De nieuwe trend: religieus winkelen
'Vroeger zei men: ken niet bestaat niet
GÓDSBELEVING
Kerken beleven een tijd
van 'Godsverduistering'
NET 20 OUD ALS DEZE EEUW
PAGINA 48
KEKSTBIJLAGE LEIDSCH/ALPHENS DAGBLAD 1989
ZATERDAG 23 DECEMBER 1989
De rol van de kerken in Nederland, het spreekwoordelijke domineeslandje, is
definitief uitgespeeld. De kerkverlating heeft zich in de jaren tachtig krachtig
doorgezet. En over hoe het nu verder moet, lijken de zittenblijvers in de
steeds kleiner wordende grote kerken het meer oneens dan ooit. Zijn velen
nu godloos, het besef dat er meer moet zijn tussen hemel en aarde is alom
aanwezig. Voor velen biedt de 'New Age', de nieuwe tijd, uitkomst: religieus
winkelen.
door Wim Schrijver
'Godsverduistering'. Dat is de aandui
ding die de kerken, met dank aan be
denker prof. dr. H. Berkhof, de laatste
jaren gebruiken wanneer bedoeld
wordt dat de ontkerkelijking in ons
land zeer ingrijpend heeft toegeslagen.
Wat populairder gezegd: het christen
dom. dat eeuwenlang van grote invloed
was op heel de maatschappij, is naar de
marge van diezelfde maatschappij te
ruggedrongen.
In het afgelopen decennium werd
naar schatting elke maand een kerkge
bouw gesloten. Vooral in de steden was
de slopershamer druk doende om ooit
trots naar de hemel wijzende godshui
zen met de aarde gelijk te maken. Een
zoveelste voorbeeld daarvan deed zich
vorige maand in Amsterdam-west
voor, waar gelovigen exact 25 jaar na de
bouw meemaakten hoe hun kerk de
deuren definitief moest sluiten.
Het ontkerkelijkingsproces, dat zich
sinds de jaren zestig manifesteert, zet
zich volgens godsdienstsociologen de
laatste jaren zelfs versneld voort. Wan
neer het verschil in procenten van de
bevolking van een onderzoek uit 1979
wordt afgezet tegen de cijfers van 1988.
dan is commentaar overbodig: rooms-
katholiek (31 tegen 25.6 procent), Ne
derlands-hervormd (15 tegen 12.4), ge
reformeerd (van 10 naar 6.6 procent).
Volgens cijfers van het Kaski, insti
tuut voor sociaal-wetenschappelijk on
derzoek, staan er nog steeds maar liefst
zo'n 5,5 miljoen vaderlanders te boek
als lid van de Rooms-Katholieke Kerk.
Maar. aldus het Kaski, regelmatig naar
de mis gaat niet veel meer dan een klei
ne 16 procent van dit totaal. En daar
mee is het aantal meelevende rooms-
katholieke gelovigen opnieuw gedaald.
Ook het priesterbestand dunde verder
uit.
Conservatieven
De Nederlandse Hervormde Kerk
kampt met een jaarlijkse daling van
twee procent. Bovendien is er sprake
van enorme vergrijzing (tweederde van
de belijdende leden is ouder dan 55
jaar). Het is in deze voormalige volks
kerk waar de nota 'Kerk-zijn in een tijd
van Godsverduistering' verscheen. Een
heroriëntatie is nodig, zo adviseerde de
centrale beleidsstaf vorig jaar, zowel
met het oog op de financiën als jde te
ruggang in ledental.
Het derde kerkverband in grootte, de
Gereformeerde Kerken in Nederland,
maakt pas sinds dit decennium een da
ling in de bestanden mee. Een terug
gang die zich krachtig voortzet. Vorig
jaar verloren de gereformeerden, nu
nog geen 800.000 meer in totaal, alleen
al tienduizend leden. Uit een prognose
blijkt dat de kerk binnen vijftien jaar
een daling van 25 procent in de inkom
sten tegemoet kan zien.
