Geen talent voor science-fiction in Nederland
Bloeiende takken van Surinaamse letteren
Beroemde gedichten
De weg, de waarheid en het leven
Twijfelachtige kwaliteit
De tijd is een raadsel
LITERATUUR
DONDERDAG 1 FEBRUARI 1990
Al is Suriname geen Nederlandse
kolonie meer, er wordt nog steeds li
teratuur in onze taal gepubliceerd.
Bovendien wonen er in Nederland
verscheidene auteurs die uit Suri
name afkomstig zijn. De aandacht
voor deze literatuur is hier echter
beperkt. Misschien komt dat door
de vooroordelen die er over Suri
naamse literatuur bestaan: streek
verhalen uit de derde wereld, strijd-
cultuurproza over de gediscrimi
neerde zwarte in Nederland of
moeilijk leesbare lectuur vanwege
vreemde woorden en uitdrukkin
gen.
Die vooroordelen zijn onterecht.
Dat illustreren twee boeken van Mi-
chiel van Kempen die onlangs zijn
verschenen. Het eerste is een inlei
ding in de Surinaamse literatuur:
'Surinaamse schrijvers en dichters'.
Het tweede is een keuze die Van
Kempen uit vijftig jaar Surinaams
proza heeft gemaakt: 'Verhalen van
Surinaamse schrijvers'. In beide ge
vallen heeft Van Kempen het zich
niet gemakkelijk gemaakt, iets
waar de lezer alleen maar voordeel
van heeft.
Aantrekkelijk aan de bundel is
dat Van Kempen veel verhalen
heeft opgenomen uit moeilijk be
reikbare tijdschriften en ook werk
dat nog niet is gepubliceerd, onder
anderen van Albert Helman, Astrid
Roemer en Thea Doelwijt. Niet de
eersten de besten dus. Hoogstinte-
ressant is het begin van een nooit
verfilmd scenario van Anton de
Kom uit de jaren dertig van de man
die eertijds onder het pseudoniem
Adekom met zijn boek 'Wij slaven
van Suriname' een belangrijk anti-
kononiaal werk schreef. Van een
hedendaagse 'politicus', Eddy
Bruma, nam Michiel van Kempen
het verhaal 'De fuik' op.
Uiteraard ontbreken de auteurs
die de laatste tien, vijftien'jaar aan
de weg hebben getimmerd niet.
Hugo Pos, Edgar Cairo, Bea Vianen,
allen zijn zij present; slechts Pos
met een verhaal dat eerder in boek
vorm is gepubliceerd. De generatie
die in de jaren tachtig debuteerde is
met soms brandnieuw werk verte
genwoordigd. Vooral het verhaal
'Gas' van Paul Brandei is zeer de
moeite waard en leert dat niet iede
re Surinaamse proza-auteur het van
een traditionele aanpak hoeft te
hebben.
Die traditionele aanpak is één van
de vele onderwerpen die Michiel
van Kempen aansnijdt in de intro
ductie van 'Surinaamse schrijvers
en dichters', een nuttige kennisma
king met én verdieping in de Suri
naamse literatuur.
Zo is er een hoofdstuk waarin
Van Kempen korte, maar informa
tieve profielen schetst van ruim
honderd Surinaamse auteurs.
Van Kempen is werkelijk betrok
ken bij zijn onderwerp. Zeer en
thousiast vertelt hij over de auteurs
die hij bewondert. Soms laat hij zich
in zijn pleidooi voor meer interesse
in de Surinaamse literatuur meesle
pen. Vooral zijn plotselinge tussen
haakjes geplaatste commentaren
maken zijn betoog veel levendiger
dan je van zo'n tekst zou verwach
ten. Meestal hebben dit soort intro
ducties door de vele namen en titels
iets opsommerigs. Maar Van Kem
pen is niet saai en zijn onuitputtelij
ke, degelijke kennis behoedt hem
voor uitglijders. Belangrijk is dat
Van Kempen de kwaliteit als norm
hanteert en niet maar alles waar
deert dat van Surinaamse bodem af
komstig is. Terecht, er blijven vol
doende bloeiende takken in de Su
rinaamse letteren over als je het
brandhout snoeit.
