Friesland moet alle zeilen bijzetten NABIJ Engelse taal verdringt Russisch in Oost-Europa 'Kerk kent geen jeugdprobleem' I REPORTAGE i Ziüvelprovincie loopt economisch achter bij de rest van Nederland GEESTELIJK LEVEN LEEUWARDEN - Waar Nederland zich mag ver heugen in een fikse econo mische groei, profiteert Friesland slechts mondjes maat. Tien jaar rijkssteun via het Integraal Struc tuurplan voor het Noorden des Lands (ISP) hebben de watersportprovincie geen nieuwe welvaart gebracht. Integendeel. De Rijksuni versiteit Groningen meldt in haar jaarlijkse Regio naal-Economische Ver kenningen dat de achter stand van Friesland dit jaar alleen maar dreigt op te lopen, terwijl het be drijfsleven in Groningen en Drenthe het wel beter doet. door Ger Bosklopper Friesland ziet op nagenoeg alle fronten de achterstand groeien. Dat de Friese werkloosheid nog altijd enkele procenten lager ligt dan die van landelijk koploper Groningen is volgens Dirk Stelder, de samen steller van het Groningse rapport, slechts te danken aan de grote 'ver vuiling' in de kaartenbakken van de Groninger arbeidsbureaus. In wer kelijkheid is de werkloosheid in Friesland waarschijnlijk de hoogste van Nederland, vreest hij. "Fries land gaat de verkeerde kant op", concludeert Stelder. Ir. Kranendonk, voorzitter van de Kamer van Koophandel en Fabrie ken in Friesland, meldde onlangs in zijn nieuwjaarstoespraak dat in 1980 de werkloosheid 2 procent bo ven het landelijk gemiddelde lag. Tien jaar later is dat percentage, alle steun ten spijt, verdubbeld. Uit de jaarlijkse enquête van de kamer van koophandel blijkt, dat de werkgele genheid vorig jaar niet meer dan 'licht' is gegroeid. Definitieve cij fers zijn nog niet beschikbaar, maar we mogen er van uitgaan dat de groei minder dan 1 procent heeft be dragen. Landelijk lag de groei bo ven de 2 procent. Dubbele handicap Friesland heeft ten opzichte van de rest van Nederland een dubbele handicap. Sterk groeiende sectoren als chemie, handel, transport, zake lijke dienstverlening en communi catie zijn er ondervertegenwoor digd. De traditionele industrie en de landbouw, waar sprake is van een stabilisering dan wel lichte daling van de werkgelegenheid, zijn daar entegen sterk aanwezig. De struc tuur van de bedrijvigheid is dus on gunstig. Maar er is meer aan de hand: de activiteiten in vergelijkbare takken van industrie blijven achter bij die elders in het land. De werkgelegen heid in de landbouw is in de periode regionale bedrijfsontwikkeling 1984-1988 gemiddelde jaarlijkse groei in procenten werkgelegenh. export omzet groningen friesland drenthe [7] nederland Er verandert weinig in Fries land. Te weinig, volgens econo men. De export blijft voorname lijk beperkt tot jongeren, die de provincie verla ten voor een car- 1984-1988 in Friesland procentueel meer achteruitgegaan dan lande lijk. Terwijl de industrie landelijk vooruitging, boerde de Friese in dustrie zelfs iets achteruit. De groei in de handel, transport, zakelijke dienstverlening en overige diensten was geringer dan landelijk. Alleen in de bouw steeg de werkgelegen heid sneller. Friesland moet de komende jaren rekening houden met een stijging van de werkloosheid. De ongunsti ge opbouw van de werkgelegenheid in samenhang met het relatief grote aanbod van jongeren op de arbeids markt (de Friese bevolking is in ver houding jong) werkt dat in de hand. Het aantal banen zal weliswaar iets blijven stijgen, maar het aanbod van jonge werkzoekenden neemt nog sneller toe. De werkloosheid kan daardoor in 1995 oplopen tot 19 a 20 procent, terwijl dit percentage nu iets boven de 17 ligt. Die ontwik keling zou nog ongunstiger uitpak ken indien Friesland niet te maken had met het verschijnsel dat veel jongeren Friesland verlaten en car rière maken in de Randstad. Dat drukt het werkloosheidspercenta ge. Export Belangrijk voor de Friese ontwik keling is dat de bedrijven een rela tief klein deel van hun omzet halen uit de export. Landelijk gaat het om 23 procent van de totaie omzet, in Friesland ligt dit