'Het kan niet groener dan groen' King Lear' voor het grote publiek Robert Paul heeft nu iets te zeggen Onzegbare mooie voorstelling Schouwburg: plaats om jacht te maken Galerie Stelling in financiële problemen. Bestuur Panorama Mesdag positief over samenwerking DONDERDAG 18 JANUARI 1990 Het concern verrast in het LAK 'Herinneringen van een valk' door Het Con cern. Regie: Jan Ritsema. Decor: Hans Klasema. Dans: Arnold Goores, Patrice Kennedy, Helga Langen, Angela Linssen, Margie Smit. Louise Vine. Gezien op 17 ja nuari in het LAK-theater alwaar nog van- LEIDEN Zes personages op zoek naar een regisseur met .een danshart; de leden van het Am sterdamse danstheatergezel schap Het Concern bereikten de leeftijd waarop de spieren wat aan de onwillige kant werden en ze bovendien wel eens iets anders wilden dan een pure choreografie op maat. Ze schakelden regisseur Jan Ritsema in (inderdaad, die van "U bent mijn moeder"), die de laatste jaren telkens voor ver rassend eigenzinnige theater voorstelling had gezorgd. Verras send en eigenzinnig is ook 'Herin neringen van een valk'; een dans voorstelling waarin misschien twee van de zestig minuten enigszins gedanst wordt. Vorig jaar maakte Ritsema een voorstelling over de filosoof en tuinman Ludwin Wittgenstein en diens bekendste uitspraak 'Worü- ber mann nicht reden kann, muss mann schweigen' lijkt Ritsema nu te hebben vorm gegeven. De zes dansers benaderen het onzeg bare en ondansbare door in een kamer met prachtige houten lam- brizeringen bijna niets te doen. Wie ze zijn, wat ze daar doen en hoe hun relatie in elkaar zit; het blijft in het midden. Zoals ook el ke andere handreiking naar bete kenis uitblijft. De toeschouwer moet zijn eigen verhaal en fanta sie in de voorstelling leggen met de fragmenten en flarden aan pas jes en handelingen door de dan sers. Bijna om de beurt vragen ze de aandacht door met een vinger over de vloer te bewegen, op een bontjas te gaan liggen of langs de lambrizering te rollen. Kledings tukken worden uit en aangetrok ken en soms raken de dansers él- kaar bijna contactloos aan. Tus sendoor heerst de stilte. Ze zijn zo in zichzelf gekeerd dat het lijkt'of ze in hypnose zijn. Maar wat ze nog goed kunnen is kijken. Op de band hoor je af en toe geluiden uit de buitenwereld als een blaffende hond, een radio of een geïnter viewde man met sterk verhaal. Melancholieke muziek van Jose phine Baker en de verstilling van Arvo Part bepalen twee van de vele sferen die Ritsema ritmisch laat vervloeien. 'Herinneringen van een valk' is een onzegbaar mooie voorstelling die je een uur lang doet vergeten dat er zoiets als tijd bestaat. Een voorstelling ook die niets voor schotelt, maar een van de essen ties van theater waar maakt: sug gestie. Tot op de grens van het verstaanbare intrigerend. INGRID VAN FRANKENHUY- ZEN BUSSUM - Robert Paul (40) maakt zich ernstig zor gen over het milieu. In zijn nieuwe theaterprogramma Ruimtevrees zien we dan ook een volgens eigen zeg gen "bedachtzamer" Robert Paul dan we gewend waren. "Maar", benadrukt hij, "dat betekent niet dat er minder te lachen valt". De titel van Pauls nieuwe show is symbolisch voor wat mensen vandaag de dag doen: zichzelf van de buitenwereld afsluiten en hun eigen wereldje creëren. "Ik symboliseer dat door op een eigen planeet, Kubukus, te gaan zitten, waar je werkelijk alle vrijheden hebt, niks te maken met een ander, niks te maken met milieu gewoon lekker opnieuw beginnen als een soort Adam in een nieuwe Hof van Eden. Daar probeer ik een nieuw leven op te bouwen en te kijken of ik het alleen kan red den". door Frank van Dijl "In het begin gaat dat heel erg goed, maar op het moment dat je jezelf te rugtrekt en volledig op jezelf aange wezen bent, komt er een