'Het betekent niks klinkt maar gewoon Pijnlijke beïnvloeding Vlaamse expressionisten Feest der herkenning bij Residentie Orkest POP Explosie Spierballen Ratata 'La Strada' mist in theater mysterie De arrogante naïviteit van Pale Saints AMSTERDAM "Weet je, het stelde me eigenlijk een beetje teleur dat ons debuutalbum over de hele linie in de Britse pers goed werd ontvangen", zegt Ian Masters. De kla gende blik in zijn ogen moet onderstrepen dat hij het echt meent. "Ik had graag wat meer kritiek gehad. Wat meer uit eenlopende reacties". Arme Masters. Hij wil met zijn rockband Pale Saints zo graag controversieel zijn. Want 'controverse' lijkt de trend in de huidige Britse pop. Maar nu zoveel bands zich op dat thema hebben gestort, is ook de controverse acceptabel ge worden. En dus is het Pale Saints album 'The Comforts of Madness' gewoon een degelijke eigentijdse rockplaat. Komende week toert Pale Saints voor het eerst door ons land, in een serie dubbelconcerten met de even eens Britse groep Lush. Beide bands spelen een naïef soort pop liedjes in een wolk van vaak heftig elektrisch gitaargeluid. En beide bands brengen hun platen uit op het trendsettende label 4AD. De Pale Saints/Lush-toumee doet ook in veel opzichten denken aan de con certserie waarmee dezelfde maat schappij twee jaar geleden in ons land spectaculair -de groepen The Pixies en Throwing Muses lanceer de. Ook die brachten al van die ont wapenende liedjes, badend in even felle gitaaraccoorden. "Maar van een typisch 4AD-ge- luid, of een '4AD-school' is echt geen sprake", zegt Pale Saints-bas sist Masters in zijn Amsterdamse hotel. En gitarist Graeme Nays- door Peter Bruyn mith, naast hem op de bank, knikt bevestigend. Twee Britten die er uitzien als schooljongens, balance rend op de grens tussen eigenwijs en arrogant. Want, vinden ze. Pale Saints kun je toch met geen andere band vergelijken. "Wij gebruiken het gitaargeluid anders". Hoe an ders? "Nou, gewoon anders". Pale Saints kwam zo'n 2 1/2 jaar geleden in Leeds bij elkaar. Ian Masters, Graeme Naysmith en drummer Chris Cooper. Er werd nog een tijdje naar een zanger ge zocht, maar toen niemand goed in de band bleek te passen, besloot Masters zelf maar te gaan zingen. Er werd een demo-tape gemaakt, die op het juiste buro in het 4AD-kan- toor belandde en de groep kreeg een contract. "We waren eigenlijk wel verrast door die reactie, want de songs die we als demo naar ze hadden ge stuurd waren extreem simpel", ver telt Masters. "Het was alles wat we op dat moment hadden, al hebben we ons sindsdien behoorlijk snel ontwikkeld". Saints lan Masters (links) en Grayme Naysmith: 'Wij hebben geen boodschap'. Dali in Arnhem ARNHEM (GPD) - In het concertge bouw Musis Sacrum in Arnhem is vanaf 19 mei acht weken lang een grote tentoonstelling van 300 wer ken van de Spaanse surrealist Sal vador Dali te zien. De werken zijn afkomstig van de Strappon Foun dation, die een groot aantal kunst werken van Dali beheert. Onder de werken die worden ge ëxposeerd bevinden zich plastie ken. juwelen, grafiek en schierijen. Ze worden in één grote zaal ge toond. die voor de expositie wordt voorzien van een electronische be veiligingsinstallatie. De toegangs prijs voor de tentoonstelling gaat 15 gulden bedragen. Een onlangs in Rome gehouden expositie van dezelfde werken van Dali trok 160.000 bezoekers. De di rectie van Musis Sacrum verwacht in Arnhem ook een grote toeloop. PINKPOP Het openluchtpopfes tival Pinkpop wordt dit jaar op 4 ju ni, Tweede