Boze tongen beweren dat 'Samen op
Weg', het fusieproces van hervormden
en gereformeerden, vooral daar een
succes is waar beide kerken te klein
zijn geworden om ieder voor zich een
dominee te betalen. Feit is dat dit pro
ces, waarbinnen de twee kerken alweer
een paar jaar 'in staat van hereniging'
verkeren, verder uiterst moeizaam ver
loopt. De gereformeerde synode-voor
zitter, ds. Evert Overeem, sprak in dat
verband in 1988 van een "midlife-cri-
Maar zoals ook uit een onderzoek in
de Verenigde Staten bleek: terwijl de
grote kerken schrikbarend achteruit
hollen, groeien de kleinere, conserva
tieve kerkgenootschappen. De behou
dende gereformeerde kerkverbanden
in ons land, met in totaal 700.000 leden,
maken in sommige gevallen zelfs nog
steeds een lichte stijging mee. vooral
dank zij het relatief hoge geboortencij-
fer.
Reservaten
De evangelicale beweging, die volgens
de tien jaar oude Evangelische Allian
tie een emancipatieproces doormaakt,
groeit ook. Dat heeft allereerst te ma
ken met de sterke nadruk op evangeli
satie, waarvan de 'Er is Hoop'-campag-
ne uit 1982 het omvangrijkste voor
beeld is. Maar, zo bleek deze zomer op
een internationaal congres in Utrecht
over de pinksterbeweging, de groei al
daar is voor driekwart te verklaren door
een instroom vanuit de grote kerken.
Maar ondanks dergelijke ontwikke
lingen en het feit dat er naar schatting
nog steeds zo'n 2,5 miljoen mensen re
gelmatig een kerkdienst bezoeken, is
de maatschappelijke rol van de kerken
- volgens mensen die het weten kunnen
- nu definitief uitgespeeld. Na eeuwen
lang van invloed te zijn geweest op de
regels en structuren in de samenleving,
is het bankroet van de christelijke
godsdienst het afgelopen decennium
overduidelijk geworden.
Juist vorige maand woonde een zwa
re vertegenwoordiging van de kerkelij
ke top in ons land de conferentie 'Bood
schap aan de Boodschap' bij. Dit con
gres vond plaats ter gelegenheid van de
opening van het Willibrord-jaar, waarin
wordt herdacht dat de man die het
Evangelie naar de lage landen bracht
1250 jaar geleden stierf. De treurige ba
lans, zo veel jaren na dato, werd aldaar
voorzichtig opgemaakt.
Prof. dr. E. Henau uit Heerlen zei het
zo: "In het collectieve bewustzijn nes
telt zich nu definitief de overtuiging dat
de godsdienst een privé-zaak is en meer
nog dat godsdienst maatschappelijk
volkomen irrelevant is". De gelovigen
zelf kunnen nog maar zeer beperkt via
de media "de indruk krijgen dat zij niet
in reservaten thuis horen", zo schetste
de hoogleraar wat wrang.
Polarisatie
De kerken in Nederland hebben na het
inzetten van de ontkerkelijking te wei
nig oog gehad voor de sluimerende reli
giositeit die bij het volk aanwezig bleef.
De oorzaak hiervan ligt volgens Henau
in "de onvoorstelbaar grote polarisa
tie" in ons landje. Dit maakt het "pro
gressieven onmogelijk zich te interes
seren voor thema's die door conserva
tieven gemonopoliseerd worden. Men
is als de duivel zo bang door de andere
groep geannexeerd te worden".
De godsdienst-socioloog prof. dr. G.
Dekker van de Vrije Universiteit uit
Amsterdam, die eveneens aan de ge
noemde conferentie meewerkte, vindt
het een "typisch Nederlands verschijn
sel" dat mensen massaal zo definitief
met de kerk breken. In de ons omrin
gende landen blijven de meeste men
sen wel lid van een kerk, ook al voelen
ze zich er minder bij betrokken. Dat
heeft er volgens Dekker mee te maken
dat ons domineeslandje geen echte
volkskerk kent.
