Nieuwe plannen voor Pampus SPREEKUUR Eilandje gekocht door zeven ambitieuze heren door Barbara Thiel, arts ZATERDAG 3 MAART 199U vmjamwAïMËMBxm PAGINA 2i I Onlangs is het eilandje Pampus in het IJsselmeer voor 50.000 gulden verkocht aan zeven ambitieuze 'Heren van Pampus'. Zij hebben grote plannen met het onbewoonde eilandje van drie hectare waarop aan het einde van de vorige eeuw een fort werd gebouwd. door Bert van den Hoed Volgens de overlevering heeft er in de strenge winter van 1985 nog een clochard op het eilandje Pampus gewoond. Een Amsterdamse zwerver die. in staat ge steld door zware ijsgang, lopend het ei landje had kunnen bereiken. 'De clochard van Pampus', zoals hij al spoedig werd genoemd, moet echter voordat de dooi inzette te voet het eiland weer hebben verlaten. Of niet. Niemand heeft hem per boot vervoerd, heen noch terug. "In elk geval is op Pampus zijn skelet nooit gevonden", zegt Cees Pfeif fer, sinds vorige week een van de zeven 'eigenaren' van Pampus. Een sterk spookverhaal is het niet, maar wie na een klein half uur varen vanuit de haven van Muiden voet aan wal zet op het eilandje, houdt onwillekeurig reke ning met een onaangename, maar spec taculaire vondst van een stoffelijk over schot in verregaande staat van ontbin ding. Van wie dan ook. Als de rondleiders uit het zicht zijn ver dwenen en de dolende wandelaar is doorgedrongen tot aardedonkere uithoe ken van het fort Pampus, is een plotselin ge ontmoeting met een wapperend stuk zwart plastic een goed argument het licht maar weer eens op te zoeken. Wat niet wil zeggen dat je terstond de weg terug vindt, want handzame groene bordjes met 'nooduitgang' ontbreken. Salpeterzuur, dat uit de vochtige mu ren druipt, zet zich op kledij vast. Hoe nu verder? Daar is licht, maar dat komt van boven. Voor ons alweer een dikke half ronde muur. Dan maar terug langs een van de kelders die half onder water staan en waar een ongeregeld gedrup weer klinkt. Hoe lang geleden zou het zijn dat iemand deze kelder helemaal heeft door zocht? Isolement Toen mevrouw -Kolsteeg-Van Capelle in '1987 voor het eerst sinds achtenenvijftig jaar Pampus weer bezocht, wist ze als enige blindelings de weg te vinden in het fort. In 1929 had ze als dochter van fort wachter Jan van Capelle Pampus op 6-ja- rige leeftijd verlaten. Meer dan vier jaar woonde ze op het eiland in een isolement dat haar verdere leven zou bepalen. Vorige week was ze aanwezig op de plechtige bijeenkomst in de ridderzaal van het Muiderslot waar het eiland Pam pus door de Staat der Nederlanden werd overgedragen aan de particuliere stich ting Pampus. Met een klein fototoestel wist ze zich bekwaam naar voren te drin gen temidden van een kluwen fotografen en cameralieden. Met datzelfde cameraatje maakte ze in 1987 vanaf een bootje foto's van het ei land van haar jeugd. Op uitnodiging van de stichting ging ze, toen nog eens terug naar het moeilijk bereikbare Pampus dat ze al zoveel jaren had willen terugzien. "Op dat bootje beleefde ik heel emotio nele momenten", zegt mevrouw Kol- steeg. "Het eiland kwam steeds dichter bij en toen stond ik er ineens op. Fantas tisch. In die lange donkere gangen kon ik alles zo vinden. Wist ik uitgangen langs andere wegen dan we waren gekomen. Gek. datje zoiets nooit meer kwijtraakt". Het Fort Pampus is tussen 1887 en 1895 gebouwd op het Muiderzand en niet - zoals vaak wordt beweerd - op de na bijgelegen beroemde zandrug Pampus waaraan het gezegde Voor Pampus lig gen is ontleend. Volgeladen schepen van de Verenigde Oostindische Compagnie die via de Zuiderzee naar de Amsterdam se thuishaven voeren, moesten bij eb wachten voor de ondiepte Pampus die ter hoogte van Muiden boven het water uitstak en de ingang van het IJ blokkeer de. Het Muiderzand was een soortgelijké zandrug, van oorsprong een