De Middeleeuwen in de palm van de hand
Miniaturen uit de Noordelijke Nederlanden
Bij de 100ste verjaardag
schrijver Kurt TucHolsky
Verhey speelt
vijf concerten
op één avond
Bastaard
Hitgevoelig
Eerbetoon
UTRECHT 'Een monstertentoonstelling van het beste
van het beste'. Zo omschrijft Henri Defoer, directeur van
het rijksmuseum Het Catharijneconvent in Utrecht de ten
toonstelling 'Middeleeuwse Miniaturen uit de Noordelijke
Nederlanden', die tot 11 februari in dit museum is te zien.
Bij zo'n omschrijving maakt men zich voorstellingen van
de onafzienbare omvang van een dergelijke manifestatie.
Dat is werkelijkheid niet zo: de miniaturententoonstelling
is ondergebracht in twee zalen. De uitzonderlijkheid er van
is gelegen in het feit, dat voor het eerst in vijfhonderd jaar
meer dan honderd van de kostbaarste middeleeuwse ver
sierde handschriften samen zijn gebracht, waaronder een
aantal dat nog niet eerder in het openbaar te zien is geweest.
Een tentoonstelling vol schitterende juweeltjes van teken
en schilderkunst, vele slechts hand-groot. Een tentoonstel
ling die eigenlijk onder de loep bekeken moet worden.
Nederlanders zijn een nuchter volk.
Behalve voor zeehondjes, voetbal
lers én televisie-acties lopen ze niet
zo gemakkelijk ergens warm voor.
Wie boven de middelmaat uitsteekt
kan hier al snel rekenen op uiterst
kritische reacties: doe maar gewoon
dan doe je al gek genoeg is een de
eerste gedragsregels die Nederland
se kindertjes voorgehouden krij
gen.
door
Hans Lutz
Het kan niet anders dan dat de Ne
derlandse cultuur die neiging tot
onopvallendheid weerspiegelt. En
dat is ook zo: vroomheid, degelijk
heid, spaarzaamheid, strengheid
zijn de dragende thema's in litera
tuur en beeldende kunst. Wie het
waagt zich daar niets van aan te
trekken kan er zeker van zijn dat hij
of zij wordt beticht van byzantinis-
me om niet te zeggen bombasme of
van behaagzieke en praalzuchtige
compositie en kleurgebruik.
Veelal wordt deze nationale men
taliteit verklaard door te verwijzen
naar het calvinisme dat natuurlijk
inderdaad geen ruimte laat voor een
barok levensgevoel. De tentoonstel
ling over de Noordnederlandse mi
niatuurkunst in het Catharijnecon
vent rekent echter af met deze ver
klaring. Uit de schilderingen, waar
mee de middeleeuwse 'verluchters'
de bijbels en gebedenboeken ver
sierden blijkt een onweerstaanbare
behoefte om het verhevene, het hei
lige naar 'gewone' proporties terug
te brengen. Bijbelse geschiedenis
sen en legenden worden afgebeeld
alsof ze in de eigen tijd plaats von
den en de Heilige Familie lijkt een
eenvoudig gezinnetje in een Hol
lands interieur, zoals Henri Defoer
schrijft in een bijdrage aan de
Kunstschrift-special ter gelegen
heid van deze tentoonstelling.
Looprekje
Het is een van de aardigste ontdek
kingen op de tentoonstelling om te
zien hoe de Middeleeuwse miniatu
risten de goddelijke heilsbood
schap tastbaar maakten in afbeel
dingen van het braden van kippen
aan het spit, het bakken van brood,
het hijsen in de kroeg of het leren lo
pen van Jezus in een looprekje met
wieltjes. Op deze manier is een
schildercultuur ontstaan, die min
der verheven en hoofs is dan die in
het zuiden, maar wel een zeldzaam
beeld geeft van het gewone leven in
de vijftiende eeuw. Zeldzaam te
meer, omdat veel andere beeldende
getuigenissen verloren zijn gegaan:
de kostbare boeken met deze pren
ten zijn altijd zorgvuldig bewaard
gebleven en weinig gebruikt. Zoals
James H. Marrow het formuleert, de
geleerde die zijn levenswerk heeft
gemaakt van de studie van de
Noordnederlandse miniatuurkunst
en tal van ontdekkingen heeft ge
daan: "De Middeleeuwse cultuur
van de Noordelijke Nederlanden is
voor het eerst als het ware onder de
microscoop te bekijken; dat is een
mijlpaal in de kunstgeschiedenis en
een dramatische 'eye-opener'".
