'Een vreemdeling zou zeggen: geen bal aan hier Jacht op goudzoekers geopend Journalist beschermt bron REPORTAGE Het dagelijkse leven op een produl^tieplatform is niet zo spannend ZATERDAG 6 JANUARI 1990 Een booreiland, daar vind je de rouwdouwers, de 'roughnecks'. Hard en zwaar werken in weer en wind en dat is zeker 's winters geen pretje. Maar hoe zit het op een produktieplatform waar ge- vonden delfstoffen uit de aarde worden gepompt? Computerge stuurd daar. De bemanning hoeft slechts te controleren of alles goed gaat. Op het Nederlands continentaal plat wemelt het inmid dels van de produktieplatforms. Wie werken daar en hoe span nend is het leven op een eiland-op-poten in de Noordzee, honderd kilometer uit de kust? Of hoe eenzaam en saai in de wintermaan den? "Hier gebeurt niets bijzonders, hoor". De aankomst per helikopter doet het hart sneller kloppen. Na aan komst lopen de passagiers met hun J bagage gebukt naar de trap die toe- I gang biedt tot de verblijfsruimte van het kunstmatige eiland. Bene den bij de incheckbalie van com- pressie- en produktieplatform K14- FA-1CP heerst weldadige rust. De heli is al weer op weg naar de vol gende halte op het Nederlands con- I tinentaai plat. Grietje Houkema, 1 achter de balie, verdeelt de kamers onder de gearriveerden. Twee man per kamer, die het midden houdt tussen een degelijke scheepskooi en een luxe hotelkamer. door Roel Snijder Overal zijn alarmknoppen, sen soren, sprinklerinstallaties, zwem vesten en kundige redders. Met twee reddingscapsules is het eiland in 'no time' geëvacueerd. Dit wordt immers regelmatig geoefend. Er kan niets misgaan. Hoofd Mijn bouw Installatie, André Elbert: "Na de beruchte ramp met de Piper Alpha zijn de veiligheidsnormen nog meer opgeschroefd". En het ei land, met in totaal achttien poten, kan een stootje en een stormpje hebben. Elbert: "Het is gebouwd om tegen een superwave te kunnen. Zo'n vloedgolf komt maar eens in de honderd jaar voor en die moet het kunnen hebben". En in geval van nood zijn zieken of gewonden binnen een uur op de vastewal. "Het is hier hartstikke saai", zo krijgen we te horen tijdens het 24 uur durend verblijf op het NAM- platform. Maar werken op een plat form op zee, week op week af, heli kopters, lange dagen; dat is toch spannend of op zijn minst 'anders'? Ja, dat moeten ze toegeven. En dat is ook voor de meesten de reden dat ze niet senior production techni cian, verpleegkundige of kok op de vaste wal zijn. De K14 is een dubbeleiland: een combinatie van een produktieplat form, dat dagelijks gemiddeld 2 mil joen kubieke meter gas uit zes put ten naar boven haalt, en een com- pressiestation. Via de K14 wordt per dag van zeven produktieplat forms ongeveer 15 miljoen kubieke meter gas naar Den Helder getrans porteerd. De afzonderlijke plat forms kunnen dat niet op eigen kracht en om 'genoeg druk te ma ken' heeft de K14 twee compresso ren met elk een vermogen van 22.000 paarde-krachten. Bovendien is de K14 een verza- melstation voor de werknemers van de omliggende NAM-platforms. Normaal schommelt de bezettings graad tussen de twintig en de dertig personen. Dit kan oplopen tot over de honderd, in geval van een algehe le 'shut-down' van de omliggende platforms voor het groot onderhoud in de zomer en tijdens een grote rampenoefening. Of bij dreiging van een echte ramp, zoals vorig jaar, toen een vrachtschip tijdens zwaar weer in de richting van enkele NAM-platforms dreef. Op het moment van ons bezoek zijn er 31 man aan boord. "Lekker rustig, nu hebben we de ruimte," al dus Elbert. Dat blijkt wel, want op de benedenverdieping worden en kele kamers benut voor