ander con flict: het conflict met jezelf. Dan merk je dat je in feite niet buiten mensen kan; je kan niet alleen of eenzaam zijn: dat is niet de bedoe ling van het leven. Ik denk datje het een hele tijd kunt uithouden, maar op een gegeven ogenblik heb je toch behoefte aan contact met Wat probeer je met het program ma te zeggen? ",Dat je je niet aan je verantwoor delijkheden mag onttrekken. Als ie dereen alleen maar aan zichzelf denkt, zijn eigen wereldje zou cre ëren - wat je steeds meer om je heen ziet - gebeurt er niks. Dat is niet goed. Je kan je niet onttrekken aan dat wat je wereld van je verwacht". Ruimtevrees is toch juist meer de angst voor de ruimte, het woord zegt het al, terwijl het programma, als ik je goed begrijp, meer over de angst voor sociale contacten gaat. "Maar het is symbolisch... Op het moment dat je je sociaal terugtrekt, kom je in conflict met jezelf en die sociale aspecten behandel ik in het programma. Dat je je daar niet aan kunt onttrekken, en zeker niet dat is een van de belangrijkste thema's in het programma aan het milieu, hè, waar je allemaal mee bezig bent, of mee bezig zou moeten zijn. Het milieu is eigenlijk de reden om te vertrekken van de aarde en daar op die fictieve planeet te gaan zitten". "Ik maak me zorgen over het milieu, ja. Ik geloof dat iedereen zich dat wel goed bewust wordt en je merkt dan ook dat men daar in de commercie nogal eens misbruik van maakt. Iets is 'ozonvriendelijk'. Ja, maar wat is dan de andere scha delijke kant die er nog aan zit?" "Ja, het kan niet groener dan groen tegenwoordig... Maar ik vind dat mensen zich daar steeds meer mee bezig moeten houden. Er wordt wel gezegd: 'Dat milieu, is dat niet een beetje een platgetreden pad?' Of: 'Doe je het uit commer cieel oogpunt?' Nee, het is wel dege lijk vanuit een motivatie. Een ander gaat op de hoek van de straat met een spandoek staan, ik heb het thea ter om er iets over te kunnen zeg gen. Niet dat dit programma zo zwaar geëngageerd is, integendeel, ik ben het gaan schrijven vanuit het oogpunt dat er zeker humor in moet zitten, dat er om gelachen moet kunnen worden, dat het verteerbaar is en niet dat het zo vreselijk zwaar geëngageerd wordt". "Dat zijn de mensen ook niet van mij gewend. Mijn programma's be stonden hoofdzakelijk uit toeters en bellen, en ik heb dat met ontzettend veel plezier gedaan, dat wilde ik ook per se. Nu heb ik de behoefte om iets te zeggen en dat werkt heel goed. Ik blijk een vrij flexibel en in telligent publiek te hebben dat het onmiddellijk oppakt en daar zeker in meegaat. Soms zijn er mensen die er aan wennen moeten, maar als je er daarna met ze over praat, vinden ze het toch wel een positieve veran dering". Er staat nu een wat ernstiger Ro bert Paul op het podium? "Ernstig is het woord niet het is een bedachtzamer, wat meer op de actualiteit gerichte, een meer gepro fileerde persoon die duidelijker zegt wat ie vindt zonder dat dat op dringerig of moralistisch wordt". Zou je kunnen zeggen: wat min der vrijblijvend? "Ja, absoluut. Nee, het is niet vrij blijvend, dit programma, zeker niet. En zeker in een volgende show wil ik dat nog meer gaan benadrukken. Maar je moet dat heel voorzichtig doen, met mate. Je moet niet van het ene op het andere moment de geëngageerde jongen gaan uithan gen. Dan schrikken de mensen en verlies je er alleen maar publiek mee. Dit programma is geschreven om te lachen". "Ik heb het nu zó'n vijfendertig keer gespeeld en pas in de laatste tien voorstellingen voel ik hoe ik het nu eigenlijk moet doen. Het is een heel andere manier van werken. Als je geëngageerd gaat werken, kun je het niet meer als een plaatjes boek doorkijken: dan moet je lezen wat de ondertitels zijn, wat de in houd van het verhaaltje is. Dat