Niets is wat het lijkt te zijn Mooie misdaden Prentenboeken Nieuw talent laat op zich wachten Welk Italië -gevoel? Crimi van De Zanger God erbarme zich over de cynici LITERATUUR Mysterieus proza van Brakman Wie aardigheid heeft in de Neder landse literatuur en het laatste de cennium heeft uitgezien naar een verse en grootse generatie schrij vers, zal weieens wenend terug heb- jaartje moeten wachten, want net ben gegrepen naar oude knarren als nif het erop aankomt, lijkt haar ont- Hermans, Mulisch of Reve. Af e toe flonkerende er de afgelopen j i onverhoeds een sterretje, dat doofde r ókkeling te stagneren. De zeven verhalen in de bundel zijn, hoewel wisselend van vaart i enkel fonkelinge- kwaliteit, hecht aaneengeknutseld. tje meestal machteloos Dat zet maar niet door, dat jong ta lent. moppert de grijzende lezer, be droefd om zoveel onmacht. We moeten het doen met een schetterklep als Joost Zwagerman en kunnen hooguit vertrouwen op het doorzettingsvermogen van Her- mine de Graaf en Magriet de Moor. Veel meer schittert er niet aan de grauwe hemel van dit fin de siècle. Jammer genoeg breekt ook het Het verbindende'thema, schuld noodlot plus de frictie tussen beide, is overzichtelijk uitgestald en in el ke vertelling consequent uitge werkt. In 'Boven de natuur' krijgt op het het schuld-gegeven daardoor een zocht 'erdreven lading mee. Een Eenzelfde verwijt treft het, overi gens stukken betere titelverhaal. Ook hier duurt het veel te lang voor de schuld- en andere verwarrende gevoelens die Mona koestert ten aanzien van haar jonggestorven zusje Nadine wint aan ernst en ge wicht. De aanleiding om de geest van de Monadini's weer substantie te geven, het meisje Tina dat zoveel rverleden zusje lijkt, is ge in geforceerd. Ook hier brengt het open, abrupte einde eer- (Marie Stahlie) en haar tot leven ge brachte verhaalfiguur Johan. Een leuke oefening in perspectief. 'Het kristtallied' waarin het jongetje Vincent wordt ontvoerd door een vroegere gefrustreerde liefde van zijn vader, laat gelukkig de auteur van Unisono weer zien: spranke lend, vol vaart en geestdrift, met te derheid en spot. En dat allemaal in zo'n klein verhaaltje. Wat minder is weei sfeerbeschrijving van een Ameri kaanse doorsnee-stad. waar meer ellende achter de gordijnen schuil gaat dan de Nederlandse Ellen Leb run kan verdragen. Maria Stahlie hinkt in In de geest van de Monadini's op twee verlan gens: handhaven van de vroegere li teraire privé-pret en het oproepen van schuldbesef en somber nood lot. Behalve in het afsluitende ver haal lukt dat eerste haar beter dan het laatste. Dat geeft niet, want Stahlie komt vooral tot haar recht 'De helm des als 'licht' auteur, in de beste en veel- din met wie de ik-figuur vroeger der teleurstelling teweeg. zijdige betekenis zonnetje spoken opriep, klaagt haar nood i een brief die bij nader inzien toch niet geopend mag worden. Natuur lijk kan de ik-figuur, zoals vaker bij Maria Stahlie niet Stahlie een soort dubbelgangster door, terwijl ik toch zo genoten heb van haar debuut Unisono (1987) en Verleden hemel toekomst, een daaropvolgende bundel verhalen uit 1988, zeer bewonderde. De schrijfster is wel aan het werk, want amper een jaar later, in 1989, is haar derde boek verschenen, de ver halenbundel In de geest van de Monadini's. Misschien had ze een de schrijfster, haar nieuwsgie righeid niet bedwingen. De boven natuur treedt in werking. Het ge volg is een veel te lang uitgespon nen verhaal met teveel aandacht voor een mal onderwerpje, waarbij een van Stahlie's sterke punten - een fraai en eigenzinnig relative ringsvermogen - haar in de steek laat. Het verhaal 'Als een zeef stuk hechter, maar nog steeds traag. Emma die ooit de baby Aron liet vallen (Aron suisde naar beneden en kletste met zijn hoofd tegen de ste nen vloer) acht zich schuldig aan zijn achterlijkheid en probeert ver geefs boete te doen. Al zou ik niet graag de motiefjes van het zilveren kettinkje, de strandjutter, of de wal vis en de zwaartekracht hebben ge mist. 