ontspan ning: de Fitness-apparaten blijven vrijwel ongebruikt, maar de biljart tafels zijn voortdurend bezet in de vrije uurtjes. Elbert, die eigenlijk het liefst in vakjargon - van 'slugcat- chers' tot 'christmas trees' en ande re Engelse termen - praat: "Het is hier vrij relaxed. Sommigen zitten een hele avond achter hun compu ters te freaken en we hebben ook een clubje beleggers, die houden constant de beursberichten in de gaten. Een vreemdeling zegt waar schijnlijk: geen bal aan, hier. Maar het is echt een leuk sfeertje". Het loopt tegen zeven uur, de dienst voor de meesten zit erop en de eetzaal, waar alles van formica lijkt, is het volgende doel. Doperw De aankomst per helikopter op het produktieplatform K14. tjes, hamburgers, rijst en patat. An dré Elbert zegt het naar zijn zin te hebben op de K14. Hij werkte op de grote vaart bij Shell, de moeder maatschappij van de NAM, "en dan wasje vier maanden van huis". "Nu week op week af, dan heb je thuis veel vrije tijd. Neem je eens een week vakantie, dan heb je drie we ken vrij. En mijn vrouw vindt het wel best zo". Als een van de weinige platforms heeft de K14 een vrouwelijke ver pleegkundige: Grietje Houkema (35) uit Schagen. Sinds 1985 werkt ze off-shore via de Medische Dienst Continentaal Plat, een organisatie die verpleegkundigen uitleent aan maatschappijen als de NAM. Daar voor was ze praktijkdocente in het Sint Antonius Ziekenhuis in Sneek. "Van een collega hoorde ik dat ze vrouwen zochten. Ik dacht: voor een paar jaar lijkt me dat wel wat, maar ik ben er nog steeds. Het be valt me prima. Ik ben een soort huisarts. Ik mag geen diagnose stel len, maar mijn werk gaat toch wel (foto GPD) wat verder dan het behandelen van maagpijn". Moeilijk als vrouw? Je moet jezelf blijven en de grenzen goed neerleg gen. Je moet weten wat je wel en niet kunt. Ik wist maar amper wat off-shore was en ik vond het een enorme uitdaging. In het begin voel je je een hele stoere, flinke meid. Je krijgt een vakgerichte opleiding met onder andere cursussen in brandblussen en varen, maar je moet wel gewoon je werk doen: bij ongevallen zorgen dat de patiënt in ieder geval levend van boord komt. Je wordt vreselijk zelfstandig als je hier een paar jaar zit. En die week vrij is natuurlijk prachtig. Het is steeds een soort vakantie. De week aan boord gaat altijd vrij snel voor bij. Ik werk veel, naast het hospitaal run ik ook het hotel en verzorg een beetje de administratie". Het is avond en dat betekent voor de meesten vrije tijd. De nacht ploeg, slechts bestaande uit twee man, heeft het 'ontbijt' achter de kiezen om tot zeven uur 'smorgens door te werken. Na het eten verslin den enkelen de verse kranten en weekbladen die met de helikopter zijn meegekomen. De groep Por tugese stewards, evenals de koks van het off-shore-uitzendbureau Societé d'Exploration d'Hotellerie en belast met het schoonhouden van het 'hotel' en het wassen van beddegoed en de werkkleding, doen alles gezamenlijk: eten, kaar ten en nu televisie kijken. Vooral de clips van MTV zijn populair. En de rest, wat doet de rest? "Een beetje biljarten of studeren. Verscheidene jongens duiken 's avonds in de boeken. Over hydrau lische pneumatiek in mijn geval". Joop Goetjes uit het Noordholland se Winkel drinkt kalm een kopje koffie na het eten. In joggingpak ken op slippers, zoals de meesten er hier in hun vrije tijd rondlopen. Goetjes is senior production techni cian en in dienst van de NAM. We kwamen hem al tegen in de contro lekamer van het produktieplatform. "Ik zorg voor het mechanisch on derhoud, nakijken of alles het nog wel doet. Het geregelde leven op de vaste