'Het kan niet groener dan groen'
King Lear' voor het grote publiek
Robert Paul heeft nu iets te zeggen
Onzegbare mooie voorstelling
Schouwburg: plaats
om jacht te maken
Galerie Stelling in
financiële problemen.
Bestuur Panorama Mesdag
positief over samenwerking
DONDERDAG 18 JANUARI 1990
Het concern verrast in het LAK
'Herinneringen van een valk' door Het Con
cern. Regie: Jan Ritsema. Decor: Hans
Klasema. Dans: Arnold Goores, Patrice
Kennedy, Helga Langen, Angela Linssen,
Margie Smit. Louise Vine. Gezien op 17 ja
nuari in het LAK-theater alwaar nog van-
LEIDEN Zes personages op
zoek naar een regisseur met .een
danshart; de leden van het Am
sterdamse danstheatergezel
schap Het Concern bereikten de
leeftijd waarop de spieren wat
aan de onwillige kant werden en
ze bovendien wel eens iets anders
wilden dan een pure choreografie
op maat. Ze schakelden regisseur
Jan Ritsema in (inderdaad, die
van "U bent mijn moeder"), die
de laatste jaren telkens voor ver
rassend eigenzinnige theater
voorstelling had gezorgd. Verras
send en eigenzinnig is ook 'Herin
neringen van een valk'; een dans
voorstelling waarin misschien
twee van de zestig minuten
enigszins gedanst wordt.
Vorig jaar maakte Ritsema een
voorstelling over de filosoof en
tuinman Ludwin Wittgenstein en
diens bekendste uitspraak 'Worü-
ber mann nicht reden kann, muss
mann schweigen' lijkt Ritsema
nu te hebben vorm gegeven. De
zes dansers benaderen het onzeg
bare en ondansbare door in een
kamer met prachtige houten lam-
brizeringen bijna niets te doen.
Wie ze zijn, wat ze daar doen en
hoe hun relatie in elkaar zit; het
blijft in het midden. Zoals ook el
ke andere handreiking naar bete
kenis uitblijft. De toeschouwer
moet zijn eigen verhaal en fanta
sie in de voorstelling leggen met
de fragmenten en flarden aan pas
jes en handelingen door de dan
sers. Bijna om de beurt vragen ze
de aandacht door met een vinger
over de vloer te bewegen, op een
bontjas te gaan liggen of langs de
lambrizering te rollen. Kledings
tukken worden uit en aangetrok
ken en soms raken de dansers él-
kaar bijna contactloos aan. Tus
sendoor heerst de stilte. Ze zijn zo
in zichzelf gekeerd dat het lijkt'of
ze in hypnose zijn. Maar wat ze
nog goed kunnen is kijken. Op de
band hoor je af en toe geluiden uit
de buitenwereld als een blaffende
hond, een radio of een geïnter
viewde man met sterk verhaal.
Melancholieke muziek van Jose
phine Baker en de verstilling van
Arvo Part bepalen twee van de
vele sferen die Ritsema ritmisch
laat vervloeien.
'Herinneringen van een valk' is
een onzegbaar mooie voorstelling
die je een uur lang doet vergeten
dat er zoiets als tijd bestaat. Een
voorstelling ook die niets voor
schotelt, maar een van de essen
ties van theater waar maakt: sug
gestie. Tot op de grens van het
verstaanbare intrigerend.
INGRID VAN FRANKENHUY-
ZEN
BUSSUM - Robert Paul
(40) maakt zich ernstig zor
gen over het milieu. In zijn
nieuwe theaterprogramma
Ruimtevrees zien we dan
ook een volgens eigen zeg
gen "bedachtzamer" Robert
Paul dan we gewend waren.
"Maar", benadrukt hij, "dat
betekent niet dat er minder
te lachen valt".
De titel van Pauls nieuwe show
is symbolisch voor wat mensen
vandaag de dag doen: zichzelf
van de buitenwereld afsluiten
en hun eigen wereldje creëren.