'Van alle verhalen op aarde' is een aardig, maar doodlopend fantasie tje over een beginnende schrijfster heils' vanwege de slappe pointe alle drukte en gedoe is. Een typisch Stahlie-grapje tus- Een keuze sen door (Er lag een dik boek open- ding van geslagen. De jacht op inspiratie las het leven is begrijpelijk, ik op de voorkant door Dick Schou- kant. De poging tot versmelting ten. Ik begon te lezen...) brengt deze integratie keer geen redding. rol) en Bertus Aafjes (met de inmid- de veelzijdigheid. Er komen zoveel boek 'Het Italië-gevoel' zijn neert. Daf is deels te wijten het woord, acht nieuwe en oude verhalen van opzet. Het boek i Nederlandse schrijvers verzameld, bij het 100-jarig bestaan aangevuld met een overzichtsver- cieta Dante Alighieri\ e haal over Italiaanse schrijvers die gingv Nederland schreven. Vreemd genoeg is het laatste ver haal, afstandelijker dan typerend is voor deze schrijfster, het beste. Hier geeft de definitieve keuze voor het sobere en anecdotische de doorslag. Luchtigheid en relativering maken in 'De 648.402 inwoners van Memp his' plaats voor een drukkende beide lijkt doemd tot mislukking. Het oor spronkelijke hinkelen op het ene been der onbevangenheid brengt de schrijfster vast en zeker verder. ROB VOOREN Maria Stahlie. Inde geest van de Mona dini's. Uitg. Bert Bakker. Amsterdam 1989. De bundel is gevarieerd, misschien hebben. In de bundel wordt ook i Motto, achterflaptekst, het eerste (ik) en laatste woord (schrijver) van Brakmans nieuwste boek Pop op de bank zijn waarschuwingen aan de lezer dat de ondertitel, Een auto biografie, niet al te letterlijk geno men dient te worden. Want hier is een schrijver aan het woord, een verbeelder, iemand die de werke lijkheid naar zijn vertellende hand zal zetten. Nu is dat altijd het geval bij een auteur en zeker bij zo'n fan tasierijke schrijver als Brakman. Waarom dan al die waarschuwin gen? Bevat dit boek, gepresenteerd als autobiografie, toch meer aanwij zingen over de mens Brakman dan de auteur lief is? De ik-figuur verklaart nadrukke lijk. Ik ben alleen maar herinnering om dat zo maar eens uit te drukken i alleen in staat iets mee te maken zijn, een onaanraakbare, in alles het op tegenovergestelde van de verteller, eer Die wantrouwt immers alles wat hij ma ziet en niet ziet. Zelfs het succesvol gaat, broeit het oplaten en weer neerhalen van een supergrote vlieger - een echt pronk stuk waar menige knaap trots op zou zijn - maakt hem niet gelukkig. Hij blijft maar bang dat er iets zou kunnen mislukken. en joods bankierskantoor dat uitdaging vormt voor Brak geest. Als hij er op bezoek kunst en ero tiek, van krochten en spelonken. De moeder, Maria Leuntje, was het die nen toegewijd, een zorgzame onder wier blik weinig ruimte was voor een kunstzinnige ontwikkeling, lezen en tekenen. En zo groeit De tegenstelling tussen de pop op het jongetje uit tot een wikker de bank en die altijd wantrouwende weger van talmoedische subtilitei- verteller kon niet groter zijn. Steeds ten speurt hij in zijn