Het is een misvatting, zo meent Dek
ker, de geringere invloed van de kerken
te verbinden met de teruggang in le
dental. Nee, de oorzaak ligt volgens
hem in wat zo mooi de 'privatisering
van de godsdienst' heet. Het ligt voor
de hand dat de kerken zich in die
stroom ook meer op het persoonlijke le
ven van de gelovigen gaan concentre
ren. Het gevolg is dan een veel zwakke
re invloed op de 'rest' van de samenle
ving.
De pluraliteit die in de maatschappij
valt te signaleren, houdt ook niet op bij
de kerkmuren. Dat is er de reden van,
aldus Dekker, dat de leden van vooral
de grote kerken steeds minder gemeen
schappelijks met elkaar hebben. En
wat er nog bindt, zo gaat hij voort in zijn
sombere analyse, is te algemeen en te
abstract om van een werkelijk gemeen
schappelijke houding tegenover het le
ven en het samenleven te kunnen spre
ken.
Schizofrenie
En, inderdaad, de grote kerken hadden
de afgelopen jaren met een toenemen
de polarisatie te kampen. Zo zag prof.
dr. K. van Kessel dit jaar bij zijn af
scheid in Utrecht in de RK Kerk een
"kerksplijtende schizofrenie". Zij die
trouw zijn aan het Vaticaan en zijn bis
schoppen, zitten bepaald niet op dezelf
de lijn als de mensen die zich herken
nen in de Acht Mei Beweging, een
'staartje' van het matig ontvangen
pausbezoek in 1984.
Ook de hervormden en gereformeer
den hebben met verschillende vleugels
te maken, die zich in hun eigen stellin
gen hebben ingegraven. Het recente tu
mult in de hervormde synode over
tuchtmaatregelen tegen homoseksue
len maakt duidelijk hoe scherp de te
genstellingen tussen het rechter- en lin
kerkamp zijn. En ook in het gerefor
meerde huis is een dergelijke verdeeld
heid te bespeuren.
Als Dekker wordt tegengeworpen
dat er juist in de laatste jaren sprake is
van een toenemend politiek engage
ment van de kerken, merkt hij op dat
dat nog maar de vraag is. "In ieder ge
val", aldus de godsdienst-socioloog,
"was de betrokkenheid vroeger meer
vanzelfsprekend, maar nu moet die
meer bevochten worden. En dat valt nu
eenmaal op".
Bovendien is er een verschil tussen
wat de kerkleiding wil en wat er leeft
bij de 'gewone' leden. Dat blijkt duide
lijk uit het conciliair proces van gerech
tigheid, vrede en behoud van de schep
ping. Dit initiatief van de Wereldraad
van Kerken uit 1985 is door de Neder
landse Raad van Kerken enthousiast
opgepakt, maar of de thema's geland
zijn in de brede kerkgemeenschap is
maar de vraag.
Met een jeugdige twinkeling in zijn be
jaarde ogen vertelt hij over zijn eerste
uitstapje naar Parijs. In 1937 ging hij
met een ploeg timmerlieden werken
aan de wereldtentoonstelling in de
Franse hoofdstad en hij verhaalt met
smaak over de avonturen die hij en zijn
maten daar beleefden in de vrije week
einden. "We hebben er alles gezien, me
neer", zegt-ie met een veelbetekenende
knipoog, "en daar heb ik ook voor het
eerst in een vliegtuig gezeten. Voor
twaalfenee.nhalve gulden een rond
vlucht gemaakt boven de stad. Prach
tig was dat".
Het was niet de enige trip die Leidenaar
Martinus van der Poel ("in Parijs ken
den ze toen al een vrije zaterdag") voor
de oorlog maakte. Niet lang daarna
moest hij ook nog eens een kerkorgel,
dat hij in Den Haag had afgebroken, ei
genhandig opbouwen in Zuid-Frank
rijk. en in het eerste deel van deze eeuw
was dat natuurlijk een hele onderne
ming. Maar Van der Poel klaarde het
karwei met vakmanschap. Kom daar
"Noem je dat nog een vak dan. wat ze
tegenwoordig doen", zegt hij smalend.