Pinksterdag, gehouden. Deze 21ste Pinkpop vindt voor de derde keer plaats in de Draf- en Renbaan Limburg in de gemeente Landgraaf. Ook nu weer worden on geveer tien groepen verwacht. Nu reeds staat vast dat Mano Negra, Neville Brothers en Red Hot Chili Peppers aanwezig zullen zijn, aldus Buro Pinkpop in Geleen. Tm rn al i cfpn "Nou' Je Wllt in de eerste sonê v J UUlIldllblCIl je eerste album meteen de hele v Hun eerste maxi-smgle, die een half reid aanpakken, en op de ma jaar geleden verscheen, heette 'Bar- single God er nog even bij neme: ging into the Presence of God' en het atmosferische, vaak psychede lisch aandoende eerste echte album opent met 'Way the World is'. Ook de albumtitel 'The Comforts of Madness' geeft trouwens te denken. Nogal zware thema's, lijkt het. "Vind je?"reageert Masters, brutaal kijkend. - Ja, dat vind ik. "Hoezo dan?" Van Keulens talent moet nog rijpen Een avond Mozart met drie over bekende werken: de Kleine Nachtmusik, het Vioolconcert in D K.V. 218, en de Jupiter symfo nie - het betekende een ontmoe ting met oude bekenden, waar door nog meer dan anders de oren zich richtten op 'de manier waar op'. Want hoe bekender het werk, des te spannender is het of een di rigent in staat is het als nieuw te laten klinken. Dat viel aanvanke lijk niet mee. Bruno Weil houdt duidelijk niet van een erg breek bare Mozart, en terecht. Maar in het miniatuur-symfonie'tje dat de Kleine Nachtmusik lans wel erg door naar het andere uiterste: een wel erg recht-voor- zijn-raap gespeelde, weinig uitge- fraseerde en daardoor vrij zoute loze uitvoering, waarin opeens opviel dat er zoveel herhalingen in zitten, en dat is op zich een veeg teken. Ook in het Vioolconcert in D klonk het orkest vaak te log en te zwaar waardoor Isabelle van Keulen zich af en toe moest force ren, en over het geheel genomen niet echt op één lijn leek te zitten met de dirigent. Haar spel is zeer trefzeker en overtuigd, ze heeft een grote toon, en maakt de in druk precies te weten wat ze wil. Fris en opgewekt klonk het eerste deel, en in het uitgelaten laatste deel danste ze zelf bijna met haar eigen spel mee. Ondanks alle kwaliteiten die haar spel had, schoot het middendeel tekort aan intensiteit, juist doordat ze er in streek en klank teveel aan wilde toevoegen. Zo'n typisch Mozarti- aans zingend Andante spreekt door zijn opperste eenvoud voor zich en behoeft geen opsmuk. Hoe eenvoudiger gespeeld des te beter, en dat is nu juist een van de allermoeilijkste dingen. Gezien het talent van Isabelle van Keu len, dat zich niet beperkt tot het viooltechnische maar ook muzi kaal inzicht en gevoel omvat, is dat gewoon een kwestie van rij pen, en dus van tijd. In de Jupiter symfonie werd de geest vaardig over orkest en dirigent, zodat dit meesterlijke stuk de glans, warm te, en vaart kreeg die het verdient. Het publiek in de nagenoeg uit verkochte Stadsgehoorzaal toon de zich uitermate dankbaar voor dit feest der herkenning. MIES ALBARDA Masters: "We kiezen vaak titels omdat ze gewoon goed klinken. Je moet er geen grote theorie of levens beschouwing achter zoeken. Het zijn altijd de journalisten die dat doen en dan een hele filosofie aan een band ophangen. Daardoor lij ken veel bands intelligenter dan ze zijn. Ja, ik wil dat onze songtitels tot de verbeelding spreken. Anders zou ik de plaat wel gewoon 'Mountain' noemen, of zo. Daarbij denkt ieder een aan hetzelfde. Maar het is veel spannender om een titel te kiezen GENT Vlaanderen is een illu sie armer. Werd er daar tot nu die r verschillende