Terugblik op de jaren zestig Concerten winnaars concoursen Ayckbourn verrast opnieuw Bachkoor: wisselend Rondtheater gastvrij Prachtige Strindberg van Carrousel MAANDAG Ï2 FEBRUARI 1990 PAGINA 21 ROTTERDAM (ANP) Jeunesses Musicales, de wereldwijde organi satie op het gebied van jeugd en muziek, heeft het initiatief geno men tot een Tour van Laureaten. Deze bestaat uit een serie van drie concerten door de winnaars van de top-tien van de internationale mu ziekconcoursen. De Doelen in Rot terdam krijgt de primeur van deze Tour, waarbij een dozijn steden is betrokken. De Chileense gitarist Luis Orlan- di, die het concours in München won, opent de rij op 18 februari met werken van onder anderen Da Mila- no en Bach. Op 11 maart treedt de Russische pianist Sultanov op. Hij won het Van Cliburn Concours in Fort Worth in Texas en speelt o.a. werken van Mozart en Chopin. Ten slotte speelt op 25 maart de violiste Katrin Scholz uit Oost-Berlijn die de eerste prijs won op het concours in Japan. Toekomstmuziek' ('Henceforward') van Alan Ayckbourn. Regie: Alan Strachan. Ver taling: Coot van Doesburgh.'Met: Gees Lin- nebank, Jenny Arean, Wivineke van Gronin gen, Kees Coolen, en Lot Lohr. Gezien op 10 februari in de Leidse schouwburg. Aldaar nog vanavond te zien. LEIDEN In principe dezelfde thematiek, en toch is deze nieuwe Ayckbourn-produktie weer heel verrassend. Gevoelsarmoede in de man/vrouw-relatie neemt in veel van zijn stukken een belang rijke plaats in. De uitwerking van dat gegeven verschilt echter per stuk in sterke mate. Het varieert van kluchten met dramatechni sche hoogstandjes tot geraffi neerd opgebouwde blijspelen. De toonzetting van zijn enorme dra-1 maproduktie (alleen al om en na bij de 35 toneelstukken omvat zijn oeuvre tot nu toe) werd al lengs somberder. In dat opzicht wijkt 'Toekomstmuziek' van die ontwikkeling af. Dit 'in de nabije toekomst' geprojecteerde stuk is niet echt somber te noemen, maar wordt veeleer door een ironische kilte gekenmerkt. Soms doet dat zeer, vaak ook werkt dat komisch. In 'Toekomstmuziek' gaat het om een vereenzaamde componist die zich op zijn werk heeft ge stort. Zijn huis is - getuige het im posante decor - één grote studior uimte met een vracht aan geluids apparatuur, teneinde elke moge lijke klank vast te leggen en voor zijn gecomputeriseerde muziek te gébruiken. Na de scheiding van zijn vrouw en dochter echter is hij in een artistieke crisis geraakt. Als het stuk begint, treft de man voorbereidingen om binnen en kele dagen zijn ex-vrouw en ie mand van de kinderbescherming te ontvangen. Wordt zijn huishou den namelijk in orde bevonden, mag zijn dochter hem weer regel matig bezoeken. Het duurt precies Vijfenveertig minuten zuivere speeltijd, voor dat we goed door hebben, welke rol is toebedeeld aan de hostess die bij de componist op bezoek is. En wanneer we ons dan het ver dere verloop van het stuk gaan voorstellen, blijkt Ayckbourn ons mooi op het verkeerde been te hebben gezet. Meer details ver melden betekent het plot verra den, hetgeen natuurlijk niet de. bedoeling is. Duidelijk wordt in elk geval wel, dat techniek men selijke warmte al dan niet dreigt te vervangen: een vernuftig ver pakte boodschap, waarbij je de af loop toch niet bepaald 'happy' kunt noemen. Aan de manier waarop Ayck bourn hier twee dubbelrollen voor twee actrices heeft gecre ëerd, valt af te zien hoezeer zijn stukken uit dé theaterpraktijk zijn ontstaan. Prachtig materiaal, waarvan Jenny Arean - zoals te verwachten - knap gebruik maakt. Ook Wivineke van Gro ningen is hier heel