Het noodlot van de akkerbouwer n°o* NABIJ Noordzee voorlopig de rioolput van Europa Gijsen wil terug naar privébiecht (REPORTAGE) Graankorrels worden niet door een ambtenaar geteld VRIJDAG 2 MAART 1991 GEESTELIJK LEVEN HAARLEM "Er is geen flessehals, en dat nekt de graanboeren," zegt Drs. Dirk Strijker, landbouweconoom bij de Rijksuniversiteit Gro ningen. Hoe nu? "Anders dan rauwe melk en suiker bieten, grondstoffen die doof een klein aantal fabrie ken worden verwerkt, is graan een eindprodukt dat direct op de markt kan wor den gebracht." Bijna alle melk gaat eerst naar de zuivelfabriek, waar er vla, yoghurt, kaas of boter van wordt gemaakt. De fabriek is de flessehals waar de grondstof melk doorheen moet. Geen boer kan daar omheen. De zui velfabriek doet de melkboekhou- ding. Daarom is de melkproduktie van iedere veehouder nauwkeurig bekend. Graankorrels daarentegen wórden nergens geteld. Dat is het noodlot van de akkerbouwer. door Frans Nypels en Flip de Kam Toen de Europese Gemeenschap (EG) in de eerste helft van de jaren tachtig eindelijk besloot om de overproduktie van boter en melk poeder aan te pakken, kozen de Brusselse Eurocraten voor het in dammen van de melkstroom. Er was een goede boekhouding be schikbaar, waaruit viel op te maken hoeveel melk elke boer produceer de. Iedere individuele producent kon een produktiebeperking wor den opgelegd. De veehouders beklommen de trekker en bestormden de rege ringscentra. Produktiebeperking zou de doodsteek voor hun bedrij ven betekenen, was dat jaar boeren wijsheid. Ondanks het hevige ver zet kwam er in 1984 een stelsel van produktieplafonds. Voortaan mochten veehouders niet meer melk produceren dan het hen door de overheid toegewezen 'quotum'. Wie die limiet overschreed, kreeg een strafkorting (superheffing). Dit beleid werkte böven verwach ting goed. De afgelopen zes jaar ver minderde de melkproduktie in ons land met bijna een vijfde. Het aantal koeien liep nog sneller terug, door dat de melkgift per koe nog steeds toeneemt. Volgens plan verdween een groot deel van de boterberg. Tot hun stomme verbazing zagen de veehouders hun inkomen snel ver beteren. Het marktmechanisme werkte feilloos. De vraag van de consumenten naar zuivelprodukten bleef langzaam stijgen, bij een krim pend aanbod van melk. In zo'n ge val gaat de prijs omhoog. De zuivelboeren zijn al lang geen ondernemers meer die moeten overleven in de bikkelharde con currentiestrijd. Desondanks kun nen zij volop profiteren van allerlei fiscale faciliteiten voor zelfstandi gen. Door overheidsmaatregelen ontvangen zij voor elke liter dertig cent meer dan in het geval dat de grenzen voor melk van verre wor den opengezet. De consument betaalt het gelag. Het pak melk in het schap van de supermarkt, dat nu ongeveer een gulden dertig kost, zou niet meer dan een gulden hoeven te kosten. Dat verschil met de prijs op de we reldmarkt wordt in stand gehouden om de veehouders hier en elders in de EG een redelijk bestaan te garan deren. Mede door dit beleid maakt een grotere veehouder, met zeventig koeien, op het ogenblik een jaarin komen van een ton. Daar moet nog belasting over worden betaald. De magere jaren in de melkveehoude rij lijken definitief voorbij. Graankorrels Ook in boerenland geldt het gezeg de: gelijke monniken, gelijke kap pen. Waarom worden de akkerbou wers niet op dezelfde manier aan een redelijk inkomen geholpen? Dat komt, doordat de graankorrels Protesterende boeren met hun tractoren op het Museumplein. niet door een voor ambtenaren con troleerbare flessehals stromen. Ter wijl de melkquota konden worden vastgesteld aan de hand van pro- duktiecijfers uit het verleden, en overschrijdingen van het toegesta ne quotum meteen bij aflevering aan de melkfabriek worden gecon stateerd, krijgt de overheid geen greep op het graan. Tenzij achter el ke akkerbouwer een politieagent wordt gezet. Anders dan melk blijft graan ja renlang goed. Het kan aan de bees ten worden opgevoerd, het is ge