5'Is de contributie al betaaldV
Einde lijkt in zicht voor meest noodlijdende Leidse voetbalclubs
De clubs en
de enquête
ZATERDAG 21 OKTOBER 1989
Kleedkamer-doem anno 1989: "Denk er om jongens: geen contributie betalen betekent een kwartaal niet meer voetballen". (archieffoto Loek zuyderduin»
schulden nu al zo'n tien jaar. "Maar", re
lativeert hij, "de clubs zijn er nog alle
maal".
Toch wil de oud-voorzitter van VNL
niet volledig voorbijgaan aan de perio
diek oplaaiende paniekverhalen in de
Leidse voetbalwereld. "Zeker voor klei
ne verenigingen wordt het steeds moei
lijker om grote bedragen op te hoesten.
En met betrekking tot mijn eigen vereni
ging VNL, financieel een uitermate ge
zonde vereniging, vraag ik mij af: wat
moetje met geld als je bijna geen spelers
meer hebt?".
Om dan maar met een net zo kleine
vereniging te fuseren, vindt Ter Beek
geen oplossing. "Twee kwarten maaken
nog maar één halfje", stelt hij. "Fusies
moeten een sportieve verbetering zijn.
Drie afdelingsclubs bij elkaar kunnen
daar bijvoorbeeld niets aan veranderen.
Dan kun je nog beter klein blijven".
Stom
Over de geringe bereidwilligheid van de
Leidse voetbalclubs om mee te werken
aan de LSF-enquête heeft Ter Beek een
uitgesproken mening: "Ik vind het jam
mer en stom van een vereniging om die
enquête niet in te vullen. Waarschijnlijk
staat het te ver van de voetbalclubs af.
Dat heeft ook te maken met de warrige
manier waarop de politiek zich opstelt:
daar valt voor velen geen touw aan vast
te knopen. De clubs kunnen in elk geval
hun gegevens aan de gemeente toever
trouwen, want die weet toch wel hoe het
zit. Maar zonder de resultaten van die en
quête bestaat de kans dat er verkeerde
conclusies worden getrokken".
In eerste instantie door de LSF, maar
daarna wellicht ook door de Leidse ge
meenteraad. Volgens Van Strien heeft
sport bij de gemeente toch al niet de
Welke voetbalclubs en zwemverenigin
gen hebben al dan niet gereageerd op
de LSF-enquête die noodzakelijk was
in verband met een nieuwe verdeel
sleutel voor gemeentelijke subsidie?
Een rondgang langs bestuursleden.
Secretaris F. Beerenfenger van TJVS:
"Natuurlijk hebben we er aan meege
daan. Ruim een jaar geleden al. Je
wordt niet zomaar lid van de LSF. Daar
waar mogelijk behartigen zede belan
gen van de clubs. De LSF is daarvoor
afhankelijk van informatie van de
clubs".
P. Wij nen, tot voor kort secretaris van
Docos: "We hebben aan de enquête
meegedaan. Zeker op de langere ter
mijn kan dat belangrijk zijn. De ge
meente moet toch inzicht hebben in de
vraag hoeveel geld er in de toekomst
nodig is voor de sport in Leiden".
K. Kwestro van de v.v. Leiden: "We
hebben 'm meteen ingevuld. De LSF
gaf zelf het belang al aan. De kosten rij
zen de pan uit voor de clubs. Het i s zaak
die zo goed mogelijk te verdelen".