houdt in dat ik van de mensen ook verwacht dat ze echt luisteren naar liedjes, en niet dat ze denken: o, nu kan ik een rolletje drop pakken. Nee, er moet echt geluisterd wor den, zeker voor de pauze. Dat is wel spannend". Brengen de mensen dat ook op? "Dat brengen ze zeer goed op, ja. Tot mijn grote verrassing, want nogmaals, je hebt een bepaald pu bliek gekregen. De mensen komen op een bepaald genre af en dan moet je daar voorzichtig mee om gaan als je dat een wat meer diep gang wilt geven, zonder dat dat ten koste gaat van de humor. Want het heeft natuurlijk geen zin om de mensen 's avonds nog een keer de krant te laten lezen. Als je het goed doet, kun je in zo'n programma dat een stuk entertainment biedt toch ook een aantal dingen kwijt die een sociaal aspect hebben". Dan neem je toch wel een risico? "Ik heb het gewoon willen probe ren. Ik zoek toch een soort confron tatie en die confrontatie stimuleert je tot het schrijven van nieuwe din gen, tot het verbeteren van de din gen die je op het toneel placht te brengen". Wat doe je zelf aan het milieu? Rijd je in een auto met katalysator? "Ja, al lang..". Gebruik je ongebleekt wc-papier? "Eh, dat soort dingen gaat natuur lijk spelen en dan zeg je natuurlijk: 'Tja, dat zijn allemaal van die hele kleine dingen', maar we zijn met miljarden mensen op de wereld en met zijn allen zijn we een giganti sche vervuiler. We kunnen er ook heel wat aan doen. Je merkt dat Ne derland heel erg wakker is wat dat betreft. Nederlanders zijn snel ge motiveerd, willen al snel het goede. En dat merk je dan ook bij jezelf, dat zit gewoon in het volk. Dan flikker je ook niet meer alles door de plee. dan ben je niet meer zo kwistig met bleekwater. Inderdaad, die kleine huishoudelijke dingen waarvan je denkt: zou dat nou helpen?, ja, die helpen, want we zijn met veertien miljoen mensen in Nederland". Hoge stroomprijs treft kunstenaars AMSTERDAM (ANP) - Het be stuur van de Beroepsvereniging van Beeldende Kunstenaars (BBK) heeft het Amsterdamse college van B en W verzocht snel een regeling te treffen voor beeldende kunstenaars die in de problemen zijn gekomen door een verhoging per 1 januari van de krachtstroomprijzen. De BBK vraagt om een tegemoetko ming in het kader van de Algemene Bijstandswet. In sommige gevallen is zelfs spra ke geweest van een verdubbeling van de rekening, zo schrijft het be stuur aan het college. Het zijn voor al keramisten, grafische kunste naars en beeldhouwers die stroom met een hoger voltage dan 220 no dig hebben voor de-uitoefening van hun beroep. Volgens een woordvoerder van het Gemeentelijk Energie Bedrijf (GEB) is er sprake geweest van een herstructurering van de tarieven structuur per 1 januari. Bepaalde groepen krachtstroomgebruikers ondervinden daar voordeel van, maar voor andere groepen heeft de wijziging inderdaad nadelige finan ciële gevolgen". Pietervan derBorcht, Boerenbruiloftna 1560. Toneelgroep Amsterdam laat tragiek in waarde VOORSTELLING: 'King Lear' van William Shakespeare door Toneelgroep Amster dam. Vertaling: Gerrit Komrij. Regie: Sam Bogaerts. Vormgeving: Paul Gallis. Spelers: Ton Lutz, Pierre Bokma. Rik van Uffelen. Kitty Courbois, Celia Nutaar. Kees Hulst e.a. Gezien: Stadsschouwburg Amsterdam. Daar nog te zien t/m 21 januari, ook nog in februari en maart. Tournee t/m 23 maarl (o.a. Groningen 6-7 februari; Arnhem 13 fe bruari; Rotterdam 23 t/m 25 februari Utrecht 28 februari en 1 t/m 3 Haag 9 t/m 11 maart). Den AMSTERDAM - Meteen al in het begin is duidelijk, dat Toneel groep Amsterdam 'King Lear' niet wil brengen als een onder zware roem zuchtend drama. Het lijkt wel of er een blijspel ge opend wordt, in plaats van een noodlot-tragedie. Felle kleurcon trasten, visuele grappen en een sterk