makkelijk te vervoeren en het kan zonder nadere verwerking meteen worden verkocht voor verschillen de bestemmingen in binnen- en bui tenland. Daarom achten Eurocraten de toekenning van graanquota een fraudegevoelige, dus onbegaanbare weg. Bovendien protesteert Ameri ka al jaren, en steeds heftiger, tegen prijssubsidies voor de Europese graanboeren. De Amerikanen heb ben er overigens zelf ook een handje van om de eigen agrariërs met over heidssteun vooruit te helpen in de wereld. Als quotering een onbegaanbare weg is, zal de overproduktie van graan op een andere manier moeten worden teruggedrongen. Niet via de hoeveelheid, maar via de prijs. Dat is de weg die de EG dan ook koos. Sinds 1985 is de graanprijs ge kelderd van 55 cent tot minder dan veertig cent per kilo. Omdat een aantal bedrijven bij die opbrengst niet langer kostendekkend kan pro duceren, hopen beleidsmakers in Den Haag en Brussel op een sane ring. Dat voelen de graanboeren in hun portemonnee. Wat de actievoerende landbouwers verzwijgen is dat die veertig cent per kilo nog altijd een dubbeltje meer is dan wat ze op de wereldmarkt zouden vangen. Bui ten de tolmuren van de EG doet graan een kwartje tot dertig cent per kilo. Ook bij dit produkt betaalt de Europese consument dus mee aan het inkomen van de boeren in de twaalf lidstaten van de EG. Verschillende vormen van prijs steun vormen een hoeksteen van het Europese landbouwbeleid. Con sumenten zijn daardoor in de win kel niet alleen duurder uit, het land bouwbeleid kost de Europese be lastingbetalers ook nog eens zestig miljard gulden per jaar. De gepro duceerde overschotten moeten te gen garantieprijzen uit de markt worden genomen, zij worden opge slagen in koelhuizen en graansilo's, om ten slotte tegen afbraakprijzen op de wereldmarkt te worden ge dumpt. Dit geldverslindende beleid, waarvoor de Nederlandse belas tingbetalers zes miljard gulden per jaar op tafel leggen, hinkt op twee onderling tegenstrijdige uitgangs punten. Aan de ene kant bewie rookt de EG het vrije ondernemer schap: de boer moet zijn inkomen kunnen verdienen op wereldmark ten waar vraag en aanbod de afzet- prijzen bepalen. Is er te veel melk of graan, dan dalen de prijzen. Onder nemers die te duur produceren, moeten hun bedrijf dan beeindigen. Zo lost het overschotprobleem zich zelf op volgens de keiharde wet van de markt. Die rigoureuze consequentie van het marktmechanisme vinden de architecten van het Europese land bouwbeleid echter op sociale gron den niet aanvaardbaar. Dus stellen ze elk jaar voor een reeks van pro- dukten een hogere prijs vast dan op puur economische gronden verant woord is. Dat leidt er vervolgens toe dat te veel ondernemers blijven pro duceren. En daar komen de over schotten vandaan. Nu de Eurocraten bij de graanboe ren aanlopen tegen de ijzeren con sequentie van het marktmechanis me, lagere prijzen en lagere inko mens, is op sociale gronden aanvul lend beleid bedacht. Bij Europees topoverleg in 1988 maakten Lub bers en Braks zich sterk voor prijs verlagingen. De premier wordt er van beschuldigd dat hij de Rotter damse haven wilde helpen. Als Ne derlandse graanboeren minder vee voer leveren, moet er via Rotterdam meer sojaschroot, tapioca en andere exotisch veevoer worden inge voerd. Over Braks gaat het vehaal dat hij als zoon van een Brabantse keuterboer een stille wrok tegen rij ke Groningse herenboeren koestert. Wat er van deze bewerin gen ook zij, zulke speculaties zijn olie op het vurige boerenprotest van dit moment. De vaderlandse bewindslieden wassen hun handen inmiddels in onschuld. Twee jaar geleden zijn behalve prijsverlagingen ook maat regelen afgesproken om in moei lijkheden verkerende graanboeren te helpen. Ze kunnen een premie krijgen door hun grond braak te la ten liggen. Of ze kunnen subsidie krijgen om over te schakelen op (ie verbouw van andere produkten. Eventueel kunnen ze nog aan spraak maken op een inkomensto e- slag. Zulke regelingen baten de N e- derlandse