B. Lasdrager, tot voor kort secretaris
van Roodenburg: "Uiteindelijk heb
ben we de enquête wel ingevuld. We
krijgen zo veel van dat soort vragenlijs
ten, er bestond een zekere enquête
moeheid. Het kan zeker van nutzjjn,
maar als het moet hebben we ook onze
hoogste prioriteit. Sterker nog: een lage
prioriteit. "Dat maakt het dubbel moei
lijk voor ons. De gemeente kent een lage
prioriteit toe aan sport (onlangs stuurde
de LSF nog een brief aan de gemeente
waarin ze zich zorgen maakte over de ge
ringe hoeveelheid geld die de gemeente
uitgaf aan het onderhoud van sportac
commodaties, red.). En de achterban
geeft de LSF niet het gereedschap om
mee te werken, want ze laten zich niet
horen. Er moet dan ook wat gebeuren,
wil de LSF nog zin hebben. We opereren
eigen manieren om de zaakjes voor el
kaar te krijgen".
Secretaris Th. Koster van VNA: "We
doen altijd aan enquêtes meé. Nu dus
ook. Je moet als kleine club de gemeen
te niet in de waan laten dat het goed
met je gaat".
Voorzitter B. van der Linden van LFC.
"Ja, we hebben de enquête ingevuld,
maar nog niet opgestuurd. Het is ook
niet zo makkelijk om alles in te vullen,
alle cijfertjes. Van de LSF hebben we
ook respijt gekregen. Het belang zien
weer wel van in. Een aantal clubs ver
keert in financiële moeilijkheden. Er
moet wat gaan gebeuren. Een eerlijke
verdeling van alle kosten is noodzake
lijk".
D. van de Berg, penningmeester van
Lugdunum: "De enquête ligt klaar, is
nog niet opgestuurd. Eerst moet nog
met het bestuur worden overlegd of al
le cijfers op dé juiste plaats staan. Het is
van groot belang. De LSF wil de vinger
aan de pols houden in verband met de
financiële situatie van de clubs. Het
wordt steeds moeilijker, er moet steeds
meer betaald worden".
Secretaris A. Schreuder van De Sleu
tels: "Het is typisch. We hebben deen-
nu in een soort vacuüm. Anders wordt
het gewoon met z'n allen afwachten wel
ke tarieven de gemeente voor huur, on
derhoud en dergelijke gaat vaststellen".
Bezinnen
Vrij spel voor de gemeente dus wanneer
sportend Leiden zijn mond blijft hou
den? Tesselaar zegt desgevraagd dat de
houding van de gemeente zeker zal af
hangen van de enquête-resultaten. "Dat
hangt af van het aantal clubs dat heeft ge
reageerd. Aan elke enquête ontvalt de re
presentativiteit wanneer de respons be
neden een bepaald niveau blijft. Het is
mij inmiddels duidelijk geworden dat
dat het geval is bij de voetbalclubs, de
sporttak waar zich de meeste problemen
voordoen. Ze lopen blijkbaar niet graag
met hun armoe te koop".
Waarop de gemeente haar beleid voor
de komende jaren gaat baseren waar het
de voetbalverenigingen betreft, is ook
voor Tesselaar nog onduidelijk. In elk
geval wordt het geen natte-vinger-werk.
"Nee. Maar wat we moeten gaan doen,
daar moeten we ons nog maar eens op
bezinnen".
Wat moeten de clubs doen, behalve
hun mond roeren? Een van gemeentewe
ge veel geprezen 'tovermiddel' is een fu
sie. Van Strien heeft daar zo zijn eigen
ideeën over. "Een fusie is helaas niet al
tijd mogelijk. Wat lees ik in de krant?
ZLC wil met Oranje Groen praten over
een fusie. En dan zegt de voorzitter van
Oranje Groen: ik doe het alleen als ik er
beter van word, laat ZLC maar eens ko
men met wat de club heeft te bieden. Als
dit de letterlijke vertaling is van zijn
woorden, dan kan ik wel vermoeden wat
er uiteindelijk van die fusie terecht zal
komen. De solidariteit ontbreekt dan".