"Ik symboliseer dat door op een
eigen planeet, Kubukus, te gaan
zitten, waar je werkelijk alle
vrijheden hebt, niks te maken
met een ander, niks te maken
met milieu gewoon lekker
opnieuw beginnen als een soort
Adam in een nieuwe Hof van
Eden. Daar probeer ik een
nieuw leven op te bouwen en te
kijken of ik het alleen kan red
den".
door
Frank van Dijl
"In het begin gaat dat heel erg goed,
maar op het moment dat je jezelf te
rugtrekt en volledig op jezelf aange
wezen bent, komt er een ander con
flict: het conflict met jezelf. Dan
merk je dat je in feite niet buiten
mensen kan; je kan niet alleen of
eenzaam zijn: dat is niet de bedoe
ling van het leven. Ik denk datje het
een hele tijd kunt uithouden, maar
op een gegeven ogenblik heb je toch
behoefte aan contact met
Wat probeer je met het program
ma te zeggen?
",Dat je je niet aan je verantwoor
delijkheden mag onttrekken. Als ie
dereen alleen maar aan zichzelf
denkt, zijn eigen wereldje zou cre
ëren - wat je steeds meer om je heen
ziet - gebeurt er niks. Dat is niet
goed. Je kan je niet onttrekken aan
dat wat je wereld van je verwacht".
Ruimtevrees is toch juist meer de
angst voor de ruimte, het woord zegt
het al, terwijl het programma, als ik
je goed begrijp, meer over de angst
voor sociale contacten gaat.
"Maar het is symbolisch... Op het
moment dat je je sociaal terugtrekt,
kom je in conflict met jezelf en
die sociale aspecten behandel ik in
het programma. Dat je je daar niet
aan kunt onttrekken, en zeker niet
dat is een van de belangrijkste
thema's in het programma aan
het milieu, hè, waar je allemaal mee
bezig bent, of mee bezig zou moeten
zijn. Het milieu is eigenlijk de reden
om te vertrekken van de aarde en
daar op die fictieve planeet te gaan
zitten".
"Ik maak me zorgen over het
milieu, ja. Ik geloof dat iedereen
zich dat wel goed bewust wordt en
je merkt dan ook dat men daar in de
commercie nogal eens misbruik
van maakt. Iets is 'ozonvriendelijk'.
Ja, maar wat is dan de andere scha
delijke kant die er nog aan zit?"
"Ja, het kan niet groener dan
groen tegenwoordig... Maar ik vind
dat mensen zich daar steeds meer
mee bezig moeten houden. Er
wordt wel gezegd: 'Dat milieu, is dat
niet een beetje een platgetreden
pad?' Of: 'Doe je het uit commer
cieel oogpunt?' Nee, het is wel dege
lijk vanuit een motivatie. Een ander
gaat op de hoek van de straat met
een spandoek staan, ik heb het thea
ter om er iets over te kunnen zeg
gen. Niet dat dit programma zo
zwaar geëngageerd is, integendeel,
ik ben het gaan schrijven vanuit het
oogpunt dat er zeker humor in moet
zitten, dat er om gelachen moet
kunnen worden, dat het verteerbaar
is en niet dat het zo vreselijk zwaar
geëngageerd wordt".
"Dat zijn de mensen ook niet van
mij gewend. Mijn programma's be
stonden hoofdzakelijk uit toeters en
bellen, en ik heb dat met ontzettend
veel plezier gedaan, dat wilde ik ook
per se. Nu heb ik de behoefte om
iets te zeggen en dat werkt heel
goed. Ik blijk een vrij flexibel en in
telligent publiek te hebben dat het
onmiddellijk oppakt en daar zeker
in meegaat. Soms zijn er mensen die
er aan wennen moeten, maar als je
er daarna met ze over praat, vinden
ze het toch wel een positieve veran
dering".
