Een rijk gevulde beurs als ideaal Het succes van Brabantse ondernemingsgeest Gefortuneerde opkoper van noodlijdende bedrijven kent geen grenzen 'De joodse landverhuizer van nu is in de eerste plaats een materialist' ZATERDAG 3 MAART 1990 EXTRA PAGINA 35 Zijn faam als voortvarend opkoper van noodlijdende bedrijven in de me taalsector is inmiddels tot ver over de grenzen doorgedrongen. Onlangs vestigde de Brabantse zakenman weer eens de aandacht op zich door een overnamebod te doen op een Russisch bedrijf. Binnen enkele jaren verwierf hij zich met zijn onderne mingsgeest een enorm kapitaal. "Maar daar werk ik niet voor, ik werk omdat ik dat leuk vind". door Jan Reijnders Vraag Joep van den Nieuwenhuyzen of hij wel eens overweegt te stoppen met werken en hij zal deels verbaasd, deels verbolgen reageren. "Dat had ik dan net zo goed al jaren eerder kunnen doen. Maar wat voor ideaal is het nou om op je vierendertigste met je hoofd in de zon te gaan liggen? Ik werk niet voor het geld, Ik werk omdat ik het leuk vind". De binnen enkele jaren puissant rijk geworden Brabantse zakenman zit liever achter zijn bureau, voorzover de talloze verplaatsingen per vliegtuig of auto hem dat 'genot' toelaten. Bijna altijd is Van den Nieuwenhuyzen wel onderweg er gens naartoe. Van den Nieuwenhuyzen weet op heel de wereld de weg. Zijn gezin, neergestreken in het Belgi sche Brasschaat, schiet er dan ook hope loos bij in, erkent hij volmondig en zon der complexen. "Zondagmiddag ben ik thuis, dan heb je het wel gehad. Mijn vrouw zegt daar wel eens wat van, ja. Maar een echt knelpunt is het niet". Gigantisch De produkten die de Begemann/Holec Groep vervaardigt zijn uiteenlopend van aard, maar heeft overwegend met staal te maken. Nu zeven jaar geleden begonnen met een zieltogend Limburgs machine- fabriekje, staat Van den Nieuwenhuyzen nu aan het hoofd van een gigantisch con cern, met vestigingen in 33 landen. Ruim honderd werkmaatschappijen omvat zijn groep nu, waarvan dertig Nederland se. Een daarvan is Escher in Fijnaart, waar vaten en systemen voor de (voorna melijk chemische) industrie worden ge maakt. De wijze waarop de schoonzoon van de destijds ontvoerde Toos Van der Valk dat bedrijf verwierf, kan model staan voor zijn ongeëvenaarde formule. Bij Escher zat iedereen lijdzaam op de komst van de curator te wachten. Er restte maar één al ternatief: Van den Nieuwenhuyzen. Die kwam, zag en overwon.- Escher begon opnieuw en maakte, nog geen jaar later, weer winst. Joep van den Nieuwenhuyzen wilde altijd al zakenman worden. "Als jongen wist ik één ding zeker: dat ik eigen baas wilde worden. Ik ben wel bedrijfskunde en economie gaan studeren, maar bij de laatste drie tentamens is mijn studie in het werk verzand. Ik had al zoveel om handen dat ik door chronisch tijdgebrek geen papiertje heb gehaald". Via zijn werk als adviseur beleggingen en investeringen in het Van der Valk- concern raakte hij betrokken bij een in moeilijkheden geraakte machinefa briekje in het Limburgse Stramproy. Zijn schoonfamilie had daar wat geld in zitten. Van den Nieuwenhuyzen advi seerde zijn schoonouders er geen cent meer in te stoppen. "Welnu, ik ben daar voor mezelf begonnen. Zevenentwintig was ik toen. Tegen de familie heb ik ge zegd: beschouw jullie geld in dat bedrijf maar als een achtergestelde lening. Het is goed gegaan en ik heb al lang terugbe taald". Hoewel het economisch tij sinds Van den Nieuwenhuyzens entree op het over namepad