Volgens Van Strien moet de oorzaak
behalve bij de financiële perikelen van
potentiële fusiepartners ook bij de
nostalgische gevoelens worden gezocht
die leven bij veel Leidse clubs. "Ik heb
dat punt wel meer aangesneden. Het is
natuurlijk zo datje de jeugd van morgen
niet moet belasten met onze nostalgie
quête opgestuurd, maar de LSF heeft
hem niet. Maar ik draai gelukkig altijd
fotokopieën. Zo'n inventarisatie kan
handig zijn, bijvoorbeeld voor de vér-
deling van de velden. Wij zitten nu op
zaterdag met twaalf elftallen vpor één
veld. Dat kan natuurlijk niet".
Secretaris Th. Neuteboom van Leids-
che Boys:'Dat is allemaal gegaan via
het j eugdbeêtuur. Ik weet er weinig
van". H. Luiten, secretaris jeugdcom
missie: "Ik weet het niet. Welke enquê
te? De secretaris krijgt alle post op zijn
bureau".
Secretaris M. Akerboom van LDWS:
"Nee, die enquête hebben we niet te
ruggestuurd. Ik heb geen idee waarom
niet. Gewoon blijven hangen, denk ik".
Secretaris W. Rietkerk van VTL: "Nee,
nooit ingevuld. Het is niet zo dat we dat
om principiële redenen niet hebben ge
daan. De enquêtè is langs ons heen ge
gaan".
Secretaris A. van Dijk van VNL: "Als
secretaris van VNL heb ik wel wat be
ters te doen dan die enquête in te vul
len. Laat de LSF, als ze cijfers wil heb
ben, die maar opvragen bij de KNVB.
Waarom die enquête nou zo belangrijk
van gisteren. Dat is voor mij haast een
spreekwoord geworden. Als je de voet
balverenigingen eens gaat bekijken, dan
zie je dat een groot aantal daarvan is vast
gebakken aan de buurt in Leiden. Daar is
de club opgericht, er is sprake van een
clan. Ik ken erg goede spelertjes die bij
een afdelingsclub spelen alleen omdat
ma dat wil. Want de hele familie heeft al
tijd in die club gezeten, zit ook de hele
zondag in die kantine. Zoonlief moet dus
niet het lef hebben naar een andere club
te gaan, want dan breekt ma z'n poten bij
wijze van spreken. Dan zeg ik: jongens,
die tijd is toch voorbij. Als ze blijven
vasthouden aan die nostalgie, van die
club in die bepaalde buurt, dan belasten
ze de jeugd daarmee".
Alternatief
Van Strien draagt overigens een alterna
tief aan: "Buiten een fusie is er ook nog
zoiets als een samenwerkingsverband.
Als ik het goed zie loopt de gemeente
achter met het onderhoud van de sport
accommodaties. Leiden werkt met een
beperkt budget. Als dat zo doorgaat
wordt dat een moeilijke geschiedenis
voor de clubs. Het zou best wel eens de
sastreuze gevolgen kunnen hebben voor
de gesteldheid van de sportaccommoda
ties. Er zijn er die beter gebruikt zouden
kunnen worden, door meer clubs. Dat
betekent dan weer dat de gemeente min
der kosten heeft - er komen velden en za
len vrij - en de tarieven kan verlagen ten
behoeve van de verenigingen. Inder
daad, een soort kettingreactie. En neem
nou bijvoorbeeld een kantinegebouw.
De meeste kantines die er tegenwoordig
staan hebben zeker een paar ton gekost.
Als je goede afspraken kunt maken over
een gezamenlijk gebruik, dan leidt dat
tot kostenbesparing voor de clubs. De
kantine is een hoofdbron van inkomsten.
En ik weet dat ze het geld allemaal hard
nodig hebben".
Van een situatie waarin al van samen
werking sprake is, is sprake bij de voet
balclubs aan De Vliet. De Sleutels barst
bijkans uit z'n voegen. De Leidse zater
dagvereniging heeft het vrouwenvoetbal
is wordt ook helemaal niet aangegeven.