wal begon me weer te verve len. Dit is lekker afwisselend". "at die twaalf uren werken per dag betreft, zo heet wordt de soep niet gegeten. Als er een storing is, moet je wel eens wat langer door werken. Maar als je nagaat datje per jaar ongeveer 20 weken werkt en er 32 thuis zit... Bedenk ook dat door al die onregelmatigheids- en ongenoe genstoeslagen het loon tot 50 pro cent hoger kan oplopen. Sommigen verdienen hier een kapiteinsloon: 100.000,120.000 gulden. Ik hoef niet terug. De stemming is goed, de mo tivatie is goed, want je hebt een hoop toekomstmogelijkheden bij* de NAM. 's Avonds is het hier inder daad soms wat saai. Als iedereen om tien uur naar bed gaat, loopt er wel eens iemand met zijn ziel onder de arm. Maar ja, je moet er om zes uur weer uit". Inderdaad, zes uur is het 'porren', zoals dat op een platform heet. Het monotone gezoem dat constant aan een varend schip doet denken, valt op. "Zouden we er al zijn?" spookt als eerste door je hoofd. De dag- ploeg werkt razendsnel een ontbijt naar binnen en is al voor zeven uur aan het werk. De twee nachtwakers beginnen aan hun diner. "Nee, er is niks gebeurd vannacht", zegt Fred Vrieling. Kees Sarie: "Jawel, een lampbolletje kapot, een systeempje of zo". Vrieling: "Oh, niks van ge merkt". Wilco Hankel (21) uit Surhuister- veen komt tegen achten binnen. Nog een paar uur dan zit de week er op en komt de helikopter hem ha len. Maar als assistent-kok moet hij samen met zijn 'baas' eerst nog het eten klaarmaken dat 'de volgende kok de bemanning moet voorscho telen. Het was een leerzame week voor Wilco, want hij heeft op de K14 brood leren bakken. Dat was nood zakelijk, want op de KI 5 ging dat niet zo best. "Als kok krijg je toch altijd commentaar, het is nooit goed". Maar het humeur is opperbest: de vrije week lokt. En dan? "Even bij een vriend langs.' Hij bouwt een huis en misschien kan ik hem nog helpen". Wilco is pas sinds oktober kok op de platforms. Na de lts in Drachten, een cursus serveren en militaire dienst leek het leven op zee hem wel wat. "Ja, het bevalt wel goed. Het geld valt wat tegen, ik heb maar een jeugdloon. Maar ik vind het wel een mooi leven". Later, als het koksduo weg is, kankeren de nieuwe kok en de bemanning hart grondig over de bonenschotel, patat en spare ribs. Het duurt nog lang voor de- heli kopter komt. Plotseling klinkt door de intercom de kreet 'Fire alarm' en alle toegangsdeuren sluiten auto matisch. Al snel komen enkele NA- M'ers lachend naar boven. "Geen paniek, we hébben even een sprink lersysteem getest". We willen ech ter toch meemaken hoe zo'n red dingscapsule werkt. Dus zakken we in een capsule aan een ragfijn draadje in zee. Als het bootje vaart is het te doen, maar zodra we stil lig gen op de golven, begint de middag maaltijd omhoog te komen. De cap sule wordt draaiend en botsend weer omhoog gehesen. Toch nog even met Neptunus kennisge maakt. Dan liever een rustig tochtje per helikopter terug naar Den Hel der. Braziliaanse politie komt indianen in reservaten te hulp RIO DE JANEIRO (GPD) - Deze week worden honder den politieagenten uit heel Brazilië naar Boa Vista, een stad in het noorden van de Amazone gevlogen. Zij moe ten een bijna onmogelijke taak volbrengen: 45.000 goudzoekers verwijderen uit indianenreservaten ver spreid in de provincie Rorai ma. Het leger wordt achter de hand gehouden. Het komt regelmatig voor dat goud zoekers illegaal indianenreservaten binnendringen. Dit is echter de eer ste keer dat de Braziliaanse rege ring op zo grote schaal politie en le ger inzet om de goudzoekers (ga- rimpeiros) te verdrijven. Indianen- leiders, mensenrechtenorganisaties