'De geschiedenis herhaalt zich nooit' Leidse Jazzweek in beeld Symposium over fin de siècle in de twintigste eeuw Scheepmaker verhinderd Stuiptrekkingen op kantoor Dingen die er niet zijn Jazzfestival in Amsterdam "Aan het einde van de negentiende eeuw hadden veel mensen in West- Europa een soort onheilsgevoel. Ze hadden de gedachte dat het einde van de eeuw, ook het verval van de wereld inluidde. Een voorbeeld hiervan zijn de Fransen die aan het einde van de vorige eeuw, na de verloren oorlog tegen de Pruisen in 1870, het idee hadden dat het Franse ras zou degenereren. Men geloofde dat de Westeuropese verfijnde cultuur werd aangetast en zou worden verdrongen door andere rassen zoals de Pruisen, de Amerikanen en de Slaven. Een Darwinistische theorie met racistische tendenzen, want men geloofde dat het sterkste ras zou overwinnen. Natuurlijk was dat een dwangmatige voorstelling. Wie zo'n gedachte eenmaal heeft, zoekt er tekenen en argumenten bij en vindt die ook wel. Zo kan je de geschiedenis naar je hand zetten". Dat zegt Jaap Goedegebuure, hoogleraar literatuurwetenschappen aan de Katholieke Universiteit Brabant (Tilburg) en recensent voor de Haagse Post. Goedegebuure spreekt zaterdag op een symposium van de Leidse universiteit over de vraag of het fin de siècle in de literatuur van de negentiende eeuw zal terugkeren aan het eind van deze eeuw. LEIDEN Volgens Goedegebuure is de pessimistische levensvisie over het verval van de wereld die veel mensen toen hadden, terug te vinden in de negentiende eeuwse Jaap Goedegebuurehoogeleraar literatuurwetenschappen: 'Voor decadentie zijn taboes nodig en die zijn er - althans in West Europa- niet veel meer. (foto Holvast) kunststroming 'decadentie' of 'fin de siècle', waar schrijvers als Louis Couperus en Jacob Israel de Haan toe behoorden. "Kunstenaars en in tellectuelen bekeken het, wat zij het verval van de wereld noemden, ech ter positief; ze hadden het gevoel dat het onvermijdelijk was en be rustten daar ook in", zegt Goedege buure: "Ze probeerden riiet vast te houden aan de oude normen en waarden. Het was dus geen conser vatieve manier van doemdenken; in de decadentie werden normen en waarden juist verlegd door kunste naars en intellectuelen. Dingen die de burgerij als abnormaal be schouwde, zoals homoseksualiteit, werden door de decadente kunste naars beschreven. Dat wil niet zeg gen dat zij homoseksualiteit als nor maal beschouwden, maar ze waren van mening dat juist het abnormale moest worden n'agestreefd. Door aandacht te geven aan dit soort za ken, ging er wel een positieve wer king vanuit en werden taboe's door broken. Beaudelaire bijvoorbeeld draaide de bestaande verhouding van goed en kwaad om. Hij vond dat de mens tegennatuurlijk moest zijn, omdat dat het enige is dat de mens onderscheidt van de dierenwereld. De mens heeft fantasie en kan per vers zijn". "Nu het jaar tweeduizend nadert, keert de wijd verbreide angst voor ronde getallen terug, de zogenaam de millenniumvrees", meent de hoogleraar. "In feite is dat gevoel niet nieuw. Ook voor het jaar dui zend was men -mede door de bijbel waarin werd geschreven over het duizendjarig rijk - bang dat het Laatste Oordeel naderde. Op het -moment is men niet zozeer bang voor het einde der tijden, maar is die angst geprojecteerd op ëndere bedreigingen zoals milieuvervui ling, overbevolking en aids". "Je kan deze tijd echter niet ver gelijken met een stroming uit de ne gentiende eeuw, daarvoor zijn de omstandigheden te verschillend. Dat blijkt ook uit de titel