tegen de populaire spreek taal aanleunend woordgebruik geven het publiek een duidelijk exposé: vanavond gaat er gela chen worden. Koning Lear, de despotisch heersende vorst die op zijn tach tigste het land verdeelt onder zijn dochters, heeft een paleis dat er uitziet als een wand vol rotsholen en draagt een bontmantel van het type dat bij de Neanderthalers voor het laatst in'de mode was. Maar twee van zijn dochters, de slechte Regan en Goneril, gaan gekleed in jurken van gekleurde tafzij. En de koning van Frank rijk, de minnaar van de goéde dochter Cordelia, lijkt met zijn carnavalskostuum zo uit een Molièreklucht weggelopen. Toch ontneemt deze komische start niet het zicht op de conflic ten. Lear is heel serieus als hij zijn lievelingsdochter Cordelia ver stoot omdat zij hem niet wil vlei en. Hij is in alle ernst onrecht vaardig als hij de graaf van Kent, die het voor haar opneemt, het land uitzet. En er is niks grappigs aan de achterbakse tevredenheid waarmee de t\)vee slechte zusters het aandeel van Cordelia accepte- Deze toonzetting blijft gedu rende de hele opvoering gehand haafd. Sam Bogaerts heeft alle re gisters met regievondsten open getrokken, maar slaagt er won derwel in op de beslissende mo menten de tragiek in haar waarde te laten. En die tragiek bereikt grootse hoogten. De koning wordt immers direct na zijn troonsafstand door Regan èn Go neril met .minachting behandeld en letterlijk het huis uitgezet. De oude man krijgt het op twee pun ten te kwaad: als koning kon hij rekenen op onvoorwaardelijk res pect en op de feilloosheid van zijn beslissingen; ineens realiseert hij zich .dat hij niet alléén een foute keuze gemaakt heeft, maar ook dat hij jarenlang voor ware toe wijding heeft aangezien, wat in werkelijkheid slechts huichelarij Net als Richard II en misschien ook als Macbeth - andere Shake- speares van dit seizoen - is King Lear een man die al in het begin zijn zwakke kanten laat zien, maar die toch onze sympathie verwerft. Het zijn alledrie perso nages, hoe verschillend verder ook, die niet alleen maar zwak of slecht zijn, maar die juist dankzij hun schaduwzijde tot een inzicht komen dat zij anders nooit had den bereikt. In 'King Lear' komt dit aspect het duidelijkst naar vo ren, want het verhaal van de oude koning krijgt een parallel in de geschiedenis van Gloucester, die letterlijk blind moet worden voordat hij inziet dat hij voor de verkeerde zoon gekozen heeft. Bovendien zijn het denken en het geweten van Lear verpersoonlijkt in de figuur van de nar, die lange tijd niet van zijn zijde wijkt. Die nar (Pierre Bokrpa) is een mooie creatie. Het is geen gek, zoals hij ook wel gespeeld schijnt te worden, maar eerder een aan hankelijk kind, ongerept nog in geest en gevoel, en misschien dus ook wel een ideaalbeeld van de oerstaat waar Lear naar op zoek is. Ton Lutz houdt als Lear zijn gekte gelukkig binnen de perken. Natuurlijk loopt hij verdwaasd over de heide en is hij geinteres- seerd in het opzettelijke geraas kal van de naaktloper Edgar ("de ze filosoof'), maar Lutz weet uit stekend te suggererën dat het slechts om een tijdelijke stoornis gaat en dat een groot deel van Lears geest het nog uitstekend doet: veel van wat hij uitroept is dan ook geen onzin. Van een' gro te aandoenlijkheid is de scène in het vierde bedrijf waarin Lear wakker wordt in het bijzijn van Cordelia (Marjon Brandsma). Lear weet daar, dat hij niet hele maal helder meer is en Lutz is op zijn best als hij, vertwijfeld, vraagt om begrip: „Lach me niet uit, ik ben een dwaze, oude man... En, om oprecht te zijn, vrees dat ik niet bij mijn volle verstand ben". Er zijn meer mooie rollen. Rik van Uffelen, als de verbannen, maar trouwe graaf van Kent, keert in vermomming terug op een