verleden: schooltijd als een wezenlijk onder deel van zijn persoonlijke mytholo- begaafd propagandist i al dit zo subjectieve, maar tus- de velen die mij in de loop der tijden met onverholen afkeer hebben gie. Als een cyclopische burcht staat bekeken ontbrak ik nooit zelf. hij (=de school) in mijn mytholo gisch landschap. De Scheveningse bosjes, de angst voor ontmanning, de maanblanke boezems Brakman is geen schrijver een lome zondagse achternamid dag. Alhoewel elke zin boeit door kleur, klank, en originele woorden twee hoertjes tegenover zijn huis, als lapsus of een sonderend hallo, door het mij te herinneren, erger buurvrouw Paap, de akelige school- nog, ik herinner mij al terwijl ik nog bezig ben iets mee te maken. De wer- 'mij ontsnappen als s en mij doen verzin- In deze zin zit de vertelstructuur van het verhaal. Heden en verleden, nu en vroeger verweven zich voort durend met elkaar. De volwassen verteller is jaloers op een pop op kelijkheid dat niet zo ken in ijle de sleutel meester Besteman die via prachtige hyperbolen wordt neergezet, en de lijk gezocht worden. Ieder detail geheimzinnige Beppie met haar al- verwijst ergens naar, naar eerder Willem Brakman tijd vochtige mond. Hij volgt het werk, naar bekende motieven, spoor terug, figuurlijk en letterlijk hemzelf. Niets is zonder in de sneeuw, en bevindt zich soms delijk. Brakman eist tegelijkertijd schooltijd, er sen interpretator. Zo is het mogelijk dat de daad van ontmanning ge- bank, een onbeweeglijke, onaange- volgd wordt door de vernietiging pel de Bosjes dane man in een pak dat betere tij- van Besteman door een verzame- den had gekend, maar tegen alles ling Noormannen in een stad die opgewassen is, tegen wind, weer, veel gemeen heeft met Den Haag- sneeuw en vogelpoep. Iemand die /Scheveningen. zichzelf niet kwelt met vragen, geen De vader van de verteller, Een- De jongen die Brakman via de herinneringen van de verteller te- dui- kent en beschrijft aan de mysterieu- lezers ze pop op de bank, heeft hier en Ik ken geen auteur die dat raad selachtiger en meeslepender doet dan deze knappe stilist. Hij slaagt erin het gluren en loeren van een antwoorden geeft, niet bang hoeft te drik met de r de emoties van die deugdelijk zwoegen. Er moet ge- daar ziekelijke trekken. Het is een jongetje om te zetten in belangstel de rol van volwas- combineerd en gededuceerd wor- eenzaam jongetje met weinig le- ling voor en kijken naar de wereld den. Want alles hangt met alles sa- vensvreugde, de speelbal van eroti- die ons omringt. Dat lijkt de wandelingen langs de Koe- sche fantasieën in onzekere oor- Poot in, het kunst- logsjaren. Zijn behoefte aan lees- wandelen - van de kunstzaak naar voer en zijn drang tot filosoferen de berken en beuken en omgekeerd zijn aankondigingen van wat de la- niet teveel gevraagd. - en de zoektocht naar het juiste tere Brakman drijft bij het schrij- woord, het juiste beeld om dat alles ven. Hij probeert greep te krijgen op vast te leggen, respectievelijk te zijn eigen werkelijkheid door mid- weldige prestatie elke zin een nie Twee, drie keer lezen i: een boek ,wraadsel dan zeker JOKE LINDERS wisselloper ontbloten. del de verbeelding. zelfs te gevarieerd: verhalen Bertus Aafjes en Hella Haase uit 1952 naast nieuwe bijdragen van Geerten Meijsing, Oek de Jong en Kees Fens. In zijn inleiding laat Kees Fens - be halve zijn eigen fascinatie voor Ita lië - goed zien hoe andere Neder landse schrijvers door de eeuwen' heen door deze 'kokette uitdaging' achter de Alpen zijn geboeid. Van Hooft en Huygens, via van Schen- del en Vestdijk tot Harry Mulisch. Zoals altijd is de bijdrage van Fens erudiet en goed geschreven. Hij wijst op de grote invloed die Italië heeft gehad op de schrijvers boven .