van mijn lezing: 'De geschiedenis herhaalt zich nooit". door Femke Wolting Volgens Goedegebuure zijn voor decadentie taboes nodig, die door broken kunnen worden. "In West- Europa zijn nog maar weinig taboes over, ook uit de wetgeving blijkt bij- voorbeel dat toch al heel veel kan. De laatste Nederlandstalige boeken waarvan je echt kan zeggen dat ze taboedoorbrekend waren, waren van Gerard Reve, Jan Wolkers en Jan Cremers. Er is nog wel een aan tal dingen waar de samenleving zich erg druk over maakt, zoals in cest en moord. Maar dit zijn niet dingen waar men gauw vrijer over zou denken". Goedegebuure zegt dat kunstenaars die in de 19e eeuw toonaangevend waren, zich bezig hielden met maatschappelijke pro blemen. De Westerse kunstenaars die nu toonaangevend zijn, zijn vol gens hem waardevrij. "Kunst en maatschappij staan los van elkaar. Althans in West-Europa, kijk naar Salman Rushdie en je ziet dat in an dere delen van de wereld kunst en maatschappij nog wel heel erg met elkaar botsen". "De Westerse kunstenaars van dit moment houden zich vooral met zichzelf bezig. Romans gaan over het ontstaan van verhalen en ro mans, over de werking van fantasie en over de manier waarop ideeën ontstaan. De huidige kunst is maat schappelijk onverschillig. Persoon lijk heb ik een voorkeur voor boe ken die proberen antwoorden te ge ven op maatschappelijke proble men", zegt Goedegebuure. "Óf in ie der geval, als er voor die problemen geen oplossing is, de goede vragen stellen". Misstanden Goedegebuure wil geen voorbeel den van eigentijdse decadente schrijvers of boeken noemen. "Als ik zeg dat er op dit moment sprake is van decadentie in de literatuur, zeg ik daarmee ook dat er een betere periode is geweest. Voor een perio de van verval is immers een periode van bloei geweest". "Er bestaat geen herhaling, al me nen wij die wel te zien. Alleen trivia le dingen als geboorte en dood ke ren altijd terug. Ik geloof niet dat de geschiedenis in golven loopt van goede en minder goede perioden. Elke tijd heeft zijn eigen misstan den. Ik heb bijvoorbeeld eens ge zegd dat het slecht gaat met het le zen van boeken in Nederland. Meer kopen boeken, maar ze worden minder gelezen. Als ik zeg dat er nu te weinig wordt gelezen, wil dat niet zeggen dat het vroeger beter was. Toen waren veel mensen analfabeet en was lezen voorbehou den aan een kleine elite. Vergelij ken is dus niet mogelijk. Je kan toch ook niet zeggen dat Hitier een soort Napoleon was, alleen omdat ze beiden dictators waren en veel mensen hebben omgebracht. Dan simplificeer je te veel". Ook stromingen van dit moment als de Maximalen of de Nieuwe Wil den zijn volgens Goedegebuure niet vergelijken met de decadentie. "Ze zijn juist dynamisch, nieuw en vol energie. Dat alleen al is tegenstrij dig met de echte decadenten, die schrijvers lagen kwijnend op de bank". "Joost Zwagerman bijvoorbeeld beschrijft in 'Gimmick' wel een ei gentijdse decadente kunstwereld, waarin de inhoud niet meer belang rijk is, maar alles draait om geld en commercie. Maar hij beschrijft die wereld alleen, en geeft er geen oor deel over", zegt Goedegebuure. "Dat doet hij bewust niet want Zwa german is juist als de dood om te moraliseren. Ik ben wel van mening dat door deze wereld te beschrijven en er zo de draak mee te steken, hij impliciet wel een oordeel geeft". De werkgroep Spleen, bestaande uit een aantal studenten Nederlands van de Leidse universiteit organiseert zaterdag een syposium over het naderende Fin de siècle. Vijf sprekers zullen de vraag beantwoorden