en de kerk hebben meer dan een jaar campagne gevoerd voor ingrij pen van de politie. Als gevolg van de invasie van garimpeiros heerst er nu in de reservaten een malaria-epi demie en is meer dan de helft van de indianen ondervoed of ernstig ziek. door Ineke Holtwijk Braziliaanse indianen in vol ornaat, In Brazilië leven ongeveer tien duizend Ianomami indianen, van wie de meesten in het oerwoud van Roraima. Gewone infecties kunnen voor de indianen, die vaak hun le venlang geen contact hebben gehad met de buitenwereld en dus geen af- weerstoffen bezitten, dodelijk zijn. Daarom noemde de Braziliaanse bisschoppenconferentie de invasie van de garimpeiros vorig jaar een "volkenmoord met voorbedachte rade". De eerste malariagevallen onder de Ianomami deden zich drie jaar geleden voor, kort na de komst van de goudzoekers. Het aantal ziekten heeft zich echter snel uitgebreid. Artsen signaleerden de afgelopen maanden behalve malaria, ook ge vallen van tbc, geelzucht en ge slachtsziekten. Afgelopen jaar over leden zeker tweehonderd Ianoma mi aan hun aandoeningen. In een provisorisch opvangcentrum in Boa Vista liggen nog eens honderd dertig doodzieke indianen. De Nationale Federatie van de In diaan (Funai), een overheidsorgani satie, schat dët meer dan vijfdui zend Ianomami op het ogenblik ma laria onder de leden heeft of ernstig ondervoed is. Omdat de goudzoe kers in dezelfde rivieren vissen als de indianen en in dezelfde bossen jagen en vruchten plukken, ont stond een tekort" aan voedsel. Dinsdag is het eerste vliegtuig van de Braziliaanse luchtmacht met artsen en noodhulp vertrokken. Het is de bedoeling dat zes medische teams de kleine twintig indianenre servaten in Roraima afreizen en me dicijnen uitdelen. Ernstig zieke Ia nomami worden naar het zieken huis van Boa Vista gebracht. Verdwaald De actie is de tweede poging van Funai om de Ianomami te helpen. In oktober keerde een ploeg artsen uit de hoofdstad Brasilia onverrich- terzake terug. De geneesheren wa ren verdwaald en voorts met de dood bedreigd door garimpeiros, die dachten dat de politie op hun dak was gestuurd. Even tevoren had namelijk de federale rechtbank in Brasilia bepaald dat de goudzoe kers uit de reservaten moesten ver dwijnen. Het bleef even stil na deze over winning van de indianenorganisa- ties in de rechtzaal. Maar in decem ber kondigde de minister van justi tie aan dat hij desnoods met hulp van het leger het gerechtelijk be sluit zou uitvoeren. De garimpeiros kregen tot 7 januari, morgen dus, de tijd om hun biezen te pakken. De garimpeiros worden nu lang zaam in het nauw gedreven. Vorige week arriveerden de eerste politie agenten in de reservaten. Zij probe ren de goudzoekers via hun leiders ervan te overtuigen dat zij maar be ter kunnen vertrekken. Het tweede middel dat minister Saulo Ramos in de strijd werpt is drooglegging. Aanstaande zondag worden de meer dan honderd illegale vlieg veldjes in het oerwoud afgezet om de goudzoekers van hun bevoorra ding af te snijden en uit te honge ren. Levert ook dat niet het ge wenste resultaat, dan treden de mi litairen aan en komt het dienstpi stool te voorschijn. Zowel Funai als minister Saulo Ramos gelooft dat het niet tot schietpartijen zal komen. Maar de politie heeft gezegd "op alles" voor bereid te zijn. De voorzitter van de vakbond van goudzoekers van Ro raima, Jose Teixeira Peixoto, ver klaarde drie weken geleden man haftig, dat gedwongen vertrek een bloedbad zou kunnen betekenen. "We zullen niet aarzelen ons te ver zetten". Zenuwachtig Maar nu D-day nadert, lijkt de stem ming omgeslagen. "We zijn zenuw achtig", zegt Verlei Silva