ontwapenend en komt geheel anders voor de dag dan de meeste mensen haar kennen. Wivineke is immers vooral bekend van haar rol in het veelbesproken Medisch Centrum West. De hoofdrol is weggelegd voor Gees Linnebank waarmee hij een klein beetje zijn twintigja rig toneeljubileum viert. Zijn spel doet aanvankelijk ietwat gefor ceerd aan. Naarmate het stuk vor dert, wordt de licht-cynische be tekenis daarvan duidelijk en dus overtuigend. Met deze spelers en deze enscenering is 'Toekomst muziek' dan ook een kwalitatief sterke vrije produktie geworden. De naam van Ayckbourn blijkt wederom een kwaliteitsmerk, ook al is dit waarschijnlijk niet zijn beste stuk. WIJNAND ZEILSTRA LEIDEN - Anders dan de naam van het koor zou doen vermoe den, beperkt het Bachkoor zich niet tot de werken van zijn naamgever. Naast de jaarlijkse uitvoeringen van het Weihnachtsoratorium, de Matt- haus- en Johannespassion, en de Hohe Messe, die voor het koor de vaste punten in het con certseizoen vormen, wordt een keuze gemaakt uit werken van klassieke, romantische en meer hedendaagse componisten. Zo iets kan een koor door de ver schillende eisen die werken uit verschillende stijlperiodes stel len alleen maar stimuleren en behoeden voor routine. De stijlvolle, beheerste en ge disciplineerde koorzang met die transparante toets waar het Bachkoor in uitblinkt, werd dit keer niet steeds voor de volle honderd procent gerealiseerd. Hoewel het koor bepaald voor geen kleintje vervaard is, klonk Psalm 110 Dixit Dominus van Handel niet overal overtuigend. In de zeer hoge liggingen die Handel vooral aan het slot voor de sopranen schrijft, verloren de stemmen aan glans en klonken machteloos. De sopraan Maria Zedelius, die in december in het Weihnachtsoratorium grote in druk maakte, wist in haar aria Tecum principium ook nu weer soberheid en expressie te vere nigen. Een opkomend stempro bleem noodzaakte haar om haar stem te ontzien, zodat in het du et met de dramatischer getinte mezzo Mechthild Georg een or ganische eenheid niet bereikt kon worden. Hein Meens en Charles van Tassel, oude bekende bij het Bachkoor, vervulden hun be scheiden taak optimaal. In de Litaniae de Venergbile Altaris Sacramento van Mozart bereik te het koor weer het hoge peil waar het zijn grote naam aan dankt. Ondanks de in de pauze toegenomen indispositie van Maria Zedelius nam zij op het podium toch haar plaats in en zong op halve kracht. Haar aria Dulcissimum convivium moest echter komen te vervallen. Mechthild Georg volbracht het huzarenstukje om de laatste aria van het werk, het Agnus Dei, hoewel geschreven voor so praan, geheel onvoorbereid a la minute over te nemen - een pres tatie die getuigt van vakman schap, flexibiliteit en durf. Ve len zullen gemerkt hebben dat er iets in het programma niet klopte, maar zullen eerder aan een drukfout dan aan een in stant-interpretatie gedacht heb ben. Door de wijziging in Mo- zarts Litanieën kon ook het Am sterdams Kamerorkest zijn vak manschap en flexibiliteit goed gebruiken. Kleine oneffenheden in het overigens rimpelloze geheel werden onmiddellijk wegge werkt en glad gestreken. In de uitvoering van de Suite in b van Bach schudde Jacques Zoon, de jonge solofluitist van het Con certgebouworkest, zijn solopar tij haast achteloos uit de mouw, met een prachtige toon, een voortvarend tempo en een per fectie waar een kleine geheu genstoornis absoluut niets aan af deed. Toch was dat laatste ge makkelijk te voorkomen ge weest door minder de nadruk te leggen op het solist-zijn, en de solo zoals gebruikelijk voor de ze