Ramp onder goedkope vlag
Kinderziekten worden de 'Scandinavian Star' fataal
[ATERDAG 14 APRIL 1990
PAGINA 27
BIJLAGE VAN HET LEIDSCH/ALPHENS DAGBLAD
Op de Scandinavische wateren voeren 76
ondernemingen een zware concurrentiestrijd. Het
transport per veerboot is in Noorwegen, Zweden en
Denemarken buitengewoon populair en niet alleen
voor de handel, maar ook voor individuele passagiers
die de ferries beschouwen als drijvende
recreatieparken. De Deen Henrik Johansen wilde van
die belangstelling mee profiteren, maar negeerde in
zijn voortvarendheid allerlei zaken op het door hem
aangekochte schip Scandinavian Star. Dat voer onder
de vlag van de Bahama's, met goedkoop buitenlands
personeel. "Slecht opgeleide mensen die werden
geronseld en hard en lang moesten werken tegen zeer
lage lonen. De ramp met de Scandinavian Star heeft
weer eens bewezen dat er grote risico's worden
genomen als aan deze praktijken niets wordt gedaan".
door Weert Schenk
Terug naar zondag 8 april. Zwarte,
stinkende rook drijft de prachtig
door zon beschenen fjord binnen.
Nu al bijna veertig uur proberen
brandweerlieden het vuur op de
"Scandinavian Star' in hun greep te
krijgen. Maar het hellende ramp
schip. dat brandend de haven van
het Zweedse Lysekil is binnenge
sleept, geeft zich niet gemakkelijk
De brandweer is bezig met een
uitputtingsslag. De hitte is enorm.
Het staal gloeit. Het bluswater sist
en verdampt onmiddellijk. Toch
wagen brandweermensen zich in
die hel om elke centimeter op het
vuur te bevechten. Ze weten dat het
een zinloze strijd is. De ruim 200
passagiers, die zich nog aan boord
bevinden, zijn niet meer te redden.
Pas in de loop van de zondagavond
worden de eerste verkoolde licha
men gevonden.
Haast
Ruim 400 passagiers en een kleine
100 Bemanningsleden zijn de vrij
dagavond er voor in Oslo aan de reis
naar Denemarken begonnen. De
Scandinavian Star is niet afgeladen.
Het schip heeft plaats voor 1100 pas
sagiers, wat ook nog betrekkelijk
weinig is. Tegenwoordig varen er
op de Scandinavische wateren
schepen die meer dan 2500 passa
giers vervoeren.
Een dergelijk groot vaartuig ech
ter vergt een investering van 300
miljoen gulden. Dat is teveel voor
de Deense avonturier Henrik Jo
hansen, die snel geld wil verdienen
in het nog steeds groeiend verkeer
op de Scandinavische wateren. Een
goedkoop, 20 jaar oud schip is hem
voorlopig voldoende.
De Deen, die al een spoor van ver
nielingen achter zich liet in de we
reld van het onroerend goed en het
bankwezen, rook de' grote winst
toen rederij Dano Ferry eind vorig
jaar failliet ging na een brand op
haar enige veerboot, de 'Holger
Danske'. Johansen koopt de boedel
en bereidt de wederopstanding van
Dano in stilte voor.
De zakenman heeft haast met zijn
veerdienst. Hij koopt een Ameri
kaans schip en zonder dat het volle
dig bedrijfsklaar is, brengt hij het
onder de naam 'Scandinavian Star'
in de vaart. Het Zweedse bedrijf
'Wallem'. dat zich bezighoudt met
de recrutering van zeelieden, blijkt
in staat om Johansen in tien dagen
een compleet nieuwe bemanning te
bezorgen. Minder belangrijk is ken
nelijk dat een aantal manschappen
nooit eerder heeft gevaren.
Het uit Portugezen. Spanjaarden
en Filipijnen bestaande personeel
wordt nauwelijks geinstrueerd over
het handelen in noodgevallen. Ve
len weten nie't hoe de reddingboten
werken. En dan is er nog het taal
probleem, dat communicatie met
de voornamelijk Noorse en Deense
passagiers in de weg staat.
In zijn voortvarendheid negeert
Johansen de opstartproblemen. Hij
gaat ook voorbij aan het slecht func
tionerende boekingssysteem, wat
leidt tot grote fouten bij de registra
tie van passagiers. De reddingwer
kers treffen maandag op het einde
lijk gebluste schip veel meer doden
aan dan gedacht.