van de uitlo pers van de Gooise Heuvelrug. Strate gisch van het grootste belang ter verde diging van Amsterdam, althans dat meende het Tweede Kamerlid-lid J.W.H. Rutgers van Rozenburg. Na de Frans- Duitse oorlog was men in 1870 nog steeds beducht voor de expansiedrift van de Duitse keizer Wilhelm I. Rutgers had vernomen dat'de Duitsers een kanonneerboot hadden ontwikkeld met een zeer geringe diepgang en zwaar geschut. Hiermee zouden de Duitsers moeiteloos via de Zuiderzee kunnen op varen naar Amsterdam. Om dat te voor komen diende het Fort Pampus te wor den gebouwd als onderdeel van de Stel- ling van Amsterdam, een ring van forten rondom de hoofdstad. Ruim 800.000 gulden kostte de bouw van Pampus, toentertijd bijna het volle dige budget van het ministerie van oor log. Vierduizend heipalen verdwenen in de bodem. Een metersdikke basaltlaag fungeerde als fundering voor de miljoe nen kilo's staal, gietijzer, beton en aarde. Met die Duitse kanonneerboot is het nooit wat geworden, zoals ook het Fort Pampus een roemloos leven zou gaan lei den. Vanaf het fort is nooit een schot ge lost. althans niet in oorlogstijd. In 1952 hield het op een verdedigingswerk te zijn. Reeds in 1933 verliet de laatste fort- Ambitieus Zeven 'Heren van Pampus', in functie variërend van burgemeester van Muiden tot horeca-exploitant, hebben zich nu voorgenomen het verval tot staan te brengen. Jan Geesink, penningmeester van de stichting die het eiland sinds kort in eigendom heeft, verklaart zich nader. "We gaan uit van de down-optie. Dat wil zeggen: alles wat er meer gebeurt dan tot op heden en dat was niks is meege nomen. We beginnen rustig, met ideeën die haalbaar zijn". Op termijn zijn de voornemens echter ambitieus en passend in een lange reeks van gestrande plannen. Zoals dat van het Rotterdamse architectenbureau Van den Broek Bakema in 1965 voor de bouw van Pampusstad. een voorstad van Am sterdam beginnende bij Amsterdam Zeeburg en eindigend op Pampus. Er had een grote verkeersader met veertien rijbanen en een monorail moeten ko men. Een kwart van de bebouwing op de maquette bestond uit torenflats van der tig verdiepingen. En in 1965 organiseer de Prof. A. Heertje een excursie naar Pampus om te onderzoeken of het eiland geschikt zou zijn te maken voor studen tenhuisvesting. "Nou ja", zegt Geesink. "Pampus is vanaf Schiphol zeer goed bereikbaar. Per helikopter ben je er in een paar mi nuten. Ik meen het serieus: waarom zou er geen congresmogelijkheid in het fort gemaakt kunnen worden ten behoeve van ministers of andere functionarissen die strenge bewaking behoeven? Het fort is zeer eenvoudig en dus goedkoop te beveiligen. Als je de voormalige ge schutskoepels in glas terugbouwt en daar vergaderfaciliteiten maakt, dan heb je toch een aantrekkelijke bestemming". *Twee van de nieuwe heren van Pampus in het fort. Rechts Jan Geesink en links Cees Pfeif fer. GPU» Geesink, een van de twee Muidense horeca-exploitanten in het stichtingsbe stuur, is inmiddels schipper geworden van de Pampus 1, een voormalige rivier- vlet van Rijkswaterstaat die het mogelijk maakt een geregelde pendeldienst te on derhouden tussen de haven van Muiden en Pampus. Vooral van belang bij het werven van sponsors die, alvorens zij de plannen van de stichting financieel gaan ondersteunen, eerst wel eens willen wor den rondgeleid over het eilandje. Die sponsors zijn hard nodig, want de Uitvoering van alle ideeën gaat de arm lastige stichting miljoenen kosten. "Al gehele restauratie van het fort schat ik op. circa 20 miljoen gulden", zegt Geesink. "Ik denk ^serieus dat het zo ver zal ko men, maar we beginnen eenvoudiger. De vorige eigenaar. Rijkswaterstaat, heeft een bruidsschat meegegeven: een nieu we, enkele tonnen kostende aanlegstei- r Bovenop het fort: wie in een mangat stapt, valt zes