Pas nog is er een stuk aangebouwd aan
zijn huis aan.de Hoge Morsweg, omdat
zijn dochter bij hem is komen inwonen
nu zijn vrouw elders wordt verpleegd.
"En nou zal ik je eens laten zien wat een
echte timmerman hier heeft gedaan",
wijst hij. "Dat is dus zo amateuristisch
dat ik daar binnenkort de bijl in zet".
Zelf zou hij het nog altijd beter kunnen
met zijn lange ervaring op dat gebied.
Als je maar beschikt over het juiste ge
reedschap. "Maar als je tegenwoordig
een timmerman tegenkomt heeft hij
een aktentas bij zich met een zaag, een
brok beitel en een brok schaaf. Dat is
het dan. Vroeger kwam je op karwei
met een hele kist en een gereedschaps
bak".
Vroeger komt nooit meer terug, maar
hij kan er wel met enig recht naar ver
wijzen nu hij meer dan 60 jaar aan de
weg timmerde. "Van 1916 tot 1930 bij
een baas en daarna ben ik voor mezelf
begonnen. Net in de ergste crisisjaren,
dus dat liep fout af. Ik moest de mensen
die ik had aangenomen weer ontslaan
en al mijn centen gingen op. Maar toen
ik alleen verder ging is het me heel
goed gegaan. Daarna ben ik nog 45 jaar
lekker bezig geweest".
Een aardig understatement, maar de
moeilijkste tijden had hij toen ook al
achter de rug. Zonder wrok kijkt hij
nog verder om, naar het Spartaanse be
gin. Naar zijn lagere schooltijd. "Mijn
vader was melkboer hieraan de Hoge
Morsweg, en in die tijd moest ik 's mor
gens om half zes op. Driehonderd liter
melk halen bij een boer op de Valken-
burgse weg. Met een hondekar. Thuis
mocht ik dan nog karn draaien voor ik
naar school ging. En toen ik daar vanaf
kwam moest ik aan het werk. Als krul
lenjongen. Voor 75 cent in de week.
Van zes uur 's morgens tot acht uur 's
avonds, en op zaterdag de schoenen
poetsen van de baas en zijn vrouw en
brandhout hakken voor het fornuis/
Beulenwerk voor een jongen van
twaalf, maar wat moest je?".
Melkboer worden. Twee jaar lang nam
hij de wijk waar. Voor zijn oom die
eerst op herhaling ging en tijdens de
Eerste Wereldoorlog gemobiliseerd
werd; daarna kwam hij in het timmer
vak terecht. "Ik weet nog dat ik in die
jaren in Hillegom kwam te werken. De
'Bello', de tram van Leiden naar Haar
lem die zo werd genoemd naar zijn au
tomatische bel, deed daar uren over en
daarom heb ik toen - in '20, '21 - al motor
gereden".
Zo was hij zijn tijd wel vaker vooruit in
die jaren; tegenwoordig lijkt het of de
tijd voor hem heeft stilgestaan. Je geeft
hem nog geen 89 jaar. "Maar ik heb ook
altijd goed te eten gehad en ik ging ook
altijd goed gekleed", zegt hij bijna ver
ontschuldigend. "Met roken ben ik 35
jaar geleden opgehouden, maar een
borreltje heb ik altijd wel gedronken.
Al dronk ik nooit allenig. Dat is gevaar
lijk, want dan is er geen rem".