Blinkend goud
De gretigheid van Henrik Johansen
is niet verwonderlijk. Hij zag het
goud blinken. Vorig jaar stapten 56
miljoen passagiers op de veerboten
tussen Noorwegen, Denemarken,
Zweden. Finland, Oost- en West-
Duitsland, Engeland, Nederland en
Polen. Dat is veertien maal het aan-
Noorwegen.
De ferries vervoerden zes miljoen
personenauto's, 1,4 miljoen vracht
wagens en 65.000 treingoederenwa-
gons. Het totale transport steeg met
drie procent ten opzichte van 1988.
Het hevige ferry-verkeer heeft na
tuurlijk te maken met de ligging
van Noorwegen, Zweden en in min
dere mate Denemarken dat bij het
Europese vasteland hoort. Vanwe
ge het omringende water moet 90
procent van de Zweedse im- en ex
port over zee, waarvan een aanzien
lijk deel met de veerboten.
De handel is niet de enige verkla
ring voor het succes van de veerbo
ten. De ferries zijn zeer populair bij
de Scandinaviërs voor het maken
van uitstapjes. Zij beschouwen de
veerboten als drijvende recreatie
parken.
Als ze willen, kunnen ze in de bui
tenlucht en anders valt er op het
tiental dekken van de bijna 200 me
ter lange schepen genoeg te bele
ven. Veel passagiers hoeven daar
om niet zo nodig van boord als het
schip de haven van bestemming
binnenloopt.
De moderne veerboten bieden op
z'n minst sauna, solarium, zwem
bad, kinderspeelruimte, bioscoop,
disco, casino, diverse restaurants,
koffieshops, cafetaria's, bars en be
lastingvrije winkeltjes. Natuurlijk
mag in zo'n uitgaanscentrum een
bank niet ontbreken. Het uitgaan
aan boord is heel aantrekkelijk, om
dat de drank in Scandinavië vanwe
ge de hoge accijnzen bijna onbetaal
baar is. Er worden op de ferries dan
ook volop feestjes georganiseerd,
die niet zelden in grote dronken
schap eindigen.
Veelal beschikken de ferries ook
over congres- en vergaderzalen. Op
de nieuwste veerboot tussen Zwe
den en Finland, die in mei in de
vaart komt. is een congreshal die
plaats biedt aan 400 mensen. Aldus
wordt 'werk' gecombineerd met
een mooi uitje. Dat geldt ook voor
zakenmensen, die op de ferries snel
ler tot resultaten denken te komen.
Speciaal voor hen zijn er optimale
communicatiemogelijkheden met
de wal. Het is duidelijk dat er voor
dit soort veeleisende reizigers ook
zeer goede keukens en luxueuze
hutten aanwezig zijn.
Aan de ketting
De 129 veerboten op de noordse wa
teren voeren voor 76 ondernemin
gen een zware concurrentiestrijd.
Woordvoerder Mats Kleinj van de
Zweedse Stena-line, de grootste
veerdienst ter wereld, zegt dat mede
daardoor de tarieven lager zijn dan
in het begin van de jaren tachtig.
Maar Stena Line draait niet met
verlies, onderstreept Kleinj. "We
kunnen die tarieven handhaven
door de organisatie zo veel mogelijk
te stroomlijnen". De woordvoerder
ontkent dat er wordt bezuinigd op
de veiligheid. "De veiligheid op on
ze schepen voldoet aan de hoogste
eisen. De overheid ziet daar ook
zeer streng op toe. Wij maken onze
technische systemen niet afhanke
lijk van het economisch resultaat.
De bemanningen zijn Scandina
visch en worden wekelijks ge
traind. Eens per jaar is er een grote
oefening, waarbij allerlei instanties
zijn betrokken, zoals politie, brand
weer en kustwacht".
Stena heeft in het verleden ook
ongelukken gehad, zoals brand aan
boord, zegt Kleinj. "Maar dat wer
den geen rampen. De bemanning
wist wat er moest gebeuren. Je kunt
zeker voorkomen dat een brand uit
groeit tot zo' n ramp als op de Scan
dinavian Star".