meter diep. ger. Daarmee wordt het eiland weer goed bereikbaar". "Zelf willen we met eenvoudige mid delen nog deze zomer de fortwachters- woning weer bewoonbaar maken. Op hét moment dat Pampus makkelijk toegan kelijk is geworden, moet er bewaking zijn. Er hebben zich al mensen aange meld die zich graag op Pampus willen vestigen. Gerieflijk zal het er niet wor den, want er is geen elektriciteit en water op het eiland. Maar er is heus wel te le- "Daarna willen we een grote schoon maakactie houden en het fort weer veilig maken. Het is er nu te gevaarlijk, je kunt lelijke smakken maken. Willen we er straks mensen rondleiden, dan moeten er op zijn minst fatsoenlijke afrasterin gen komen op al die plekken, bij de luchtgaten op het dak bijvoorbeeld, waar je nu zes meter naar beneden kunt val len". De onzichtbare basaltring, die rondom het fort ter voorkoming van stormaan vallen net onder de waterspiegel is aan gebracht, zal voor een deel worden open gebroken. Menig onwetend watersporter die in de afgelopen jaren het eiland straf feloos dacht te kunnen enteren heeft zijn jacht op de stenen ring zien lekslaan. Volgens Geesink is het allerminst noodzakelijk dat alle voorgenomen res tauratieplannen zijn uitgevoerd voordat het publiek naar het eiland toe wil ko men. "Met eenvoudige middelen is het ihogelijk duizenden dagtoeristen naar het eiland te krijgen. Je kunt het bijvoor beeld gebruiken als starteiland voor zeil wedstrijden of als locatie voor concerten. Mensen vinden het leuk om die malle steenklomp te bezoeken". Wind In tegenstelling tot vele andere in on bruik geraakte verdedigingswerken is Pampus geen natuurgebied van belang geworden. De wind heeft er permanent vrij spel. Als fouragegebied voor vogels is het te klein, de ecologische waarde is praktisch nul. Pampus is een echt men seneiland, door mensen opgebouwd en weer afgebroken. In de loop der jaren verdween alles wat ook maar de geringste waarde had. In de keukens van Muiden liggen enkele hon derden vierkante meters plavuizen, waarvan de afdruk in het achtergebleven cement nog steeds zichtbaar is. Alle hou ten kozijnen zijn in de Tweede Wereld oorlog opgestookt. De keukeninventaris, vanwege roestgevaar van koper vervaar digd, was toen allang in kleine bootjes door de bevolking afgevoerd. Watersporters en vooral padvinders waren veelvuldig op Pampus te vinden. Zij lieten een spoor na van onbegrijpelij ke souvenirs, zoals een complete auto mobiel in de droge gracht. Deze auto, een Volvo zoals bleek na analyse van het ver roeste motorblok, was net als de clochard van Pampus over het ijs naar het eiland gereden. Ook de mijnopruimingsdienst heeft een krachtige bijdrage geleverd aan de beschadiging van het eiland. Er zijn vele kraters te vinden als gevolg van het tot ontploffing brengen van ongebruikte handgranaten. Het geeft het landschap, voor zover je daarvan kunt spreken, nog een zekere afwisseling. Is Pampus dan enkel een monument van onnut? Dat is te bezien. In elk geval één geallieerd militair heeft er zijn leven aan te danken. De Canadese piloot Mur ray stortte in de Tweede Wereldoorlog op de terugweg van een bombardement in Duitsland met zijn toestel in het IJssel meer. Het was midden in de nacht en Murray, die ongedeerd uit zijn vliegtuig had weten te komen, wist de kust te be reiken en zocht een beschutte plek op. Pas de volgende morgen werd duidelijk dat hij zich op een miniscuul en verlaten eilandje bevond: Pampus. Dagen later werd hij ontdekt door visser Vlaanderen. Hij nam de Canadees mee naar Muiden en bracht hem onder bij de familie Roo- zendaal, die de piloot de hele oorlog bij zich heeft gehouden als de doofstomme knecht Jan. Mensenschuw En dan zijn er nog de nakomelingen van de fortwachters die aan hun verblijf op Pampus een redeloze liefde voor de zee hebben