aanzienlijk is verbeterd, stro men de nieuwe bedrijfjes ijog steeds bin nen, beaamt hij. "Ze behoeven ook niet per se op de rand van een faillissement te balanceren. Er zijn er die zich verslikt hebben in een order, die een investering niet kunnen opbrengen, die een nieuw produkt willen ontwikkelen en er zijn er die zich eenvoudig te klein voelen. De verzoeken om overname komen van ei genaren, directies of c I andere keer van curators, vakbonden of ondernemingsraden" Idealisme De Begemann Groep sloot onlangs een joint venture met een Russische fabriek in verpakkingsmachines. "Een beetje idealisme", erkent Van den Nieuwen huyzen. "Ik heb absoluut niet de illusie dat we daar eventjes veel geld zullen gaan scheppen. Ze kunnen wel machi nes maken, maar verkopen is ëen ander verhaal. Dat hebben ze nog nooit gedaan. Dus moeten ze machines gaan maken die niet klakkeloos door een of ander minis terie geplaatst worden, maar die echt te verkopen zijn. We helpen ze met marke ting en bedrijfsorganisatie, maar ook met high tech. Op langere termijn heb ik er wel fiducie in". Onlangs was Van den Nieuwenhuyzen als spreker te gast op het Institute of Fi nance van de Moskouse universiteit. Hij oogstte veel bijval met deze woorden: "Jullie hebben 736 miljard roebei in om loop. Dat is veel te veel, zeker bij een goudvoorraad van 35 miljard. Iedereen zit te hamsteren en er is niets te koop. Jullie hebben relatief veel geld, maar het is niets waard. De overheid moet dat geld zien terug te krijgen, bijvoorbeeld door er bedrijven voor aan jullie te verkopen. Dat geld moet linea recta de papierver snipperaar in om de hoeveelheid tot be heersbare en reële proporties terug te brengen". ♦Joep van den Nieuwenhuyzen: "Ik heb niet de illusie dat we in Rusland eventjes geld gaan scheppen. Ze kunnen daar wel machines maken, maar verkopen is een ander verhaal". (fotoGPi» Nu de Amerikaanse regering de immigratie uit de Sovjetunie drastisch aan banden heeft gelegd, richt de stroom joodse landverhuizers zich op Israël. In de eerste twee maanden van dit jaar bereikten bijna tienduizend Russische immigranten via Budapest of Bukarest het vliegveld van Tel Aviv. In dezelfde periode van het vorig jaar waren het er nog geen vijfhonderd. In Arabische kringen wordt gesuggereerd dat de nieuwkomers regelrecht naar de bezette gebiede'n worden doorgesluisd, maar dergelijke beschuldigingen zijn op z'n minst voorbarig. Israël zit voorlopig met een ander nijpend probleem. Wat zal er gebeuren als de duizenden nieuwkomers, met hun hooggespannen verwachtingen en hun goede opleiding, in Israël niet vinden wat ze in de Verenigde Staten hadden willen zoeken? "De mensen die hier komen, zijn in meerderheid geen jdealisten en geen zionisten, het zijn materialisten". door Ad Bloemendaal "Ze hebben ons verteld dat dit vier of vijf uur gaat duren", zegt Boris Einbinder, een twintigjarige student uit Bakoe. "Maar wat maakt het uit? Ik heb geen haast en ik ben het gewend. In de Sov jetunie sta je voor alles in de rij". Het ib half vijf in de ochtend, ruim een uur nadat het toestel van de Hongaarse luchtvaartmaatschappij Malev op het vliegveld Ben-Gurion is geland. In de im migratiehal heerst een sfeer van berus ting. De honderdvijftig Russen wekken niet de indruk uit acute economische nood naar Tel Aviv te zijn gevlogen. Het is hen aan te zien dat ze in hun vaderland tot de middenklasse behoorden. Optimistisch Boris Einbinder studeerde werktuig bouw aan een