Er staat nu een wat ernstiger Ro
bert Paul op het podium?
"Ernstig is het woord niet het is
een bedachtzamer, wat meer op de
actualiteit gerichte, een meer gepro
fileerde persoon die duidelijker
zegt wat ie vindt zonder dat dat op
dringerig of moralistisch wordt".
Zou je kunnen zeggen: wat min
der vrijblijvend?
"Ja, absoluut. Nee, het is niet vrij
blijvend, dit programma, zeker niet.
En zeker in een volgende show wil
ik dat nog meer gaan benadrukken.
Maar je moet dat heel voorzichtig
doen, met mate. Je moet niet van
het ene op het andere moment de
geëngageerde jongen gaan uithan
gen. Dan schrikken de mensen en
verlies je er alleen maar publiek
mee. Dit programma is geschreven
om te lachen".
"Ik heb het nu zó'n vijfendertig
keer gespeeld en pas in de laatste
tien voorstellingen voel ik hoe ik
het nu eigenlijk moet doen. Het is
een heel andere manier van werken.
Als je geëngageerd gaat werken,
kun je het niet meer als een plaatjes
boek doorkijken: dan moet je lezen
wat de ondertitels zijn, wat de in
houd van het verhaaltje is. Dat
houdt in dat ik van de mensen ook
verwacht dat ze echt luisteren naar
liedjes, en niet dat ze denken: o, nu
kan ik een rolletje drop pakken.
Nee, er moet echt geluisterd wor
den, zeker voor de pauze. Dat is wel
spannend".
Brengen de mensen dat ook op?
"Dat brengen ze zeer goed op, ja.
Tot mijn grote verrassing, want
nogmaals, je hebt een bepaald pu
bliek gekregen. De mensen komen
op een bepaald genre af en dan
moet je daar voorzichtig mee om
gaan als je dat een wat meer diep
gang wilt geven, zonder dat dat ten
koste gaat van de humor. Want het
heeft natuurlijk geen zin om de
mensen 's avonds nog een keer de
krant te laten lezen. Als je het goed
doet, kun je in zo'n programma
dat een stuk entertainment biedt
toch ook een aantal dingen kwijt die
een sociaal aspect hebben".
Dan neem je toch wel een risico?
"Ik heb het gewoon willen probe
ren. Ik zoek toch een soort confron
tatie en die confrontatie stimuleert
je tot het schrijven van nieuwe din
gen, tot het verbeteren van de din
gen die je op het toneel placht te
brengen".
Wat doe je zelf aan het milieu?
Rijd je in een auto met katalysator?
"Ja, al lang..".
Gebruik je ongebleekt wc-papier?
"Eh, dat soort dingen gaat natuur
lijk spelen en dan zeg je natuurlijk:
'Tja, dat zijn allemaal van die hele
kleine dingen', maar we zijn met
miljarden mensen op de wereld en
met zijn allen zijn we een giganti
sche vervuiler. We kunnen er ook
heel wat aan doen. Je merkt dat Ne
derland heel erg wakker is wat dat
betreft. Nederlanders zijn snel ge
motiveerd, willen al snel het goede.
En dat merk je dan ook bij jezelf, dat
zit gewoon in het volk. Dan flikker
je ook niet meer alles door de plee.
dan ben je niet meer zo kwistig met
bleekwater. Inderdaad, die kleine
huishoudelijke dingen waarvan je
denkt: zou dat nou helpen?, ja, die
helpen, want we zijn met veertien
miljoen mensen in Nederland".
Hoge stroomprijs
treft kunstenaars
AMSTERDAM (ANP) - Het be
stuur van de Beroepsvereniging
van Beeldende Kunstenaars (BBK)
heeft het Amsterdamse college van
B en W verzocht snel een regeling te
treffen voor beeldende kunstenaars
die in de problemen zijn gekomen
door een verhoging per 1 januari
van de krachtstroomprijzen. De
BBK vraagt om een tegemoetko
ming in het kader van de Algemene
Bijstandswet.
