'Het leek of de
wereld verging'
Ginjaar: 'Gekleurde scholen zijn soms onvermijdelijk'
Reportage
Eerste nierdonor in
oktober geopereerd
PAGINA 2
ZATERDAG 16 SEPTEMBER 1989
ontdekte de zwarte schaduw van
een tank. Het was een prachtig
doel, geschikt voor zijn laatste
granaat en op makkelijke afstand
van zijn mortier.
Nadat McAnelly de afstand be
paald had, schoot hij de granaat af
en dook weg voor de lichtflits.
Een fractie van een seconde later
werd zijn wereld uiteengespleten
in een gloed van vuur. Alles ver
dween. Hij was bewusteloos en
besefte niet dat zijn lichaam door
de lucht vloog. Op een paar meter
afstand van hem was een granaat
ontploft.
"Het was alsof de wereld tot
een einde kwam. Je ligt onder
vuur, te midden van hels lawaai
en ontploffende granaten, het ge
ratel van machinegeweren en het
gegil van mensen. Maar op het
moment dat je wordt geraakt,
stopt alles. Ik hoorde en zag niets
meer. Door de luchtdruk werden
mijn ogen platgedrukt en ik zag
alleen nog een hoop vonken. Het
is te vergelijken met een behoor
lijke klap op je kop: je ziet een
soort sneeuw, maar dan in ver
schillende kleuren en die vlokken
dwalen heel langzaam rond. Te
gelijkertijd hadden ook mijn oren
ook een opdoffer gekregen".
De hevig bloedende McAnelly
leek al dood, toen korporaal en
ziekenbroeder Ronald Tidball
zich over hem heen boog. McA
nelly: "Er waren in totaal 22 ge
wonden, die veel lawaai maakten.
Tidball heeft ons allemaal eerste
hulp gegeven. Mijn linkerarm
was weg: hij heeft de wond ver
bonden. Later kwam hij terug
met een kruiwagen". Terwijl de
kogels om hem heen vlogen, reed
Tidball de gewonden stuk voor
stuk met de kruiwagen onder de
spoorbrug naar een pand aan de
Utrechtseweg. McAnelly: "Ro
nald Tidball heeft iets gedaan
waarvoor hij het Victoria Cross
had moeten hebben of de Neder
landse militaire Willemsorde Eer
ste Klas. De man is een held".
Vernietigd
Voor Tidball en de gewonden ein
digde de Slag om Arnhem, toen
zij binnen tien minuten in het
huis aan de Utrechteweg door de
Duitsers werden overrompeld.
De gewonden werden daarna op
handkarren afgevoerd naar het
ziekenhuis, waar later ook com
mandant Heek zou komen te lig
gen. Zijn tank werd vernietigd
door een kanon van de Britten.
McAnelly: "Heck is ervoor ver
antwoordelijk dat ik mijn arm
kwijt ben geraakt, maar hij raakte
zijn arm ook kwijt. Zijn tank werd
geraakt door een kanon van ons.
De hele tankbemanning is daarbij
gesneuveld, ook de schutter, Ber
nard Westerhoff. Maar Heek kon
er op tijd uitkomen. Hij is daarna
naar het ziekenhuis gebracht en
behandeld door een Britse para
chutistenarts. Intussen had zich
koudvuur in zijn verbrande arm
vastgezet: daarom heeft de Britse
chirurg hem moeten amputeren".
Vlak bij McAnelly lag ook de
zwaar gewonde generaal J. W.
Hacket, commandant van de
Vierde Parachutistenbrigade.
Zijn leven en dat van McAnelly
werd gered door de Britse arts
Lipmann Kessel. McAnelly:
"Lipmann Kessel besloot om ge
neraal Hacket en mij voorrang
van behandeling te geven. Dat
was in strijd met het selectiesys
teem van de Duitsers. Daarbij
gold namelijk: iedereen met
hoofdletsel en buikletsel 'sprit-
zen': dood spuiten. Het Duitse
medische systeem was erop ge
richt om de lichtgewonden te be
handelen en ze daarna terug te
sturen naar het slagveld. De Brit
ten gaven echter voorrang aan be
handeling van de zwaar gewon
den. Dat hebben ze dus stiekem
moeten doen".
DEN HAAG - Nell Ginjaar-Maas is
niet van zins haar politieke loop
baan als staatssecretaris geruisloos
af te sluiten. Voordat de deur van
het ministerie van onderwijs defini
tief achter haar in het slot valt, wil ze
een "pittige discussie" doen ont
branden over het onderwijs aan kin
deren van migranten.