boeren echter lijks. De hoogte van subsidies en toe slagen is namelijk afgestemd op de positie van de gemiddelde Europe se boer. Een Griekse graanboer komt bijvoorbeeld op vierhonderd gulden opbrengst per hectare. Een premie van pakweg vijfhonderd gulden per hectare is voldoende om hem te bewegen de ploeg te laten roesten. In Nederland, waar de pro- duktiviteit van de boeren veel hoger ligt, komt de opbrengst per hectare in de buurt van de achttienhonderd gulden. Bij een premie van vijfhon derd gulden per hectare zal de Ne derlandse akkerbouwer voortploe- gen. Hij is dan altijd nog beter af dan wanneer hij een beroep doet op de subsidieregeling voor braaklig gende akkers. Uit dit voorbeeld wordt duidelijk dat onze boeren, in vergelijking met hun gemiddelde EG-collega's, te rijk en te produktief zijn om te wor den geholpen door de afgesproken maatregelen. De boeren eisen een hogere op brengst voor hun graan (ten minste drie cent per kilo meer) en daar bo venop nog een inkomenstoeslag van vijfhonderd gulden per hectare. Dat geeft hen een adempauze om te kunnen omschakelen. Toch zou het onverstandig zijn om die claims te honoreren. Tegen een verhoging van de kiloprijs pleit dat hierdoor de overproduktie van graan alleen maar toeneemt. Op den duur richt zo'n beleid zichzelf te gronde, om dat het onbetaalbaar wordt. Tegen algemene, voor elke boer geldende inkomenstoeslagen gel den twee bezwaren. Ook deze maat regel zet geen rem op de overpro duktie. En bovendien is die inko menssteun moeilijk te verdedigen tegenover de achthonderdduizend gezinnen die moeten rondkomen van het sociaal minimum. Zij horen al jarenlang dat er geen geld is om de door bezuinigingen uitgeholde koopkracht van hun uitkering na zeven magere jaren te verhogen. Tel nu eens mee. De geeiste inko menstoeslag van vijfhonderd gul den per hectare betekent voor een gemiddelde akkerbouwer (met vijf tig hectare) een uitkering van 25.000 gulden per jaar. Dat is meer dan het sociaal minimum. Die toeslag zou jaar op jaar moeten worden uitbe taald, in veel gevallen aan een miljo nair. Want wie vijftig bunder akker land bezit (gemiddelde waarde 20.000 gulden per hectare) hoort bij de rijkste mensen van Nederland. De eisen van de actievoerders slaan een gat in de schatkist en zijn volledig in strijd met eerder binnen de EG gemaakte afspraken. Staken Voor vaderlandse boeren die nu hun brood verdienen met het ver bouwen van graan, zijn er op den duur slechts twee oplossingen: overschakelen - als de grondge- steldheid het toelaat - op andere produkten, zoals vlas, uien en poot- aardappelen, of staken van het be drijf. Om de overschakeling op an dere produkten mogelijk te maken, kunnen tijdelijk individuele toesla gen aan zittende boeren worden ge geven, waarbij rekening wordt ge houden met de inkomens- en ver- imogenspositie van de aanvragers. Voor graantelers die, om wat voor reden ook, niet op andere produk ten kunnen overschakelen, is er jammer genoeg geen perspectief. Zij zullen moeten liquideren. Boe ren die hun bedrijf verkopen, wor den door de fiscus in de watten ge legd. De winst bij verkoop van hun grond is geheel belastingvrij. Van andere bij de bedrijfsbeëindiging behaalde winst is de eerste 20.000 gulden belastingvrij, over de rest wordt in de meeste gevallen 20 tot 40 procent inkomstenbelasting ge heven. Een gemiddelde werknemer betaalt al meer aan loonbelasting en sociale premies. Pachters, die over weinig in het bedrijf gestoken vermogen be schikken, kunnen het niet lang uit zingen en hebben daarna recht op bijstand. Dat is bitter, maar hon derdduizenden weggesaneerde in dustrie-arbeiders zijn het handjevol noodlijdende akkerbouwers op dit pad voorgegaan. Zelfs zonder olievervuiling, lozin gen door de chemische industrie en meststoffen uit de landbouw, loopt de Noordzee het gevaar een interna tionale beerput te worden. Dat komt door het simpele feit dat we er met bijna tweehonderd miljoen mensen omheen wonen. Alleen al door te