Marrow heeft trouwens zijn be-
vindingen vastgelegd in een boek, dië'later ook 'anderen
1990 zal verschij- zjchzelf
de loop
Hofkunst
De oorsprong van de Noordneder
landse miniatuurkunst ligt rond de
wisseling van de veertiende en vijf
tiende eeuw. Daar zijn twee oorza
ken voor aan te wijzen. Aan het ein
de van de veertiende eeuw werd het
hof van de Graven van Holland ver
plaatst van Henegouwen naar Den
Haag. Een kleine, maar welvarende
hofhouding concentreerde zich
rond Albrecht van Beieren en zijn
tweede echtgenote Margaretha van
Kleef. Kenmerk van zo'n welvarend
hof was de aanwezigheid onder an
deren van een groot aantal kunste
naars en geleerden. Zij waren daar
uiteraard vooral om de luister van
de graaf en gravin te accentueren en
dat moest tot uiting komen in kost
bare artistieke produkties. Versier
de gebedenboeken en bijbels leen
den zich daar goed voor: welstand
en godsvrucht konden zo uitste
kend worden verenigd. Een combi-
?op
.,- iibnicu vcm toepassing verklaar-
den' Laèere edelen, welgestelde
o irnrort ar,, kooplieden en de bisschoppen van
Utrecht gaven zo opdracht tot het
vervaardigen van talrijke vrome
boeken. En hoe luxer uitgevoerd,
een verdubbeling) van de inventari
satie (het 'corpus') die Byvanck en
Hoogerwerf in de jaren twintig heb
ben gemaakt en die tot voor kort
werd beschouwd als het meest vol- hïë'beter!' dat" versterktealleën
ledige overzicht van Noordneder
landse miniaturen. James Marrow
heeft ook de inleiding geschreven
de opdracht-
De samenstellers
tot de formidabele catalogus, die op ken bleven
mvt Mnutmuz. w mm
mm: ut mm ipt mmifft
m&titfmu-ïpm
mmi D&wsft* mm iw m
ppfêt mm mmmermim
mmttmttiït'fïu t mmmm
mm
w $0 mpu m m 4 Xu,
mm
Ui mmntprnrnar
m mi 4 as&M
mih it i mmmimn
&U) a- i' tiUm w
t Mu iiic (tnki mi im
iibnmiminqiï
I i»Hmuit.
mutoémtfa
irnmt tumtm n Ui m
mt0t fjmwïül mi Uv
ma ist tt - n po t a
t&twi mm
«itp aft m
ptHfitui et m&miin
m 'i <F&tïmtin i mn 11
mumuwui mm a n e
rituü ii trmta m mm ft tui
m tmtipmam 4Jïü mt
mm <iyta (m **muéa*
'0 nmm mm -f
nmm mww
f|»ii mmmtt w Hm
ftim
mrmï&iïïmum*
iittHtfWmttWiUUM A
ftrn*. mm-
il mttpit frmfrngbkmrm?
mïmmtï&iipii
ftiiif l\m? iuttui
mi* tpit muf lm tt m
mi t»x
]|||§swl imtm# pmmfjt mm
ai
tl* tij h
MMl>nnint
pin pw
Een dramatische voorstelling van de moord op de onnozele kinderenop
vallend is het detail, waar een moeder het moordenaarszwaard met blote
handen beetgrijpt om de slag te verhinderen. De miniatuur staat afgebeeld
in een Getijdenboek van de Meester van de Morgan Kindheidscyclus uit
1415, dat in bezit is van de Universiteitsbibliotheek van Luik. Opvallend
zijn de pijlvormige, bladgouden versieringen rond de schildering.
(foto GPD)
FRANKFURT (AP) - Kaspar, Ign-
az, Theobald, Peter en Kurt zijn af
gelopen dinsdag samen 500 jaar oud
geworden, ofschoon ze hun leven
reeds op 21 december 1935 beëin
digden. De namen zijn pseudonie
men waaronder de schrijver Kurt
Tucholsky grote bekendheid kreeg
in het vooroorlogse Duitsland.
