'Ik ben nu een stuk
Bedplassen
SPREEKUUR
Asokananda: de fitste yoga-leraar met een dwarslaesie
Mm-:
Barbara Thiel, arts
ZATERDAG 21 OKTOBER 1989
PAGINA 25
Peter van Kan vond voetballen en drummen leuker dan leren. Hij
werd van het gymnasium gestuürd, en later op S-5 afgekeurd voor
miliaire dienst. Een onzekere toekomst als straatzanger verkoos
hij boven de zekerheid van een baan in zijn geboorteplaats Rotter
dam. In Frankrijk overkwam hem een verkeersongeluk waarbij hij
voor het leven verlamd raakte. 'Op zoek naar het ongeluk' ontdekte
hij yoga: de werkelijke kracht schuilt in de mens zelf. Als "de fitste
yoga-leraar met een dwarslaesie" werkte hij dit jaar in het Utrecht
se revalidatiecentrum De Hoogstraat. Zijn ongeluk ziet hij nu als
een bevrijding. Onder zijn nieuwe naam Asokananda is hij een
nieuw leven begonnen.
door Pipter van de Vliet
Een huisje in het bos, een jongensdroom.
Het ligt aan het eind van een kronkelige
zandweg in de Drentse bossen, zo afgele
gen als in Nederland maar mogelijk is.
Daar leeft Asokananda. Met zijn muziek.
En met zijn dwarslaesie. Na het ongeluk,
tien jaargeleden in Frankrijk, is hij van
zijn navel tot zijn tenen verlamd, "Ik
word de beste gehandicapte van de we
reld", zei hij toen.
De middag van het ongeluk. De weg is
recht en stil, het zicht is goed. De 22-jari-
ge straatzanger heeft niet gedronken,
rijdt niet te hard, voelt zich fit. Geen
black-out, geen neiging tot zelfmoord.
"Shit, ik rij tegen een paal". Hij vliegt
door de voorruit, veertig meter. Zijn be
nen kan hij niet bewegen, niet voelen.
"Je suis paralysé (ik ben verlamd)", zegt
hij, trots dat hij het woord in het Frans
weet. Je bent een mooie jongen, zeggen
zusters in het ziekenhuis. "Was, verbe
terde ik, en had direct spijt".
"Mijn lichaam is gebroken, mijn funda
ment, de basis van mijn zelfvertrouwen,
het alibi voor mijn arrogantie", schreef
hij later, 'op zoek naar het ongeluk'.
Eelt eraf
Het jaar voor het ongeluk leefde hij als
God in Frankrijk. "Zon, zee en zand. Du
pain, du vin et du camembert. Haast te
mooi om waar te zijn. Was dat even een
goeie beslissing om te bedanken voor die
goed betaalde baan, en in plaats daarvan
mijn oude zwerversdroom waar te ma
ken?".
"Het had er even donker uitgezien die
eerste keer, toen er na zes nummers niet
meer dan één frané in de koffer lag.
Gaandeweg ging het beter. Acht num
mers kende ik al. Net doen alsof het toe
vallig pauze was, als iemand na drie
nummers nog bleef staan, was nu niet
meer nodig. Goh, een jongedame had
zelfs beweerd dat ik een een mooie stem
had, une belle voix".
"Ik genoot van de zwoele avondlucht, de
warme tegels aan mijn blote voeten, het
geroezemoes van de flaneerders. Waar
om flaneren mensen in Nederland niet?
Daar lijkt iedereeq altijd onderweg te
zijn. Zonde van de tijd, steeds ergens
naar op weg te zijn".
In het ziekenhuis beslisten ze dat het eelt
eraf moest. Een dikke laag, resultaat van
vele zomers op blote voeten lopen. "Met
het eelt nam ik in stilte afscheid van het
vrije leven. Nooit meer met m'n duim in
de lucht langzaam op het hete asfalt zak
ken. Nooit meer op het strand slapen.
Nooit meer dat heerlijke gevoel van koe
le zeewind langs mijn gezicht en warme
boulevardtegels onder mijn voeten",
schreef hij, nog steeds 'op zoek naar het
ongeluk'.