muziek, gewoon vanuit het ensemble te spelen. MIES ALBARDA Bij 'Ars' en Liga Nieuwe Beelden Eventuele pseudo- Frans Hals blijft op expositie HAARLEM (ANP) - Onder het ge zag van de Royal Academy in Lon den wordt half maart een Frans Hals-studiedag gehóuden. Deskun digen uit Nederland en Engeland la ten er hun licht schijnen over het werk van Hals en over de kunst en cultuur van diens Haarlemse tijdge noten. Als daarna wordt geoordeeld dat bepaalde schilderijen van Frans Hals niet langer de naam van de meester verdienen, dan blijven deze stukken toch hangen op de grote overzichtstentoonstelling die van 12 mei tot 23 juli in Haarlem is te zien. Dit heeft directeur Snoep van het Frans Halsmuseum meege deeld. De tentoonstelling, die al in Was- hinton en nu'in Londen is te zien, is aanleiding geworden voor een kunsthistorisch dispuut: Hoeveel schilderijen kunnen aan de groot meester van het portret worden toe geschreven? De Amerikaanse professor Sey mour Slive uit Washinton erkent 222 schilderijen als eigenhandig. Volgens de Duitse deskundige Claus Grimm uit Munchen zijn 145 schilderijen van de hand van Hals, maar daarbij zijn ook doeken die hij nu en daarmee voor het eerst aan Hals toeschrijft. De doeken die Grimm 'bestrijdt', zijn uit de zeventiende eeuw en nooit als falsificaties bedoeld. Ze zijn volgens de Duitser geheel of ge deeltelijk geschilderd door een kunstenaar uit de directe omgeving van Hals. De Nederlandse kunsthistoricus, Ad van der Blom, heeft zich ook in de discussie gemengd. Hij heeft* kri tiek op Slive. Van der Blom sluit zich min of meer aan bij Grimm, maar gaat minder ver. Van der Blom stelt dat zeven schilderijen op de tentoonstelling niet aan Frans Hals kunnen worden toegeschre- Het Frans Halsmuseum neemt in de kwestie pas een standpunt in als wetenschappelijk en technisch on derzoek aantoont dat twijfels ge rechtvaardigd zijn. Intussen is door analyses van de totale structuur van Hals' schider- techniek al veel meer bekend over de werkwijze van Hals. Tot dit on derzoek is overgegaan op initiatief van het museum. Expositie Kunst in de jaren '60 bij Ars', t/m 22 februari. Ars Aemula Naturae. Pieters kerkgracht 9, Leiden. Geopend: Di.-Do. morgen van 9.30 - 12.00 uur. Ma. t/m do. van 19.30 - 21.30 uur en zo. van 13.00 - 16.00 uur. Expositie 'Leidse abstractie in de jaren '50 en '60, t/m 25 maart. Galerie Liga Nieuw Beelden, Pres. Steijnstraat 14, Leiden. Ge opend: vr„ za. en zo. van 11.00 -18.00 uur. LEIDEN - Parallel aan de grote overzichtstentoonstelling 'De ja ren zestig. Actie, kunst en cultuur in Leiden' in museum Lakenhal organiseren Ars en de jonge Leid se galerie Liga Nieuw Beelden een eigen expositie, gewijd aan de beeldende kunst van een veelbe sproken periode. De presentatie bij Ars beslaat ruwweg de eerste helft van het decennium toen, zoals de tweedeling op de grote tentoonstelling laat zien, de na druk vooral op de figuratieve kunst lag. Drie kunstenaars, te weten Fer Hakkaart, Joop van Kralingen en Lucia Steinbach zijn in hun persoonlijke archief gedoken om door middel van werk, krantenknipsels en affi ches een kleine aanvulling op hun aanwezigheid in De Lakenhal te geven, echter zonder een verleng stuk van het uitgebreide over zicht te willen zijn. Joop van Kralingen in de jaren zestig ontwierp de Janusfontein op het Vuurtorenplein in Noord- wijk en maakte daarnaast beel den en mozaïekwerk. Het beeld van Janus met zijn twee gezich- ten laat evenals de bij Ars geëxpo seerde stukken een grote interes se zien voor Romeinse kunst en de kunst van het oude