AUGUST HANS DEN BOEF
Surinaamse schrijvers en dichters,
Michiel van Kempen. Beide uitgege
ven door De Arbeiderspers, 29,50.
|Het blijft merkwaardig dat de lite
raire science fiction in Nederland,
in tegenstelling tot de filmische va
riant. niet wil winnen aan populari
teit. Aan de inzet van de SF-fanaten
kan het niet liggen. De kleine kern
ware liefhebbers doet al decennia
lang moeite potentiële lezers voor
deze toekomstlectuur te interesse
ren. Zij is er zelfs in geslaagd de
jaarlijkse Worldcon, waar zo'n 5000
gelovigen uit de hele wereld samen
komen om sf te vieren, in augustus
van dit jaar naar het Congresge
bouw in Den Haag te halen.
Het ontbreekt de Nederlander
kennelijk aan talent voor het bizar
re, het utopische, het extrapoleren
de, het fantastische. Wij klampen
ons vast aan orde en overzichtelijk
heid. Voor onzin en flauwekul is in
ons geringe, nauw samenhangende
universum geen plaats. Dat is geen
klacht, maar een constatering. On-
zinverkopers bekijken wij met wan
trouwen.
Geen talent voor science fiction
er zijn vreselijker dingen denk
baar—, maar voor de weinigen die
aardigheid in het genre hebben, is
het tobben. Die talentloosheid
weerspiegelt zich in de treurige SF-
rodokten uit eigen land. Van de au
teurs met aanleg vinden maar enke
len onderdak bij een uitgeverij en
naar mijn idee nog dikwijls volko
men ten onrechte.
Neem een Wim Gijsen die in 1980
(periode van hoogtij voor de SF in
Nederland) schitterende met de
fantasy-roman 'De Eersten van Ris-
san', destijds alom en met reden be
zongen. Inmiddels heeft de auteur
een hele reeks SF-romans, meest in
meer delen, op zijn conto en begint
hij ronduit te vervelen. Gijsens
jongste staal htiisvlijt telt weer 271
bladzijden en voegt absoluut niets
nieuws toe aan de honderden al be
staande pagina's. Deze keer heet de
doodsaaie woordenbrij 'Een kring
van Stenen, Merisse, eerste boek'.
Een vreselijk boek. De inhoud doet
bijvoorbeeld in het geheel niet ter
zake. Plaats: fictief land. Thema:
strijd om de macht. Personages: een
vooraanstaand priesteres, haar ver
wende dochtertje Merisse, een boze
baron. Avontuur, actie, visie en fan
tasie, onmisbaar voor minimaal
leesbare SF, ontbreken. Wat rest
zijn woordenbrij, geleuter, gekab-
bel, gepraat, gebabbel, filosofietjes
en eindeloze natuur-, milieu- en
psychologische details, die uit een
alternatieve 'Het Beste-koker' lij
ken te lekken.
Sla het boek open op een wille
keurige bladzijde (p.131): Het was
een halfbewolkte dag. Af en toe werd
de zon overvleugeld door bollende
dikbuikige wolken die als een onaf
zienbare processie zwangere vrou
wen door de hemel schreden, elkan
der eindeloos volgend en over elkaar
tuimelend tot ze achter de horizon
verdwenen. De lucht klaarde enkele
minuten op en de zon scheen onver
minderd op het vochtige gras.
Zelden heeft een schrijver zijn ei
gen tuimelwerk zo navrant onder
woorden gebracht. Wie wolken
schildert als over elkander tuime
lende zwangere vrouwen en ook op
de overige onafzienbare processie
pagina's niets van enige zin heeft
mee te delen, moet een tijd stoppen
met schrijven. Vroeg of laat daagt
dan wel weer een nieuwe gedachte,
een origineel idee, een heldere zin
snede of een thema dat wellicht iets
met science fiction van doen heeft.
Moed! Ooit klaart de SF-lucht in dit
dorre klimaat wel op en schijnt de
zon zelfs op het dorre plekje gras
waar Wim Gijsen zucht onder zijn
gebrek aan inspiratie en talent.