of de decadente sfeer die de kunst aan het einde van de vorige eeuw ken merkte, zal terugkeren in het einde van de twintigste eeuw. De werk groep heeft geprobeerd vijf sprekers te vinden die over verschillende kunstdisciplines vertellen. J. Bel, hoogleraar Nederlands aan de Leid se univeriteit spreekt over de middeleeuwen en de mystiek in het fin de siecle. N.J. Breedero, hoogeleraar Theaterwetenschappen spreekt over de decadentie in de film en zal bij zijn lezing filmmateriaal ge bruiken. Over het gebruik maken van het fin de siècle in kledingont werpen vertelt mode-ontwerper P.G. d'Angelino Tap en A.P.L. Bodar van de vakgroep kunstgeschiedenis aan de xAmsterdamse universiteit geeft een lezing over de symboliek in het einde van de twintigste eeuw. Verder zal J. Goedegebuure, hoogleraar literatuurwetenschap aan de Katholieke Universiteit Brabant de vraag bespreken of het fin de siè cle in de twintigste eeuwse literatuur zal terugkeren. Tot slot houdt J. van der Veen, hoogleraar emiritus muziekwetenschappen, een lezing over muziek in het fin de siècle. Voor meer informatie over het sympo sium: tel. 141650. LEIDEN - Publicist Nico Scheep maker is verhinderd om vanavond in gesprek te gaan met schrijver Koos van Zomeren in de Burcht. Als vervanger van Scheepmaker is Chris de Zoeten aangezocht, docent Nederlands aan het Stedelijk Gym nasium. De avond begint om 20.15 WAAG-CONCERT - De pianist Geoffrey Douglas Madge treedt morgenavond in het kader van de Gaudeaumus-serie hedendaagse muziek in de Leidse Waag op. Mad ge, die als hoofdvakdocent piano verbonden is aan het Koninklijke Conservatorium in Den Haag, zal composities vertolken van o.a. Ton de Leeuw, Artur Schnabel en Vladi mir Vogel. Aanvang 20.15 uur. In nieuwe produktie Shusaku .•LEIDEN -Zie hiei het portret var. een gemiddelde- ambteriaai q. manager op een gemiddeld kan toor: grijs pak, sprankelende vari atie op het grijsgrauwe streepjes- Overhemd. een grijs gemêleerde 'das, grijsgroen bureau en mis- schien zelfs grijswitte slapen. Vijf van dit soort types bevolken het toneel in 'Eleven Shades of grey' van het Shasaku Dormu Dance Theatre. Maar danser/choreo graaf Shusaku Takeuchi zou zich zichzelf niet zijn als er niet een hoop onrust en gekte achter die eenvormigheid schuil gaat. Zestien jaar geleden liet Shusa ku Japan voor wat het was en kwam hij naar Amsterdam. In de beginjaren putte hij in zijn dans theater uiteraard uit de Butoh- dans en de conventies van het klassiek Japans theater. Met de tijd echter vermengden de ooster se vormen zich met westerse stijl principes; zozeer zelfs datje in de nieuwe produktie 'Eleven Shades of Grey' met een lantaren naar Ja- ■pan moet zoeken. Nu kennen ze daar natuurlijk oök de gestressde zakenman, maar een fenomeen als de 'minimal dance' is daar bij mijn weten niet thuis. Zoals vaker bij Shusaku, opent de voorstelling met een uit zijn droom ontwakende of juist dro mende man. Vijf dansers komen mechanisch marcherend op en na wat aftasten onderzoeken zij de dansbaarheid van hun stalen kan toorbureaus. Kruipend, liggend, hangend en rollend eindigen ze zittend in de lade of op hun kop staand. Na de aanvankelijke ka daverdiscipline van de minimale verschuivingen en herhalingen van de danspassen, breken de he ren los en ontpoppen ze zich als chaotische mafkezen. Ze lappen het keurslijf van beleefdheid en gewenste gedragingen aan hun laars en ook de bureaus worden op sleeptouw genomen. In het tweede deel is de ver vreemding compleet. De een staart navel in zijn