Niet begrepen
De school ervoer hij als een verschrik
king, in de klas moeten zitten, moeten le
ren. Het was als de zondagen thuis.
"Naar de kerk moeten. Altijd weer opge
lucht zijn als de woorden 'gaat nu allen
heen in vrede' klinken. Dan koffie, gat-
verdamme. De smaak, de geur, het klok
kende geluid waarmee ze het naar bin
nen werken. De futloze sfeer. Om een uur
of vier soep waar wat in drijft. Bah. Zo
lummelde de dag verder. In bed kon ik,
lamlendig van het niets doen, niet in
slaap komen".
Voetballen, voetballen, voetballen. "Of
ik nou doodop was, mijn benen beurs en
bebloed, ik ging door. Al lag de bal in de
poep of in de rozestruiken, al was hij al
lang achter of uit. De bal, daar ging ik
achteraan, 's Avonds in bed voetbalde ik
in gedachten, 's zaterdags bij Spartaan
'20 in mijn eigen elftal. Toen ik ineens
niet meer wist wat ik eigenlijk deed tus
sen het geschop, gespuug en gestomp
van de jongens van wie sommigen later
met een vet contract hetzelfde zouden
doen, ben ik weggegaan".
"Thuis had ik mijn muziek. Als ik alleen
was zette ik de speakers tegenover el
kaar, ging er met mijn hoofd tussen lig
gen en vergat alle ellende van school en
het verdriet niet begrepen te worden".
"Populariteit was altijd iets vanzelfspre
kends geweest. Toneel, leerlingenraad,
schoolkrantredactie, barcommissie en
vooral drummer van de band. Toch, hoe
beroerd en alleen voelde ik me vaak. Tij
dens het favoriete pauzespelletje op
school (het beleg van je boterham eten en
die met de beboterde kant op ruiten
plakken) zag ik opeens in een etalage een
schilderij van een huilende man met een
dood vogeltje in z'n handen. Dat vind ik
nou mooi, bekende ik verlegen. M'n
vriendje keek me wantrouwig aan, dacht
dat ik een grapje maakte en lachte
schaapachtig. Diep van binnen welde
een traan op. Maar we hadden het al
gauw weer over de borsten van de gym-
nastieklerares".
In een rolstoel
Het ziekenhuis in Reims, het ziekenhuis
in Rotterdam, het revalidatiecentrum in
de Utrechtse bossen. "Al snel moest ik
twee keer per dag in een rolstoel zitten.
Ik was niet gek op dat gebalanceer op
m'n ruggegraat. In bed voelde ik me min
der hulpeloos. Misselijk en met overal
pijn meldde ik me daar dan ook meestal
na een kwartiertje. Alleen niet als de fy
siotherapeute me meenam naar de oe
fenzaal om te ballen. Dan voelde ik me in
m'n element, had ik nergens last van".
Voorgoed invalide, maar hij bleef de blit-
ser. Zoals hij drummer werd om het bij
de meisjes te maken. Susan, zijn Engelse
vriendin toendertijd, schreef in haar dag
boek over die eerste dagen in het revali
datiecentrum: "Die lui werd goed dron
ken op het feest, zoals gewoonlijk. Ik was
erg boos en verdrietig en jaloers, omdat
hij weer uren achtereen met zijn vrien
dinnen zat te praten. Hij viel twee keer
uit zijn stoel, moest 's nachts overgeven
en voelde zich vandaag de hele dag ziek.
Ik wou dat we konden gaan lopen,
nou ja rollen, voor een jaar of langer, met
de gitaar misschien. Lieverd, ik heb je zo
nodig, waarom ben je er maar zo half?".
De andere revalidanten waren blij met
de muzikant. Een zwaar verlamde jon
gen zei, moeizaam de woorden formule
rend, ontroerd te zijn door het gitaarspel.
"Ik wist niet of ik lachen moest of huilen.
Had niemand gemerkt dat ik alleen de
begin- en slotakkoorden had getokkeld?
Waarom ging het altijd zo? Dat mijn seri
euze inspanningen tot niets leidden en
mijn losse flodders steevast lof oogst
ten".