Van der Poel zelf wist precies waar die
rem zat en moest er tijdens zijn leven
geregeld op trappen. In de crisisjaren
bijvoorbeeld ("iedere week was alles
op, je leefde van dag tot dag") en tijdens
de Tweede Wereldoorlog. "Crimineel
Door het verlies van hun monopoliepo
sitie zijn de kerken afhankelijk gewor
den van de wensen van hun leden, is de
gewaagde stelling van Dekker. De ker
ken zijn in ieder geval voorzichtiger in
hun spreken geworden. Zo heeft de ge
reformeerde synode vorig jaar het fel
omstreden kruisrakettenbesluit (waar
in kernwapens werden afgewezen) uit
1984 herroepen en ervoor gezorgd dat
er slechts met de allergrootste meerder
heid nieuwe 'getuigende' uitspraken
gedaan kunnen worden.
Hoezeer de betekenis van de kerken
is teruggedrongen, blijkt volgens prof.
Henau uit het feit dat de overheid be
sloten heeft om de kerkelijke aanteke
ning uit de bevolkingsregisters te ver
wijderen. De scheiding van kerk en
staat is in Nederland altijd al een hoog
goed geweest, maar nu wordt de ker
ken ook de laatste privileges ontno
men. Daardoor wordt volgens Henau
de 'marginalisering' van de godsdienst
gesymboliseerd en zelfs beslecht.
Op de valreep heeft het vorige kabi
net nog een standpunt ingenomen over
het eindrapport van de commissie
Hirsch Ballin (genoemd naar de huidi
ge minister van justitie), die criteria
voor steunverlening aan kerk- en ande
re religieuze genootschappen heeft op
gesteld. In oktober benadrukte demis-
sionair-minister Van Dijk tijdens een
studiedag over de verhouding tussen
kerk en staat dat de regering zeer terug
houdend zal zijn in financiële steun aan
de kerken. Alleen aan de geestelijke
verzorging in militaire dienst, gevange
nissen en dergelijke wil ze nog bijdra
gen, evenals aan het onderhoud van
monumentale gebouwen van de krim
pende kerken. En daarnaast is 'enige
steun' aan de gebedsruimten van mos
lims en hindoes acceptabel, om zo de
bestaande achterstand te verkleinen.
Want om deze groeperingen kan men
niet meer heen.
Moskeeën
Zijn er inmiddels al 120.000 hindoes en
boeddhisten, het totale aantal moslims
wordt al op 400.000 geschat. De grote
groei van de jaren zeventig is overigens
gestabiliseerd, en tegelijkertijd heeft
de islam zich ook steeds nadrukkelij
ker gemanifesteerd. Stonden er in 1975
nog vijf moskeeën in ons land, vorig
jaar werden er 230 geteld. In 1988 open
de ook de eerste echte islamitische ba
sisschool haar deuren in Rotterdam.
Een belangrijk besluit in de emanci
patie van deze bevolkingsgroep was die
van de Hoge Raad in 1986, toen de
imam als geestelijke leider gelijkge
steld werd aan de pastoor of dóminee.
Het is overigens nog lang niet duidelijk
welke plaats de islam in het komende
decennium in ons land zal innemen. De
groei van het fundamentalisme door de
achterstandsituatie van veel moslims
baart menigeen zorg. Daarentegen zien
anderen weer lichtpuntjes in de relatief
kleine schokgolf sedert de Rushdie-af
faire.
Hoe onmiskenbaar de positie ook is
die met name de islamieten en hindoes
in Nederland hebben verworven, de be
koring die ervan uitgaat op de Neder
landers zelf is zeer klein. Slechts enige
duizendtallen hebben zich bij deze reli
gies aangesloten. En de aantrekkings
kracht van het boeddhisme is helemaal
te verwaarlozen, hoewel ons land sinds
juli een heuse Nederlandse boeddhisti
sche monnik rijk is.
'Moreel vacuüm'
Maar hoe staat het er met de gods
dienstigheid van 'de rest' van de Neder
landers voor? Met godsdienst worden
dan alle levensbeschouwingen en
waarden-oriëntaties bedoeld. En met
'de rest' moet dan gedacht worden aan
het grootste deel van de bevolking,
want het aantal vaderlanders dat zich
zelf nog kerkelijk noemt is volgens een
dit jaar gepubliceerd onderzoek van In
nog aan toe, hoe een mens toen aan de
kost kwam. Je moest je eten overal
gaan halen. Zelfben ik trouwens ook
een keer gehaald. Door een NSB-er die
kwam vertellen dat ik te werk was ge
steld in Noordwijk. Ik heb geroepen
dat hij dp koorts kon krijgen en daar
heeft hij nooit werk van durven ma
ken".