kettingformu lieren, de ander zoekt zijn heil weggekropen onder zijn bureau. Flink contactgestoord komt in het derde deel van 'Eleven Sha des of grey' weer iets van de een vormigheid terug. De bureaus staan inmiddels in een diagonale lijn en de vijf heren dansen op in ventieve wijze de rij steeds op nieuw af. Al kruipen en kronke len ze nog altijd over hun werk plek, er is onderling toch een vreemdsoortig contact. De mix tussen minimale ab stracte dans en maximale theatra le effecten heeft Shusaku prach tig vormgegeven. De acrobati sche bewegingsconstructies zijn verbluffend inventief en een lust voor het oog. De 'eentonige' mu ziek van Kees van Zelfst versterkt het malende gedrag van de dan sers en al valt de spanning hier en daar tijdelijk weg, de opbouw zit hecht in elkaar. Dat de Leidse toe schouwers het weer massaal liet afweten is meer dan jammer. Ze hebben een hele mooie voorstel ling gemist. INGRID VAN FRANKENHUYZEN Fragment uit 'Eleven shades of grey' door het Shusaku Dormu Dance Theatre. (foto Maurice Boyer) LEIDEN - De titel 'De Dingen et cetera' suggereert iets concreets, maar het enige concrete zijn de drie personen, de vijf klapdeuren en de halve uitdragerij die zich op het toneel bevinden, alsmede ze ventien toeschouwers op de tri bune. Wat die drie personen doen of van plan zijn, wordt niet duide lijk, en evenmin waartoe de klap deuren en alle andere attributen dienen. Wel waren er teksten, voor het merendeel triviaal van aard en duizend jaar geleden ge schreven door een verder obscure Japanse hofdame, kennelijk ge speend van ieder literair talent. Het werken met die teksten sug gereerde iets diepzinnigs dat er niet was, zoals de hele voorstel ling iets suggereerde dat er niet was, inclusief een voorstelling die er ook niet was. Wat was er dan wel? Een pijnlij ke indicatie van wat er niet was. De indicatie van gebrek aan ti ming, gebrek aan bewegingsex pressie, gebrek aan zelfkritiek en vooral gebrek aan tekstgevoel. Of het helemaal aan de uitvoerenden lag of ook aan de anonieme verta ler, werd niet duidelijk, maar dat gebrek aan tekstbegrip strekte zich ook uit de teksten zelf. Typerend zijn stijlbloempjes als "Je merkt dat een man pas echt van je houdt'.... (bedoeld werd: "je merkt pas dat...' enz.), die niet alleen volkomen vanzelf sprekend (en vrijwel toonloos) werden neergelegd, maar die ook vraagtekens lieten plaatsen bij de authenticiteit van deze schrijf sels. Als toeschouwer word je moe deloos van zoveel gestuntel en kun je eigenlijk alleen nog maar verlangen naar het slotapplaus (of iets dat er op moest lijken). Ge lukkig liet dat niet al te lang op zich wachten. PAUL KORENHOF Van 5 tot en met 10 juli AMSTERDAM (ANP) - In Amster dam wordt van 5 tot en met 10 juli het eerste Drum Jazz Festival ge houden. Jazz-sterren van interna tionale allure zullen hun opwach ting maken. Het evenement zal zich op twaalf lokaties in de hoofdstad afspelen. Dit heeft organisator Jazz Inn Theater Producties gisteren be kend gemaakt. Tot de bekendste musici die ko men optreden behoren Sarah Vaug- han, Mei Tormé, Michel Legrand, David Murray, Michael Brecker, Joe Zawinul, Nina Simone, Benny Carter, Celia Cruz, The Harper Bro thers, Archie Shepp, Abbey Lin coln, Tony Williams, Jim Hall, Bar ney Wilen, Louis Sclavis, Arthur Blythe, Astrud Gilberto, Johnny Griffin, Clark Terry, Stephane Grappelli, Scott Hamilton, George Russell, Amina Claudine Meyers, Lee Konitz en Bob Berg. De concerten worden gegeven in het Koninklijk Theater Carré, het Concertgebouw, de