In sommige gevallen is zelfs spra
ke geweest van een verdubbeling
van de rekening, zo schrijft het be
stuur aan het college. Het zijn voor
al keramisten, grafische kunste
naars en beeldhouwers die stroom
met een hoger voltage dan 220 no
dig hebben voor de-uitoefening van
hun beroep.
Volgens een woordvoerder van
het Gemeentelijk Energie Bedrijf
(GEB) is er sprake geweest van een
herstructurering van de tarieven
structuur per 1 januari. Bepaalde
groepen krachtstroomgebruikers
ondervinden daar voordeel van,
maar voor andere groepen heeft de
wijziging inderdaad nadelige finan
ciële gevolgen".
Pietervan derBorcht, Boerenbruiloftna 1560.
Toneelgroep Amsterdam laat tragiek in waarde
VOORSTELLING: 'King Lear' van William
Shakespeare door Toneelgroep Amster
dam. Vertaling: Gerrit Komrij. Regie: Sam
Bogaerts. Vormgeving: Paul Gallis. Spelers:
Ton Lutz, Pierre Bokma. Rik van Uffelen.
Kitty Courbois, Celia Nutaar. Kees Hulst
e.a. Gezien: Stadsschouwburg Amsterdam.
Daar nog te zien t/m 21 januari, ook nog in
februari en maart. Tournee t/m 23 maarl
(o.a. Groningen 6-7 februari; Arnhem 13 fe
bruari; Rotterdam 23 t/m 25 februari
Utrecht 28 februari en 1 t/m 3
Haag 9 t/m 11 maart).
Den
AMSTERDAM - Meteen al in
het begin is duidelijk, dat Toneel
groep Amsterdam 'King Lear'
niet wil brengen als een onder
zware roem zuchtend drama. Het
lijkt wel of er een blijspel ge
opend wordt, in plaats van een
noodlot-tragedie. Felle kleurcon
trasten, visuele grappen en een
sterk tegen de populaire spreek
taal aanleunend woordgebruik
geven het publiek een duidelijk
exposé: vanavond gaat er gela
chen worden.
Koning Lear, de despotisch
heersende vorst die op zijn tach
tigste het land verdeelt onder zijn
dochters, heeft een paleis dat er
uitziet als een wand vol rotsholen
en draagt een bontmantel van het
type dat bij de Neanderthalers
voor het laatst in'de mode was.
Maar twee van zijn dochters, de
slechte Regan en Goneril, gaan
gekleed in jurken van gekleurde
tafzij. En de koning van Frank
rijk, de minnaar van de goéde
dochter Cordelia, lijkt met zijn
carnavalskostuum zo uit een
Molièreklucht weggelopen.
Toch ontneemt deze komische
start niet het zicht op de conflic
ten. Lear is heel serieus als hij zijn
lievelingsdochter Cordelia ver
stoot omdat zij hem niet wil vlei
en. Hij is in alle ernst onrecht
vaardig als hij de graaf van Kent,
die het voor haar opneemt, het
land uitzet. En er is niks grappigs
aan de achterbakse tevredenheid
waarmee de t\)vee slechte zusters
het aandeel van Cordelia accepte-
Deze toonzetting blijft gedu
rende de hele opvoering gehand
haafd. Sam Bogaerts heeft alle re
gisters met regievondsten open
getrokken, maar slaagt er won
derwel in op de beslissende mo
menten de tragiek in haar waarde
te laten. En die tragiek bereikt
grootse hoogten. De koning
wordt immers direct na zijn
troonsafstand door Regan èn Go
neril met .minachting behandeld
en letterlijk het huis uitgezet. De
oude man krijgt het op twee pun
ten te kwaad: als koning kon hij
rekenen op onvoorwaardelijk res
pect en op de feilloosheid van zijn
beslissingen; ineens realiseert hij
zich .dat hij niet alléén een foute
keuze gemaakt heeft, maar ook
dat hij jarenlang voor ware toe
wijding heeft aangezien, wat in
werkelijkheid slechts huichelarij
Net als Richard II en misschien
ook als Macbeth - andere Shake-
speares van dit seizoen - is King
Lear een man die al in het begin
zijn zwakke kanten laat zien,
maar die toch onze sympathie
verwerft. Het zijn alledrie perso
nages, hoe verschillend verder
ook, die niet alleen maar zwak of
slecht zijn, maar die juist dankzij
hun schaduwzijde tot een inzicht
komen dat zij anders nooit had
den bereikt. In 'King Lear' komt
dit aspect het duidelijkst naar vo
ren, want het verhaal van de oude
koning krijgt een parallel in de
geschiedenis van Gloucester, die
letterlijk blind moet worden
voordat hij inziet dat hij voor de
verkeerde zoon gekozen heeft.