"Het beste is deze kinderen in eer
ste instantie in hun moedertaal èn
het Nederlands les te geven. Na drie
jaar tweetalig basisonderwijs in de
eigen taal kunnen ze geleidelijk aan
overschakelen op het Nederlands".
Zo luidt de kern van Ginjaars af-
scheidssurprise: een doorwrochte
notitie over het wegwerken van de
onderwijsachterstanden bij etni
sche minderheden.
door
Margreet Vermeulen
Daarin breekt Ginjaar-Maas ook
een lans voor handhaving van het
omstreden onderwijs in de eigen
taal en cultuur in de hoogste klas
sen in het basisonderwijs. Opmer
kelijke standpunten voor een WD-
bewindsvrouw. "Toch verwacht ik
ook mijn eigen partij met argumen
ten te kunnen overtuigen", lacht
Ginjaar-Maas. Ook als 'gewoon' ka
merlid?. "Jazeker, ook als kamer
lid':.
Sinds 1970 kunnen kinderen van
buitenlandse afkomst onderwijs
krijgeh in de eigen taal en cultuur.
Het prille schoolvak is van meet af
aan inzet geweest van een heftige
strijd. Voorstanders achten de les
sen broodnodig voor de ontwikke
ling van de eigen identiteit. Tegen
standers zien in apart onderwijs een
struikelblok voor integratie. Inmid
dels zwerven twee gezaghebbende
adviezen over de werktafel van Gin
jaar-Maas waarin het omstreden
schoolvak flink wordt gekraakt.
"Louter symbolisch", luidt het
vernietigende oordeel van de Ad
viesraad voor het basisonderwijs.
Volgens de Wetenschappelijke
Raad voor het Regeringsbeleid ver
groot het onderwijs in de eigen taal
zelfs de achterstand van anderstali
gen, omdat er wekelijks 2,5 uur 'ge
wone' Nederlandse lestijd voor
wordt opgeofferd.
"Dat is dus niet waar", reageert
Ginjaar-Maas triomfantelijk. "Bin
nenkort publiceert het Instituut
voor Toegepaste Sociale weten
schappen haar onderzoeksresulta
ten en daaruit blijkt dat migranten
kinderen geen essentiële schoolu
ren missen door lessen in de eigen
taal. Scholen hebben daar hele crea
tieve oplossingen voor gevonden.
Bovendien blijkt uit onderzoek dat
kennis van de eigen taal van groot
belang is voor het leren van nieuwe
talen", aldus Ginjaar-Maas.
Ginjaar-Maas benadrukt dat een
glansrijke schoolcarrière staat of
valt bij een goede beheersing van
het Nederlands. "Daar is geen enke
le twijfel over mogelijk. Daar gaat
de discussie ook niet over. Alle in
spanningen moeten gericht zijn op
het beheersen van het Nederlands,
daar is iedereen het over eens. De
vraag is alleen hóe je dat bereikt.
Mijn overtuiging is dat kinderen die
geen enkele taal goed beheersen
komen. Men wil zijn eigen taal en
cultuur behouden".
Is een dergelijk emancipatiepro
ces niet tot mislukken gedoemd als
de minderheden er niet zelf het ini
tiatief toe nemen?
Ginjaar-Maas: "Dat is te gemak
kelijk. Die verantwoordelijkheid
kun je als overheid niet zo maar af
schuiven. Daarvoor zijn de proble
men veel te ernstig".
Tegenstanders menen dat de les
sen in de eigen taal geen kwaliteit
hebben. Bovendien gaan er geruch
ten dat vooral het Turkse lesmateri
aal racistisch zou zijn.
Ginjaar-Maas: "Daarom zijn we er
op gebrand de leerkrachten hier in
Nederland op te leiden. Dan heb je
dergelijke dingen beter in de hand.
De kwaliteit van de lessen kan ver
groot worden door het oetc te inte
greren in het lespakket. Dan is de
vrijblijvendheid er af en dan wordt
een betere controle mogelijk".
Voor Ginjaar-Maas staat één ding
vast: voor de taalontwikkeling is
het funest een kind abrupt los te
rukken uit zijn eigen cultuur als het
zich de Nederlandse cultuur nog
niet eigen heeft gemaakt. "Daarmee
zit ik op de lyn van wetenschappers,
onderwijswethouders in de grote
steden en allerlei mensen uit het on
derwijs", beklemtoont Giryaar-
Maas. Ze hoopt en verwacht ("want
het is een goede notitie die ik bin
nenkort uitbreng") dat haar werk
stuk de machtswisseling op het de
partement overleeft. Dan kan Gin
jaar-Maas het zendingswerk voor
haar rekening nemen. Want het zyn
vooral de liberalen die nog bekeerd
moet worden.
