onderwerpen.
Tegelijk loopt in de Nieuwe
Kerk de tentoonstelling van de
'World Press Photo' en is het
werk van de Tsjechische foto
graaf Stanislav Tuma te zien.
Op 24 juni volgt dan 'Boeken
aan de Amstel' met extra aan
dacht voor Annie M.G.Schmidt.
Op 22 juli 'Boeken op de Dam'
waarbij de schilderkunst in de
picture centraal staat. En op 19
augustus 'Boeken aan de Amstel
rondom het onderwerp scheep
vaart.
Authentiek verslag van een kind in de
oorlog Uitg. Kok Educatief 12,50
Duyvels End, T.Coraghessan Boyle.
Een hecht en cynisch epos waarin lijnen
worden getrokken van de tweede helft
van de zeventiende eeuw naar de tweede
helft van de twintigste eeuw. mUitg.
Contact
Non fiction
Bronovo, Van 's Gravenhaagsche Diako-
nessen-Inrichting tot Ziekenhuis Brono
vo 1865-1990. Prof. dr. M.J. van Lieburg.
Uitg. Kok 95.-
Kees van Geelkerken, De rechterhand
van Musseri, Bart van den Boom. Achter
grondverhaal over de drijvende kracht
achter de NSB Uitg Veen 26,90
De nieuwe man, Vijf toonaangevende
vrouwen (Renate Dorrestein, Gerda van
Dijk, Else-Marie van den Eerenbeemt,
Annemarie Grewel en Iteke Weeda) bo
gen zich in het kader van de emancipatie
beweging over de Nieuwe Man. ls nij
meegegroeid met zijn vrouwelijke tegen
speler? Uitg. Nijgh en Van Ditmar
Kinderboeken
Nachtschadutu, Annelies Tock. Een
sfeerrijk verhaal over wolven, elfen en
bossen. Uitg. Altiora Averbode 17,95
Op zoek naar de rode viking. Karei
Verleyen. Een avontuurlijk verhaal van
een jonge Eskimo in Groenland. Uitg. Al-
Kromhout. Jonas is zo'n jongen die altijd
met zijn neus in een boek zit en dan ge
beuren er de gekste dingen. Uitg. Quer
ido
Tijd en ruimte bij oom Albert, Russell
Stannard. De speciale relativiteitstheorie
voor kinderen verklaard. Tijd, ruimte en
gedachten spelen daarbij een belangrijke
rol. Uitg. Van Holkema Warendorf