Bovendien zijn het denken en het
geweten van Lear verpersoonlijkt
in de figuur van de nar, die lange
tijd niet van zijn zijde wijkt.
Die nar (Pierre Bokrpa) is een
mooie creatie. Het is geen gek,
zoals hij ook wel gespeeld schijnt
te worden, maar eerder een aan
hankelijk kind, ongerept nog in
geest en gevoel, en misschien dus
ook wel een ideaalbeeld van de
oerstaat waar Lear naar op zoek
is. Ton Lutz houdt als Lear zijn
gekte gelukkig binnen de perken.
Natuurlijk loopt hij verdwaasd
over de heide en is hij geinteres-
seerd in het opzettelijke geraas
kal van de naaktloper Edgar ("de
ze filosoof'), maar Lutz weet uit
stekend te suggererën dat het
slechts om een tijdelijke stoornis
gaat en dat een groot deel van
Lears geest het nog uitstekend
doet: veel van wat hij uitroept is
dan ook geen onzin. Van een' gro
te aandoenlijkheid is de scène in
het vierde bedrijf waarin Lear
wakker wordt in het bijzijn van
Cordelia (Marjon Brandsma).
Lear weet daar, dat hij niet hele
maal helder meer is en Lutz is op
zijn best als hij, vertwijfeld,
vraagt om begrip: „Lach me niet
uit, ik ben een dwaze, oude man...
En, om oprecht te zijn, vrees dat
ik niet bij mijn volle verstand
ben".
Er zijn meer mooie rollen. Rik
van Uffelen, als de verbannen,
maar trouwe graaf van Kent,
keert in vermomming terug op
een manier die doet denken aan
de inspecteur van T>eter Sellers.
Hajo Bruins heeft als de hofmees
ter van Goneril een nog nooit ont
waarde halfbuiging in huis. een
tje die heel geschikt is om een be
paald soort misprijzen van die
nend personeel uit te beelden.
Kees Hulst, in Oostaziatische out
fit, speelt Edmund, de slechte
bastaardzoon van Gloucester, en
maakt er een opvallend nuchtere
misdadiger van, die de regels van
het spel uitstekend beheerst.
Niet iedereen zal ingenomen
■zijn met de nadrukkelijke grap
pen en lacheffecten waar Bo
gaerts de nadelen van de grote
zaal mee hoopt te beheersen. Een
zekere vulgarisering kan deze
'King Lear' niet ontzegd worden.
Zelfs de vertaling van Gerrit
Komrij is gefileerd op poezie en
verhevenheid (het tekstboekje
bevat dan ook twee versies: de
vertaalde tekst en de bewerkte,
gespeelde tekst). Maar de waarde
van het stuk mag misschien wat
uitgedund zijn, ze is niet wezen
lijk aangetast. Een 'King Lear'
voor het grote publiek, niets meer
en niets minder.