HENGELO - Ver over de duizend
reacties heeft hij gehad en "onge
veer 800" daarvan zitten inmiddels
voorzien van een eenvoudig con-
tractje met handtekening in het
dossier van zijn bemiddelingsbu
reau ROGB. Reiner Oude Groote
Beverborg (32) uit Hengelo heeft
twee maanden na publikatie van
zijn handel in nieren dagelijks werk
aan het bezoeken van kandidaat-do
noren. Nog niemand in Nederland
heeft echter een transplantatie on
dergaan.
door
Dolf Ruesink
Oude Groote Beverborg zegt
"nog geen tijd gehad te hebben" om
met cliënten op stap te gaan naar
Engeland, waar hij het verwijderen
van de nier wil laten uitvoeren. Bin
nenkort komt daar echter verande
ring in. "Op 2 oktober ga ik met de
eerste donor naar het buitenland.
Een vrouw van 38 jaar, die haar nier
tegen betaling afstaat en 6 oktober
wordt geopereerd". Waar die opera
tie geschiedt, onder wiens supervi
sie en voor welke koper het orgaan
is bestemd, mag de Hengelose be
middelaar "in opdracht van superi
euren" niet zeggen. Hij is te zijner
tijd echter bereid de pers een kijkje
in de keuken te gunnen. Mits het
verslag objectief wordt, er geen na
men van klinieken en dokters val
len èn de al eerder genoemde supe
rieuren akkoord gaan.
Kritiek
Na een lawine aan publikaties, be
gin juli, werd het in de zomermaan
den rustig rond Reiner Oude Groote
Beverborg en zijn commercieel be
middelingsbureau in Hengelo. Dat
wil zeggen in de media. De hoofd
persoon liet alle kritiek langs zich
heen gaan, luisterde zijn telefoon-
beantwoorder af en reageerde met
het toezenden van een 'standaard
contract' op de honderden brieven
uit binnen-en buitenland. "De post
bracht hier brieven, waarop alleen
'nierhandelaar in Hengelo' stond".
Gelokt door een tegemoetkoming
van 80.000 gulden boden velen
("zestig procent mannen, veertig
procent vrouwen") zonder noe
menswaardig voorbehoud hun nier
Rechtskundig adviseur mr. Ro
bert Lassche uit Enschede moet
zorgen voor 'juridisch waterdichte
contracten' met de nierdonoren,
want zo wil Oude Groote Beverborg
wel toegeven, "die formulieren die
we nu hebben zijn niet zo erg duide
lijk. Er valt eigenlijk niets uit op te
pnaken en ik wil zelf straks ook geen
financieel risico lopen".
De kaartenbak van ROGB is rij
kelijk gevuld met vrijwilligers uit
de Randstad. "Amsterdam, Rotter
dam en die kant op. Ook Brabant en
Limburg doen het op het moment
heel goed. Zeeland loopt het
minst". De directeur van ROGB
dringt zich niet op. "Ik heb al een
moeder van een kandidaat-donor
aan de telefoon gehad, die niet wil
de dat ik nog eens contact zou heb
ben. Geen probleem, zeg ik dan. Pas
kwam er nog een wat oudere man
aan de deur. Die wilde een aan
vraagformulier voor zijn tante. Die
vrouw zou wel een nier kunnen af
staan. Hoe oud is die dan? De tante
bleek 82 te zijn. Nou, zo^n mensje
overleeft de operatie niet eens, dus
daar begin ik dan niet aan. Zelfs als
iemand met mij naar het buitenland
zou gaan voor een operatie en het
dan Spaans benauwd krijgt, kan 'ie
nog terug. Ik laat ze écht liever naar
tussen de wal en het schip vallen.
Veelal spreken jonge kinderen al
leen de thuistaal. Daar moet je bij
aansluiten door de kinderen in eer
ste instantie op te vangen in de moe
dertaal".
Overstap
De filosofie is dat kinderen die hun
eigen taal goed beheersen er ge
makkelijker een taal bijleren. Pas
na drie jaar basisonderwijs in twee
talen kunnen de minderheden de
overstap maken naar de gewone ba
sisschool, waar Nederlands de voer
taal is.
Daarmee wordt wel de vorming
van 'zwarte' scholen in de hand ge
werkt, beaamt Ginjaar-Maas. "Het
heeft nadelen. Vooral op het platte
land zal het soms moeilijk zijn om
genoeg kinderen van één taalgroep
bij elkaar te krijgen. Dus zal er meer
gereisd moeten worden. Soms zul
len 'gekleurde' scholen onvermijde
lijk zijn, maar het is een tijdelijk ver
schijnsel. Na driejaar kan iedereen
weer naar de buurtschool".