percentage op 18. Stelder: "De Nederlandse econo mie drijft op de wereldhandel. Dat is de grote lijn achter het verhaal. De export is bepalend voor de gang van zaken in de Nederlandse econo* Exporterende bedrijven profite ren als eerste. Pas daarna, via deze bedrijven, komt de binnenlandse vraag op gang. Het exportaandeel van de Friese bedrijven is al jaren relatief klein en stabiel. "En zo lang dat het geval is, haal je nooit iets in", aldus Stelder. Opvallend genoeg blijven ook de Friese bedrijven die zich wél met export bezighouden achter. In de beide buurprovincies worden in dit verband omzetstijgingen van ge middeld 5 procent genoteerd. Fries land blijft halverwege steken. Zijn de Friezen misschien niet ambi tieus genoeg? Stelder heeft geen antwoord. "Ik heb weinig zicht op hét karakter van de Friese onderne mer. Ik weet het gewoon niet". Een factor die wél iets kan verkla ren is, dat de bedrijven in de provin cie zich teveel richten op de zuivel industrie. De provincie constateer de dat vorig jaar in het rapport 'Blik op metaal' met betrekking tot de problemen in de metaalindustrie. Eenzijdige oriëntatie kan inderdaad een zekere gemakzucht en conser vatisme in de hand werken, gelooft Stelder. Leuke toetjes De Friese zuivel zelf zou wat dat be treft ook niet het goede voorbeeld geven, door vooral vast te houden aan de verwerking van zuivel tot aloude 'bulk'produkten als kaas, melk en boter en te weinig aandacht te besteden aan nieuwigheidjes als leuke toetjes, yoghurtsnoepjes of andere eigentijdse versnaperingen. "Maar", tekent Stelder meteen aan, "het is onzin om te veronder stellen, dat de Friese ondernemer minder goed is dan een ondernemer elders. Friese ondernemers zijn niet minder vernieuwend of export- minded. Het begrip 'achterblijven' heeft ook een lading die mij hele maal niet bevalt. Het wordt onmid dellijk vertaald als zouden Friese bedrijven minder goed functione ren. En daar ben ik het niet mee In welke richting dient Friesland de oplossing te zoeken voor het in lopen van de achterstand? Stelder noemt drie punten: meer export, het ontwikkelen van nieuwe en ge specialiseerde produkten en een krachtenbundeling in en verbete ring van de recreatiesector. Van echte overheidsinvloed kan eigen lijk alleen in de recreatie - Friesland is de watersportprovincie bij uit stek - sprake zijn. "Voor de rest is de sturende invloed van de overheid gering. Subsidies, innovatiecentra, ze bestaan allemaal al lang en ken- Kaasfabrieken Wolvega en Tule dicht De verouderde kaasfabrieken in de Friese plaatsen Tuk en Wolvega worden "zeer waarschijnlijk" gesloten. Directeur ir. Bernard Bijvoet van de zuivelcoöperatie Noord-Nederland (Frico/Domo) zei dat giste ren tijdens een persconferentie. De kaasdivisie van de coöperatie ge reorganiseerd moet worden. Daarbij verdwijnen ongeveer 350 ar beidsplaatsen. Door een dalende melkaanvoer die vooral ontstond door de super heffing, kampt Noord-Nederland met een produktie-overcapaciteit van twintig procent. Omdat de kaassector verlies lijdt door slecht be talende klanten, heeft de directie besloten de deze in te krimpen. In Wolvega wordt onder andere Mimolette gemaakt, een rode Edam mer, die bestemd is voor de Franse markt. De produktie kan worden overgebracht naar de fabriek De Goede Verwachting in Balk. In ruil daarvoor zou de produktie van Leidse en Friese nagelkaas, die De Goe de Verwachting in Heeg fabriceert, naar de Frico-fabriek in Sint Nico- laasga gaan. De leden van de coöperatie en de bonden moeten zich nog over de voorstellen buigen. Directeur Bijvoet zei dat er geen gedwongen ont slagen zullen vallen. nelijk hebben ze niet gewerkt. Be stuurders zullen altijd zeggen: ze hebben erger voorkomen". Hij verzucht dan: "Er zou zich hier eens een grote Japanse auto producent moeten vestigen, die vijfduizend mensen nodig heeft. Dan ben je in een keer uit de zorgen. Of zoiets als de DSM. De invloed daarvan gaat verder dan wat cijfers achter de komma, dat heeft werke lijk effect". Genoeg gepraat Secretaris Steenbeek van de Kamer van Koophandel vindt dat er ge- werkgelegenheid naar bedrijfstak gemiddelde jaarlijkse groei 1984 -1988 in procenten groningen friesland drenthe 0 nederland noeg is gepraat over de mogelijke oorzaken. 