overgehouden. De inmiddels 80- jarige mevrouw Jacoba van der Ven uit Naarden was vier jaar, toen ze Pampus in 1911 verliet. Haar moeder vertelde vroe ger met plezier hoe Jacoba en haar broer bij de fortwachterswoning aan een touw waren vastgebonden. Als geiten bij een boerderij. Mevrouw Kolsteeg-Van Capelle heeft nog herinneringen uit de eerste hand. "Het was er zeker eenzaam, maar als je in dat isolement leeft, dan ervaar je dat niet zo. We gingen wel elke dag met de Pam- pusboot, een klein bootje zonder kajuit, naar school in Muiden, maar als er zware ijsgang was kwam je soms weken niet van het eiland af'. "Mijn vader kreeg op een gegeven mo ment door dat mijn broertje en ik men senschuw waren geworden. Hij heeft toen overplaatsing aangevraagd naar Utrecht. Die schuwheid heeft nog jaren doorgewerkt, ook toen ik in Utrecht bij de Spoorwegen kwam te werken. Als ik een dossier moest wegbrengen, liep ik de deur drie keer voorbij, voordat ik bij ie mand naar binnen durfde te gaan. Ik ben die angstige houding pas in de oorlog kwijtgeraakt, toen ik in de hongerwinter wel op pad móest om aan eten te ko- Niettemin kan zij het fortwachters in spe aanraden zich op het eiland te vesti gen. "Het leven in een isolement is me la ter nog goed van pas gekomen, toen ik door de situatie thuis alles alleen heb moeten uitzoeken. Ik heb geleerd hoe je helemaal op jezelf kunt terugvallen. Je moet het allemaal alleen doen. dat heb ik van Pampus meegekregen". ledereen voelïffch wel eens somher. Som berheid hoort nu eenmaal bij het.leven. Zich af en toe somber of depressief voelen is echter niet hetzelfde als het lijden aan een depressie: een depressie is een ziekte. Ik zal in twee afleveringen proberen uit te leggen wat deze ziekte inhoudt en wat er aan te doen is. Depressies zijn bepaald niet zeldzaam. Hoewel de precieze omvang niet bekend is. wordt wel geschat dat 500.000 mensen in Nederland aan een ernstige depressie lijdenen nog meer aan een lichtere. Slechts een deel van die depressies wordt als zodanig herkend. Depressie wordt wel vertaald met zie kelijke somberheid. Het verschil tussen 'normale' somberheid (bijvoorbeeld na het verbreken van een relatie) en een de pressie is niet altijd makkelijk te bepa len. In het algemeen spreekt men van een depressie als de somberheid niet alleen abnormaal ernstig is, maar ook lang aanhoudt (weken, maanden), en niet meer te verklaren is door de omstandig heden waarin de persoon verkeert. Een depressie kan bovendien zonder duidelij ke aanleiding ontstaan. Een depressie kan op veel verschillende manieren verlopen, kan enkele maanden of vele jaren duren, en kan lichtmatig ernstig of extreem ernstig zijn. Geen twee mensen hebben dezelfde depressie. Wel is een aantal verschijnselen te noemen die er meestal mee gepaard gaan. De somberheid is natuurlijk altijd aanwezig vaak zichtbaar aan de hou ding en de oogopslag, maar ook duidelijk t de ideeën die iemand heeft ten opzicli- de wereld, de toekomst en zichzelf. Dingen die vroeger mooi waren zijn op eens lelijk, de toekomst lijkt zwart, vaak heeft de patiënt een gering gevoel van ei genwaarde en gaat hij gebukt onder schuldgevoelens. Ook is er altijd sprake van lusteloosheid, nergens zin in hebben, nergens toe komen. Opvallend is dat de dingen waarin men vroeger plezier had, nu opeens tegenstaan. Daarbij zijn er vaak klachten over onverschilligheid, een leeg gevoel, voortdurend huilen of juist het gevoel niet meer te kunnen hui len. Andere verschijnselen die kunnen op treden zijn verlies van zin in seks, ver minderde eetlust, en slecht slapen. Het slechte slapen kan bestaan uit moeilijk inslapen of heel vroeg wakker worden. Bij een enkeling treedt het omgekeerde op: veel eten. veel behoefte aan seks of heel veel slapen. Behalve de slechte eetlust is er vaak een grote