De Zweedse scheepvaartinspec
tie meldt dat Stena Line geen apart
geval is. Er zijn ook geen rederijen
die een ander beleid voeren. "De
veiligheid op de schepen is groter
dan tien jaar geleden", zegt Johan
nes Palmgren die ongelukken met
schepen onderzoekt, "de schepen
worden steeds moderner en het per
soneel is goed getraind. Dat is ook
in het belang van de maatschappij-
Hij noemt de Scandinavian Star
een uitzondering. Palmgren wil niet
ingaan op de vraag hoe de brand
een ramp kon veroorzaken. "Het
heeft te maken met de technische
toestand", zegt hij, "meer mag ik er
niet over zeggen".
De 'Star', die onder de vlag van de
Bahama's voer, was nog niet be
zocht door de betrokken scheep
vaartinspecties van Denemarken en
Noorwegen. Op de Bahama's had
de grondige inspectie moeten
plaatsvinden", zegt Palmgren.
"Daar ligt dus de eerste verantwoor
delijkheid. Noorse en Deense in
specteurs hoeven slechts steeks-
proefsgewijs buitenlandse schepen
te controleren. Ze wisten niet eens
dat het schip al op de lijn Oslo-Fre-
derikshaven opereerde". Palmgren
is ervan overtuigd dat zij het schip
anders aan de ketting hadden ge
legd.
Goedkope vlag
Het varen onder de vlag van een
'goedkoop' land, wordt door Lenn-
art Johnsson van de Zweedse vak
bond voor zeelieden gezien als een
van de belangrijkste oorzaken voor
het ongeluk met de Scandinavian
Star. Hij verwacht in de toekomst
meer problemen, omdat Noorwe
gen en Denemarken hun rederijen
de vrijheid hebben gegeven om on
der Noorse of Deense vlag te varen
met voordelen van een 'goedkope-
vlag'-land.
Internationaal protesteren de
vakbonden van transportarbeiders
al jaren tegen het varen onder de
vlag van landen als Liberia, Pana
ma, Honduras, de Bahama's en te
genwoordig zelfs Luxemburg. Re
gistratie in die landen biedt
scheepseigenaren de mogelijkheid
om veiligheidseisen, sociale voor
waarden en andere lastige regels te
ontduiken.
Sinds de Tweede Wereldoorlog
zijn reders uitzeevarende naties,
zoals Nederland, met duizenden
schepen uitgeweken naar goedko-
pe-vlaglanden. Momenteel staat
De kapitein van de 'Scandinavian Star', Hugo Larsen werd afgelo
pen woensdag in Kopenhagen verhoord over de toedracht van de ramp
met zijn veerboot. Op de achtergrond de advocaat van Larsen, Thor-
Erik Johansen. (foto ap>
ruim 30 procent van alle schepen in
de zogenaamde FOC (Flag of Con-
venience)-registers. Pas in de jaren
zeventig kwam het antwoord van de
traditionele scheepvaartlanden die
te veel geld zagen wegvloeien. Ze
openden hun eigen 'internationaal
register' dat voor de scheepseigena
ren mogelijk nog interessanter is
dan dat van de FOC.
Belangrijk voordeel is dat de sche
pen weer onder eigen vlag kunnen
varen, wat het image van de bedrij
ven versterkt. Daarbij kan, net als
bij de FOCJ, met uitzondering van de
kapitein en de officieren goedkoop
buitenlands personeel in dienst
worden genomen.
In de afgelopen vier jaar openden
Noorwegen en Denemarken hun
'internationaal register'. Zweden
weigerde tot nu toe overstag te
gaan. Het land is bang dat het te af
hankelijk wordt van buitenlandse
zeelieden, op wie in tijden van crisis
niet kan worden gerekend.
Scheepseigenaren die de Zweedse
vlag trouw blijven, kunnen rekenen
op een aantal belastingvoordelen.
Noorwegen heeft verboden dal
'goedkoop' buitenlands personeel
werkt op veerboten die in het Noors
internationaal register staan inge
schreven. Dat is een afspraak mei
de vakbonden om niet alle werkge
legenheid voor de Noren zelf verlo
ren te laten gaan. De grote Noorse
rederij Fred Olsen Line oefent mo
menteel echter grote druk uit om
die overeenkomst ongedaan te ma
ken.
Denemarken heeft die eis niet ge
steld aan de veerdiensten, maar
daar hebben de rederijen uit eige
ner beweging Scandinaviërs gezet
op de nog weinige veerboten die in
het internationale register staan.