Van der Poel had zich al eens eerdér op
glad ijs begeven. Twee jaar nadat hij in
1932 een eigen huis had betrokken aan
de Hoge Morsweg ("Toen keek je van
hieruit nog heel de wereld door") werd
hij commissielid van de ijsvereniging
Rijndijk-Mors die in 1929 was opge
richt. Toevallig heeft hij net besloten
zich maar niet meer herkiesbaar te stel
len. "Het was zo'n beetje de enige sport
die hier in die jaren werd bedreven. In
deze hoek van de stad zaten veel tuin
ders. Die lagen van 's morgens vijf tot 's
avonds tien in de grond te wroeten.
Voor sport was geen tijd, die mensen
waren blij als het zondag was. Dan kon
den ze een keer uitslapen".
Tegenwoordig is het allemaal anders,
constateert Van der Poel die zijn laatste
klus op 75-jarige leeftijd deed. "Ik kan
het niet, ik doe het niet, hoor ik heel
vaak zeggen. Vroeger zeiden de men
sen: ken niet bestaat niet. Je deed het
gewoon. En je werkte, want van de
steun moest je het niet hebben met die
drie gulden per maknd. Ik ben ook blij
Martinus van der Poel uit Leiden:
"En dat allemaal dank zij deze
twee handjes". (foto wim Dgkman)
dat ik het zo heb gedaan. Wat hier staat,
daar heeft geen mens wat over te zeg
gen. En dat allemaal dank zij deze twee
handjes".
terView onder de befaamde grens van
vijftig procent gezakt.
De kerken zijn er niet gerust op waar
velen dan wel hun waarden vandaan
halen. Een zorg die gedeeld wordt door
het Humanistisch Verbond. Deze orga
nisatie telt dan maar zo'n 15.000 leden,
maar men vermoedt namens een veel
grotere groep mensen te kunnen spre
ken. die hun zingeving uit het hier en
nu halen. Toch, zo bleek onder meer bij
de opening van de eigen universiteit dit
jaar, zijn de humanisten bezorgd over
een "moreel vacuum".
Prof. dr. J. van Houten, rector van de
Universiteit voor Humanistiek in
Utrecht een wereldprimeur overi
gens sprak zelfs van "een groten
deels gewetenloze samenleving". Voor
een collectieve moraal is nauwelijks
ruimte meer. In de maatschappij waar
in het zoeken naar de zin van het be
staan een achterhaald idee lijkt, is de
mens de mens een rotzorg geworden,
aldus de nieuwbakken rector.
In de oosterse geloofsbewegmgen,
die kwamen opzetten in de jaren zestig
en die zich sterk manifesteerden in de
jaren zeventig, wordt de zingeving nu
nauwelijks meer gezocht. Dr. R. Kra
nenborg, verbonden aan het instituut
voor godsdienstwetenschap van de
Vrije Universiteit in Amsterdam en
met als specialisme alternatieve religio
siteit, zette in 1982 in een boek de be
langrijkste oosterse bewegingen op een
rijtje.
Hij beschreef onder andere de Bhag-
wan-beweging, de Hara Krishna ge
meenschap, transcedente meditatie, de
healthy-happy-holy-organization, de
divine light mission en de verenigings
kerk. Zo'n boek zou Kranenborg nu
nooit meer schrijven. "Die bewegingen
zijn niet meer interessant. Ze zijn klei
ner geworden en je hoort er niets meer
van". De oorzaak? "De mensen hebben
veel minder interesse voor een echte
beweging, met een leider en lidmaat
schap".