^le Alpen. Hij nuanceert dat mooi: Laat ik vermijden te overdrijven. Er reisden ook Nederlandse blinden en doven door het Italië van de re naissance. Erasmus verbleef drie jaar in het land van wat zijn moe dertaal was geworden: het Latijn. Hij zaa niets. De bijdragen van Bertus Aafjes en Hella Haasse hebben als enige over eenkomst hun ouderdom. Het ver haal van Aafjes gaat meer over zijn eigen persoon dan over Italië; Hella Haasse schreef een oplettend, bijna journalistiek stuk met veel aardige details over het gewone Italië van dertig jaar geleden. Bas Heijne krijgt de prijs voor het meest humo ristische stuk in dit boek: Marmer. Op kinderlijk-oppervlakkige ma nier schrijft hij over Nederlandse vrouwen en Italiaanse minnaars. Dit alles gezien door kleine Bas, die zijn liefde voor Italië verbeeld ziet in een stuk marmer. Helène Nolthenius is vooral bekend van het mooie, ook al Italiaanse boek, 'Een man uit het dal van Spo- leto' over de heilige Franciscus. In haar verhaal laat ze zien waarom ze van het land houdt. Dat gebeurt door observaties rond de aankoop van een tijdelijk huis in Toscane en uyk) het uiteindelijke vertrek. Tegelijk weet ik dat, wie het met twee vader landen heeft willen proberen, ein digt met er helemaal geen te hebben. Geerten Meijsing combineert twee zaken: de simpele eigen belevenis sen in het Italië van nu en de hila risch beschreven vakantie met ou ders, dertig jaar geleden: de kinde ren Meijsing in de oude brik die zich over de Alpen worstelt. Na alle Nederlandse verhalen over Italië is het artikel van Dina Aristo- demo andere koek. Aristodemo laat zien hoe Italiaanse schrijvers over Nederland dachten. Dat kan heel gegaan op het enigszins suspecte verleden van de vereniging (semi- fascistisch in de dertiger jaren). On danks dit verleden hoop ik dat deze bundel meer vrienden zal opleve ren. Italië verdient het. JOS DAMEN Het Italië-gevoel: Nederlandse schrij vers over Italië. Met een inleiding van Kees Fens. Uitg. Wereldbibliotheek 24,50. Kameleon, Biggies, De Vijf: wie heeft ze vroeger niet met plezier ge lezen? Triviale lectuur is het waarin logica en levensechtheid met een korrel zout genomen worden en de spanning te snijden is. Literatuur liefhebbers zien graag een verhaal met enerzijds de fatoenlijke psy chologische opbouw en de geloof waardige opeenvolging van gebeur tenissen uit de literatuur en ander zijds het vlotte plot uit de triviale lectuur. Jan de Zanger is een schrij ver die detective-achtige verhalen iets meer wil geven dan een pro bleem en een ontmaskering. 'Poe- poe', zijn laatste boek, werd goed ontvangen door de lezers, zijn nieuwste 'De mensen kijken altijd Net als vorig jaaK hebben Joost de Wit en Ph'ilip Muysson vier nieuwe titels gevonden voor de aantrekke lijke Crime-serie van de Haagse uit geverij met de schier onuitspreke lijke naam BZZTÖH. In één geval was dat niet zo moeilijk. Sue Graf ton zit al van het begin in de serie en - is een soort 'huisauteur' geworden. Ze volgt het alfabet. Ze begon met 'A van alibi'. Toen kwam 'B van be drog'. Vervolgens 'C van crimineel'. Vorig jaar was het 'D van doodslag' en nu is zij bij 'E van explosief. Als ze inventief genoeg is kan ze dus nog even voort. Gezien de intelli gentie waarmee ze haar verhalen in elkaar draait, zou het me niet