Ik word zo vaak gevraagd om informa
tie. De enige verplichting die ik in de
zen heb is de financiële gegevens aan
de KNVB te melden. Overigens gaat
het goed met VNL. Wij zyn bezig een
goede fusiepartner te worden. Nee, op
dit ogenblik zijn wij niet benaderd voor
een fusie. Zelf benaderen we ook nie
mand. We moeten met zulke zaken re
kening houden met onze achterban, die
er wellicht anders over denkt dan het
bestuur".
Secretaris J. Kolderman van de Leidse
Reddings Brigade: "Ja, meegedaan.
Wat de LSF doet is een goede zaak. Zij
behartigt de belangen van alle sport
verenigingen in Leiden. Daarvoor heeft
ze informatie nodig".
Secretaris mevrouw F. Pont van de
Leidse Watervrienden: "Meegedaan.
Wat het nut ervan is? Het is leuk om te
weten wat er precies leeft bij de Leidse
sportverenigingen. Of wij er als vereni
ging voordeel bij hébben betwijfel ik".
Secretaris mevrouw C. Stara-Hoorn
van LZ1886: "De enquête is ingevuld,
hoewel het belang ons niet zo vreselijk
groot lijkt. Maar je kunt nooit weten".
Secretaris mevrouw C. van der Meij-De
Haas van De Zijl/LGB: "Nee, we heb
ben niet aan de enquête meegedaan.
Die was vrijblyvend. Verder geef ik
geen redenen waarom we het zaakje
niet hebben ingevuld".
al naar de zondag verschoven. De Sleu-
tels-jeugd voetbalt op een veld van buur
man VTL, dat weliswaar gastvrijheid
verleent maar met lede ogen de jonge
aanwas van de 'concurrent' in ogen
schouw neemt.
Duivesteijn: "Het lijkt me duidelijk
dat noch VTL noch De Sleutels, dat met
zijn ene veld geen kant op kan, blij is met
deze situatie. Zouden de verenigingen
aan De Vliet en aan De Boshuizerkade
hun velden op één hoop gooien, dan zou
den zulke problemen niet voorkomen.
Maar ja, dat kan ik nou wel zeggen, maar
als de clubs er anders over denken en
voldoen aan hun financiële verplichtin
gen jegens de KNVB, het energiebedrijf
en de gemeente, dan kan ik ze natuurlijk
niets maken".
Ziet Tesselaar wat in samenwerkings
verbanden als alternatief voor fusies, om
op deze manier de kosten te drukken?
Tesselaar: "Zeker, in wezen maakt het
mij niet veel uit waarvoor de verenigin
gen kiezen, fusie of samenwerking. De
gemeente heeft een geldtekort en ruim
tegebrek waar het de sport betreft. En als
je geld wilt hebben moetje ergens bespa
ringen zien te vinden. Voor de clubs kan
dat weer op langere termijn voordelen
bieden. Want de gemeente heeft dan
weer meer geld".
Abnormaal weinig
Over de LSF-enquête zegt Van Strien ten
slotte: "Over het geheel genomen was de
respons goed te noemen. Alleen hebben
weinig voetbal- en zwemverenigingen
gereageerd. Vier van de twaalf voetbal
clubs, grote clubs, samen-goed voor 2000
leden. Dat is ongeveer de helft van het to
tale aantal leden. Van de vier zwemclubs
reageerden er twee. Van de overige vere
nigingen weten we niets. Of we hebben
het vertrouwen niet van de verenigin
gen, of ze willen het niet weten. Dat
laatste zou ik vreemd vinden. Vijftien
procent van alle sportverenigingen zegt
wel eens een begrotingstekort te hebben
gehad. Dat zegt mij persoonlijk nog
niets. Dat kan politieke redenen hebben.
Zo kan misschien subsidie worden ver
kregen. Maar liquiditeitsproblemen?