manier die doet denken aan de inspecteur van T>eter Sellers. Hajo Bruins heeft als de hofmees ter van Goneril een nog nooit ont waarde halfbuiging in huis. een tje die heel geschikt is om een be paald soort misprijzen van die nend personeel uit te beelden. Kees Hulst, in Oostaziatische out fit, speelt Edmund, de slechte bastaardzoon van Gloucester, en maakt er een opvallend nuchtere misdadiger van, die de regels van het spel uitstekend beheerst. Niet iedereen zal ingenomen ■zijn met de nadrukkelijke grap pen en lacheffecten waar Bo gaerts de nadelen van de grote zaal mee hoopt te beheersen. Een zekere vulgarisering kan deze 'King Lear' niet ontzegd worden. Zelfs de vertaling van Gerrit Komrij is gefileerd op poezie en verhevenheid (het tekstboekje bevat dan ook twee versies: de vertaalde tekst en de bewerkte, gespeelde tekst). Maar de waarde van het stuk mag misschien wat uitgedund zijn, ze is niet wezen lijk aangetast. Een 'King Lear' voor het grote publiek, niets meer en niets minder. LEIDEN Galerie Stelling zit in de financiële problemen. Er is een huurachterstand van enkele maanden en ook het energieverbruik is al een poos niet betaald. Stichting Kunstkring Burcht heeft vanmorgen in een gesprek met wethouder Kuijers de problemen rond galerie Stelling be sproken. Stelling heeft een tentoonstellingsruimte in het pand van Stichting Burcht aan de Burgsteeg, dat toebehoort aan de gemeente, en deelt mee in de activiteiten van de Stichting. Volgens de voorzitter van de Stichting Kunstkring Burcht, Dirk Ketting, is de verhouding tussen Burcht en Stel ling niet meer zoals die zijn moet. "Stichting Galerie Stelling heeft een huurachterstand van enkele maanden en functioneert niet zoals een gale rie functioneren moet. Er bestaan verschillen van inzicht over de aanpak van de galerie. Op deze manier wordt het voortbestaan van de Stichting Kunstkring Burcht, die behalve het café ook andere culturele activiteiten onder haar beheer heeft, op een ernstige manier bedreigd, terwijl wij op zit moment goed draaien", aldus Ketting. Okke Spierenburg van galerie Stelling ontkent de problemen in eerste instantie. Later heeft hij het over problemen van huishoudelijke aard. "Wij zullen opnieuw positie moeten bepalen. De huurachterstand - ongeveer anderhalve maand - is volgens mij niet onoverkomenlijk. Wij hebben ook duidelijk bezwaren tegen de werkwijze van de Burcht. Telkens als er een activiteit is, moeten wij onze tentoonstellingsruimte verbouwen, dat is niet goed voor de continuïteit". Volgens hem is er met het dependance van Stelling in Keulen niets aan de hand. Dat dat failliet zou zijn noemt hij "on- Dirk ketting meldt dat het gesprek met Kuijers geleid heeft tot een open verhouding. "Alles is bespreekbaar. Verder zal de gemeente een bemidde laar leveren die de komende tijd met ons rond de tafel gaat zitten". DEN HAAG (GPD) - 'Kent en versint, eer dat je mint' was de lijfspreuk van de zeventiende eeuw- se schrijver en dichter Jacob Cats. Hiermee waarschuwde de schrijver ervoor geen huwelijk aan te gaan op basis van verliefdheid, geldzucht of 'vleselijke begeerte'. Partners moesten in alle opzichten goed bij elkaar passen. Trouwen deed je niet Cats' levensfilosofie wordt op nieuw in beeld gebracht in 'Kent en versint, eer dat je bemint', een ten toonstelling over vrijen en trouwen in Nederland van 1500 tot J800. Cats' aandacht ging voornamelijk uit naar de jonge verliefden. Zelf trouwde de schrijver toen hij 27 jaar was. Daarvoor leidde hij met z'n maatjes een ongebonden leven. Me nigmaal was de zeventiende eeuwse schrijver verliefd. Toen hij eenmaal in het veilige huwelijksbootje was gestapt, had hij als afgestudeerd ju rist de behoefte om jongeren te waarschuwen voor het leven van