verba zen als ze inderdaad bij Z terecht komt. Weer staat de pittige privé-detec- tive Kinsey Millhone centraal in haar verhaal. Er wordt plotseling een fiks bedrag op Kinseys reke ning gestort, ze heeft geen notie door wie. Maar de zaak wordt onple zierig als ze even onverwacht wordt beschuldigd van het aannemen van steekpenningen. Zoiets laat de doortastende dame zich echter niet aansmeren. Ze gaat zelf op onder zoek uit, raakt af en toe danig in het nauw, maar komt ten slotte volgens de verwachting keurig op haar pootjes terecht. Niet verrassend derhalve, maar wel weer leuk om te lezen. Sue Grafton was de enige oude bekende die een bijdrage leverde aan het nieuwe kwartet van BZZTóH-Crime. De drie anderen zijn nieuw in de serie, al verscheen van Ted Allbeury al eerder een boek bij de Haagse uitgeverij. In 'Verborgen dreiging' koppelt Allbeury een door de wol geverfde archeologische joodse agent van de Britse geheime soort walhalla dienst aan een vrij jonge Westduitse collega. Dit ongelijke koppel moet de achtergrond van het plotseling in Duitsland oplevende antisemitisme onderzoeken. Ze stuiten op een fan tastisch West-Duits-Israëlisch com plot. zogenaamd om de wereldvre de te handhaven. Meer dan een verslag van de speurtocht van het tweetal is All- beury's boek een beschrijving van de confrontatie van de Brit met zijn oorlogsvrede en het trauma dat hij daarvan heeft overgehouden. Een boeiend gegeven dat een allengs trager wordend verhaal verhaal op levert. Ruig politieverhaal James Lee Burke laat in 'Neon glamour' de onvoorstelbaar eigen zinnige inspecteur Robicheaux door het dubieuze deel van New Or leans daveren. Als hij bij toeval het dode lichaam van een zwarte prosti tuee uit het water heeft gevist wil hij ook al is het zijn zaak niet koste wat kost weten wat daarachter steekt. De politieman duikt daarmee diep in een wespennest. Er komt een prijs op zijn hoofd te staan, hij wordt enkele malen in elkaar gesla- ratuur. Nescio's kleine gen, hij wordt geschorst, maar dat geeft allemaal niets. Onverdroten davert hij door. Niets of niemand kan de grof scheldende, graag ruzie makende en zwaar drinkende in specteur stoppen. Liefhebbers van een ruig politieverhaal uit een ken nelijk heel rauwe stad kunnen hun hart ophalen. Je kwam hem wel eens tegen en dan zei hij enigszins wanhopig: Schrij ven... het valt niet mee. Nu is 'Voor dewind' eindelijk verschenen. Het zwoegen van Martin Bril heeft 200 Nederlandse literatuur, pagina's opgeleverd die stijf staan favoriet is sinds kort Joop Voorde- van zinnen als Bij de Febo stond een wind. Ook omdat hij naast somber heel mooi meisje heel erg snel drie vaak leuk is. 'Natuurleuk', om met kroketten op te eten. Ze had ook nog Kees van Kooten te spreken. heel erg lange nagels. Een afgerond, keurig in elkaar ge- Personages als Brils Joop Voor- stoken verhaal heeft Bril eigenlijk dewind komen vaker voor in de lite- niet te vertellen. Al heeft de roman stikt natuurlijk wel een béétje Geen helden met de wereld haal. Joop Voordewind wordt door z'n vriendin het huis uitgegooid, woont 's zomers in tijdelijk lege ka- mers en 's winters in zomerhuisjes, mentarisch, vluchtig geheel. Vanuit die oorden stuurt hij z'n be richten, tien in totaal. In de proloog heeft hij een nachtmerrie, in de epi regulier verhaal. Een roman waarin de held het ene avontuur na het an dere beleeft. Dat mislukte nogal omdat de verhalen zich voortsleep- J'm Onderwater zal ten van de ene anecdote naar de an dere. De definitieve versie speelt