Voordat hij met Susan, haar dochtertje
Faye en een bevriend stel de aangepaste
woning in het Groningse Garmerwolde
kon betrekken waren er de nodige kwel
lingen. "Dat het winkelpersoneel met
Susan wilde afrekenen als ik iets had ge
kocht, daar zat ik niet mee. Dank zij de
rolstoel ontsnappen aan een bekeuring
was mooi meegenomen. Maar dat een
stoffige ambtenaar me voor een keuring
naar een dokter stuurde bij wie ik me al
leen via een buitentrap van twintig tre
den kon melden, dat werd me een beetje
te gek. De beste man voelde zich zo gege
neerd dat hij me zonder plichtplegingen
buiten in de regen volledig afkeurde".
Actievoerder
In het Groningse dorp werd hij full-time
actievoerder. "De foto met mijn V-teken
naar de ME verscheen in alle kranten.
'Invalide bij blokkade munitietrein'.
Kort daarop werd ik woordvoerder van
het actieplatform en voerde ik felle dis
cussies over de strategie van de vredes
beweging met de voorzitter van het IKV.
Goh, wat was ik opeens weer een actieve
jongen, net als vroeger. Ook nog deelge
nomen aan de wereldkampioenschap
pen tafeltennissen voor gehandicapten
in Engeland. BBC-camera's, honderden
toeschouwers onder wie prinses Ann of
nog erger. Zodra het weer het toeliet ging
ik met de gitaar de straat op. De verdien
sten waren er door de rolstoel niet min
der om. En als iedereen zei dat ik een
moedige, actieve, originele jongen was,
had ik dan niet alle reden om tevreden
met mezelf te zijn? Waarom was ik dan
niet blij? Waarom was ik verdomme
nooit eens blij? Geen dag, geen uur, geen
minuut. Nooit".
Hij ontvluchtte in toenemende mate de
aangepaste woning, het dorp; hij ont
vluchtte vooral de spanning van zijn ei
gen leegte. Op een afstand keek hij naar
het tehuis waar opa een paar jaar terug
z'n laatste demente dagen sleet. "Met mij
is het ook niets geworden opa, wilde ik
zeggen. Maar mijn kaakspieren bewogen
niet. Als een blok graniet, koud, grijs en
gevoelloos, lag ik met mijn hoofd op het
stuur. Nog maar een paar uur geleden
had ik in die auto wanhopig zitten vrijen
met de mooiste meid die ik ooit had ge
kend. Het enige resultaat was dat ik me
nog beroerder, nog schuldiger, nog een
zamer voelde".
"Het kerkhof van het gekkenhuis werd
mijn toevluchtsoord. Die plek was altijd
verlaten, en op het gefluit van vogels na
doodstil. Konijntjes hupten onbekom
merd rond. Op een keer verscheen een
hert. Vreemd. Tot voor kort was gras om
op te voetballen de enige natuur waarin
ik was geïnteresseerd. De zon zakte
zachtrood tussen de bomen. Ver weg vlo
gen vogels in het mysterieuze licht. Fly
away, fly away. Wegvliegen als een vo-
Drank
Dat appelleerde aan de jongensdroom:
alleen in een hutje in het bos.
"Wat niet verandert, wat niet stroomt, is
dood. Wat vooral in Garmerwolde had
gestroomd was drank. En woorden. Pra
ten over ideeën en theorieën. Ik verhuis
de naar een onaangepaste woning in de
stad Groningen, waar ik me naar boven
moest slepen om in bad te geraken om
daar te bemerken dat ik slechts over
koud water beschikte. Toch voelde ik me
bevrijd. Daar, in m'n eentje, las ik dat
niet verkeerde ideeën, achterhaalde
ideologieën of onbetrouwbare leiders
het probleem zijn, maar wijzelf. Wij hou
den onszelf gevangen. Wij doen onszelf
geweld aan. Je kunt de waarheid alleen
in jezelf vinden. En zo jezelf bevrijden.
Het is niet toevallig dat ik in de biblio
theek het boek van Krishnamurti pak
te".
Het duurde toch nog even voordat een en
ander kon worden verwezenlijkt.