bestaan produceren we af val. Daar kan niemand iets aan ver anderen. door Rob Bijnsdorp In de natuur hebben uitschei- dingsprodukten en resten van plan ten en dieren een functie. Alle leef gemeenschappen vertonen een kringloop van voedingsstoffen. Nergens gaat iets verloren. De dier soort 'mens' vormt daarop een merkwaardige uitzondering. Hij sleept van over de hele wereld zijn voedsel aan en spoelt zijn eigen af val met water weg. Vuil van lijf, kle ren en de vaat verdwijnen eveneens in het rioolwater. Er is geen kring loop. De afvalstoffen hopen zich op en gaan liggen rotten. De zuurstof verdwijnt uit het water. Alle leven verdwijnt, uitgezonderd dat van de bacteriën. Niet zozeer gedreven door ecolo gisch inzicht, maar vooral door stankoverlast en zorg voor de volks gezondheid, is in de afgelopen eeuw in de landen rondom de Noordzee een begin gemaakt met de zuivering van afvalwater. De huidige omvang en kwaliteit daarvan verschilt per land en per regio. Ongezuiverd De grootste smeerkezen zijn Groot Brittannië en België. De Britten lo zen een kleine helft van hun riool water ongezuiverd in rivieren. De rest wordt slechts gedeeltelijk ge-, zuiverd, doordat de installaties niet goed werken. Het slib dat in de zui veringsinstallaties achterblijft, dumpen ze alsnog in zee. Dat gaat aan de Noordzeekant om 5 miljoen ton per jaar. In België kan nauwelijks van be handeling van afvalwater worden gesproken. In dat land zijn nog veel huishoudens niet aangesloten «op het rioolstelsel. Waar dat wel het ge-, val is komen riolen vaak niet uit op een waterzuivering. Sommige lo pen rechtstreeks naar een rivier of havenkom. De totale capaciteit van de Belgische zuiveringsinstallaties bedraagt slechts 54% van de gepro duceerde hoeveelheid afvalwater. Slechts de helft van die capaciteit wordt benut. Drie-kwart van het water stroomt ongezuiverd naar De oorzaak van de Belgische ach terstand ligt voor een belangrijk deel in de onbestuurbaarheid van het land. De riolering, en eventuele waterzuivering, was tot ongeveer 10 jaar geleden een zaak van de ge meenten. Er was geen coördinatie, geen beleid. Daarbij komt het pro bleem van de opsplitsing in regio's met elk een eigen bestuur. In Vlaan deren wordt getracht iets te verbe teren; in Wallonië gebeurt bitter weinig en in Brussel, de hoofdstad van Europa, gebeurt helemaal niets. Op het moment dat de Vlaamse Waterzuiveringsmaatschappij werd opgericht, ontstond een paradijs voor politieke benoemingen. Maar toen alle topfuncties waren ingeno men, bleek dat slechts één persoon enige ervaring en achtergrond had op het gebied van de waterzuive ring. Fjorden Ook in landen die niet direct als smeerkees te boek staan, valt nog veel te verbeteren. Zo gaat aan de westkust van Noorwegen een aan zienlijk deel van het afvalwater on gezuiverd de fjorden in. Nederland, dat zich er op beroemt een goed werkend netwerk van zuiveringsin stallaties te hebben opgebouwd, loost nog steeds 2,2 miljoen kubieke meter zuiveringsslib per jaar op zee. Rioolwater en zuiveringsslib ho ren niet in zee. In de kustwateren veroorzaken ze een ongezonde al- genbloei met als gevolg zuurstof- arm water. Bacteriesoorten die vreemd zijn in het biologisch sys teem van de zee, kunnen ziekten veroorzaken, niet alleen bij baden de mensen, maar ook bij zeedieren. Met het rioolwater komen ook tal van andere schadelijke stoffen mee: klein chemisch afval zoals verfres- ten, chloorhoudende schoonmaak middelen, fotochemicaliën, zware metalen, olieresten en plastic. Chemicaliën in rioolwater dat in een zuiveringsinstallatie wordt be handeld kunnen daar het biolo gische afbraakwerk door bacteriën, ernstig verstoren. Kleine plastic snippers zijn schadelijk als ze direct of via gedumpt zuiveringsslib in het open water terecht komen. Ze ver stoppen de kieuwen en ingewanden van vissen en andere waterdieren. Volgens een recente berekening worden met het Britse rioolwater en zuiveringsslib jaarlijks 1.500.000.000 kleine plastic