Tucholsky werd op 9 januari 1890
in Berlijn geboren als zoon van een
joodse koopman. Na rechten gestu
deerd te hebben wijdde Tucholsky
zich echter aan de literatuur. In 1907
begon hij zijn literaire carrière met
een satire op keizer Wilhelm II. Tu
cholsky richtte zich met zijn spot
ternijen tegen de, in zijn ogen te gro
te macht van de overheid, het mili
tairisme, de klassejustitie, het bur
gerdom en de ambtenarij. Vanuit
een links-pacifistische bewogen
heid probeerde de schrijver het
door hem zo geliefde Duitsland te
bewaren voor het afglijden naar het
nationaal-socialisme.
"Het andere Duitsland dat zijn
wij", zei Tucholsky als hij wilde
aantonen dat er ook nog een links
Duitsland was. De schrijver Erich
Kastner beschreef Tucholsky eens
als een kleine dikzak die met een
schrijfmachine de "catastrofe" wil
de tegenhouden. Een van de meest
succesvolle aanklachten tegen de
schaduwzijden van de Weimarrepu-
bliek was het boek 'Deutschland,
Deutschland über alles' dat Tuchol
sky samen met de Amerikaanse fo
tograaf John Heartsfield maakte.
Vooral de kleine meesterwerkjes
in het blad 'Die Weltbühne', dat ook
enige tijd door hemzelf werd geredi
geerd, werden zeer gewaardeerd. In
die Weltbühne creeerde Tucholsky
zijn medestrijders Kaspar Hauser,
Ignaz Wrobel, Theobald Tiger en
Peter Panter omdat hij vond dat een
auteur niet viermaal in het zelfde
tijdschrift kon staan.
Na 1924 verbleef Tucholsky af
wisselend in Zweden en Frankrijk
omdat het Duitse politieke klimaat
hem niet meer beviel. Tucholsky
was een veelzijdig en produktief au
teur, die met zijn boekbesprekin
gen, humoristische verhalen, ge
dichten, toneelrecensies, polemie
ken en chansons ook in financieel
opzicht succes had.
Volgens Tucholsky was een sati
ricus een gekrenkte idealist; hij wil
de wereld verbeteren, maar de we
reld is slecht en daar gaat de idealist
aan onderdoor. In 1932 besloot Tu
cholsky niet meer te schrijven, hij
gaf daarmee uiting aan zijn grote
onvrede over de gebeurtenissen in
Duitsland. Hij wilde zelfs geen
Duits meer spreken en noemde
zichzelf "voormalig schrijver".
Tucholsky werd meteen na het
aan de macht komen van de nazi's
in 1933 van zijn staatsburgerschap
beroofd en bracht de rest van zijn le
ven in Zweden door. In deze perio
de schreef Tucholsky alleen nog
dagboeken en brieven, die als de li
teraire nalatenschap van de schrij
ver worden gezien. Na twintig jaar
met een scherpe tong politiek en
maatschappij te hebben bekriti
seerd maakte de criticus in Zweed
se ballingschap in 1935 verbitterd
een einde aan zijn leven.
schrijvers (de boekdrukkunst was
nog niet uitgevonden) als de schil
ders en tekenaars. Vanzelfsprekend
ontwikkelden zij eigen stijlen en
kwaliteiten en dat maakte dat som
migen extra goed in de markt lagen.
Hun werk komt men dus in ver
schillende boeken tegen. Om hun
stijl te kunnen identificeren is hun
naamgeving ontleend aan de be
langrijkste opdrachtgevers. Van
daar dat voortdurend wordt gespro
ken van 'De Meester vanen dan
volgt de naam van de opdrachtge
ver: Margaretha van Kleef, Zweder
van Culemborg, Evert Zouden-
balch, Gijsbrecht van Brederode en
tientallen anderen.