Egypte. Het marmer-reliëf met een en pro fil weergegeven kopje en het beeld.van een valk wijzen duide lijk in deze richting. Naast werk in brons en steen maakte Van Kralingen ook terracotta beelden soms in combinatie met mozaïek. Lucia Steinbach was een van de kunstenaars die in 1960 in de La kenhal exposeerde tijdens de ten toonstelling 'Negen Leidse teke naars'. De terugblik op haar werk uit de jaren zestig bestaat hoofd zakelijk uit tekeningen. Lucia Steinbach had vooral oog voor haar omgeving, zo blijkt uit de ve le afbeeldingen die zij in Leiden maakte, maar ook tijdens haar verblijf in Italië. Enkele voorbeel den dicht bij hüis zijn de tekenin gen van de Marekerk en de Stads gehoorzaal gemaakt gedurende restauratie-werkzaamheden. De sterk contrastrijke voorstellingen die de opbouw en verval van de stad laten zien, vormen een tegen wicht voor de lichtheid en zachte atmosfeer die sommige Italiaanse werken kenmerken. Evenals Lucia Steinbach bezit Fer Hakkaart een voorliefde, voor de stad en daarbij het leven dat zich daar afspeelt. Zijn scherpe blik levert vaak karikaturale beel den op. Zonder enige vorm van idealisering legde hij in 'Dorpker- mis' deze vorm van volksver maak vast. De thematiek van de geëxposeer de schetsen, schilderijen en gra fiek is typerend voor een groot deel van Hakkaarts werk. Her haaldelijk komen mensen voor die musiceren of uit het raam kij ken. Een ruime selëctie etsen is hier niet alleen te zien, maar ook te koop en dat is niet verwonder lijk gezien de reputatie die Hak kaart op dit gebied genoot, het geen mag blijken uit de krante- kop 'Hakkaart: voor alles subliem etser'. De terugblik op het werk van de ze drie kunstenaars is niet zozeer representatief voor hun werk uit de periode 1960 -1970. Toch levert de keuze, in combinatie met re censies, affiches en catalogi een aardige expositie op. De nadruk ligt hier op de kunst maar de actie van de jaren zestig komt nog even om de hoek kijken in een tekst op het schilderij 'Weggegooide pop' van Fer Hakkaart uit 1966 die luidt: 'VS uit Viëtnam'. Abstract Galerie Liga Nieuw Beelden schenkt niet alleen aandacht aan de Leidse abstracte kunst van de jaren zestig, maar ook die van de jaren vijftig.. Deze vrijheid moet verklaard worden uit de speciale belangstelling van de galleristen voor deze periode. Uit dë, jaré®, vijftig dateert het werk van Jos Mertens, dat min of meer heront dekt is door galerie Liga Nieuw Beelden. Jos Mertens, niet te ver warren met Bruno Mertens, was in die tijd zeer actief in het Leids Kunstcentrum. Naast abstract- geometrisch werk maakte hij'ab- stract-expressionistisch werk in de trant van de Amerikaanse kun stenaar Pollock. Verrassend zijn ook de schilderij en en assemblages van Pieter Ge- raedts sr. dat ondermeer bestaat uit een stuk getiteld 'Gebroken woord' en een unieke spiegelkast met een bewegende pop. Belang rijke sleutelfiguren die dë'-ovër- gang van de figuratieve naar ab stracte kunst in Leiden marke ren, Kees Buurman en Jan Maas kant ontbreken natuurlijk niet. Behalve een in wit en zwart be schilderd kastje van Buurman zijn enkele grote schilderijen van diens hand te zien, die goed aan sluiten bij werk dat in De Laken hal hangt. Verder omdat de expo sitie multiples van Pieter Ge- raedts jr. en zeefdrukken van Bob Bonies; het gebruik van dergelij ke technieken paste juist bij de in de jaren zestig heersende ideeëen In 'Zo zijn we niet getrouwd' Vereniging Rondtheater speelt 'Zo zijn we niet getrouwd'. Regie: Nick van Leeuwen. Gezien op 10 jarfuari in de aula van Chr. S.G. De