ven gedurende de Eerste Wereld oorlog in Nederland en maakten toe nog gedacht dat er een eigen cwj!ennisr m,et, £nde.L and.eren ^1°, T7,„mOQ ,,„rw Sluyters en Gestel. Een theoreticus nationale, Vlaamse vorm van als de dichter Paul van Ostaijen expressionisme in de beelden- heeft op die invoed vanuit het bui de kunst heeft bestaan; het tenland (vooral Frankrijk) wel ook Gentse Museum voor Schone verschillende betekenissen heeft". Kunsten breekt die mythe met eenling. Misschien dat het Vlaams "De songteksten schrijf ik meestal pas op het laatst, als de hele structuur van het nummer klaar is. Dan ga ik er voor zitten. Ik probeer er geen 'boodschap' van te maken. Het zijn veel meer flarden; woorden en zinnen die in mij opkomen in re latie tot de muziek. Een de expositie 'Vlaams expressiO' nisme in Europese context de houding^ 1900-1930' tot de grond toe af. Vlaamse expressionistische schilders als Gustave de Smet lijknamige galeries, die en Frits van den Berghe zijn twintig verschenen, vooral beïnvloed door kunste naars uit andere Europse lan De expositie in Gent biedt een vrij unieke en zeer uitgebreide moge lijkheid om het werk van een een groot aantal verschillende Europe se kunstenaars te vergelijken. Aan de andere kant werkt dat nogal eens verwarrend doordat een groot aan tal verschillende kunststromingen voor het gemak onder één noemer wordt gebracht: Duits expressionis me, surrealisme en kubisme naast Een nationalisme dat ook terug te bijvoorbeeld Nieuwe Zakelijkheid hij bleef daarin i nationalisme debet i allen die hapsnap bij elkaar zijn den, zo wordt op deze tentoon- geplakt maar in mijn hoofd zijn ze stelling, soms bijna pijnlijk, toch op een of andere manier met el- J - kaar verbonden". En nu? Wat, nu het eerste - zelfs goed ontvangen - album er is? Wat is nu de ambitie? "Nog een betere maken", zegt Graeme Naysmith droogkomisch en drinkt van zijn blikje sinas. En Ian Masters: "Nu is het zaak om een plaat te maken die volgens ons briljant is en door ieder een wordt gehaat". Pale Saints (en Lush) spelen vanavond in Het Paard in Den Haag. De samenstellers van de tentoon stelling laten er in ieder geval geen twijfel over bestaan dat het werk van de Vlamingen slechts in inter- duidelijk gemaakt. De samen- nationaal verband kan worden be- stellers doen dit door hun werk keken. Het expressionisme deed stoorde perspectivische ruimte als te confronteren met dat van zelfs betrekkelijk laat zijn intrede voorlopers' en tijdgenoten, met vcTo^de^orlog8^ Franse 'realisme'. Het is opvallend en jammer dat de de jaren Italiaanse futuristen helemaal ont breken. De Vlaamse schilders tonen in hun beginjaren als expressionist opmerkelijk veel overeenkomsten met de Duitse vakgenoten. Werken van De Smet bezitten dezelfde ver- daaronder zeer bekende namen als Munch, Kandinsky, Chagall, Nolde, Ernst, Lembruck, Léger en Picasso. Geen 'Heimatkunst' dus, geen Vlaamse identiteit, maar slechts een reactie op die bij de vroege Kandinsky of Campendonck, grote kleurvlakken worden tegenover elkaar gezet, de vroeggestorven Rik Wouters, ruimtes worden in elkaar gedron- beiden met werk vertegenwoordigd in Gent, de enige twee Belgen die spoorden met de internationale ont wikkelingen. Door een soort 'u-bocht' die er elders gaande was. Voor som- Nederland liep deed het expressio- migen is het misschien even n.sme zijn intrede in Vlaanderen na slikken na alle evnnsities waar het verblljf van Van den Berghe en sliKKen na alle exposities waar- De Smet in ons ,and Zij