Had Gijsen (of zijn uitgever!) zo
langzamerhand beter moeten we
ten, de andere oprechte Nederland
se amateur uit de Meulenhoff-stal,
Peter Schaap, verdient het voordeel
van de twijfel. Zijn eerste twee
boekjes 'De schrijvenaar van Thyll'
en 'Ondeeds de Louterse' waren on
danks Vance-beïnvloeding, werke
lijk geestig en origineel. Van 'De
Wolver', zijn nieuwste boek, kan ik
dat helaas niet zeggen. Een nogal
kinderachtig en langdradig relaas
over een onnatuurlijk avontuurlijke
dwerg, die Korrem Draafvoet heet.
Voorspelbare sprookjeslectuur
die voor de gevorderde fantasy-le-
zer beslist onder de maat is. Het te
lang uitgesponnen verhaal wordt
net niet gered door de humor en de
geestige, franke behandeling van
sex. Het feit dat ook Peter Schaap
dreigt met vervolgdelen doet erger
vrezen. Wie zich niet weet te beper
ken, valt licht naar beneden.
ROB VOOREN
Een kring van stenen, Merisse: eerste
boek. Wim Gijsen.
De Wolver, Peter Schaap. Beide uit-
r Meulenhoff SF.
Een boek met de beste gedichten
van Goethe. Heine. Rilke. Shake
speare, Auden, Baudelaire. Verlai-
ne. Leopardi, Montale, Quevedo
wordt natuurlijk vanzelf een mooi
boek. Maar 'Natuur zal kunst nooit
blijvend evenaren' is ook om andere
redenen een interessante verzame
ling verzen. Naast de oorspronkelij
ke teksten vindt men steeds de ver
talingen van samensteller. Peter
Verstegen. Achterin de bundel gaat
hij in op leven en werk van de dich
ters, levert hij commentaar op de
opgenomen gedichten en verant
woordt hij zijn weergaven. En pas
sant komen zo allerlei kwesties
rond het vertalen van poëzie aan de
orde. Vertalen is deels een techni
sche aangelegenheid, bepaalde
vaardigheden kan men aanleren.
Maar het succes of de mislukking
ervan is uiteindelijk toch afhanke
lijk van geluk, talent en begenadi
ging-
Verstegens vertalingen zijn
meestal geslaagd. Hij is ongewoon
bedreven in de vormgeving. Om
rijm en ritme recht te doen is hij tot
aanzienlijke offers bereid. Niet al
tijd kan men met zijn oplossingen
instemmen. In het anti-oorlogsge
dicht 'Alle dagen' van de Oosten
rijkse Ingeborg Bachmann vertaalt
hij 'für die Flucht von den Fahnen'
met 'voor desertie, vlucht voor de
vlag'. Inderdaad is 'Flucht von den
Pahnen' een variant op 'Fahnen-
flucht', de gewone term voor deser
tie. Maar zo'n lichte variatie recht
vaardigt toch niet dat je hetzelfde
begrip twee keer vertaalt.
Af en toe werd bij Verstegen de
vertaling duidelijker dan het origi
neel. In 'De oude brug' van Vladi
mir Nabokov maakt hij van 'Never!
uit angst dat de lezer het spoor bijs
ter zal raken 'Niet tot mijn dood!'
Er zijn literatuurliefhebbers die
menen dat het vertalen van poëzie
altijd een verraad inhoudt. Ik zou
die uitspraak niet willen onder
schrijven, al zijn er gedichten die
zich nauwelijks voor vertaling le
nen. Verstegen is die mening ook
toegedaan, desondanks heeft hij het
niet kunnen laten zijn krachten op
zulk werk te beproeven. Van Pierre
de Marbeuf vertaalde hij 'De liefde
en de zee', een sonnet dat het in het
Frans moet hebben van een woord-
'la
>r\ Ti
Ta-
Bijna vijfentwintig jaar liet Michele
Ondeï, de in Oegstgeest woonachti
ge Nederlands auteur van Italiaanse
afkomst, niet van zich horen. Zijn
eerste romans 'De grootvorstin',
'Het Grote land' en de verhalenbun
del 'Geloofscrisis van een verzame
laar' waren door de kritiek gunstig
.onthaald. Maar het werk als conser
vator van de Aziatische cultuur in
het museum voor Volkenkunde in
Rotterdam bleek moeilijk te combi
neren met het schrijvérsvak. Pas in
1987 keerde Ondeï terug naar het li
teraire front met de 'De ontvoering'.