technische hogeschool in Moskou en wil zijn-studie in Haifa voort zetten. Zijn familie heeft, na bemidde- de 150.000 leden tellende joodse gemeen schap van Bakoe binnen de komende paar jaar zal vertrekken. "En onder hen zijn mensen die er ,twee maanden gele dén nog niet over peinsden de Sovjet unie te verlaten". De meeste Israëliërs zijn blij met de komst van de Russische joden. De aan vulling van de bevolking betekent een welkome steun in de rug, in een tijd waarin de hoop op een grote aliya (komst naar Israël) al was opgegeven. Maar niet iedereen is gelukkig. "Wat mij betreft mogen ze wegblijven", deelt een 'beveiligingsbeambte op het vliegveld ongevraagd mee. "Wat moeten we met ze? We hebben niet eens banen voor ze. Er wonen hier al duizenden Georgiërs en die zijn allemaal zo lui als de pest. Geen wonder dat de Russen ze graag kwijt wil den. Laat die immigranten maar blijven waar ze zijn. Of, wacht even, u komt uit ling van eerder in Israël aangekomen kennissen, al een huurflat in die stad ge- vonden. Boris geeft het grif toe: ze had den eigenlijk naar de Verenigde Staten gewild. "Maar toen we eindelijk hadden /besloten te vertrekken, was er al geen mogelijkheid meer. Nu zitten we dus in Israël, maar ik ben optimistisch. Mijn moeder is arts en ik denk dat ze hier snel aan de slag kan. Ze brengt meer dan twintig jaar ervaring mee. In het Ameri ka zou het moeilijker voor haar zijn, heb ik gehoord". Voor de Amerikaanse regering in ant woord op Israëlische smeekbeden de komst van Russische joden drastisch be perkte, reisden negen van de tien land verhuizers met een visum voor Israël op zak rechtstreeks door naar New York. Amerika wordt hog altijd als het be loofde land gezien. Slechts een op de tien nieuwkomers ziet Israël als eerste keus. Niemand in de immigratiehal maakt daarvan een geheim. Alleen een vriende lijke jonge vrouw, die haar naam niet wil noemen, kijkt haar man hulpeloos aan als de Amerikaanse" optie ter sprake komt. Maar hij zwijgt. Uiteindelijk ver breekt hun veertienjarige dochter de stil te met de mededeling dat ze nog steeds naar New York wil. De moeder, ge schrokken, spreekt het meisje bestraf fend toe. "Het heeft geen zin erover te praten", concludeert de echtgenoot be rustend, "we zijn nu hier". Voorhoede De nieuw aangekomenen zijn het erover eens dat ze de voorhoede vormen van een aanzwellende stroom, want de situa tie in de Sovjetunie verslechtert met de dag. Boris Einbinder vergelijkt de toe stand in zijn geboortestad Bakoe met het "Roemenië van voor de revolutie". Hij is ervan overtuigd dat het grootste deel van Holland. Wilt u ze niet overnemen? Een gulden per stuk. Nee? Een halve gulden dan?" Woonruimte Een minderheid van de immigranten vertrekt van het vliegveld naar een van de over het land verspreide opvangcen tra. De rest gaat rechtstreeks naar een ei gen flat, geregeld door familie of vrien den, of door het ministerie van immigra tie. De eerste zes maanden betaalt het mi nisterie de volledige huur. Daarna krijgt de immigrant een geleidelijk afnemende huursubsidie, tot hij na vier jaar zelf de volle prijs betaalt. Wie wil kopen, komt in aanmerking voor een hypotheek van gemiddeld 37.000 dollar (70.000 gulden), afhankelijk van de gezinsgrootte. Daar kun je in Israël niet veel mee doen, zeker niet nu de huizenprijzen mede door de verwachte toeyloed van immigranten door het plafond schieten. In de meest' begeerde woonwijken van Tel Aviv is geen vijf-kamerflat meer