zich volledig af in het bezige, men verdwenen. Weg! Foetsie'. Ik kan niet koken. Nou en? Ik kan niet lekker zoenen. Nou en? Enzovoorts. succesvol kunstenaar worden, maar Joop Voordewind wordt niet goed van hem. Hij kwelt zich met de vraag of het slipje aan de waslijn nou droog aan hun voeten, maar zwaarmoedi ge tobbers, onderhevig aan en ge tuige van ongrijpbare krachten die hen ontroeren, ontwrichten of van hun voetstuk stoten. Ze kunnen niet veel anders dan zich telkens af- Uiteraard gaat het loog droomt hij van geluk. Afwisse- de tijd die niet lend leeft Voordewind in Amster- Niet dat Bril diep op hem in gaat. vragen: dan over de dood tegen te houden is. Over heimwee ook, al is het onduidelijk waar naar. Over onverklaarbaar nare dingen. Zoals daar zijn (vindt Joop Voorde wind) een meisje met een platencol lectie van maar 17 platen, of e< de zeehond met rode vliegjes ogen. En over raadselachtig poëti sche zaken. Zoals daar zijn (vindt lijken op de film die Joop Voordewind) de lange lenige laatste seconden hals van een zwaan, Het Huis Van De Overstekende Kip en het mooie meisje bij de Febo. Zoals gezegd, er zijn meer van dit soort sympathieke tobbers in de dam en in het grauwe zeedorp ze geen junks hebben en maar drie Voordewind zenders op de televisie. Dat leidt tot vader niet bespiegelingen over de verschillen tussen de grote stad ('het riool') en do- het platteland, maar daarover gaat 'Voordewind' niet. Wat Joop Voor dewind meemaakt moet bere, soms ondeugende, continu wordt van het zonnetje of a aan indrukken onderhevige hoofd lentebriesje. Hij laat alles volgen van Joop Voordewind. Daardoor d°or een verbaasd, verdrietig, boos werd 'Voordewind' een nogal frag- of ontroerd waarom? Schakelen tussen mogelijk en werkelijk, noemde Dirk van Weel den die houding in zijn pas versche nen romantraktaat 'Tegenwoordig heid van geest'. Maar er zijn ook an dere omschrijvingen voor. 'God er barme zich over de cynici,' schreef Nescio eens. 'Ik ben nu cynicus. 'k wilde dat ik nog eens bijna kon grienen zonder te weten waarom en hopen op iets, dat nooit komt.' GERTJAN VAN SCHOONHO VEN Remco gaat voor het eerst naar* het huis van de vriendin van zijn va der. Irene is kunstschilder en woont in een afgelegen boerderij aan het water. Remco krijgt een radiogra fisch bestuurbare boot cadeau. Als zijn zender onderschept wordt door een sterkere, maakt hij kennis met de buurjongen Pépé. Deze wil zijn gezicht niet laten zien omdat het na een ongeluk misvormd is. Het twee tal ontdekt geheimzinnige dingen op het meer en lossen de misdaad op. 'De mensen kijken altijd zo' heeft alle kenmerken van triviale lectuur. Het is snel, spannend en biedt een ontknoping op de laatste bladzij den. Maar De Zanger heeft duide lijk geprobeerd het verhaal iets meer te geven. De problematiek van Pépé met zijn misvormde gezicht en van Remco met zijn 'plaatsver vangende' moeder zijn psychologi sche aanzetten die tamelijk kaal worden uitgewerkt. Pépé geneest met een noodklap van zijn verlegen heid als hij nota bene met datzelfde gezicht voor spook heeft gespeeld. En Remco went zo soepel aan Irene dat er van een tweestrijd maar nau welijks sprake is. Zo blijft 'De men sen kijken altjd zo' vrij dicht tegen de Kameleon c.s. aan zitten en gaat het vooral om het snelle plot. VICTOR FREDERIK Dc i Naast Joop Voordewind kent de man nog een belangrijk persona ge. De kunstenaar Jim Onderwater. zich trekken. Het knappe film heeft kunnen Maar Onderwater laat ook zijn geestelijk staan. Onderwater