Moderne devotie
Naast de aanwezigheid van het hof
van de Graven van Holland hebben
het ontstaan en verbreiding van de
religieuze beweging die bekend is
geworden als de Moderne 'Devotie
een ongekende invloed gehad. De
beweging, in gang gezet door Geert
Grote, streefde het stichten van ge
meenschappen van leken na - de
Broeders en Zusters van het Geme
ne gewone) Leven - en de vereni
ging van kloosters onder de regel
van Augustinus. Het succes van de
beweging was groot: overal in de
Noordelijke Nederlanden ontston
den gemeenschappen, die leefden
naar het woord van de bijbel. Van
zelfsprekend was de behoefte aan
bijbels en gebedenboeken in deze
gemeenschappen heel groot. Voor
al, omdat Geert Grote een verzame
ling gebeden en overpeinzingen
had samengebracht in een zogehe
ten 'Getijdenboek'. Het bijzondere
aan zowel deze getijdenboeken en
bijbels was, dat ze in de volkstaal
waren geschreven: Latijn konden
alleen priester en geleerden lezen.
(Een bijbel in de volkstaal heette
dan ook veelzeggend een Biblia
Pauperorum: de armen-bijbel). De
Noordelijke Nederlanden zijn het
enige gebied in Europa geweest,
waar de getijdenboeken in de volks
taal meer regel dan uitzondering
Centrum van de Noordneder
landse miniatuurkunst was lange
tijd Utrecht. Dat was niet alleen het
religieuze centrum van Nederland
boven de rivieren, het lag ook geo
grafisch zodanig, dat er een vanzelf
sprekende uitwisseling plaats had
van internationale invloeden. Hoe
wel er geen bewijzen voor zijn
wordt aangenomen, dat al in de eer
ste periode - die van de Hofstijl
(1395-1415) - de miniatuurkunst zich
in Utrecht concentreerde. Voor la
tere periodes is dat (nagenoeg) ze
ker: de Meesters van Zweder van
Culemborg (een bisschop van
Utrecht); de miniaturisten die een
relatief groot aantal zogeheten Ne
derlandse Historiebijbels hebben
verlucht (een combinatie van verha
len uit het Oude Testament met een
samenvatting van de vier evange
lies aangevuld met toepasselijke
verhalen uit de Griekse of Romein
se geschiedenis); en de grootste van
allen de Meester van Katharina van
Kleef.
Hij schilderde voor deze hertogin
van Gelre en gravin van Zutphen
het meest 'koninklijke' Getijden
boek uit de Noordelijke Nederlan
den. Het boek (nu in twee delen)
munt niet alleen uit in de weergave
van details uit het dagelijkse leven
maar ook in een sprookjesachtige,
rijke fantasie, die nergens in Europa
is geëvenaard. Van deze meester
zijn veertien handschriften be
waard.
In zijn spoor kwamen ook andere
Utrechtse miniaturisten tot grote
prestaties. Hun prenten waren zo
geliefd, dat er - hoe kan het anders -
een handel in ontstond. Ateliers van
boekverluchters produceerden los
se prenten, die in de geschreven
boeken konden worden geplakt. Ze
De Hellemond, een van de Jeroen Bosch-achtige miniaturen uit het Getijdenboek van Katharina van Kleef, vol
gens kenners het meest fantasierijk geillumineerde gebedenboek. Het is 1440 ontstaan en is sindsdien in tweeën
gedeeld. De deel waaruit deze miniatuur komt berust in de Pierpont Morgan Library. (foto gpd>
werden verspreid door het hele land
en ook geëxporteerd. Onder meer
naar Vlaanderen, waar de Brugse
schilders herhaaldelijk protesteer
den tegen de concurrentie uit
Utrecht.
Overigens is het zo, dat pas recent
is aangetoond, dat naast Utrecht
ook Delft een belangrijk boekver-
luchterscentrum was.
Leiden
Het einde van Utrecht als belang
rijkste stad waar miniaturen wer
den gemaakt kwam in 1470. Toen
liet de bastaardzoon van Philips van
Bourgondië David (die in Utrecht
tot bisschop was benoemd tegen de
zin van Gijsbrecht van Brederode)
Gijsbrecht en de rebelse Hoekse
edelen gevangen nemen. Hun aan
hang werd uit de stad verdreven.