"De dagelijkse strijd om gezond en
enigszins ordelijk te leven begon zwaar
te vallen. Steeds in en uit de auto klim
men om boodschappen te doen, wassen,
koken, opruimen. Af en toe overviel me
een gevoel van intens diepe moeheid.
Maar daaraan toegeven kwam niet in me
op".
"Ik begreep nu hoe het leven zo'n beetje
Zindelijkheid is een relatief begrip. In
het eerste jaar zijn uiteraa rd alle kinde
ren nat, pas tussen anderhalf en vier jaar
o n tstaat het vermogen de plas op te hou
den, eerst overdag en later ook 's nachts.
Op het vijfde jaar zijn weliswaar de
meeste kinderen volledig zindelijk, maar
toch heeft dan nog één op de vijf kinderen
moeite met de nachten. Dat komt meer
voor bij jongens dan bij meisjes.
Dat aantal neemt geleidelijk af; op het
vijftiende jaar plassen nog ongeveer
twee op de honderd kinderen in hun bed.
Ook dan is het dus nog steeds niet echt
zeldzaam. Op volwassen leeftijd komt
bedplassen vrijwel niet meer voor, wat
betekent dat het vanzelf overgaat.
Bedplassen is niet hetzelfde als onzinde-
lijkheidNiet kind kan namelijk overdag
wel gewoon de plas ophouden. Normaal
word je echter van een volle blaas ook 's
nachts wakker", of je houdt de plas in je
slaap op; en juist dat is bij deze kinderen
gestoord. De frequentie van het bedplas
sen kan uiteenlopen van een of twee keer
per maand tot elke nacht.
Er is geen algemene oorzaak van bed
plassen aan te geven, maar wel een aan
talfactoren die een grotere of kleinere rol
kunnen spelen. Zo blijkt vaak dat één
van de ouders als kind ook een bedplasser
is geweest. Dat kan wijzen op een erfelij
ke aanleg, maar ook Op een bepaalde
houding ten opzichte van zindelijkheid
in die familie. Er zijn ook mensen die me
nen dat er sprake is van een soort 'achter
stand'van het kind, die vanzelf wordt in
gehaald: daarvoor pleit het feit dat elk
jaar een deel van de kinderen spontaan
droog wordt.
Verder is het opvallend dat bedplasseiide
kinderen vaak moeilijk te wekken zijn; ze
worden niet wakker van een volle blaas.
En daarbij hebben ze een 'kleine' blaas:
ze gaan overdag erg vaak naar het toilet.
De zindelijkheidstraining kan soms een
rol spelen. Er is een periode waarin het
kind 'gevoelig' is voor die training (tus
sen anderhalf en vier jaar). Als er in die
periode iets mis gaat, bijvoorbeeld als
met de training te vroeg wordt begonnen,
als er te weinig of juist te veel nadruk
wordt gelegd op de zindelijkheid, als erg
veel dwang wordt uitgeoefend of zelfs
straf gegeven, of als er in tijd iets verve
lends gebeurt, dan kan het kind deels on
zindelijk blijven. Tenslotte, maar dat
komt niet zo vaak voor, kunnen spannin
gen de oorzaak zijn, bijvoorbeeld de ge
boorte van een nieuwe baby of een zieken
huisopname, waardoor het kind na een
droge periode 'terugvalt'.
Zijn er in het algemeen geen ernstige pro
blemen als oorzaak aan te wijzen, ze kun
nen wel het gevolg zijn van het bedplas-
seii. Het kind kan zich er weinig van aan
trekken, maar het kan er ook ernstig on
der gebukt gaan en zich schamen, bij
voorbeeld doordat een logeerpartij mis
lukt. Het kan gepest worden op school,
maar het kan ook lijden onder straffen
door de ouders. Dit alles kan er de oor
zaak van zijn dat het kind erg lastig en
nerveus wordt, en dat maakt het bedplas
sen weer erger.