kwamen in in die identiteit werd bena- Amsterdamse kunstkringen drukt. gen. Onder invloed van de Franse kubisten worden die ruimtes kort daarna meer geconstrueerd, hoeki ger, zoals in het werk van Van den Berghe. Constant Permeke, daaren tegen, zoekt een meer eigen verta ling van de invloeden van buitenaf. In zijn doeken met veel aardkleuren legt hij een voorkeur aan de dag voor het platelandsleven. Het is dan door Henk Meutgeert bijdragen; Jan Rijsdam, Wim Koevoet, Erna Straatsma raking met het inmiddels gerijpte °ok niet verwonderlijk dat hij als expressionisme uit Duitsland en met de Franse stromingen als fau- visme en kubisme. Constant Per- gezien, meke, de derde grote Vlaamse schil- Vergelijkingen over der, onderging tijdens zijn 'balling schap' in Engeland een zelfde in- Het is wat vreemd dat in Vlaande- vloed. Door die verlate kennisma- Sinéad O'Connor - 'I do not want what I haven't got' (Chrysalis) Zo broos en zachtaardig als de Ierse Sinéad O'Connor er uit ziet, zo anders is haar muziek. Een explosie van kracht, emotie en opstandig heid. Eind 1987 vestigde O'Connor ha^r naam met het debuutalbum 'The lion and the cobra' (met het prachtige 'Troy'). De hartverscheu rende uitvoering van de Prince- compositie 'Nothing compares 2U' is de eerste single van haar nieuwe album 'I do not want what I have got'. Zonder enige twijfel is er sprake van een veelbelovende single. En, al valt niet te ontkennen dat O'Connor een talentvolle zangeres is met een stem waarmee ze een enorme emo tionele kracht in haar songs weet te leggen, haar nieuwe album is toch niet zo sterk als de single deed ver moeden. Het openingsnummer 'Feel so Different' is wel mooi maar lijkt teveel op 'Nothing compares 2U'. Andere ballads op het album zijn een beetje slappe aftreksels van de successingle. Sommige teksten, waarin O'Connor zich zelf bloot geeft, zijn bij het kwelerige af. De rockachtige nummers hebben te weinig om het lijf om de voortkab belende, matte sfeer van de plaat te doorbreken. Kortom: 'I do not want what I ha ven't got' is dus niet de explosieve plaat die we mochten verwachten. Sinéad O'Connor heeft haar opstan digheid en emotionaliteit op haar nieuwe album teveel tot gelding willen brengen en brengt daarmee haar belangrijkste troef om zeep: haar overtuigingskracht. J.R uitvoering van Tommy toonde de Britten aan dat deze rockopera in 1990 nog altijd kan. De inschakeling van het kleine drummertje Simon Phillips bleek een gouden greep. Hij is de eerste Who-slagwerker die - op het gevaar af te vloeken - Keith Moon wél kan doen vergeten. 'Join together' nu is een puik cd- verslag van dik twee uur van con certen in New York en LA. Tommy vult het ene muziekviltje, dertien Who-klassiekers het andere. Toch wint de video het al was het alleen maar omdat op de cd de gastoptre dens van Phil Collins, Billy Idol, Elton John en Steve Winwood ont breken. Maar 'Join Together' is wel het afscheid van The Who veel meer waardig dan het vorige armoedige vaarwel op 'Who's last'. W.K. verd aangenomen dat het pressionisme daar eigen nationale trekken zou vertonen. Er bestonden in het Europa van de eerste decen- king is het werk van de Belgen e wat meer afgewogen vorm van pressionisme; minder heftig kleurig, de wegen breide contacten tussen kunste naars. Kunstbladen werden inter nationaal verspreid en de Belgen De Smet en Van den Berghe verble- uitge- goeddeels gebaand. En daardoor kon het ook al snel veranderen een gestileerd 'classicisme', zoals dat door de samenstellers van de ex positie wordt genoemd. 