Drie verenigingen zeggen die wel eens te
hebben gehad. Dat vind ik abnormaal
weinig, daar begrijp ik niets van. Als je
dat geschreeuw altijd hoort dat het zo
moeilijk gaat met de clubs".
Hij denkt wel een verklaring te hebben
voor de passieve houding van de clubs.
"Ik vermoed toch dat de verenigingen
bang zijn voor wat er met de cijfers ge
beurt. Dat bleek ook tijdens een LSF-
vergadering waar een vertegenwoordi
ger van een hockeyclub zei de gegevens
niet te willen blootgeven. Hij wist niet
wat we ermee zouden doen. Dat noem ik
gebrek aan vertrouwen. De enquête kon
anoniem worden ingevuld. Men moét be
grijpen dat wanneer ik cijfers op tafel
krijg waaruit blijkt dat heel sportminded
Leiden er financieel prima voor staat, ik
totaal geen behoefte heb dat aan de ge
meente te vertellen. Ik houd het alleen in
mijn achterhoofd als er met de gemeente
moet worden overlegd".
En wat dat betreft is hij pessimistisch.
"Het is zaak de belangenverenigingen
nog eens rond de tafel te krijgen. Ze te
confronteren met de magere gegevens
en ze naar huis te sturen met aanvullende
vragen voor hun achterban. Wordt er als
nog gereageerd, dan heeft het zin met de
gemeente te praten. Anders niet, dan
wordt het ongefundeerd geklets van on
ze kant. Gezien de respons op de enquête
denk ik eerlijk gezegd dat dat moeilijk
wordt".
Gé van Strien, vice-voorzitter van de Leidse Sport Federatie: "Het is na
tuurlijk zo dat je de jeugd van morgen niet moet belasten met onze nostalgie
van gisteren". (foto wim Dijkman)
Leiden telt 17 voetbalverenigingen, maar gezien de
beschikbare accommodaties en financiële middelen is er in
feite geen plaats voor. Sommige clubs verkeren in een
weinig rooskleurige financiële situatie en staan voor
tienduizenden guldens in het krijt bij de gemeente. Hun
zelfstandig voortbestaan staat al jaren op de tocht. Fuseren
lijkt theoretisch een oplossing, maar dan komen de plots de
sentimenten om de hoek kijken. Een gevoelige zaak dus.
Hetgeen ook bleek uit een onlangs gehouden enquête van
de Leidse Sport Federatie, die nauwelijks respons
opleverde. Angst om zich bloot te geven? "Begin volgend
jaar moeten er knopen worden doorgehakt. Als de clubs
hun financiële verplichtingen niet kunnen nakomen, zijn ze
blijkbaar niet levensvatbaar".
door Herman Joustra en
Tim Brouwer de Koning
"Heeft iedereen zijn contributie be
taald?". Het is 9 september 1989. Interim
voorzitter Wim de Koning van ZLC is de
kleedkamer binnengestapt in dé rust van
de competitiewedstrijd van het eerste za
terdagelftal uit tegen Lugdunum om zijn
spelers op hun financiële verplichtingen
te wijzen. "Want denk er om jongens:
geen contributie betalen betekent een
kwartaal niet meer voetballen".
En dan het verhaal van de verdwenen
doelpalen: op een kwade dag in augustus
is het LDWS-terrein plotseling doel-loos.
Enkele dagen later, nadat de armlastige
vereniging een niet onaanzienlijke
schuld aan de gemeente heeft voldaan,
staan de palen er weer. "Ze zijn gewoon
gerepareerd", praten de heren Duives
teijn en Edzes van de directie sport en
rekreatie elkaar na als er om een verkla
ring wordt gevraagd.