'Handen uit de mouwen', luidt zijn devies. En hij komt maar meteen met een "nationaal plan" dat agrarische producenten van el ders moet bewegen zich te vestigen in het schone Friesland. "Te begin nen met de veeteelt en de tuinbouw. In het Westen lopen landbouwbe drijven echt vast door de oprukken de stedelijke agglomeraties en bij voorbeeld de aanwezigheid van vuilverbrandingsovens' "Zo'n nationaal plan mag niet een kwestie worden van eens een jaartje proberen. Nee, dat moet voor een jaar of vijf worden opgezet en daar moet met kracht aan worden vast gehouden. Wat dat betreft is het prettig, dat minister Braks onlangs al een beetje door de bocht is ge gaan voor de vestiging van tuin bouwbedrijven in Friesland. Dat moeten we aangrijpen. Niet lopen te sjaggerijnen, aan de slag." Zorgen heeft Steenbeek intussen ook. Vooral over het dalende inwo nertal, dat voor een deel samen hangt met het ontbreken van ge schikt werk. Niet alleen vloeit daar door kennis en ervaring weg, ook verdwijnt een deel van de koop kracht. Geld dat niet alleen nodig is om de bestedingen in de winkels op peil te houden. Ook de gemeentebe sturen, die alom hebben geïnves teerd in nieuwe voorzieningen en daarvan de rentelasten dienen op te hoesten, zijn allesbehalve gebaat bij het wegtrekken van inwoners. Steeds minder mensen moeten daardoor meer opbrengen. "Buiten gewoon zorgelijk." LONDEN - De trend was in West- Europa al langer waarneembaar. Nadat eerst het Duits was verdwenen als wetenschapstaal en de diplomaten het Frans hadden afgeschaft als hun geliefde lingua franca, had het Engels ook de straat veroverd. Speelgoedzaken werden 'early learning centers', kappers gingen voortaan als 'hairstylers' door het leven. En lang voordat minister Ritzen zijn geruchtmakend pleidooi hield voor het Engels als universiteitstaai, plachten managers reeds in 'meetings' bijeen te komen. door Cees van Zweeden Nu het Engels het Duits en Frans heeft overvleugeld, lijkt ook het lot te worden bezegeld van die andere, grote Europese taal: het Russisch. Gorbatsjovs perestrojka heeft in Oost-Europa niet alleen een politieke en economische revolutie ontketend, maar ook een linguïstische. In Polen en Hongarije, waar op middelbare scholen het Russisch sinds dit jaar niet langer een verplicht vak is, schakelen leerlingen massaal over op Engels. Om aan de overstelpende vraag te kunnen voldoen, is Polen naarstig op zoek naar 40.000 leraren Engels. In eigen land voldoende leraren opleiden zou 67 jaar vergen, reden waarom de Polen zo veel mogelijk onderwijzers in Engeland proberen te recruteren. De afgelopen maanden zijn zoveel Britse leraren in Oost-Europa neergestreken dat voor Engeland de taal het belangrijkste exportprodukt lijkt te zijn geworden. Maar hoewel een leger van gekwalificeerde leerkrachten Oost-Europa in gesloten formatie binnenmarcheert, blijven de meeste vacatures onvervuld. In Polen schoten het afgelopen anderhalfjaar zestig particuliere taalscholen uit de grond. Een van die scholen, luisterend naar de naam Polanglo, heeft een wachtlijst van dertig bedrijven die hun personeelsleden Engels willen laten leren. Voor elke Poolse zakenman die zich in Engels bekwaamt, zitten er drie in de wachtkamer. Toen in Hongarije aan het begin van dit schooljaar het Russisch als verplichte vreemde taal kwam te vervallen, kozen vier van de vijf leerlingen Engels als alternatief. In Budapest, Debrecen en Gyor wordt getracht drieduizend werkloze leraren Russisch om te scholen tot leraar Engels. Anderen krijgen beurzen om zich op Londense taaliristituten te bekwamen. Een van de uitverkorenen voor 'Londen', Zsuzsa Dioszegi (38), had vijftien jaar Russische les op Hongaarse scholen gegeven. Afgelopen september besloot zij een andere taal te kiezen. „Het is een kwestie van kiezen", zegt zij in nog