te koop voor minder dan een half miljoen gulden. "De hoge prijzen van flats en de rela tief lage hypotheek vormen een pro bleem". zegt Zalman Zamir, directeur van het immigranten-opvangcentrum" in Ra'anana, een noordoostelijke voorstad van Tel Aviv. "Het betekent dat mensen te lang in het opvangcentrum zitten. De ervaring heeft mij geleerd dat een echt paar een jaar of twee hier blijft om te kunnen sparen. Als ze allebei werken, houden ze in die tijd zo'n tien of vijftien duizend dollar over. Voor dat bedrag, in combinatie met de hypotheek en een ex tra lening, kunnen ze dan een kleine flat kopen in een plaats in de buurt van Tel Aviv. Maar het betekent natuurlijk wel dat ze nog lang op hoge lasten zitten". Zamir schat dat zestig procent van de nieuwkomers uit de Sovjetunie een uni- versitaire opleiding heeft. Onder de arri verende Russen is geen gebrek aan art sen, ingenieurs en musici. Dat lijkt prachtig, maar de Israëlische economie zou op dit moment beter zijn gediend met een toevloed van geschoolde arbei ders, met name voor constructiewerk. Drama Om die reden is Hanna Dobkin, cultureel en educatief werkster in het opvangcen trum Ra'anana, niet optimistisch over de kans op banen voor de snel groeiende Russische immigrantengemeenschap. "Ze zullen bereid moeten zijn werk aan te pakken op een lager niveau dan ze in de Sovjetunie gewend waren. Maar dan nog voorzie ik moeilijkheden. Als er niet snel en op grote schaal wordt geïnves teerd in de Israëlische industrie, loopt de hele immigratie uit op een drama. Dan zitten we straks met een massa ontevre den academici". De immigranten zijn ambitieus ge noeg, meent Hanna. "De mensen die hier komen, zijn in meerderheid geen idealis ten en geen zionisten, maar wie weet worden ze dat op den duur. De meesten zijn materialistisch ingesteld en hadden liever near de Verenigde Staten gewild. Misschien is die nuchterheid wel een ze gen, want met idealisme alleen zullen ze niet veel bereiken. Ze maken haast met het vinden van werk om zo snel mogelijk wat te kunnen verdienen". Typerend voor het markante verschil tussen vroeger en nu is het volgende: de weinige Russische joden die destijds naar Israël kwamen, waren veelal gehar de zionisten met jaren gevangenis of werkkamp achter de rug. Zij vestigden zich vooral in de heilige stad Jeruzalem. Het nieuwe type immigrant legt een uit gesproken voorkeur aan de dag voor het wereldse Tel Aviv en directe omgeving. Niet minder dan 56 procent van de nieuw aangekomenen gaat onmiddellijk in dat gebied wonen en de verwachting is dat het aantal, ondanks de krappe woning markt, verder zal groeien. Cursussen De opvangcentra proberen via cursussen een bijdrage te leveren aan de opleiding van de nieuwkomers tot zionist en in ze kere zin tot jood. De meeste immigran ten zijn niet alleen volslagen atheïst, maar hebben ook geen enkel idee wat het jodendom als godsdienst en als identiteit Zioniste Ella Zwayer: "Niemand wordt naar de Westoever zie foto links) gestuurd, dat is allemaal antisemitische propaganda". «oto gpui inhoudt, ook al doordat de Russische joodse gemeenschap zich nooit openlijk heeft kunnen organiseren. De eerste twee dagen na hun aankomst in het cen trum krijgen ze een stoomcursus in jood se feestdagen, zionisme, vakbonden, ge zondheidszorg en het Israëlische onder wijssysteem. De derde dag bezoeken ze het Diaspora-museum in Tel Aviv, om te zien hoe de joden de afgelopen tweedui zend jêar buiten Israël hebben