vliesjes Kringloop Rioolwater en zuiveringsslib horen niet in zee. Maar doordat er zoveel niet natuurlijke en giftige stoffen in aanwezig zijn, kan het ook niet in een kringloop op het land worden opgenomen. Zwaar verontreinigd zuiveringsslib is in feite chemisch afval. Ieder poging het afval weg te werken roept nieuwe problemen op, omdat het oplossingen zijn 'aan het einde van de pijp'. Werkelijke oplossingen kunnen alleen aan de bron worden gevonden. Rioolwater dient vrij te blijven van chemicaliën en plastic. De zuiveringsinstallaties worden dan niet verstoord en het slib dat daarin achterblijft, kan weer als meststof op het land wor den gebruikt. Er zal waarschijnlijk nog veel wa ter door de riolen lopen, voordat de ze oplossing is gerealiseerd. Er is immers geen sprake van aanwijsba re vervuilers die via een wettelijke maatregel tot ander gedrag kunnen worden gemaand. De vervuilings bron is verspreid over miljoenen huishoudens. Daar moet het dage lijkse praktijk worden dat sommige stoffen taboe zijn in gootsteen en WC-pot. De verantwoordelijkheid voor het schoon houden van het binnenwater en de zee ligt niet al leen bij de overheden en het be drijfsleven. Rob Bijnsdorp is medewerker van Seas at Risk) Bisschop pleit voor herstel traditie ROERMOND Bisschop Gijsen van Roermond wil terug naar E de privébiecht. Bij deze in onbruik geraakte praktijk moeten I rooms-katholieke gelovigen hun zonden belijden in de biecht stoel. EN VER In een brief heeft Gijsen zijn priesters opgeroepen om zijn plan te ondersteunen. De biecht, één van de zeven rk sacramenten, is eeuwenlang gebruik geweest in de Rooms-Katholieke Kerk, maar die praktijk ging sinds het verrui mende Tweede Vaticaans Conci lie vrijwel geheel verloren. Bij de brief van de bisschop zit ten speciale biechtkaarten, die voor een gulden besteld kunnen worden en waarop de standaard gebeden staan afgedrukt die biechteling en biechtvader die nen uit te spreken bij het sacra ment van boete en verzoening. Om het 'biechtkind' een handje te helpen bij het noodzakelijke 'biechtonderzoek', zijn ook de Tien geboden afgedrukt, met een aantal begeleidende vragen, in de traditie bekend als de 'biecht- puntjes'. Zo volgt er op het eerste gebod 'Gij zult geen afgoden vereren' onder meer: welke af goden heb ik, kijk ik teveel televi sie, drink of eet ik teveel, bid ik genoeg, is mijn werk of mijn hob by een afgod? De verplichting om de zondag se mis bij te wonen komt aan de orde. evenals een kuise levens wandel. Daarbij staan vragen als: ben ik aandachtig bij de mis, leef ik ongehuwd samen, deed ik aan 'zelfbevrediging, bedreef ik over spel, en keek ik naar onzedige af beeldingen? Bij 'Gij zult niet stelen' komen aan bod: het ontduiken van belas ting, het goedmaken van schul den en het" respecteren van open baar bezit. Het tiende gebod 'Gij zult niet begeren wat uw naaste toebehoort' legt de vin ger bij egoïsme en jaloezie. Parochie-geestelijken, die ge vraagd werden naar hun reactie, spraken de verwachting uit dat de meeste gelovigen niet echt warm zullen lopen voor de biechtstoel. 'Bij doopvont geen tatoeage of borsthaar' KATWIJK AAN. ZEE - "Voor een veijaardag maakt men zich meer druk om goed gekleed te gaan dan voor de Heilige Doop bij een Heilige God", weet ds. P. J. Stam, sinds enige tijd hervormd predikant in de wijkgemeente Sion in Katwijk aan Zee. Stam schrijft in het kerkblad 'Om de oude kerk' over de doop praktijk. Daarbij maakt hij een opmerking over de kleding "nu het vooijaar en de zomer weer na deren... u bespaart me toch wel bij het doopvont die open over hemden met krullend borsthaar en die getatoeerde armen?" Als 'klassiek hervormd predi kant' doopt Stam in principe "al wat in het doophuis wordt bin nengebracht". Maar, schrijft hij, "de doopouders dienen dan wel te beseffen dat de kerk het recht heeft om te vermanen en de doop uit te stellen indien daarvoor re denen zijn". Hij vervolgt: "Uiteindelijk is het een sacrament voor de kinde ren der gelovigen en al ben ik geen hartenkenner, een gelovige is toch niet iemand die nooit kerkt, nooit bidt en nooit in de Bijbel leest". Een tijdje catachese voor de doop is dan wel nodig, al dus Stam. 