gebrekkig Engels. „Wie niet overschakelt op een andere taal, is over enkele jaren werkloos". De linguïstische revolutie in Oost- Europa heeft de Britten voor onoplosbare problemen gesteld. De BBC-World Service begon vorige week haar 8-jaar oude taaiprogramma 'FolioW Me' in Roemenië uit te zenden, dit op dringend verzoek van de regering in Bukarest. „Maar de ontwikkelingen gaan zo snel, dat we ze gewoon niet kunnen bijhouden", zegt producer Harmish Norbrook. De eerbiedwaardige British Council, de Britse evenknie van het Duitse Goethe-Instituut en de Franse Alliance Fran^aise, zag zich zelfs gedwongen de wet te overtreden om maar genoeg (hoog)leraren de grens over te krijgen. Woordvoerder Nigel Semmens: „Het aantal hoogleraren Engels in Oost-Europa wordt gelimiteerd door wat is vastgelegd in de Culturele Overeenkomst tussen Engeland en die landen. Krachtens die overeenkomst konden we al meer mensen naar het oosten sturen. In Tsjechoslowakije gingen we van 6 naar 9 lectoren; in Hongarije van 4 naar 7. Maar de laatste maanden is de vraag zo groot geworden dat we niet langer wachten op de nieuwe Culturele Overeenkomst." Nu zelfs de door de staat gefinancierde British Council buiten alle verdragen om docenten in Oost-Europa begint te parachuteren, hebben de particuliere onderwijsinstellingen in Londen helemaal geen scrupules meer. Vertegenwoordigers van het Londense International House reizen koortsachtig door Oost- Europa in een poging zo veel mogelijk dependences van de grond te krijgen. In 1954 zette John Haycraft met veertig pond het eerste International House-schooltje op, in Spanje. Nu bestiert hij het grootste opleidingscentrum voor leraren ter wereld, met vestigingen in binnen- en buitenland. „Wereldwijd hebben we 30.000 mensen opgeleid tot leraar Engels", zegt Haycraft. „Overal hebben we scholen, behalve in Nederland, want de Nederlanders spreken beter Engels dan de Engelsen". Ook in de Sovjetunie mag het Engels zich verheugen in een groeiende belangsteling. Het International House werkt aan de publicatie van een leerboek dat in een oplage van 70 miljoen exemplaren op de Russicche markt wordt gebracht. En Haycraft is net terug van een reis door de Sovjetunie, bedoeld om de mogelijkheid van joint ventures met Russische universiteiten te onderzoeken. „We werden ingehaald als helden", vertelt Haycraft. „Vanuit Londen hadden we een massa geschenken meegenomen. Maar toen we terugkwamen waren onze koffers alleen maar zwaarder geworden. Mij vrouw Brita kwam op Heathrow aan als een prinses, omhangen met halskettingen en armbanden. Aan haar vinger droeg ze een kostbare ring, een geschenk van een onbekende student die een lezing van haar had gehoord". PRAIA In Kaapverdië was deze week de spanning onder de bevol king al ten top gestegen, met het oog op Öe komst van de paus, vandaag. De vrouw op de foto laat trots ansichtkaarten van de paus zien, die evenals veel andere souvernirs dezer dagen op de overwegend rooms- katholieke eilandengroep massaal te koop worden aangeboden. Na zijn bezoek aan de eilanden doet de paus achtereenvolgens Guinee-Bissau, Burkina Faso en Tchad aan. (foto epa) Leidse ambtsdragersconferentie: LEIDEN Praten over jongeren èn de kerk is te exclusief. Er bestaat geen jeugdprobleem, maar een 'kerkprobleem'. Een kerkeraad verschuilt zich vaak achter de jeugdouderling: laat die het maar doen. Dit betoogde Hans van Dam, consulent voor het Jeugd- en Jongerenpastoraat in Den Haag, gisteravond tij dens de ambtsdragersconferentie van de gereformeerde classis (regionaal verband) Leiden. Het thema van de conferentie, 'Jongeren en de kerk: zo kan het ook', was volgens de spreker dan ook in feite verkeerd geformu leerd. De bekende bijbelpassage, waarin Jezus tegen zijn leerlingen zegt: 'Laat de kinderen tot mij ko men', leert dat de jeugd er on voorwaardelijk bijhoort. Aan de hand van een herkenba re praktijksituatie bogen de deel nemers zich over het omgaan met opgroeiende jongeren. Het betrof het relaas van een vader die ver telde dat zijn