LEIDEN Galerie Stelling zit in de financiële problemen. Er is een
huurachterstand van enkele maanden en ook het energieverbruik is al een
poos niet betaald. Stichting Kunstkring Burcht heeft vanmorgen in een
gesprek met wethouder Kuijers de problemen rond galerie Stelling be
sproken.
Stelling heeft een tentoonstellingsruimte in het pand van Stichting
Burcht aan de Burgsteeg, dat toebehoort aan de gemeente, en deelt mee in
de activiteiten van de Stichting. Volgens de voorzitter van de Stichting
Kunstkring Burcht, Dirk Ketting, is de verhouding tussen Burcht en Stel
ling niet meer zoals die zijn moet. "Stichting Galerie Stelling heeft een
huurachterstand van enkele maanden en functioneert niet zoals een gale
rie functioneren moet. Er bestaan verschillen van inzicht over de aanpak
van de galerie. Op deze manier wordt het voortbestaan van de Stichting
Kunstkring Burcht, die behalve het café ook andere culturele activiteiten
onder haar beheer heeft, op een ernstige manier bedreigd, terwijl wij op zit
moment goed draaien", aldus Ketting.
Okke Spierenburg van galerie Stelling ontkent de problemen in eerste
instantie. Later heeft hij het over problemen van huishoudelijke aard. "Wij
zullen opnieuw positie moeten bepalen. De huurachterstand - ongeveer
anderhalve maand - is volgens mij niet onoverkomenlijk. Wij hebben ook
duidelijk bezwaren tegen de werkwijze van de Burcht. Telkens als er een
activiteit is, moeten wij onze tentoonstellingsruimte verbouwen, dat is niet
goed voor de continuïteit". Volgens hem is er met het dependance van
Stelling in Keulen niets aan de hand. Dat dat failliet zou zijn noemt hij "on-
Dirk ketting meldt dat het gesprek met Kuijers geleid heeft tot een open
verhouding. "Alles is bespreekbaar. Verder zal de gemeente een bemidde
laar leveren die de komende tijd met ons rond de tafel gaat zitten".
DEN HAAG (GPD) - 'Kent en
versint, eer dat je mint' was de
lijfspreuk van de zeventiende eeuw-
se schrijver en dichter Jacob Cats.
Hiermee waarschuwde de schrijver
ervoor geen huwelijk aan te gaan op
basis van verliefdheid, geldzucht of
'vleselijke begeerte'. Partners
moesten in alle opzichten goed bij
elkaar passen. Trouwen deed je niet
Cats' levensfilosofie wordt op
nieuw in beeld gebracht in 'Kent en
versint, eer dat je bemint', een ten
toonstelling over vrijen en trouwen
in Nederland van 1500 tot J800.
Cats' aandacht ging voornamelijk
uit naar de jonge verliefden. Zelf
trouwde de schrijver toen hij 27 jaar
was. Daarvoor leidde hij met z'n
maatjes een ongebonden leven. Me
nigmaal was de zeventiende eeuwse
schrijver verliefd. Toen hij eenmaal
in het veilige huwelijksbootje was
gestapt, had hij als afgestudeerd ju
rist de behoefte om jongeren te
waarschuwen voor het leven van
een vrijgezel. Zelf was het voor hem
een fantastische tijd, maar Cats was
aan de risico's van het vrije leven
ontsnapt.
De gevaren van het vrije leven
waar hij op doelde zijn voor ons uit
de tijd. Scheiden, samenwonen of
leven in een commune: tegenwoor
dig kan alles. In die tijd was dit alle
maal onmogelijk. Ongehuwd sa
menwonen werd bestreden. Wie on
beraden in de fuik (vroeger het sym
bool voor huwelijk) zwom, kon er
niet meer uit.