Er zijn bijna nooit lichamelijke oorzaken
voor het bedplassen ie vinden. Slechts zei-
den is er een blaasontsteking of een aan
geboren afwijking aan de urinewegen,
maar dan zijn er meestal ook andere ver
schijnselen, zoals onzindelijkheid over
dag. De dokter zal in ieder geval een li
chamelijk onderzoek doen en de urine na
kijken.
De aanpak van het bedplassen is afhan
kelijk van de leeftijd van het kind, maar
ook van de oorzaak en de ernst van het
bedplassen. Omdat het zo vaak vanzelf
overgaat moet vooral niet te vroeg wor
den ingegrepen. Als het bedplassen ech
ter erg veel problemen veroorzaakt en
dat kunnen het kind en de ouders het bes
te zelf uitmaken - moet er iets gebeuren.
Meestal kan eerst met een paar simpele
maatregelen worden volstaan.
Om te beginnen blijkt een aanpak waar
bij vooral wordt gewerkt met beloningen
voor droge nachten, terwijl de natte wor
den genegeerd, altijd het best te werken -
beter dan het negeren van een droge
nacht en straf voor de natte. Dat geldt
voor alle situaties waarin een kind iets
moet leren, en hier moet het in feite leren
wakker te worden van een volle blaas.
Aangeraden wordt het kmd zelfverant
woordelijkheid te geven, door het te leren
zelf zijn bed te verschonen en zelf een ka
lender bij te houden waarop natte en dro
ge nachten worden genoteerd, het aantal
keren dat het nat was per nacht, en de
tijd waarop dat gebeurde. Van tevoren
kan dan een beloning worden afgespro
ken voor een droge nacht of een aantal
droge nachten per week.
Het kind moet verder op vaste tijden
naar bed gaan en het moet rustig - bij
voorkeur alleen - slapen. Bij angst voor
het donker is het verstandig een lichtje
aan te laten zodat het tenminste wel naar
de wc durft.
Een maatregel die vaak helpt is het 'opne
men', waarbij het kind op een vaste tijd
wordt gewekt om te plassen. Het moet
dan wel goed wakker worden en zelf
naar de wc gaan, want anders leert het
slapend te plassen en dat werkt juist ave
rechts.
Af te raden is de zogeheten vochtbeper-
king, waarbij het kind vanaf een bepaal
de tijd niet meer mag drinken. Bij een ge
ringe vulling van de blaas zal het alleen
maar minder aandrang voelen en toch in
bed plassen, terwijl het juist moet leren
wakker te worden van een volle blaas. Er
zijn zelfs mensen die adviseren het kind
veel te laten drinken.
Als al deze maatregelen niet helpen kan
de piaswekker uitkomst brengen. Dat
lukt alleen als het kind oud genoeg is en
zeer gemotiveerd; dat laatste geldt ook
voor de ouders. Een piaswekker is een
wekker die verbonden is met een vochtde-
tector in een matje of een onderbroekje.
Bij de eerste druppels lirine maakt die
detector contact en gaat de wekker af.
De ouders moeten het kind geleidelijk le
ren bij het afgaan van de wekker wakker
te worden, op te staan, te gaan plassen en
het bed te verschonen. Na een maand of
drie zal het kind vóór de wekker wakker
worden. Als het een maand droog is ge
weest kan de wekker worden afgeschaft.
Deze methode heeft bij een groot deel van
de kinderen succes. Een klein deel valt te
rug, maar een tweede 'kuur' kan dan
weer helpen.
Medicijnen tegen bedplassen kunnen in
noodgevallen worden geprobeerd, bij
voorbeeld als het kind vrijwel niet te wek
ken is. Door de medicijnen slaapt het wat
lichter. Ze helpen lang niet altijd, en na
stoppen volgt meestal een terugval.
Slechts bij heel weinig kinderen is er een
goede reden deze niet geheel ongevaarlij
ke middelen te gebruiken.
Als alle gewone maatregelen niet helpen
is het aan te raden hulp te zoeken van bij
voorbeeld een kinderpsycholoog. Er kan
toch een groter probleem achter het bed
plassen zitten, en dat moet dan eerst wor
den uitgezocht.
in elkaar zat, wat liefde was. Zelfs be
greep ik waarom ik niet gelukkig was.