Beurs van Ber- lage, Paradiso, de Sonesta Koepel zaal, een tent op de Dam, een podi um in het Amsterdamse Bos, tij dens boottochten op het IJ en in vier grote hotels. Elke lokatie krijgt een eigen jazz-soort. Per avond tre den er gemiddeld zo'n drie forma ties op per podium. Het festival is mede mogelijk ge maakt door financiële steun van vier grote bedrijven. Het ligt in de bedoeling om van het festival een jaarlijks terugkerend evenement te maken, aldus Jazz Inn Theater Pro ducties. Expositie met foto - impressies van Teun Voe- I ten. Theor Verplancke, Mark Lamers en Mare de Haan, t/m 1 februari. Galerie De Kleine Klup Nieuwe Rijn 1, Leiden. Geopend- ma l/m za. j van 10.00-22.00 uur en zo. van 12.00-22.00 LEIDEN - Tijdens de Leidse Jazz- I week konden jong en oud hun hart 1 ophalen aan alles wat als jazz gepre senteerd werd, variërend van salsa tot swing. Het fotografische verslag in galerie De Kleine Klup houdt de j herinnering aan dit jaarlijks terug- kerende muziekevenement leven dig. Tewijl er op straat, zeker tijdens de kroegentocht op woensdag avond, een ongekende drukte heer ste, zochten vier fotografen, Mark Lamers, Theor Verplancke, Teun Voeten en Mare de Haan hun onder werpen binnen, in de verschillende zalen en cafés waar dorstige jazzlief hebbers samenstroomden. De serie zwart-wit foto's bestaat uit nogal uiteenlopende impressies, waarin het publiek een even belagn- rijke rol speelt als de optredende musici. Sommige opnamen geven Teun Voeten: zangeres in korte leren jurk. goed de sfeer op het podium en ach ter de schermen weer, maar talrij ker zijn de beelden van toehoorders die zich met een bierglas als attri buut weinig onderscheiden van 'ge wone' cafégangers. Theor Verplanc ke gaf als enige fotograaf aan bij welke optredens hij aanwezig was. Met spannende compositorische middelen bracht hij de muzikale kanten van de Jazzweek in beeld maar kon daarnaast de verleiding niet weerstaan om opvallend schoeisel te fotograferen. Behalve de Dutch Swing College Band en Hans Dulfer krijgen de bijzondere brogues van een gitarist van "Jump n' Jive" meer dan gewone aandacht. Verplancke's collega Mark Lamers geeft in zijn bijdragen eveneens blijk van zijn interesse voor detail- beelden. De gewaagde actiefoto van een zangeres in een korte leren jurk, een werkstuk van Teun Voeten, dient als visitekaartje voor de tentoon stelling of beter, als blikvanger, ge zien het uiterst lage standpunt van de fotogaaf. Ook Voeten heeft in zijn impressies het publiek een rui me plaats toebedeeld, zodat de vraag rijst waarin dergeleijke sfeer beelden zich onderscheiden van een normale uitgaansavond. Niettemin leveren de afzonderlij ke verslagen enkele fraaie foto's op, zoals enkele portretten van Mare de Haan, de initiatiefnemer van de ex positie. De opname van een oudere man met een verrekijker om zijn nek, of de twee in kleding zeer ver schillende types die ondanks de an dere achtergrond een ding gemeen hebben, de jazzmuziek. Ook de mu sici komen in De Haans reportage aan bod. Een sterk voorbeeld is het portret van de vrouw die zich vlak voor het optreden in de rust van de kleedkamer voorbereidt. Het is vooral de subtiele belichting die via de spiegel weerkaatst die even- Theor Verplancke: saxofonist in actie. wicht brengt in deze sfeertekening achter de coulissen. Even gevarieerd als de muziek die onder de noemer jazz in Leiden te horen was zijn de impressies van de vier fotografen in de Kleine Klup. NANCY STOOP

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 21