'Samengaan van Kampen en VU toch bestuderen' LEUSDEN (ANP) - De integra tie van de gereformeerde predi kantenopleidingen in Kampen en aan de VU moet alsnog worden onderzocht. Daartoe moet er een herziening komen van het ruim honderd jaar oude contract met de VU in de richting van meer kerkelijke zeggenschap. Dit schrijft de commissie van de gereformeerde synode in een reactie op de plannen van de her- vormd-gereformeerde werkgroep IWOOT die de predikantenoplei ding in beide kerkgenootschap pen drastisch wil reorganiseren. De houding van de VU en de VU- deskundigen van de synode wordt gehekeld als "niet bepaald toeschietelijk", aldus de commis sie, die spreekt van een "be treurenswaardige verwijdering" tussen VU en Kampen. Ook is er een grondige analyse van de "niet zo rooskleurige" toe komst van Kampen nodig. Ver der moet de kerkelijke verant woordelijkheid voor de opleiding nader worden geregeld. Overigens moet de commissie weinig hebben van het voorstel de wetenschappelijke opleiding tot predikant volledig onder ver antwoordelijkheid van de (Her vormde Kerk en) Gereformeerde Kerken te stellen. De openbare universiteiten en de VU worden daarbij toeleveringsbedrijven. "Zal het resultaat niet zijn dat de band met de VU verdwijnt en dat Kampen binnen de kortste tijd in het Samen op Weg-gebeu- ren verdrinkt", zo vraagt de com missie zich af. Kruis overweegt rechtszaak tegen oude kerkeraad SPAKENBURG (ANP) - De voormalige predikant drs. Joh. Kruis overweegt juridische stap pen tegen de kerkeraad van de christelijke gereformeerde kerk in Den Bosch. Hij stelt de kerke raad en de Bossche kerkleden verantwoordelijk voor alle gevol gen van de ban die over hem is uitgesproken. De 55-jarige ex-predikant heeft dit in een brief aan de kerkeraad geschreven. De kerkeraad heeft hem op 15 februari in de ban ge daan, hetgeen betekent dat hij is afgesneden van de christelijke ge meenschap. Dit is de laatste fase in een tuchtprocedure. Kruis legt zich niet neer bij het kerkeraadsbesluit, maar weet nog niet precies op welke manier hij zich ertegen zal verzetten. Hij weet inmiddels wel dat juridische stappen weinig kans van slagen hebben, omdat de rechter zich steeds beroept op het feit dat de kerk eigen regels heeft. Kruis werd in 1984 afgezet als predikant van Den Bosch, omdat hij een foutieve leer over de ver zoening zou preken en bovendien "persoonlijke zonden" zou heb ben gepleegd. Hij heeft sindsdien reeds drie rechtszaken aange spannen, w'aarvan in twee geval len nog geen uitspraak is gedaan. Geldwerving. Het landelijk werk van de Hervormde Kerk moet op een-andere manier gefi nancierd worden. Het Centraal Financierings Overleg (CFO) vindt dat vrijwilligheid in de geld werving meer nadruk moet krij gen, zo blijkt uit een rapport van het CFO aan de hervormde syno de. "De mondigheid van de sa menleving verdraagt beter een vrijwillige geldwerving dan een verplichte heffing", zo schrijft het CFO. Wereldgebedsdag. Tsjechoslo- waakse vrouwen roepen de we reld op om zondag te bidden voor een betere toekomst en gerechtig heid voor iedereen. In Leiden wordt op vijf plaatsen aan de hand van de speciale liturgie ge hoor gegeven aan deze oproep: Lorentzhof (tien uur), Haagwijk (drie uur), Rosenburch (zeven uur), Groenhoven (half acht) en Maranathakerk (half acht). Hans Bouma. De dichter-theo- loog Hans Bouma spreekt zon dagavond in het gemeentecen trum (Leijtweg 9) in Oegstgeest over 'heelheid van de schepping'. Aanvang zeven uur. Mr. A. W. Kist. In De Bron in Alphen aan den Rijn spreekt maandagavond mr. A. W. Kist, oprichter van het Landelijk Mis sionair Collectief en e man van de 'culturele ongehoorzaamheid', over 'Praktisch Christendom'. Aanvang is acht uur.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 2