Gewoon incidentjes, of juist een be
vestiging van de weinig rooskleurige si
tuatie waarin een aantal voetbalclubs -
en echt niet alleen LDWS en ZLC - in
Leiden al geruime tijd verkeert? Duives
teijn liet zo'n anderhalf jaar geleden in
een interview met deze krant ook al blij
ken somber gestemd te zijn over de toe
komst van een aantal Leidse voetbal
clubs, die tegen enorme kosten aanhik-
ken: "Mijn voorspelling is dat er binnen
drie jaar een stuk of vier voetbalclubs
zijn verdwenen. Of ze zijn gefuseerd, öf
ze zijn opgeheven. Gewoon omdat ze de
huur van de velden niet meer kunnen be
talen".
In het krijt
Veel is er intussen niet veranderd. Want
het mag als bekend worden veronder
steld dat er nog steeds verenigingen zijn,
waaronder ook andere dan voetbalclubs,
die voor duizenden guldens in het krijt
staan bij de gemeente. Omdat ze de huur
van de accommodaties maar moeilijk
kunnen opbrengen.
Voor sommige verenigingen lijkt het
uur van de waarheid te naderen. Vorig
jaar kwam de gemeente met zes sport
verenigingen een betalingsregeling over
een. Twee van die verenigingen kwamen
die regeling tot-nu toe niet na of weiger
den zelfs met de gemeente rond de ta
fel te gaan zitten om over de sanering van
hun schulden te praten.
Genoemde termijn loopt medio maart
1990 af. Reden waarom Duivesteijn vori
ge maand nog zei dat 'de maat vol was'.
"Begin volgend jaar moeten er knopen
worden doorgehakt. Als de clubs hun fi
nanciële verplichtingen niet kunnen na
komen, zijn ze blijkbaar niet levensvat
baar".
Ook wethouder Dick Tesselaar liet on
langs tijdens een vergadering van de
commissie voor volkshuisvesting en
sport al doorschemeren dat clubs 'die er
geen pest aan doen om de schulden af te
lossen', de huur zou worden opgezegd.
Alleen voor verenigingen 'van goede wil'
zou bij in gebreke blijven naar een oplos
sing worden gezocht.
Een logische vraag is derhalve: wat
doet de Leidse Sport Federatie aan de
nood onder haar leden, als belangenbe
hartiger van de sportverenigingen bin
nen de gemeentegrenzen? En wat doet
de Belangenvereniging Amateur Voet
bal Leiden, de BAVL?
Gé van Strien, vice-voorzitter van de
LSF blijkt pessimistisch over de toe
komst van een aantal clubs. "Een jaar of
wat geleden had ik het idee dat er voor
twee voetbalverenigingen bijna geen
redding meer mogelijk was. Nee, namen
noem ik niet, maar ik heb sindsdien niet
gehoord dat er veel verbetering in hun fi
nanciële situatie is opgetreden. Het is
niet slechter geworden, maar ook niet
betër. En er zijn nog meer clubs die het fi
nancieel maar ternauwernood kunnen
bolwerken.. Ook andere dan voetbal
clubs. De zwemsport heeft het ook moei
lijk".
Zwijgzaam
Aan precieze gegevens ontbreekt het de
LSF echter. Een enquête die vorig jaar
werd uitgeschreven onder de leden, met
het doel om in overleg met de gemeente
een meerjarenbeleidsplan op te stellen
waarin onder meer de verdeling van de
gemeenschapsgelden over de sportvere
nigingen beter gefundeerd zou zijn, leid
de niet tot het gewenste resultaat. Zo rea
geerden maar vier van de twaalf bij de
LSF aangesloten voetbalclubs (een vijf
de vereniging volgt nog) en twee van de
vier zwemverenigingen.
En hoewel de respons bij de overige
takken van sport beduidend hoger lag,
gaf over de gehele linie gezien het gros
van de clubs weinig of geen gegevens
prijs over z'n financiële reilen en zeilen.
Van Strien: "Daar begrijp ik niets van. Je
hoort de clubs zo vaak schreeuwen dat
het zo slecht gaat".
John ter Beek, sinds kort voorzitter
van de BAVL, hoort die geluiden over