'Pleasure ground' Fatal Flow (I'honograr De flink gegroeide aanhang van de Amsterdamse Fatal Flowers is verdeeld geraakt over 'Pleasure maar ground". Het ene kamp betreurt het ste dr vermeende gemis aan subtiliteit maar gunt de Flowers volgaarne het voordeel van de twijfel. Het andere loopt weg met de potige en hoekige gitaarrock waarmee de formatie met producer Mick Ronson haar nieuwe album heeft gev.uld. Wel is men unaniem in zijn lof over de fi nanciële risico's die de vier op zich hebben genomen om de plaat te Sinéad O'Connor: kunnen maken. Dat zou getuigen van on-Nederlandse lef. Kamp nummer drie moet nog worden opgericht. Ondergetekende werpt zich met enige tegenzin op als de aanvoerder, maar het moet er toch maar uit: 'Pleasure Ground' is een heel matig album met ouder wetse spierballenrock. Dat The Fatal Flowers nog hevi ger tekeer gaan dan vroeger is The Who 'Join together' (Virgin) The Who nam een paar jaar gele den al afscheid met een matig live- al de schuld van de nieuwe gitarist dubbelalbum. Het besluit, vorig Robin Berlijn: 19 jaar, enthousiast Jaar- tot e,en grootscheepse tournee ooral (nog) beperkt. De •orden 'erfrissende klap het zicht. Daarna komen de ergernis- lerij. En dat voor de Godfathers gevolgd door het onbegrip: toch geen hond die tien keer in de zelfde gitaartrucs trapt? 'Speed of life", het enerlaatste stuk, valt overal buiten en is alleen maar een verade ming omdat het afwijkt. Storend worden na verloop tijd ook de puberale teksten die het dan ooit tevoren. Met een integrale Arno Hintjens - 'Ratata' (Virgin) De voormalige zanger van de Bel gische band TC Matic heeft zijn der de soloplaat afgeleverd. Een lang verwacht moment, want Hintjens' vorige album 'Charlatan' (1988) was een van de opvallendste muziek- produkten van de jaren tachtig. Vergeleken met het werk van Matic is Hintjens' solo een stuk min der rauw. Hij baseert zijn muziek op rhytm blues en maakt regelmatig uitstapjes naar Franse chansons. 'Ratata' lijkt sterk op 'Charlatan', zij het dat Hintjens anno 1990 melodi euzer en toegankelijker is dan ooit. Dansmuziek overheerst op het nieuwe album. 'Dance 'till you drop' en 'Whoop that thing' zijn swingende nummers, met een vro lijk dameskoortje op de achter- gond. De inspiratie voor 'Mon sis- soyen' lijkt Hintjens geput te heb ben uit de muziek van zijn Franse buren Les négresses vertes en Mano Negra. Opzwepende muziek met Arabische invloeden. 'Marie tu m'as' is een Franse chanson die qua melodie en sfeer sterk doet denken aan de prachtige TC Matic-hit 'Elle adore le noir'. 'I'm not there' en 'I can't stand it' zijn hoekige recht- toe-recht-aan rockers die op het eer ste gehoor niet zo bijzonder zijn, maar na een paar keer luisteren aan kracht winnen. De songs zijn niet als op de twee 1 oen een tijdje terug een vi- voorgangers geschreven samen met deoverslag van een van de Ameri- Jean Marie Aerts. 'Ratata' lijkt na kaanse concerten verscheen, krab- het schitterende 'Charlatan' niet zo den de critici zich weer achter de bijzonder, maar is toch eigenlijk wel weer heel mooi. duidelijken veel (de invloed van de Duitse houtsnede op de Vlaamse kunstenaars bijvoorbeeld), maar kunnen de werkelijkheid ook verte kenen. Het achteraf leggen van ver banden en het plaatsen van schilde rijen tegenover elkaar draagt iets oneerlijks in zich. De kwaliteit van werken van bijvoorbeeld Chagall, de Duitse 'nieuwe zakelijke' Otto Dix en de Fransman Léger tegen over die van Tytgat (die eenzelfde