Aquarius
En daarmee stuiten we weer op het op-
vallendste verschijnsel dat de jaren
tachtig op het terrein van de religie
hebben voortgebracht: velen hebben
een soort winkel-mentaliteit ontwik
keld: ik pik op wat ik interessant vind.
Dat verklaart, aldus Kranenborg, de
stormachtige groei van de zogenoemde
'groei-centra'. zoals 'Kosmos' in Am
sterdam. "Je kunt aan allerlei dingen
meedoen, maar je houdt wel je vrij
heid".
Al die centra staan vermeld in het
sinds zes jaar verschijnende blad
Koorddanser, en een optelsom leert dat
er zeker een kleine vijfhonderd van der
gelijke spirituele cursuscentra zijn te
vinden. Het aanbod van dit Alternatief
op de echte religieuze beweging is zeer
gevarieerd. Zo maar een greep uit
Koorddanser: creatieve ontspanning,
okido yoga, astro voice (in gesprek met
de sterren), zelf-healing, magie en
seksuele energie.
Hoe uiteenlopend de religieuze in
vloeden ook zijn, sinds enkele jaren
worden al deze verschijnselen aange
duid met 'New Age'. Oftewel: de nieu
we tijd, die nog moet aanbreken of
reeds begonnen is, en in de dierenriem
volgt op het tijperk van de vis (een oud
christelijk symbool), dat 2000 jaar heeft
geduurd Nu is de tijd rijp voor Aqua
rius, de waterman, symbool van het
holisme, de eenheid van lichaam en
ziel, mens en natuur.
Er is geen sprake van een echte be
weging, vindt Kranenborg, maar er zijn
wel gemeenschappelijke kenmerken.
Het goddelijke wordt overal in ervaren
(pantheïsme), dus de mens wordt ook
als een goddelijk wezen gezien. Alle
cursussen zijn er dan ook uiteindelijk
op gericht het goddelijke in de mens te
verwerkelijken. De individuele bele
ving staat voorop. Religie als de ultie
me privé-beleving.
Supermarkt
Er is geen onderzoek gedaan hoeveel
mensen zo hun religiositeit ervaren.
Kranenborg wil het niet over-, maar
ook niet onderschatten. "Er zijn heel
wat mensen diè zich aangetrokken voe
len tot bijvoorbeeld reïncarnatie, en het
succes van programma's als 'Het zwar
te gat' bewijst dat er belangstelling is
voor meer dan er zo valt waar te ne
men". Ook veel Christenen willen wel
elders kijken, weet hij.
Kranenborg schat voorzichtig dat
van de mensen die niet tot een kerk ge
rekend willen worden, de helft volko
men a-religieus is. "Bij religie ga ik er
van uit dat men nog weieens ergens
naartoe gaat, over bepaalde dingen na
denkt, er boeken op naslaat. Dus niet
zoiets van: ik geloof wel iets. Dat doet ie
dereen". Daarnaast is er dus die groep
'supermarkt-gelovigen'. En die blijft
volgens Kranenborg groeien.
"New Age is op zich niets nieuws. Je
kwam het al tegen in bijvoorbeeld de
muscial Hair. De stroom van de jaren
zestig heeft zich verbreed en zal zich
blijven verbreden". Maar de intensiteit
neemt af. "Om in die beeldspraak te
blijven: in het begin was de rivier smal
en sneed daardoor diep uit. Nu is de ri
vier breder en gaat daardoor minder
diep. Maar ze is er wel, en dat zal nog ja
ren zo blijven".
Naast veel religieuze onverschillig
heid zijn er nog honderdduizenden die
geloven dat er meer moet zijn tussen
hemel en aarde. Alleen zoeken velen
zelf wel uit hoe hun 'waardensysteem'
er uitziet en werkt. Wie denkt dat Ne
derland definitief het imago van domi
neesland is ontgroeid, komt dus bedro
gen uit. Het bekende grapje blijkt dich
ter bij de waarheid dan ooit: één Neder
lander is eén kerk, twee Nederlanders
is twee kerken...