Henrik Johansen was de eerste
die de mogelijkheid aangreep om
op zijn 'Scandinavian Star' laagbe
taalde Portugezen, Spanjaarden en
Filipijnen te laten werken. Een 17-
jarige matroos vertelde aan de poli
tie voor een half jaar werken niet
meer dan 500 dollar te ontvangen.
Slavernij
Lennart Johnsson van de Zweedse
zeeliedenvakbond spreekt van mo
derne slavernij. "De vaak slecht op
geleide mensen worden geronseld
en moeten daarna hard en langdu
rig werken tegen zeer lage lonen. Ze
doen het, omdat ze nog altijd meer
verdienen dan thuis, in hun eigen
land. Mensen die in opstand komen,
worden eruit gegooid en op de zwar
te lijst van 'probleemzoekers' gezet.
Ze komen nergens meer aan de
slag".
"Er worden grote risico's geno
men met de levens van mensen als
aan deze praktijken niets wordt ge
daan", vervolgt Johnsson. "De
ramp met de Scandinavian Star be
wijst het. En hoeveel rampen zijn er
al niet gebeurd met olietankers on
der goedkope vlag?"
Hij zegt dat het een belangrijke
reden is voor de boycotactie die de
zeeliedenvakbond is begonnen te
gen de 'Black Prince'. Dit schip
vaart vanaf juni voor de Noorse
Fred Olsen Line tussen Gothen
burg en Kopenhagen. De Black
Prince is volgens de Olsen Line een
'cruiseschip' en geen 'ferry', zodat
het goedkoop kan worden bemand.
"Wij willen de mensen waarschu
wen voor dit schip", zegt Johnsson.
"Dat hadden we ook gedaan als we
van de Scandinavian Star hadden
geweten. Ik kan niet geloven dat er
ondernemers zijn die op deze onver
antwoorde manier geld willen ver
dienen".
Hij hoopt dat volgende week in
een vergadering van ministers van
Zweden, Noorwegen en Denemar
ken een punt wordt gezet achter het
internationale register. De Noorse
en de Deense regeringsvertegen
woordigers hebben echter al laten
weten daar niets voor te voelen. Wel
willen ze de controle op de schepen
verscherpen.
Directeur Tom Bringswird van
Fred Olsen Line is het daarmee
eens. Hij pleit zelfs voor internatio
nale bemanningen op de veerboten.
"Het is oneerlijke concurrentie als
andere landen het wel toestaan. Het
gaat zeker niet ten koste van de vei
ligheid. We handhaven onze veilig
heidsnormen".
Het inzetten van goedkope men
sen heeft volgens hem niets te ma
ken met slavernij en onveilige sche
pen. "Onzin. Kwaliteit bereik je niet
met slavernij. De loonkosten van
een buitenlandse bemanning zijn
zeker lager, maar ze staan in de rij
om op de Black Prince te mogen
werken".
Bringswird onderstreept dat de
veiligheid van het schip losstaat van
het geboorteland van de beman
ning, maar dat het een zaak is van
management, opleiding en oefe
ning. "Het is belachelijk om te be
weren dat een schip met een Scan
dinavische bemanning veiliger is".
De Zweedse scheepsveiligheids-
inspecteur Lars Tijisim gelooft
evenmin dat Filipijnen, Indonesiërs
of Portugezen per definitie slechte
zeelui zijn. "Ze moeten wel worden
getraind. Het protest van de vak
bond heeft vooral te maken met
werkgelegenheid. Maar we zullen er
natuurlijk wel aandacht aan beste
den. Na de 'Scandinavian Star' zie je
alles toch in een ander licht".
Geschokt
Henrik Johansen heeft dat licht ook
gezien. De gebeurtenissen met de
Scandinavian Star hebben hem
doen besluiten zich uit de scheep
vaart terug te trekken. "Ik heb er
m'n buik van vol", zegt hij in een re
actie op de ramp. De Deense zaken
man is diep geschokt, vertelt hij.
maar voelt zich niet schuldig. "Het
schip was in goede staat. Het had in
januari nog een opknapbeurt ge
had. Ik weet niet wat we meer kon
den doen. We moeten blij zijn dat
het geen grotere ramp is geworden.
Dat had best gekund: met 1100 man
aan boord en storm in het Katte
gat".
Johansen zegt nu een jaar vakan
tie te nemen. De brandweer in Ly
sekil meldt dat veel slachtoffers van
de Scandinavian Star niet meer ge
vonden kunnen worden. Hun as is
met het bluswater weggespoeld.