dromerige, poëtische sfeer als Chagall wil oproepen), die van Gustave van de Woestijne (een Vlaamse 'nieuwe zakelijke') en die van een later werk van De Smet ver schilt dermate dat het oordeel wel uit moet vallen ten guste van de eer sten. Verrassend kan een vergelij king ook zijn, bijvoorbeeld die tus sen Zadkine en de Vlaamse beeld houwer Jespers of de vergelijking van drie maaltijden van Permeke. Gromaire en Fautrier uit dezelfde periode. De Vlamingen komen, door de voortdurende vergelijking met an deren, uit de expositie in Gent naar voren als een groep schilders die vooral de internationale ontwikke lingen heeft geabsorbeerd. En die, op Permeke na, uit de invloeden ei genlijk nauwelijks een eigen hou ding heeft ontwikkeld. Dat lijkt me toch iets te weinig krediet voor deze rijkgeschakeerde groep kunste naars, Misschien is de weegschaal, na lange tijd uit balans te zijn ge weest, nu iets te ver naar de andere kant doorgeschoten. niveau van boy-meets-girl-en-wat- er-daarna-gebeurt-kun-je-zelf-wel- bedenken nergens te boven komt. W.K. Dynamisch door het land van Uncle Sam dan ook alom hevig bekritiseerd. Teren op oude roem en zakkenvul- de punk. Overbodig. Schande. tijdje terug oren. The Who bleek dynamischer E.S. 'La Strada' nqar Federico Fellini door Rosa- maria Rinaldi (regie) en Guus Rekers (be werking). Met: Helmert Woudenberg, Hed- dy Lester. Joost Prinsen, Coby Stunnen- berg en Jan van Eijndthoven. Muziek: Trio La Strada, bestaande uit Els Dekker, Eric Hennes en Joost van Son, Gezien op 23 maart in de Leidse schouwburg. LEIDEN Ongehinderd door de filmische beelden van het origi neel is het onbevangen kijken naar de toneelbewerking van 'La Strada'. De gelijknamige film uit 1954 van Federico Fellini staat als meesterwerk te boek. Regisseuse Rosamaria Rinaldi, in Nederland woonachtig maar uit Italië af komstig, heeft zich door dit stuk je Italiaanse filmgeschiedenis la ten inspireren. Het verhaal gaat over drie bij zondere mensen. Zampano, een ruwe boeienkoning met maar één truc, trekt met zijn voorstellingen door het land, en wordt daarbij vergezeld door Gelsomina die hij van haar moeder heeft gekocht. Goochelaar Matto dreigt tussen beide te komen, waardoor Zam pano woedend wordt en hem be wust/onbewust vermoordt. Gel- semina kwijnt 'weg, de ogen schijnlijke gevoelloze Zampano blijkt uiteindelijk daardoor aan gedaan. Het verhaal van zo'n zwerftocht is per definitie fragmentarisch. Om een vloeiende lijn te krijgen in die grote reeks korte scenes heeft de regisseuse drie muzikan ten ingezet die muziek van Nino Rota spelen. Drie sterke acteurs moeten de summier uitgewerkte personages ten tonele voeren: Helmert Woudenberg als lompe krachtpatser. Joost Prinsen als melancholieke Pierrot en Heddy Lester als loyaal, volgzaam en we reldvreemd meisje. Het decor toont in aanzet de contouren van een circustent met piste. Ook dat zou als tegenwicht voor die ver brokkelde structuur moeten fun geren. Deze regie-ingrepen zijn op zichzelf begrijpelijk maar sorte ren toch niet het gewenste effect. De verschillende bouwstenen zouden een mozaïek moeten vor men. maar dat geheel komt helaas niet in beeld. Gevolg daarvan is dat 'La Strada' in het theater het mysterie mist. waardoor we ons met deze geheimzinnige figuren in hun wereld laten meeslepen. 'La Strada' blijft daarentegen te traag, te fragmentarisch, te nuch ter en te monotoon. Het is slechts voortdurend inpakken en weg- WIJNAND ZEILSTRA

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 33