Bueno, voorzitter van de enige coöperatie van goudzoekers in Roraima. De onzekerheid is groot. Volgens Silva moeten de garimpeiros alles over de op handen zijnde actie uit de krant lezen. "Van overleg is geen sprake", zegt hij. De vakbond en de coöperatie zijn inmiddels voorstander van vrijwil lig vertrek. Silva Bueno is ervan overtuigd dat de meeste van zijn collega's volgende week zonder veel gesputter het veld ruimen als de politie hen daartoe tenminste de kans geeft. "We zijn geen slechte mensen. We gunnen de indianen hun reservaten. Maar wij moeten toch ook bestaan", verzekert hij. Volgens Silva Bueno en andere leiders van goudzoekers is de oplos sing eenvoudig: de regering moet de goudwinning organiseren en de garimpeiros een gebied wijzen waar zij rustig kunnen werken. Bueno: "Dat doet zij met multinationals toch ook. Die krijgen wel vergun ning". De goudzoekers hebben de open lijke steun van de gouverneur de provincie, Romero Juca Filho. Ook Juca, pikant genoeg in het ver leden voorzitter van Funai, vindt dat het verblijf van de garimpeiros op een of andere manier moet wor den gelegaliseerd. Het is duidelijk Deze mini-ondernemers, vaak af komstig uit andere deelstaten, brachten welvaart en handel in het schaarsbevolkte Roraima. Op de in ternationale luchthaven van Boa Vista is het een komen en gaan van Cesna's en Pipers die goederen van en naar de goudzoekers brengen. In het stadscentrum verrezen naast de supermarkt en de koffiebarretjes de Casas de Ouro, goudwinkels. Probleem Als de garimpeiros straks uit de re servaten worden teruggevlogen naar Boa Vista, zoals in Brasilia is bepaald, zit de gouverneur boven dien met een groot probleem. Dan heeft de stad (ongeveer 120.000 in woners) er in een klap 45.000 werk loze en soms zwaar bewapende mannelijke burgers bij. Wie geeft hen te eten, onderdak en werk? Minder openlijk, maar even zo goed duidelijk is de scepsis bij de le gerleiding. Slechts de luchtmacht zegde minister Ramos in december steun toe bij de verhuizing. Maar dinsdag toen de zes medische team van Funai klaar stonden voor ver trek, bleken twee van de drie toege zegde vliegtuigen opeens "techni sche mankementen" te hebben. De minister van de landmacht, de ge zaghebbende generaal Leonidas Pi- res, treuzelt al weken om toestem ming te geven voor medewerking van zijn speciale oerwoud- eenhe den. De operatie is kostbaar en de kans van slagen is gering, zeggen de mili tairen. Het is bijna onmogelijk om alle garimpeiros te vinden en te ver wijderen. Het is bovendien goed denkbaar dat de gouddelving na en kele weken weer van voren af aan begint. Vernietiging van de vlieg veldjes, hetgeen de indianenorgani- saties bepleiten, levert hoogstens een vertraging van een jaar op. Het is een publiek geheim dat de legertop evenmin veel op heeft met indianenreservaten; indianen zijn Brazilianen en moeten integreren in de samenleving. Bovendien vrezen de viersterren generaals dat opge jaagde garimpeiros het nabijgele gen Venezuela inschieten. Al eerder hing de Venezolaanse regering aan de bel in Brasilia omdat Braziliaan se goudzoekers stilletjes een deel van haar territoir hadden gean nexeerd. Het laatste woord over de verhuizing is duidelijk nog niet ge sproken. GRONINGEN - Het komt regel matig voor dat journalisten feiten en andere informatie toegespeeld krijgen van iemand, die er volle dig op vertrouwt dat zijn naam nooit zal worden genoemd. Meestal schendt die informant dan een of andere geheimhou dingsplicht, omdat hij op dat mo ment en ten aanzien van deze fei ten die plicht in strijd acht met het algemeen belang. Soms ook heeft de informant er heel