geleefd. Daarna pas begint de intensieve cursus Hebreeuws, die de basis moet leggen voor hun carrières in het nieuwe land. Ella Zwayer, moeder van twee jonge kinderen en tot vijf maanden geleden gids in de Hermitage in Leningrad, noemt zichzelf "een duidelijke uitzonde ring" omdat ze uit een zionistische fami lie komt. Ze woont niet in het opvang centrum, maar in een eigen flat in Ra'an ana. Over de opvang is in Israël is ze laai end enthousiast. "Mijn flat was compleet ingericht en in de koelkast stond voedsel klaar zodat we de eerste paar dagen niets hoefden te kopen. De volgende ochtend belden er allerlei mensen op die vroegen of ze iets voor ons konden doen en dë bu ren zijn werkelijk fantastisch. Zó be hulpzaam". Bij de immigranten blijkt het wantrou wen jegens Russen in het algemeen en de Russische bureaucratie in het bijzonder, diep geworteld. Allemaal hebben ze hun verhalen over bedrog en corruptie. Dat begint al bij de aankoop van een vliegtic ket voor de reis naar Budapest of Buka rest, het eerste traject op de weg naar het beloofde land. Wie zijn aankoop bij Aeroflot verricht, betaalt de normale prijs en moet soms een halfjaar wachten op een plaats. Maar in alle grote steden werken dubieuze reisbureaus, die adspi- rant immigranten binnen een paar we ken of soms enkele dagen in een vlieg- tuigstoel kunnen helpen. Steekpenningen "Ik heb voor mijn ticket ongeveer twee maal het officiële bedrag betaald, maar ik ken mensen die driemaal de prijs heb ben neergeteld", zegt Lev Kaufman, die als ingenieur en jazz-gitarist in Israël twee kanten uit kan. "Als je je verhuis- kisten gaat verzenden, moet je weer steekpenningen betalen om ze op tijd op de boot te krijgen. En hetzelfde herhaalt zich als je je bezittingen laat uitklaren. Je wordt gedwongen tot allerlei trucs. Om dat we maar driehonderd dollar mogen meenemen, is het zaak van je laatste roe- bels iets aan te schaffen datje in Israël te gelde kunt maken. Veel mensen kopen daarom vlak voor hun vertrek een piano, of schilderijen, of zelfs een hond". Simon Jacobovski, vier weken in Is raël, vraagt aandacht voor een persoon lijke ervaring die hem flink dwars zit. Niet lang voor zijn vertrek uit Vilnius, in Litouwen, kocht hij van de gemeente een flat voor 11.000 roebel. Hij wilde die, zegt hij, verhuren aan een bezoekende rab bijn. Maar toen de autoriteiten er lucht van kregen dat Jacobovski immigratie plannen had, weigerden ze het contract te ondertekenen en zijn geld heeft hij nooit teruggezien. Israël dringt al jaren aan op een recht streekse luchtlijn tussen Moskou en Tel Aviv. In januari was het bijna zover, maar op het laatste moment schrokken de autoriteiten in Moskou ervoor terug. Met de verklaring van premier Jitschak Shamir dat Israël de bezette gebieden nodig heeft om de immigratiestroom te kunnen opvangen, heeft Israel in Mos kou het laatste restje goodwill jammer lijk verspeeld. En dat terwijl de bezorgd heid van de wereld over de vestiging van immigranten op de Westelijke Jordaan- oever goeddeels uit de lucht is gegrepen. Van de 430 tijdelijke bewoners van het opvangcentrum in Ra'anana wil er zegge en schrijven één naar de Westoever. De overigen denken er eenvoudig niet over. Zelfs de "duidelijke uitzondering", de zioniste Ella Zwayer, blijft liever in Is raël. "Niemand wordt naar de gebieden toe gestuurd", zegt ze fel, "dat is allemaal anti-semitische propaganda".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 35