Pas sinds de tweede helft van de
zestiende eeuw was een huwelijk
voor de kerk of staat verplicht, wil
de het geldig zijn. Daarvoor werd de
geslachtsgemeenschap tussen man
en vrouw als een echtelijke verbin
tenis beschouwd. Deze daad was
echter moeilijk te controleren.
Cats was een grote voorstander
ran het huwelijk, maar voelde zich
Vrijen trouwen
in Nederland
als intellectueel geroepen om het
jonge volk met zijn gedichten te
waarschuwen tegen deze verbinte
nis. Zijn ideeën spraken zijn tijdge
noten erg aan.
In die tijd verschenen de zoge
naamde vrijerijboekjes. Daarin wer
den concrete adviezen gegeven hoe
je de geschikste partner kon vin
den. Zo blijkt de 'plaats van ont
moeting' erg belangrijk te zijn. Vol
gens de zeventiende eeuwse dichter
Johan van Heemskerck was de
schouwburg een 'uitgelezen plaats
om jacht te maken': "Je kunt rustig
om je heen kijken en over belangrij
ke zaken discussiëren".
Van Heemskerkck waarschuwde
daarentegen voor een ontmoeting
op een bruiloft. "De avond en de
wijn benevelen de blik. Je kan niet
zien of de vrouw echt mooi is".
Hieruit blijkt het seksisme in de
huwelijksboekjes. De enige les die
een vrouw kreeg was 'dat ze mooi
moest zijn'. Haar vrouwelijke vor
men moest ze goed laten-zien. Ge
breken moest ze zoveel mogelijk
aan het oog onttrekken. Zonder een
goed voorkomen maakte zij nauwe
lijks kans op een echtgenoot.
En als de vrouw dan in de dans
zaal zat, mocht zij een aantrekkelij
ke man niet versieren. Van Heems
kerck zei het als volgt: "De vrijer
mag een vrijster ten dans vragen,
het meisje doet genoeg als zij hem
antwoord geeft".
(De tentoonstelling 'Vrijen en
trouwen in Nederland 1500-1800'
is van 21 januari tot en met 18
maart te zien in het Haags Histo
risch Museum. Het museum is ge
opend van dinsdag tot en met zon
dag, van 12.00 tot 16.00 uur)
DEN HAAG (ANP) - De Raad van
Bestuur van het Panorama Mesdag
ziet goede mogelijkheden voor sa
menwerking tussen het Rijksmuse
um H.W. Mesdag in Den Haag en
het Rijksmuseum Vincent van
Gogh in Amsterdam. Het initiatief
daartoe is genomen door het minis
terie van cultuur (WVC).
"Beide musea beschikken over
collecties van internationaal be
lang, die elkaar bovendien kunst
historisch goed aanvullen", zo heeft
het bestuur gisteren bekendge
maakt. H.W. Mesdag schonk het
door hem aan de Laan van Meerder-
voort gestichte museum in 1903 on
der strikte voorwaarden aan de
Staat. Er hangen veel doeken uit de
Haagse School en bijzondere schil
derijen uit de Franse School van
Barbizon.
Het bestuur wijst erop dat het ge
bouw in verwaarloosde staat ver
keert. In het beleid ontbrak het bo
vendien al jaren aan impulsen. Eni
ge jaren dreigde het grootste deel
van de collectie zelfs in een depot
van het Haags Gemeentemuseum
te verdwijnen toen het Rijk over
woog zijn verantwoordelijkheid
over te dragen aan de gemeente.
Het bestuur herinnert er wel aan
dat H.W. Mesdag als voorwaarde
stelde dat het museum in Den Haag
blijft gevestigd. "In dat kader zijn
wij zeker bereid aan oriënterende
besprekingen deel te nemen", aldus
het bestuur.
'Doolhof der Kalverliefde' uit Jacob Cats' 'Houwelick'. Het opgedofte
meisje bij de ingang van het doolhof dreigt, op zoek naar een vrijer, aan de
verkeerde man te blijven hangen. (f0t0 gpd>