In deze roman hernam hij zijn vroe
gere thematiek: zoeken naar de zin
van het bestaan, in een sterk be
schouwelijk proza.
Ook in de tweede roman na zijn
come-back, 'De mensenzoon' wor
stelt de hoofdfiguur met onzekerhe
den. Het verhaal is geplaatst in de
eerste eeuw na Christus. Hoofdfi
guur is Petrus, de rusteloze steden
bouwer, die lijdt onder zijn verra
dersrol. Hij voelt zich een
godsmoordenaar. Na de dood van
Christus heeft hij zijn oude leven als
visser hervat. De ontmoeting met
een vreemdeling: Ik zegje, hij is het,
want is het niet zo dat hij zou komen
als een dief in de nacht roept het-
verlangen naar de vroegere ge
meenschap van apostelen wakker.
Met onbegrensde energie en toe
wijding zet Petrus zich in voor een
religieuze groep. De vreem
deling die zich in zijn huis gevestigd
heeft en een drieeënheid lijkt te vor
men met zijn moeder en dochtertje
blijft herinneringen oproepen aan
de vroegere meester. Hij breekt het
brood, spreekt in raadselen en ge
neest zijn doodzieke dochtertje,
maar hij maakt zich niet bekend.
Het gevolg is dat de nieuwe volge
lingen rusteloos worden. Zij willen
een bewijs, keren zich tegen de
vreemdeling die niet spreken wil en
brengen hem ter dood. Zo herhaalt
de geschiedenis zich en Petrus
raakt in grote verwarring over de
betekenis van dat alles.
Pas na een langdurig verblijf bij
een kluizenaar dat hem loutert naar
geest en lichaam, komt hij tot rust.
De mens zoekt naar klaarheid, naar
een zichtbaar bewijs, een teken bij
anderen, maar kan dat alléén vin
den in zichzelf. Een bezoek aan
Pontius Pilatus en aan Herodus
leert hem dat ook zij rusteloze zoe
kers naar de waarheid zijn gewor
den, en dus twijfelaars. De hoogste
wijsheid ligt voor Petrus dan in de
overgave aan het zoeken. Als volge
ling van de drie wijzen uit het Oos
ten komt hij tot het besef dat men
een ster nooit naar zich toe kan ha
len, alleen maar volgen. De ster,
Christus, een geloof, een prestatie,
is niet het doel waarvoor we leven,
maar de weg zelf, zodat men aan het
einde van die weg kan zeggen: het is
volbracht.
Michele Ondeï heeft zijn zoeken
naar de zin van het bestaan dit keer
vorm gegeven in een religieuze en
tourage. Hoe wezenlijk die zoek
tocht is en hoe waardevol, blijkt pas
na lezing van de roman. Als er enige
vorm van antwoord is gekomen op
de kwellende onzekerheid van Pe
trus.
In grote cirkels herhalen zich
steeds dezelfde gevoelens en bewe
gingen. Het woestijnachtige land
schap, de eenzaamheid, de dromen
die openbaren en verhullen, de po
sitie van de eenling tegenover de
massa, het zijn motieven die grote
concentratie vragen. In 'De ontvoe
ring' kregen die vragen gestalte in
de meer sensationele omlijsting van
een gijzeling. Dit keer ontbreekt el
ke uiterlijke spanning, waardoor
'De mensenzoon' vooral als filoso
fisch geschrift interessant is. De ka
rakters zijn eerder sjablonen dan
mensen van vlees en bloed, pionnen
in een beschouwing. Al vormt Pe
trus een uitzondering. Zijn kwellin
gen zijn navoelbaar. Hij wil zo graag
dienstbaar zijn, iets groots verrich
ten, maar krijgt geen enkele hulp
van buiten af, is volstrekt alleen,
een vreemdeling net als de mensen
zoon zelf.
Aan alles is te merken dat de au
teur een groot deel van zijn leven
gewijd heeft aan meditatie en bezin
ning, aan oosterse culturen die hun
geheim niet makkelijk prijsgeven.
mer'. In het Nederlands valt dat
mogelijk te herhalen. Verstegen er
kent eerlijk dat het verlies niet bin-
nen de perken is gebleven.