vermoeidheid, de ont lasting verloopt moeizaam,het hele li chaam lijkt op een lager pitje te draaien. Bijna altijd zijn er bij een depressie ook lichamelijke klachten, zoals een zwaar hoofd, druk op de borst, duizelig heid, buik- of rugklachten. Ook dllerlei soorten pijn kunnen een symptoom van de depressie zijnvaak hoofdpijn maar ook vele andere, vaak chronische pijnen waarvoor geen oorzaak te vinden is. Niet zelden is zo'n lichamelijke klacht de aan leiding om naar de dokter te gaan, en heeft de patiënt zijn éigen somberheid niet opgemerkt. Als geen lichamelijke oorzaak wordt gevonden, is het dus zaak aan een depressie te denken. Ook dokters denken daar echter lang niet altijd aan. De somberheid, het gebrek aan geloof in de toekomst en het schuldgevoel kun nen bij een deel van de patiënten zulke grote vormen aannemen dat men het le ven als geheel niet meer ziet zitten. Er kunnen gedachten opkomen om aan dat leven een einde te maken. Het is begrijpe lijk dat iemand onder dergelijke gedach ten ernstig lijdt, en heel soms worden de gedachten ook in daden omgezet. Daar om is tijdige herkenning en behandeling van een depressie heel belangrijk. Heel soms zijn de somberheid en het schuldgevoel zo ernstig dat er sprake is van 'wanen': de patiënt is er dan bijvoor beeld - onterecht van overtuigd dat hij gestraft zal Wordenof dat hij al dood en in de hel is. Dan is er sprake van een 'psychotische depressie'. Het is lang niet altijd gemakkelijk om een depressie te herkennen. Zoals gezegd komt de patiënt vaak met lichamelijke klachten bij de dokter zonder zelf de som berheid opgemerkt te hebben. Het lijkt wel of lichamelijke klachten beter te ac cepteren zijn dan een psychisch pro bleem. Ook wordt soms de somberheid verborgen onder schijnbare opgewekt heid of heel erg druk gedrag. Een depres sie waarbij de andere klachten de som berheid verbergen wordt een 'gemaskeer de depressie' genoemd. Het kan lang du ren voor patiënt en dokter dan achter de ware oorzaak van de problemen komen. Heel vaak gebeurt dat trouwens hele maal niet: geschat wordt dat minder dan de helft van alle depressies wordt her kend. Een depressie kan geleidelijk ontstaan, of zelden van de ene dag op de ande re. In het algemeen duurt een depressie enige maanden en gaat dan geleidelijk weer over, vanzelf. Slechts een minder heid van de mensen is chronisch depres sief, vele jaren langhet lijkt dan bij ze te hóren. Ook al gaat het ooit vanzelf over. het leed is vaak zo groot (en soms ook het levensgevaar) dat men nooit zal wachten met een behandeling; vooral omdat die behandeling zeer goed mogelijk is. Tot slot wil ik nog iets vertellen over de manie (met de klemtoon op de tweede let tergreep). Dat is als het ware het spiegel beeld van de depressie: er bestaat een ab normale opgewektheid die gepaard gaat met zelfoverschatting en hyperactiviteit. Dat lijkt leuk, maar de vrolijkheid is op pervlakkig (somberheid zit vaak dicht onder de oppervlakte), de hyperactiviteit en slapeloosheid leiden tot uitputting, en de zelfoverschatting tot daden die later betreurd worden. Zo kan iemand die manisch is bijvoorbeeld enorme sommen geld gaan uitgeven: een gedwongen op name is soms nodig om de patiënt tegen zichzelf te beschermen. Een manie is daarom zeker niet minder ernstig dan een depressie. Manie komt nogal eens voor in combi-- natie met depressie, dat wil zeggen dat ze elkaar kunnen afwisselen ('manisch-de- pressief). In de psychiatrie wordt dat te genwoordig een bipolaire stoornis ge noemd: een ziekte met twee polen. Het is ook mogelijk dat iemand slechts één keer in zijn leven een manie heeft en verder al leen depressieve perioden doormaakt. De volgende aflevering gaat over de oorzaken van depressies en over de be handeling.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 25