dochter van catechi satie thuis was gekomen met de woorden: 'Ik bid niet meer, want ik voel helemaal riiks'. De vader moest daarop voor zichzelf toege ven dat ook hij wel zijn twijfels had. Door de ambtsdragers werd op gemerkt dat het van groot belang is dat ouderen in alle openheid de jeugd voorleven, en dat zij zich daarbij kwetsbaar durven opstel len. Ook als je ouder bent gaat ge loven met vallen en opstaan, werd opgemerkt. Van Dam beaamde dit. Jongeren en volwassenen staan op een 'nulpunt-situatie'; de jeugd is er nog niet ingegroeid, terwijl volwassenen zich afvra gen wat zij met de traditionele waarden aan moeten. Volgens Van Dam is het nodig de kerkdiensten kritisch onder de loep te nemen. "Vaak gehoorde kritiek op de diensten is nogal eens: het gaat niet over mij en mijn leven. Ervaringen, gedach ten, dromen, vragen van kinderen en jongeren zelf spelen vrijwel geen rol op de agenda van waar we ons als kerk druk over ma ken". Van Dam vond het niet juist om de jeugd te vragen: wat ver wachten jullie van ons?, maar open pastorale contacten vond hij van groot belang. EN VER In dat verband brak hij ook een lans voor meer tijd voor elkaar in de gezinnen. Sommige vaders of moeders zyn vier avonden per week druk voor de kerk, aldus Van Dam. "Als de contacten thuis op een laag pitje staan door tijd gebrek, dan bent u op een hellend vlak. Het klinkt misschien gek op een ambtsdragersconferentie, maar probeer wat minder tijd voor de kerk in te ruimen en wat meer voor het gezin". Karikaturen, het zoeken van schuldigen ('jongeren zijn onver schillig' en 'de kerk is niet wer vend genoeg') of een crisisgevoel moet echter worden vermeden, want dat is niet produktief en werkt versimpelend. Wel is het belangrijk om het gemeente-zijn in al haar facetten op het kunnen meebeleven van de jonge genera ties af te stemmen. "Als het 'kind in ons midden' zich thuisvoelt, geniet iedereen mee", aldus Van Dam. Hij besloot: "Wij moeten men selijkheid uitstralen en geloof in de zaak. Want we hebben toch iets te bieden?" Godsdienstwet in Hongarije aangenomen BUDAPEST (KATHPRESS) - Het Hongaarse parlement heeft gisteren ingestemd met een nieu we godsdienstwet die elke burger vrijheid van godsdienst toekent. Slechts een van de 304 afgevaar digden stemde tegen; elf'onthiel den zich van stemming. Volgens de wet mag "niemand worden belemmerd" in de uitoe fening van zijn godsdienst. Maar evenzeer kan niemand kan zich met een beroep op zijn geloof aan zijn plichten als staatsburger ont trekken. De wet schrijft een strikte scheiding van kerk en staat voor en de gelijkberechtiging van door de staat erkende godsdienstige gemeenschappen. Ook is voor de benoeming van kerkelijke ambts dragers geen toestemming van de staat meer vereist. Bovendien mag de staat geen gegevens over de godsdienst van de burgers ver zamelen. Bezuinigen. De Vereniging van Kerkvoogdijen in de Hervormde Kerk eist dat de Kerk structurele maatregelen neemt om te bezui nigen op haar landelijk en provin ciaal apparaat. Daartoe zal de ver eniging een brief richten aan het bestuur van de synode. De plaat selijke gemeenten hebben nu het gevoel dat de landelijke kerk "niets doet om minder te groei en", terwijl zijzelf alle moeite heb ben om het geld bijeen te brengen en soms zelfs gedwongen zijn een predikantsplaats op te heffen, al dus de Vereniging. Moker. De kerkelijke omroep Moker besteedt in de uitzending van vanavond o.a. aandacht aan het pastoraat onder militairen, en het Nederlands Bijbelgenoot schap. Ontvangst via FM 105.7 of kabel FM 88.1. Bijbelzondag. 'Tot recht ko men' is het thema van de nationa le bijbelzondag op 28 januari. Het thema is gekozen in samenhang met de preekroosters in veel ker ken en sluit aan bij het conciliair proces. In Leiden zullen zondag negen kerken meedoen aan de ac tie van de afdeling Leiden van het Nederlands Bijbelgenootschap: 'Bijbels voor Rusland uit Leiden'. De bijbelzondag vindt sinds 1977 jaarlijks plaats. Beroepingswerk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 2