De bloemlezing werd geen ver
rassingstrommel. De samensteller
deed weliswaar mooie vondsten
met 'De toorts' van de onbekende
Waalse dichteres Marie Nizet. Maar
wereldberoemde gedichten van we
reldberoemde dichters hebben de
overhand. Verstegen heeft een klas
sieke smaak en daarbij passende
traditonele ideeën over literatuur.
Verstaanbare gedichten hebben
zijn voorkeur, aan associatieve poë
zie gaat hij voorbij. Verstegen heeft
zich ten doel gesteld een beeld te ge
ven 'van de Westeuropese poëzie
door de eeuwen heen'. Hij koos
werk uit vijf taalgebieden: Duits,
Engels. Frans. Italiaans en Spaans.
De meeste gedichten - 37 - ontston
den in de vorige eeuw. Dante en Pe-
trarca zijn de oudste dichters in de
bundel.
Voor de degelijke Verstegen zijn
Rilke, Heine en Goethe de grote fi
guren in de Duitse poëzie. De En
gelse dichtkunst wordt in zijn op
tiek beheerst door Shakespeare en
Auden. Baudelaire en Verlaine zijn
prominent aanwezig in de Franse
afdeling. Leopardi en Montale kre
gen veel aandacht in het hoofdstuk
over Italië. Terwijl Quevedo en
Guillen als voornaamste Spaanse
dichters worden voorgesteld.
Bij wie zich intens met het werk
van grote dichters bezighoudt do
mineert vaak de drang zelf poëzie te
schrijven, maar het besef dat je het
hoogste peil toch nooit zal kunnen
halen werkt vaak ontmoedigend.
De inspiratie van Verstegen werd
door dit soort zelfkritiek niet noe
menswaardig gehinderd. Hij is zich,
getuige het voorwoord van 'Natuur
zal kunst nooit blijvend evenaren'
volkomen bewust van de geringe
betekenis die men internationaal
aan de Nederlandse poëzie toekent.
Zoals hij ook lijkt te beseffen dat
zijn werk binnen die Nederlandse
poëzie slechts een onaanzienlijke
plaats heeft.
In zijn debuut 'Je vaart nog als
een edelman' (1983) en in zijn recen
te bundel 'Vol van ziel en zelfgevoel'
doet hij nog het meest aan een zon
dagsdichter denken met wendin
gen als 'Bij nacht en ontij/zag zij de
zonzij'. Pretenties zijn hem vreemd.
Zijn poëzie ademt min of meer de
zelfde geest als het mede door hem
opgerichte tijdschrift De Tweede
Ronde, dat na bijna tien jaar nog
steeds verfrissend en ongecompli
ceerd overkomt. Verstegen be
weegt zich in zijn gedichten gemak
kelijk tussen elegie en light verse.
Zijn bespiegelingen zijn altijd op
recht en blijven dicht bij het leven
van alledag. Typerend lijkt me 'Me
dische industrie' waarin hij zich
keert tegen het kunstmatig rekken
van het menselijk leven. Het vers
eindigt aldus:
De waardige dood is zowat
om zeep gebracht-
wat rest is de hartaanval
die ieder verrast.
Hebt u iets aan uw hart,
zeg het niet aan uw arts.
Verstegen heeft door het intens
luisteren naar het machtige geluid
van de grote dichters het plezier in
de eigen bescheiden stem niet ver
loren.
HANS WARREN
Natuur zal kunst nooit blijvend evena
ren. De Westeuropese poëzie in hon
derd gedichten, samengesteld door Pe
ter Verstegen,. Uitg. Bert Bakker,
39.9
Michele Ondeï
Dijkman
Dat verklaart waarom de beelden zers niet makkelijk, maar vertegen
die hij gebruikt bijna altijd naar bin- woordigt wel een volkomen eigen
nen zijn gekeerd, dromen over de geluid in de Nederlandse literatuur,
raadselen van de mensenzoon op JOKE LINDERS
aarde, over de taal van het Nieuwe De mcnsenzol
Testament. Ondeï maakt het zijn le- Thoth. 26,50.
Michele Ondeï. Uitg.