andere belangen bij journalisten 'gehei men' te vertellen. Maar dat doet minder ter zake. door Kees Wiese Journalisten plegen voordat zij die hen onthulde feiten publice ren na te gaan of zij wel kloppen en of ze (nieuws)waarde hebben. Zij behoren daarbij hoor- en we derhoor toe te passen en tijdens dat proces (waarbij soms ook col lega's en eventueel de redactie als organisatie wordt betrokken) is het vanzelfsprekend dat zij hun geheime informatiebron nauwlet tend beschermen. Dat is meestal ook niet zo moeilijk. Een heel enkele keer komt het, - na publikatie, voor dat de officier van Justitie, de rechter of een be langhebbende willen weten wie die geheime bron was. Journalis ten plegen daarover te zwijgen. Daarby kunnen zij zich dan niet beroepen op een erkend beroeps geheim of een soort verschoning srecht, zoals bijvoorbeeld advo caten hebben. Dat betekent dat zij via gijzeling en/of dwangsom kunnen worden gedwongen hun bron prijs te geven. In Nederland is de praktijk dat deze machts middelen ontoereikend zijn om journalisten aan het praten te krij gen. Bronbescherming is van eminent belang voor een vrije in formatiestroom, zonder welke persvrijheid niet kan bestaan en dat wordt ook door rechters en of ficieren van Justitie zo langza merhand wel begrepen. Zwijgen De Amsterdamse jurist Willem F. Korthals Altes promoveerde eind vorige maand op een proefschrift, waarin hij een "journalistiek pri vilege" bepleit: een wettelijk ge regeld voorrecht voor de journa list te blijven zwijgen tenzij hoge re belangen op het spel staan. On der die hogere belangen rekent Korthals Altes bij voorbeeld het voorkomen van zwaar lichame lijk letsel en vrijspraak of straf-, vermindering voor een verdach te. Ook vindt hij dat de journalist zijn bron moet noemen als de on waarheid van het gepubliceerde een beslissende rol speelt in een gerechtelijke procedure. Zijn proefschrift bevat een heldere en uitvoerige uiteenzetting over de regelingen op dit gebied in de Amerikaanse en Westduitse wet geving. Het grootste probleem bij het wettelijk regelen van zo'n journa listiek privilege is dat het zich zou moeten beperken. Korthals Altes breidt het begrip journalist naar Amerikaans voorbeeld uit naar alle 'personen die op welke wijze dan ook beroepshalve betrokken zijn bij publikatie van informatie in een voor het algemeen publiek toegankelijk geschrift of andere informatiedrager'. Alleen het woordje 'beroepshalve' staat dan nog tussen de gewone burger en de journalist, maar dat ene woordje is al te veel. Immers: Grondwetsartikel 7 garandeert de persvrijheid voor iedereen en niet alleen voor hen, die zich beroepshalve bezighou den met het publiceren van feiten en meningen. Iedereen heeft het volste recht een desnoods eenma lig krantje te maken met behulp van een fotocopieërapparaat; ie dereen zou zich dan op dat "jour nalistieke privilige" moeten kun nen beroepen om een eventuele geheime bron te beschermen. Sympathiek Daarom is het beter het "journa listieke privilege" maar niet bij wet te regelen, hoe sympathiek het juridisch ook oogt. Het hoeft ook niet als het voorrecht in feite iedere burger toekomt. Iedere formele regeling biedt argumen ten tegen en uitzonderingen op dat journalistieke zwijgen en wekt dus twijfel aan het vertrou wen in de journalist dat hij zal blijven zwijgen. De belangenaf weging, die in een voorrechtsre geling aan de rechter toevalt, heeft - als het goed is - de journa list al lang voor publikatie ge maakt. En formeel privilege of niet: echte journalisten bescher men hun bron zonder meer.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1990 | | pagina 2