Daaronder waren ook de miniatu
risten. Ze zochten en vonden hun
heil in andere Noordnederlandse
steden, waar inmiddels ook een
boekversierdersschool was ont
staan. Vooral Haarlem, Zwolle en
Arnhem, maar ook Leiden hadden
een eigen stijl ontwikkeld, waarin
overigens steeds meer de Zuidne
derlandse uitbundigheid (bij voor
beeld de rijke toepassing van blad
goud) herkenbaar is.
Aan het einde van de vijftiende
eeuw werden de handgeschreven
boeken steeds meer verdrongen
door de gedrukte. Zeker in de Noor
delijke Nederlanden, waar de bur
gerij de toon aangaf in plaats van de
adel nam de behoefte aan rijk geïllu
streerde boeken af.
Na 1520 Zijn er in deze streken
geen met de hand verluchte boeken
meer verschenen. De flinke eeuw
die er aan vooraf is gegaan heeft
echter een ongekende rijkdom op
geleverd. Een rijkdom, die nu voor
het eerst is bijeen gebracht en pu
bliekelijk te genieten.
ROTTERDAM (GPD) - De violiste
Emmy Verhey zal een zwaar maar
voor het publiek alleszins aantrek
kelijk project uitvoeren: op 25 janu
ari speelt zij in de Rotterdamse Doe
len de vijf vioolconcerten van Mo
zart in één enkel concert. Bij deze
krachttoer zal zij worden begeleid
door het Concertgebouw Kameror
kest onder leiding van Eduardo
Marturet. De NCRV maakt een tv-
opname van dit concert.
Emmy Verhey heeft inmiddels al
de vijf concerten met genoemd or
kest en onder leiding van dezelfde
dirigent op twee CD's vastgelegd.
Deze finan'ciëel niet geheel risico
vrije uitgave is mogelijk geworden
dankzij de sponsor die zij sinds kort
heeft.
Op 21 januari zal Emmy Verhey in
de Beurs van Berlage in Amster
dam de concerten 2, 3 en 4 spelen.
Verder is Emmy Verhey op 21 janu
ari in het Concertgebouw te horen,
dan met het eerste en het vijfde
vioolconcert van Mozart. Dit pro
gramma wordt gecompleteerd met
twee symfoniën, nr 21 en nr 5.
HADJIDAKIS - In het Amster
damse Muziektheater heeft op 29 ja
nuari een concert plaats van de
Griekse componist/dirigent Manos
Hadjidakis. Zijn werk wordt uitge
voerd door de zangers Maria Faran-
douri, Elias Lioungos en Nena Ve-
netsanou, en zijn eigen orkest.
Hadjidakis wordt, naast Mikis
Theodorakis, beschouwd als de be
langrijkste hedendaagse pomponist
van Griekenland.
Mano Negra - 'Puta's fever' (Vir
gin)
De eenwording van Eucopa in
1992 lijkt ook in de popmuziek
merkbaar. Begin vorig jaar maakte
het Nederlandse publiek kennis
met Les Negresses Vertes, een
Franse band met een enorme men
geling aan stijlen. Mano Negra komt
uit dezelfde hoek. Franse immi
grantenpop met vleugjes flamenco,
rap en salsa.
Mano Negra weet op uiterst origi
nele wijze de platgetreden paden
van de rock te omzeilen. De teksten
zijn in het Engels, Frans, Spaans en
Arabisch. Puta's fever' is een goede
bastaard. De dansmuziek van deze
Fransozen is aanstekelijk, opzwe
pend en humoristisch. 'King kong
five' is een modern rap-achtig num
mer, uitstekend voor een avondje
disco. 'Patchanka' is heavy salsa en
'Peligro' weer rustige ballad. Mano
Negra maakt echte wereldmuziek.
E.S.
Jimmy Somerville - Read My Lips
(Phonogram)
Jimmy Somerville, het kleine blon
de mannetje met kuifje, heeft zijn
eerste soloplaat afgeleverd: 'Read
My Lips'. Verwacht er geen verras
singen van. Het klinkt allemaal
zoals we gewend zijn van Bronski
Beat en The Communards, de groe
pen waarvan Somerville ooit deel
uitmaakte. Dat wil zeggen dat deze
cd, afgezien van een enkele ballade
bestaat uit het bekende discowerk
waarmee Sommerville in de afgelo
pen jaren de (gay)discovloer al
ruimschoots vol kreeg.