Na haar Tolkienachtige boeken 'De
brief van de Koning' en 'De Gehei
men van het Wilde Woud' schreef
Tonke Dragt de filosofische scien-
ce-fictinromans 'Ogen van Tijgers'
en 'De Torens van Februari'. Hierin
beschreef ze voor de oudere jeugd
een wereld waarin telepathie een
belangrijke rol speelt. Deze verha.
len zitten vol diepzinnige vragen
met algemene geldigheid. In die
boeken raak je vaak de draad kwijt
,en moetje met een hoofd vol vraag
tekens afwachten of je een ant
woord krijgt op je vragen. En als
Tonke Dragt een antwoord sugge
reert, is dat nooit éénduidig. Als le
zer moetje zelf een bijdrage leveren.
Geen eenvoudige boeken, dus.
Als groot liefhebber van haar
laatste boeken wachtte ik met smart
op 'Het geheim van de Klokkenma
ker' dat de geheimzinnige onderti
tel 'De Tijd zal het leren of De Tijd
zal je leren' meekreeg. Maar zelfs na
tweemaal lezen moet ik tot mijn
schande bekennen, dat ik het niet
begrijp. Niet nauwkeurig genoeg
gelezen, dacht ik na de eerste keer.
Maar na een herlezing moet ik tot de
conclusie komen, dat de strekking -
fnits voorradig - niet doordringt tot
mijn brein.
Een klokkenmaker heeft een tijd
machine uitgevondeni Een student
wil weten of hij morgen een tenta
men zal halen. Hij stapt in de tijd
machine, gaat naar de pröfessor en
merkt tot zijn schrik dat deze hem
het tentamen gaat afnemen. Tijdens
de vragen wordt de profeesor opge
beld door de student, die beweert
dat de professor 'de verkeerde man
aan het examineren is. De student
keert terug naar de klokkenmaker
en haar zijn eigen tijd. Hij gaat sla
pen en beleeft de volgende dag de
zelfde situatie, maar nu vanuit de
rol van opbeller.
Tot zover kon ik het volgen. Maar
er moet meer zijn, want dit verhaal
is nog eens binnen een ander kader
gegoten. Drie kinderen zijn in een
bibliotheek en komen daar een
boek op het spoor met dit verhaal
erin. In de bieb zijn een bibliotheca
ris en Jan A. Nou geloof ik dat deze
twee personen dezelfde zijn als de
klokkenmaker en de student, maar
zeker weet ik het niet. En waarom
Tonke Dragt dat kader, weer in een
ander kader heeft gezet...
Tjokvol vragen lees ik de flap
tekst. Ik ben de ik van gisteren.
Maar zijn de ik die op tijdreis is ge
weest en mijn alter ego. de ik die ten
tamen doet. twee personen? Of zijn
ze een en dezelfde
Wie helpt mij, wie weet hoe het
zit? Want als ik achterblijf met al
leen maar vragen, zonder zelfs de
suggestie van een antwoord, kan ik
net zo goed een jeugdboek in het
Sanskriet gaan lezen.
VICTOR FREDERIK
Jeugdboeken
De eikelvreters, Els Pelgrom. Aan
grijpend verhaal over het leven van
een tienjarige jongen kort na de
Spaanse burgeroorlog. Uitg. Quer-
ido ƒ25.-
Het behouden huis, A.D. Hilde-
brand. Hertaling door Susanne
Braams van het journaal van het
scheepsjournaal van Heemskerck
en Barentsz. Uitg. Van Goor.
Eindelijk actie, Jacques Vriens.
Spanning tussen ouders en tieners.
Uitg. Van Goor.
Op zoek naar Vincent, Thea Du-
belaar en Ruud Bruijn. Een verha
lend boek over leven en werk van
Vincent van Gogh voor de jeugd.
Uitg. Ploegsma 22,95
Fiction
Zwarte spiegels. Farooq Khalid. De
buut van een Pakistanse schrijver
over het leven in een sjofel pension.
Uitg. Van Veen 36.90
Lof van de stiefmoeder, Mario
Vargas Llosa. Verfrissende eroti
sche literatuur van deze beroemde
Peruaanse schrijver. Uitg. Meulen
hoff. 32.50
Het dossier van het verdwenen
kindermeisje. Jan Postma. Een rea
listische thriller vol spanning, actie,
sensatie, misdaad en terrorisme.