speelde ook al een rolletje in 'Ar beidsvitaminen', de roman die Bril in 1987 samen met Dirk van Weel den schreef. Hij is een beetje een ei- beetje kei: Jongen, hou je vast!, kraaide in huh Jim Onderwater, plotseling weer oorbij opgetogen Als je nou achter al die dingen, achter ieder gebrek ge- ■.egt met een vraagte- i Nou e zouden dat Bril schrijven. In de voorpublicaties ken, hè - Nou en? Als je dat nou doet. probeerde hij nog het getob van zijn als je dat nou altijd doet, achter hoofdpersoon in te bedden i dere uitspraak, dan zijn alle proble- Een heel andere sfeer ademt 'Dief van het verleden', dat door Tony Hillerman werd geschreven. Dat kan ook niet anders want dit ver haal speelt zich af in een stil, arm en woestijnachtig reservaat van Nava jo-indianen. De enige rijkdom van het gebied wordt gevormd door de dplaatsen, een ii' wetenschap pers. Maar niets menselijks blijkt hen vreemd. Rivaliteit en jaloezie steken maar al te gemakkelijk de kop op in hun kleine gemeénschap. In het door Hillerman beschreven geval leidt dat zelfs tot moord en doodslag. Een Navajo-politieman moet die moord ontrafelen, maar kan niet om het delicate aparte sfeertje heen. Men moet wel gevoel voor de we tenschappelijke waarde van zulk ar cheologisch onderzoek hebben om de uitingen van geweld die Hiller man ons voorzet, geloofwaardig te vinden. Ondanks zijn heldere schrijftrant heeft de auteur mij niet echt kunnen overtuigen. KOOS POST Nieuwe uitgaven Komrij. Uitg. bert Bakker ƒ29,90 Gods Gruis, Ian Buruma. Een analytische documentaire van Bur ma, Thailand, Singapore en de Fili- pijnen. Uitg. Querido 38,90 Gebed van een charlatan. Ans van der Heide-Kort beschrijft het le ven van een pargnost. Uitg. Zeven ster 22,50 .Sue Grafton; Verb. Ted Allbeurv: Ne glamour. James Lee Burke: Dief bet verleden, Tony Ilillerm; BZZTÖH-Crime. resp. 27.50 en 26,50. Fiction Dagboek van een vernederd man, Félix de Azüa. Uitg. Contact. De blinde reus. Hans Ree. Een verzameling columns met onge bruikelijke hoff 29,50 Windsporen. Hans Jacob Der- ksen. Romandebuut" over een jon gen die niet meer ziet wat de zin van s het leven kan zijn. Uitg. Meulenhoff Uitg. Spectrum f 34,90 32,50 Kersen kruisen. Jeanette Winter- son. Een combinatie van mytholo gie. feiten en sprookjes. Uitg. Bert Bakker 29,90 Een hond genaamd Sibelius, Geert Stadeus. Een geestig verhaal waarin cynisme, psychologie en fantasie met elkaar wedijveren. Uitg. Manteau 29,90 Heiligffffa. zomer. Brian Aldiss, deel 2 van trilogie. Uitg. Spectrum ƒ39,90 De zesde dag. Primo Levi. Seled- tie van korte verhalen uit eerdere bundels. Uitg. Meulenhoff ƒ39,50 Toen ze over het lijk van haar moeder gestruikeld was..., J.P.Gué- pin. Elegante, amusante ultra-korte met alle gevolgen TTiB, Bart Ban,»,. fMOn Hgns Elzellga Vreemde portretten van excen- •agen. Uitg. Meulen- trieke Engelsen, van recycling beze tenen tot modeliefhebbers en be vlogen reizigers, Edith Sewell. Uitg. Bert Bakker 34,90 De voorspelling, David Eddings. itg. Speet Poëzie Hanestaart. Tom Lanoye. Een nieu we bundel liefdespoëzie van de gi golo van de Vlaamse letteren. Uitg. Bert Bakker 29,90 Emily Dickinson. Westers, ver taald door Elly de Waard. Uitg. Kwadraat 20,- Kinderboeken Susanne Dantiüe, Bart Moeyaert Een sfeervol liefdesverhaal rond een oude dorpsruzie. Uitg. Altiora Help, ik ben rn'n stem kwijt, Jero me Fletcher. Een komisch verhaal stem gewisseld wordt dien. Uitg. Ik 2 je bij de komkommers, Li- f24, lian Moore. Over een dichterklijke muis en zijn stadse vriendin. Uitg. Hans