Vlietschans. Aldaar deze week op nieuw te zien op 13,15 en 16 februari.. LEIDEN - Pretentieloos genieten met het verstand op nul, maar met ogen en oren die je de kost' moet blijven geven. Want al zitten er een aantal flauwe grappen en een voorspelbaar einde in 'Zo zijn we niet getrouwd', Verrassingsef fecten voeren de boventoon in dit deels op een klucht van Bertolt Brecht, maar vooral op de eigen improvisaties van oud-Vliet- schans-leerlingen gebaseerde spel. Dat begint al bij binnen komst, wanneer van de toeschou wers direct bruiloftbezoekers worden gemaakt. Ook wij moes ten het gastenboek tekenen en konden in de 'pauze' in de rij gaan staan om het bruidspaar te felici teren, waarbij we, ons gratis kop je koffie drinkend, door de fami lieleden en vrienden van het bruidspaar 'herkend' en 'begroet' werden. Zou Brecht dat met het vervreemdingseffekt bedoeld hebben? Het hele stuk is één grote paro die op een bruiloftsfeest, waarop alle gasten zich naar hartelust kunnen uitleven, zoals we dat al leen in onze stoutste dromen zou den durven. Zo heeft de brui degom (Menno Bentveld) dan na tuurlijk een vriend (Eric Pul), die scabreuze liederen zingt yvaarin hij het over 'een diepe grot' en 'een groot kanon' heeft en vervol gens op obscene wijze met de zwangere bruid (Joke van Bilsen) danst. Wathet voor het huwelijks bed betékent, dat de bruidegom n hebben het niet al te gemakkelijk al het meubilair zoals ook de stoe len aan het diner zelf in elkaar heeft gezet, laat zich raden. De di nertafel is visueel een vondst. De grootste karikatuur van de tien spelers is een Ome Joop-ach- tihge brulboei, de vader van de bruid (Robert Strijk) met zijn ge detailleerde verhalen over enge ziektes. Zijn toespraak tot zijn dochter na de 'receptie' behoort tot de geestigste scènes van de avond. Ook het spotten met een door dia's begeleide levensloop in de vorm van een scène met de zus van de bruid Ina (Minoesch Joris- sen), doet je wel twee keer beden ken zelf nog eens zoiets te maken. Een bevriend kinderloos echt- par (Sabien de Bruijne en Paul van Pelt) ruziet maar aan en een vriend (Maurice van den Broek) is op de versiertoer, met Ina met na me. De moeder van de bruid (Ka rin Smit) horen we bijna niet, maar zij doet haar dochter toch uitgeleide met een op nieuwe tekst gezongen versie van Lionel Richie's 'Hello', het enige ontroe-, rende moment van de avond. Leuke vondsten zijn verder het 'Willibrord Frequin'-spel. geba seerd op de hoofdenaffaire, en het om een bizarre reden opnemen van blaaskapel 'De Kluutschup- pers' in het stuk. De ceremonie meester oom Gerard (regisseur Nick van Leeuwen) was niet van een echte te onderscheiden, voor al niet om de wijze waarop hij tij dens de sneeuwbaldans 'Damès en heeruh, sjanzjee' riep. We za ten zaterdagavond allemaal mid den in de klucht, die zich dus niet louter op de planken afspeelde, mEMIEL FANGMANN 'De Vader' of de ondergang van de getrouwde man Theatergroep Carrousel: De Vader van Au gust Strindberg. Regie: Lidwien Roothaan. Vertaling: Karst Woudstra. Decor: Floor Os kam. Gezien op 10 februari in het LAK-thea- ter. LEIDEN - "Maar belachelijke stumpers zijn we allemaal, wij ge trouwde mannen". Geen citaat uit de oudejaarsconférence van Youp van 't Hek, maar een zin uit een negentiende eeuwse tragedie. De Zweedse toneelschrijver Au gust Strindberg voltooide in 1887 zijn eerste meesterwerk: 'De Va der'. Hierin staat net als in zijn la tere werk, de strijd der seksen centraal. Die strijd speelt zich bij Strindberg, analoog aan zijn ei gen leven, af rond de