Voor de opmerkelijke falsetstem
van Jimmy Somerville geldt eigen-
.lijk dat je er geen genoeg van kunt
krijgen of ongenadig van over je
nek gaat. Ik reken mezelf tot de eer
ste groep al vind ik wel dat Somer
ville op zijn eerste solo-albüm wel
wat al te gemakkelijk op de ingesla
gen weg voort gaat. Geïnspireerde
songs van het niveau als 'Smaltown
Boy', waarin Somerville bezingt
hoe hij als homoseksueel kuifje uit
het bekrompen Glasgow naar het
tolerantere Londen vlucht, missen
we een beetje op deze soloplaat. En
eigenlijk halen ook de discosongs
het niet bij het betere stampwerk
van 'Don't Leave Me This Way' dat
zich de afgelopen jaren tot een soort
homo-volkslied heeft ontwikkeld.
Het enige nummer dat er een
beetje uitspringt is de als single uit
gebrachte cover van de oude Fran-
coise Hardy-hit 'Comment Te Dire
Adieu'. Voor de rest geldt dat Jim
my Somerville, gezien de strekking
van de meeste nummers, in zijn één
tje weliswaar net zo homoseksueel
als hitgevoelig is, maar artistiek
toch echt een beetje tekort schiet.
J.R.
John Lee Hooker - 'The healer'
(Silvertone/RCA)
Flavium - '20 years of bluespo-
wer' (Polydor)
John Lee Hooker is 72 jaar oud,
heeft over de honderd platen ge
maakt en zit al 42 jaar in het muziek
vak. En de legendarisch blueszan
ger uit Detroit gaat gewoon door.
Met een aantal jongere vakgenoten
maakte hij 'The healer', waarop tien
oude nummers in een nieuw jasje
worden gestoken.
In het titelnummer begeleidt
Santana 'The Hook'. Geen echte
bijdragen: Jan Rijsdam, Erna Straatsma
blues, meer wat onstpannen gitaar-
getokkel, dat enigszins uit de toon
valt bij de rest van de songs. Veel
sterker is de oude hit van Hooker
uit 1951, 'I'm in the mood', als duet
met Bonnie Raitt ('I love you Bon
nie'). Robert Cray geeft in 'Baby
Lee' een korte gitaarsolo en het
sterk door Hooker beïnvloede
Canned Heat doet mee op 'Cuttin'
out'. 'Think twice before you go' is
na de nummers met Bonnie Raitt en
Robert Cray het derde hoogtepunt
van 'The healer'. Los Lobos mag
een stevig deuntje meerocken. An
dere geestverwanten die Hooker
bijstaan zijn George Thorogood
('Sally Mae') en Charley Musselwhi-
te ('That's allright').
Hooker heeft nog steeds geen
steun nodig van de jongere genera
tie. De bejaarde blueszanger toont
in de drie nummers zonder gastspe-
lers aan dat hij het alleen ook nog
heel goed kan. Laten we de mede
werking van al die grote namen
maar opvatten als een eerbetoon
aan hun idool.
De Nederlandse formatie Flavi
um brengt eveneens een eerbetoon
aan grote blues-voorbeelden. Ter
gelegenheid van het 20-jarig be
staan van de band is '20 years of
bluespower' verschenen. Op deze
cd keert Falvium terug naar de roots
van de blues. Flavium maakte een
keuze uit traditionele bluessongs en
-ballads van onder anderen Robert
Johnson ('Crossroads', 'Walkin'
blues'), Elmore James ('Dust my
broom', 'Shake your moneymaker')
ep Muddy Waters. Blues van de lan
delijke Mississippi-delta tot en met
de city-blues van Chicago. De pro-
duktie van deze verzamel-cd lag in
handen van Pim Koopman.
Een puur commerciële zet na
tuurlijk, het verschijnen van dit al-
John Lee Hooker: ...geen hulp no
dig... (foto pr)
bum. Flavium heeft niet bijzonder
veel te vertellen. Door de middel
matige zang van Jos Veldhuizen
verliezen sommige covers hun oor
spronkelijke kracht. De nummers
worden braaf gespeeld, dat is alles.
E.S.