Uitg. Teleboek. f 19.50
Ketser de Neger, Willem Bijster
bosch. Een spannende detective
waarin een dode de hoofdpersoon
is. Uitg. Bert Bakker 22.90
Laatste woorden, Bas Heijne. De
tragi-komische lijdensweg van een
35jarige schrijver in een wereld van
verbaal begaafde, leeghoofdige
snobs. Uitg. Bert Bakker, 12,50
pocketeditie.
Falklandjes, Herman Heijer-
mans. Herdruk in pocket van de be
roemde cursiefjes uit De Telegraaf
en het Algemeen Handelsblad 1894-
1917. Uitg. Uniepers
De verschrikkingen van het IJS en
de DUISTERNIS, Christoph Rans-
mayer. Een kroniek gebaseerd op
feit en fictie over een vreselijke
strijd in de poolnacht, Uitg. Bert
Bakker 29,90
Uit de geschiedenis van Noémaan
Abd al-Hafiz, Mohammed
Moestagaab. Verhalen uit Egypte.
Uitg. van Novib 19,90
Op het laatst krijgen wij met zn
allen donderop, Bea Vianen. Ge
dichten geïnspireerd door de cul
tuur van Suriname. Uitg. De Knip-
scheer.
Vrolijke en droevige verhalen,
Thomas Triphon. In eigen beheer
uitgegeven verzameling verhalen
van een Vlaams auteur die niet mee
mocht eten uit de subsidiepot van
de minister van Cultuur van de
Vlaamse Gemeenschap.
Non Fittion
Platoon, Sofist, Staatsman, Achtste
deel in Verzameld werk over Plato.
Uitg. De driehoek ƒ32.50
Een dartele geest. Ad Zuiderent.
Zeer leesbaar proefschrift over het
werk van Gerrit Krol met veel aan
dacht voor literaire critici. Uitg.
Querido 39,50
Revolutie in woorden, Over het
taalgebruik voor, tijdens en na 1789
met een toelichting van A. J.Hanou.
Uitg. Querido, Griffioenreeks
Mozart op reis, Eduard Mörike.
Een muzikaal verhaal over een dag
uit het leven van deze grote muzika
le meester. Uitg. Kwadraat.
De Matthaus Passion van Bach,
en De Johannes Passion van Bach,
Inleiding, toelichting en tekst. Uitg.
Callenbach, 14.90
Geneeskracht uit de natuur, Krui
den voor uw gezondheid. Uitg. Tele
boek 9,90
Ontdek je plekje, Vier delen ho
rend bij de gelijknamige televisie
serie van de AVRO: Amersfoort,
Amsterdam, Delft, 's Hertogen
bosch. Uitg. M P 14,90 per deel.
Een belangwekkend debuut als
schrijver vormt nog geen garantie
voor een succesvol vervolg. In de af
gelopen tijd verschenen Nederland-1
se vertalingen van drie thrillerau
teurs die eens veel eer inlegden met
hun eerste boek. Hebben zij hun be
loften van toen waargemaakt?
Martin Cruz Smith werd wereld
vermaard met zijn 'Gorki Park'. Ui
terst subtiel tekende hij daarin de
sfeer Tondom het beroemde park in j
Moskou, ver voor glasnost en pe
restrojka. Een Moskou waarin ach
terdocht, wantrouwen, verbittering I
en jaloezie een race op het scherp
van de snede liepen. Politieke ont
goocheling, lijfelijke verbanning,
moord en doodslag vormden een
ijzige omlijsting van het veel gepre
zen spionageverhaal.
De man die daarin een weinig be
gerenswaardige hoofdrol moest
vertolken komen we opnieuw tegen
in 'Poolster'. Het wereldje waarin
Martin Cruz Smith opnieuw haat en
nijd plaatst is nog beperkter dan in
'Gorki Park'. Alle gebeurtenissen
spelen op en rond een in de Poolzee
varende Russische visfabriek 'Pool
ster'. Onze voormalige Moskouse
politieman zit daar weggestopt in
een nederig hoekje, ver van elke le
vensvreugde. Geen wonder, dat hij
als enige opvarende met politie-er-
varing ingaat op het verzoek een
moord aan boord op te lossen. Het
wordt vissen in een poel van mense
lijke ondeugden. In de uiterst som
bere gemeenschap is levensvreug
de een zeldzaam goed; de grauw
heid van het bikkelharde bestaan in
de bittere poolkou blijkt veel leed
en ellende te verbergen.