Niet omdat ik geen beroemde muzikant
was, of omdat de relatie met Susan niet
goed was. Niet omdat ik in een rolstoel
zat, of omdat ik weinig geld had. Waar
het wél in zat wist ik best. Maar die we
tenschap maakte mij nog niet gelukkig".
Doorbraak
De werkelijke doorbraak kwam toen hij
in Engeland een vrouw ontmoette die
vergelijkbaar verlamd was. Zij bleef
door yoga niet alleen 'op de been', maar
had daardoor mogelijkheden ontdekt
om verder te revalideren. "Hoewel ik op
dat moment al bezig was met het ontdek
ken van en leren werken met mijn ener
gie was het nooit bij mij opgekomen dat
ik met mijn dwarslaesie yoga zou kun
nen doen. En al helemaal niet dat ik als
yoga-leraar in het Utrechtse revalidatie
centrum De Hoogstraat bij wijze van ex
periment zou kunnen lesgeven".
In zijn scriptie ter afsluiting van de yoga-
academie somt Asokananda (dat bete
kent 'geluk door dienen' in het sanskriet)
een aantal voordelen op van yoga voor
mensen met een handicap. Verbeterde
spijsvertering en daardoor een regelma
tiger stoelgang. Verlenging van spieren,
wat de last van spasticiteit vermindert.
Betere doorbloeding van organen en
huid. Betere balans en daardoor een gro
tere mobiliteit. Meer respect en zorg voor
het lichaam, wat een grotere gevoelig
heid voor signalen van het lichaam bete
kent. Verbeterde houding en ademha
ling, wat positief werkt op zelfvertrou
wen en zelfrespect. Meer gevoel in 'ge
voelloze' lichaamsdelen.
Energetisch gezien zijn de benen van
Asokananda er nog wel degelijk. "Je
moet ervoor openstaan. Je kunt het niet
dwingen. Het is als met pijn. Als je je ver
zet wordt de pijn heviger. Accepteer je de
pijn, dan wordt het minder. Ook de pijn
stiller zit in jezelf'.
Gelukkiger
"Ik ben een stuk gelukkiger dan vóór het
ongeluk. Ik heb het ongeluk trouwens
nooit als onrechtvaardig gezien. Ik was
niet kwaad, niet verongelijkt, heb nooit
zelfs maar een moment gedacht: waarom
moet mij dat nou overkomen? Integen
deel, het heeft mij gewoon móeten over
komen. Ik kan er alleen maar blij mee
zijn dat er blijkbaar een of andere intelli
gentie in mij leeft die de noodzaak van
het creëren van een dwarslaesie inzag. In
vergelijking met toen ik nog liep is mijn
wereld vele malen groter geworden".
Zijn mobiliteit heeft er in ieder geval niet
onder geleden. In de zomer trekt hij er in
zijn aangepaste auto op uit, nog steeds
als straatmuzikant. Deze zomer zwierf
hij door Italië.
Citaat uit zijn reisbeschrijving: "Van
nacht heerlijk buiten geslapen, naast het
kerkhof. Dat is het toch wel hoor. Ster
ren, af en toe een vogel, een murmelend
beekje en een lekker temperatuurtje. Het
georganiseer viel mee: plastic op de
grond en daarna m'n hele beddegedoe in
één keer uit de auto gesleept. M'n in
stinctieve angst voor slangen hield ik
binnen de perken met de volgende rede
nering: de kans dat er een slang komt is
niet zo groot. Als het wel gebeurt heeft ze
waarschijnlijk geen aggressieve neigin
gen. Als ze die wel heeft is de kans dat ze
niet giftig is nog altijd groter dan dat ze
dat wel is. En ten slotte, mocht het zo zijn
dat ik een gifbeet incasseer, dan is dat
duidelijk Gods wil en mag ik blij zijn dat
Hij zich met mij bemoeit".
Voorheen Peter van Kan, thans Asokananda: "Ik heb het ongeluk nooit als onrechtvaardig gezien. Ik was niet kwaad, niet verongelijkt, heb nooit zelfs
maar een moment gedacht: waarom moet mij dat nou overkomen(roto
GPD)