Elzenga De kleine santurspeler, Tor Seid- ler. Een sprookjesachtig verhaal waarin muziek een belangrijke rol speelt. Uitg. Ploegsma Ongelooflijk geweldig goed. Jon Blake. Meisje stuurt leven in de war van een jongen die er trots op is de minst populaire figuur op school te zijn. Uitg. Ploegsma 25,90 De teqrput. Tor Seidler. Jongetje van het type ei is bevriend met een enorme dinosaurus. Uitg. Ploegsma ƒ24,95 Tegenstroom, John Rowe Town- send. Jongen wordt verliefd op ou der, rijper meisje dat hem afwijst. Uitg. Ploegsma 22,95 Prins Caspian van C.S. Lewis is het vervolg op 'Het betoverde land achter de klerenkast', een verhaal over het land Narnia. De vier kinde ren gaan terug naar dit mythische land. Uitg. Leopold, f24.90. Spokendans van Henk van Kerk wijk is een verzameling spookver halen in een eigentijdse omgeving. Uitg. Leopold, f24.90. Ik heb geen naam. Miep Diek- mann en Dagmar Hilarova beschrij ven de herinneringen van laatst ge noemde aan het concentratiekamp Terezin. Herdruk van uitg. Leopold, Sinds een paar weken worden op de vroege zondagavond afleveringen uit gezonden van Alfred J. Kwak, het door Herman van Veen geschreven en onder zijn supervisie tot tekenfilmserie omgetoverde verhaal over een klein eendje. Alfred is als schepping al een jaar of tien oud, maar de teken films zijn splinternieuw. Ze zijn in internationale samenwerking gemaakt door Nederlandse, Duitse en Japanse vakmensen, maar de hand van Her man van Veen is in alles duidelijk te herkennen. Het is zijn muziek, zijn stem, het zijn zijn grappen; de hele sfeer is Herman van Veen. Bij de serie zijn ook boekjes te krijgen, zes deeltjes tot nu toe. Ze vertellen het verhaal van de tekenfilmserie in grote lijnen na. Het is een nogal uitgeklede versie van het filmverhaal. Vooral als je sommige delen een keer of twaalf op vi deo hebt gezien (mijn dochter is verslaafd aan Kwak) en de vaak.humoris tische filmteksten praktisch uitje hoofd kent. Maar kinderen vinden hel leuk om de boekjes te kunnen vasthouden en de plaatjes van Kwak te be kijken. Uitg. van Reemst 12,- per deel. HOUTEN POPPEN Een wonderschoon boek is 'Poppen Huis' van Martin Waddell (tekst") en Angela Barrett (illustraties). Waddell is in Nederland bekend geworden door 'Welterusten...kleine beer'. 'Poppen Huis' gaat over een oude man die met drie houten poppen in een huisje in het bos woont. De poppen zitten i de vensterbank. Af en toe praatte Bruno tegen ze, maar niet erg veel. H> waren houten poppen en ze konden niet terugpraten, en Bruno was mei gek. De poppen spraken niet, maar ik denk dat ze gelukkig waren. Als de oude man op een dag voorgoed vertrekt, groeit het huisje helemaal dicht met planten en bomen. Niettemin wordt het ontdekt door een man, een vrouw en hun kind. Ze zeiden dat ze terug zouden komen, maar een lange tijd ging voorbij en ze kwamen niet. Het verborgen huis was opnieuw ver geten en ik denk dat de houten poppen verdrietig waren. Uiteindelijk gaat het gezin toch in het huisje wonen, ze knappen de overwoekerde puinhoop op en verven de muren mooi zachtoranje en heldergeel. Ook de poppen worden opgelapt en krijgen een nieuw leven. Ze waren poppen van hout. Maar nu ze een hele familie hadden om mee samen te leven denk ik dat ze opnieuw gelukkig waren. De illustraties in 'Poppen Huis' zijn van een nostalgische, romantische schoonheid, het verhaal is rustig van tempo, de uitvoering is prachtig. Uitg. Zirkoon 19,90. INGE VAN DER BLINK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 9