De sfeer van het rauwe leven aan
boord is beklemmend, maar noodt
niet tot lezen. De 'Poolster' doet
denken aan waden door een wad:
moeizaam en weinig verrassend.
Mary Higgins Clark
'Dodelijk ontwerp' is de jongste Ne
derlandse vertaling van één van de
boeken van Mary Higgins Clark. Als
weduwe met vijf kinderen kon zij
nauwelijks de eindjes aan elkaar
krijgen en besloot ze te gaan schrij
ven. Omdat zij het geld zo nodig
had, wilde zij meteen een boek pro
duceren 'dat zou verkopen'. Twee
uitgevers zagen vonden haar eerste
ling: te eng voor onze lezers. De der
de uitgever durfde het aan. 'Waar
zijn de kinderen?' bleek een best
seller. Net als haar volgende boe
ken. Inmiddels zijn er meer dan vijf
tien miljoen exemplaren verkocht.
Wie alsnog wil weten waarom, leze
haar nieuwste boek 'Dodelijk ont
werp'.
Mary Higgins Clark is geen be
genadigd woordkunstenares, maar
wel een geboren vertelster. Ze weet
de aandacht van de lezer snel te van
gen en door onverwachte wendin
gen tot het einde toe vast te houden.
Ditmaal gaat het om de moord op de
schrijfster van een roddelrubriek.
Een verre van aangenaam mens dat
uitstekend is ingevoerd in het mo
dewereldje. Zo goed, dat eigenlijk
iedereen het boekje vreest dat zij op
het punt stond uit te geven. Er is
derhalve een leger van verdachten.
Het verhaal wordt hier en daar
wat simpel zwart-wit getekend;
braaf tegen boqs. Maar Mary Hig
gins Clark houdt de spanning zo ste
vig vast en zorgt voor zo'n verras
send slot dat die schoonheidsfout
jes haar grif kunnen worden verge-
Ten slotte Tom Clancy die nog niet
zo lang geleden debuteerde met 'De
jacht op de Red October'. Een op
vallend sterk verhaal over een we
reldwijde speurtocht naar een ver
dwenen onderzeeër. Al vond ik de
etalering van zijn kennis van het
maritieme leven wat erg uitvoerig.
Dat verstrikt raken in de detaille
ring is Tom Clancy blijven achter
volgen. Ook in zijn volgende verha
len 'Operatie Rode Storm' en 'Kar
dinaal van Kremlin'. Inmiddels is
zijn vijfde boek 'De Columbia Con
nectie' in het Nederlands vertaald.
Zoals de titel suggereert gaat het
over de drugshandel, vooral over de
strijd van de Amerikanen tegen de
Colombiaanse drugsfmafïa. Actie
en tegenactie. Als de Amerikanen
enige drugssmokkelaars elimine
ren, slaat de mafia spontaan en mee
dogenloos terug. Twee hoge Ameri
kaanse functionarissen worden
neergeschoten. De oorlog is ont
brand. Een speciaal VS-team wordt
in alle stilte naar Colombia ge
stuurd om de vijand op eigen ter
rein te bestrijden. Dan wreekt zich
de verdeeldheid aan het thuisfront.
Regering, CIA en FBI zitten elkaar
danig 4n de haren. Niemand wil ver
antwoordelijk zijn voor een eventu
eel échec. In feite wordt de strijd op
duizendenéén fronten en frontjes
gestreden, een competentiestrijd
waarvan de mannen in het veld het
slachtoffer dreigen te worden.
De vraagstelling 'Welke vijand is
gevaarlijker: die voor of achter je?'
is uitermate boeiend en leerzaam.
Maar omdat Tom Clancy als van
ouds lijdt aan uiterst degelijke,
maar soms langdradige detaillering
is het niet altijd makkelijk alle ver
banden te volgen. Maar de uitwer
king is knap en Clancy's schrijftrant
ondanks enige wijdlopigheid pak
kend.
KOOS POST
Poolster. Martin Cruz Smith. Luiting-
h/Sijthoff. 27,90.
Dodelijk ontwerp. Mary Higgins
Clark. Luitingh/Sijthofi, 24,90.
Colombia Connectie, Tom Clancy.
Bruna Uitg. 35.-.