een vrijgezel. Zelf was het voor hem een fantastische tijd, maar Cats was aan de risico's van het vrije leven ontsnapt. De gevaren van het vrije leven waar hij op doelde zijn voor ons uit de tijd. Scheiden, samenwonen of leven in een commune: tegenwoor dig kan alles. In die tijd was dit alle maal onmogelijk. Ongehuwd sa menwonen werd bestreden. Wie on beraden in de fuik (vroeger het sym bool voor huwelijk) zwom, kon er niet meer uit. Pas sinds de tweede helft van de zestiende eeuw was een huwelijk voor de kerk of staat verplicht, wil de het geldig zijn. Daarvoor werd de geslachtsgemeenschap tussen man en vrouw als een echtelijke verbin tenis beschouwd. Deze daad was echter moeilijk te controleren. Cats was een grote voorstander ran het huwelijk, maar voelde zich Vrijen trouwen in Nederland als intellectueel geroepen om het jonge volk met zijn gedichten te waarschuwen tegen deze verbinte nis. Zijn ideeën spraken zijn tijdge noten erg aan. In die tijd verschenen de zoge naamde vrijerijboekjes. Daarin wer den concrete adviezen gegeven hoe je de geschikste partner kon vin den. Zo blijkt de 'plaats van ont moeting' erg belangrijk te zijn. Vol gens de zeventiende eeuwse dichter Johan van Heemskerck was de schouwburg een 'uitgelezen plaats om jacht te maken': "Je kunt rustig om je heen kijken en over belangrij ke zaken discussiëren". Van Heemskerkck waarschuwde daarentegen voor een ontmoeting op een bruiloft. "De avond en de wijn benevelen de blik. Je kan niet zien of de vrouw echt mooi is". Hieruit blijkt het seksisme in de huwelijksboekjes. De enige les die een vrouw kreeg was 'dat ze mooi moest zijn'. Haar vrouwelijke vor men moest ze goed laten-zien. Ge breken moest ze zoveel mogelijk aan het oog onttrekken. Zonder een goed voorkomen maakte zij nauwe lijks kans op een echtgenoot. En als de vrouw dan in de dans zaal zat, mocht zij een aantrekkelij ke man niet versieren. Van Heems kerck zei het als volgt: "De vrijer mag een vrijster ten dans vragen, het meisje doet genoeg als zij hem antwoord geeft". (De tentoonstelling 'Vrijen en trouwen in Nederland 1500-1800' is van 21 januari tot en met 18 maart te zien in het Haags Histo risch Museum. Het museum is ge opend van dinsdag tot en met zon dag, van 12.00 tot 16.00 uur) DEN HAAG (ANP) - De Raad van Bestuur van het Panorama Mesdag ziet goede mogelijkheden voor sa menwerking tussen het Rijksmuse um H.W. Mesdag in Den Haag en het Rijksmuseum Vincent van Gogh in Amsterdam. Het initiatief daartoe is genomen door het minis terie van cultuur (WVC). "Beide musea beschikken over collecties van internationaal be lang, die elkaar bovendien kunst historisch goed aanvullen", zo heeft het bestuur gisteren bekendge maakt. H.W. Mesdag schonk het door hem aan de Laan van Meerder- voort gestichte museum in 1903 on der strikte voorwaarden aan de Staat. Er hangen veel doeken uit de Haagse School en bijzondere schil derijen uit de Franse School van Barbizon. Het bestuur wijst erop dat het ge bouw in verwaarloosde staat ver keert. In het beleid ontbrak het bo vendien al jaren aan impulsen. Eni ge jaren dreigde het grootste deel van de collectie zelfs in een depot van het Haags Gemeentemuseum te verdwijnen toen het Rijk over woog zijn verantwoordelijkheid over te dragen aan de gemeente. Het bestuur herinnert er wel aan dat H.W. Mesdag als voorwaarde stelde dat het museum in Den Haag blijft gevestigd. "In dat kader zijn wij zeker bereid aan oriënterende besprekingen deel te nemen", aldus het bestuur. 'Doolhof der Kalverliefde' uit Jacob Cats' 'Houwelick'. Het opgedofte meisje bij de ingang van het doolhof dreigt, op zoek naar een vrijer, aan de verkeerde man te blijven hangen. (f0t0 gpd>

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 21