verrotte hoeksteen van de samenleving: het gezin. In 'De Vader' spelen Pa Ritmeester en Ma Laura een wed strijd geestelijke oorlogvoering op leven en dood. Inzet is de toe komst van hun dochter Bertha die volgens pa voorbestemd is on derwijzeres te worden en als het aan ma ligt, schilderes. Pa pro beert de machtsstrijd te door ma te wijzen op de financiële en wettelijke afhankelijkheid van de man; ma wijst pa gevoelig op de zwakke plek van de man: hij kan niet bewijzen dat hij de vader van zijn dochter is. Beiden probe ren oma, de dokter en de dominee voor hun karretje te spannen maar het wordt al snel duidelijk dat pa de onzekerheid over zijn vaderschap niet kan verdragen en ten onder gaat aan een, door ma zo gemanipuleerde, 'krankzinni: ge' beroerte. Strindberg (1849-1912) staat te boek als een feminjstische vrou wenhater. Zijn vooruitstrevende ideeën en analyses der seksen ontstonden toen Sigmund Freud nog aan de moederborst lag, maar in hart was hij een 'echte', lees ou derwetse man. En al behaalt de vrouw in 'De Vader' haar smarte lijke triomf, de seksen doen in slechtheid niet voor elkaar onder. Of zoals pa zegt: "Eten of gegeten worden, dat is de kwestie". Regisseur Lidwien Roothaan van theatergroep Carrousel heeft van Strindbergs retorisch ver bluffend woordenspel een juweel van een voorstelling gemaakt. Een licht anachronistisch negen tiende eeuws interieur met een, uiteraard, hellend vlak dient als een symbolisch decor voor de in details anachronistische speel stijl. Gestileerd en naturalistisch tegelijk zijn de emotionele uitbar stingen van de spelers tot op de centimeter en seconde geregis seerd. Een ernstig evenwicht dat de adem snoert om vervolgens in een deuk te liggen. Want al strij den mannen en vrouwen hun strijd tegenwoordig met andere wapens, herkenbaar blijft Strind bergs negentiende eeuwse trage die wellicht tot in lengte van da gen. Tel daar nog eens de onge kende spelprestaties van Peter Blok (Pa), Caroline Beukman (Ma) en Walter Crommelin (de dokter) bij op en je hebt een van de mooiste voorstellingen van dit Prachtig. INGRID VAN FRANKENHUYZEN De Leidse kunstenares Lucia Steinbach bij een van haar tekeningen uit de jaren zestig in het Ars-gebouw. (foto Ellen Martens) over democratisering van de kunst om door het vervaardigen van werken in grotere oplagen kunst voor meer mensen bereik baar te maken. Het werk van Thom Geraedts, laat, evenals de serie zeefdrukken in blauw en rood van Bonies, de aandacht voor de verschuiving van kleur vlakken zien.' Vergeleken bij presentatie in De Lakenhal is een schilderij van Susan Bürki dat als titel 'Krijtber gen' heeft een lossere toets die past ÉifÉé impressie van het land schap van Noord Afrika, zoals zij dat op een van haar reizen onder ging. De echtgenoot van Bürki, Bruno Mertens, betoont zich hier ook, evenals Bonies een goed ver tegenwoordiger van de astract- geometrische kunst die direct te ruggaat op de constructivistische kunst uit de jaren twintig. Liga Nieuw Beelden brengt kwa litatief goed werk verdeeld over verschillende stromingen en dis ciplines. Evenals het overzicht ift- de Lakenhal vergunnen de expo sities bij ARS en Galerie Liga Nieuw Beelden het ons om van enige afstand terug te blikken naar interessant werk uit een woeiige periode, de jaren zestig. NANCY STOOP Werk van de Leidse kunstenaar Kees Buurman in de galerie Liga Nieuwe Beelden. De vormen op tafel zijn van Pieter Geraedts. (foto Eiien Caroline Beukman en Peter Blok in 'De Vader' van Strindberg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 21