Met haar betoog staat Ginjaar-
Maas lijnrecht tegenover de Weten
schappelijke Raad èn de Advies
raad voor het basisonderwijs. Daar
heerst de opvatting dat onder ande
re Turkse en Marokkaanse kinde
ren beter af zijn als de lesstof in één
taal opgediend wordt. "Volgens mij
liggen die conclusies veel genuan
ceerder. Meertaligheid heeft wel de
gelijk een meerwaarde", meent
Ginjaar-Maas. "Vooral als je alle
taallessen op elkaar afstemt. Dat be
tekent dat je bij Turks, Nederlands
en Engels dezelfde structuur han-
ben ervaring opgedaan met kinde
ren die thuis Fries spreken. Op
school is de voertaal dan eveneens
Fries, maar geleidelijk aan wordt er
meer en meer Nederlands inge
stopt. Men doet het daar zo en het
werkt perfect".
Cultuur
Na de eerste drie jaar basisonder
wijs wil Ginjaar-Maas de lessen in
de eigen taal terugbrengen tot wat
nu het onderwijs in de eigen taal en
cultuur is.
Onderzoek wijst uit dat Spaanse,
Turkse of Marokkaanse kinderen
ondanks lessen in de eigen taal nau
welijks iets op papier krijgen in hun
moedertaal.
Ginjaar-Maas: "Je kunt je afvra
gen of het voor een Spaans kind van
de tweede of derde generatie wel zo
nodig is om perfect Spaans te kun
nen schrijven. Je kunt je afvragen of
dat de doelstelling moet zijn".
De achterstand van minderheden
in het onderwijs is er sinds de invoe
ring van de lessen in de eigen taal
niet minder op geworden.
Ginjaar-Maas: "Daarom moet de
nadruk liggen op onderwys in de ei
gen taal en minder op de eigen cul
tuur. De effectiviteit moet vergroot
worden", aldus Giryaar-Maas die
niet gelooft in het failliet van de les-
Staatssecretaris Ginjaar-Maas: 'Voor de taalontwikkeling is het funest sen in de eigen taal. "Die conclusie
een kind abrupt los te rukken uit zijn eigen cultuur(foto gpd) deel ik niet. Dat onderwijs is niet ge
noeg, maar het levert een bijdrage
teert. Die structuur fungeert dan als stand daadwerkelijk kunnen inlo- in taalbewustzijn en zelfbewustzijn,
hulpmiddel om welke taal dan ook pen, durft Ginjaar-Maas niet te ge- En dat is heel belangrijk. Daarnaast
snel op te pakken". ven. "Ik geef toe, het ei van Colum- kan ik me voorstellen dat minder-
Een absolute garantie dat met bus is nog niet gevonden, in het bui- heden niet ondergedompeld willen
meertalig onderwijs de culturele tenland ook nog niet. Maar we zijn worden in een grote smeltkroes om
minderheden hun onderwijsachter- wel op de goede weg. Maar we heb- er als kleine Nederlandertjes uit te
Morgen, zondag 17 septem
ber, wordt herdacht dat pre
cies 45 jaar geleden de Slag
om Arnhem werd gestreden.
Een gevecht dat te boek
staat als één van de bitterste
uit de Tweede-Wereldoor
log. De Britse oorlogsvete
raan Henry McAnelly was er
bij, raakte levensgevaarlijk
gewond, ontsnapte aan de
dood en doet, bijna een hal
ve eeuw later, verslag van
zijn ervaringen. Het per
soonlijke relaas van een ser
geant als klassiek oorlogs
drama.
door
Harry van der Ploeg
Britse veteraan kijkt terug op Slag om Arnhem
Het was stom toeval McAnelly
raakte tijdens de Slag om Arn
hem levensgevaarlijk gewond
door een granaat van een Duitse
tank. Stom toeval, zo blijkt 45 jaar
na dato. De Duitse tankschutter
had de granaat in het holst van de
nacht per ongeluk afgevuurd, na
dat zijn voet in een vage reflex de
pedaal van het machinegeweer
naar beneden had gedrukt. De
schutter werd vervolgens bijna
gelyncht door zijn woedende
commandant, omdat het schot
voor hetzelfde geld een bloedbad
kon hebben veroorzaakt onder
Duitse infanteristen in de buurt.
Pas kort geleden kwam McA
nelly achter deze feiten. Een on
derzoeker van het Historical Re
search Center in Irvine in de USA
wist de Duitse commandant op te
sporen, de enige overlevende van
de tankbemanning. Bovendien
sprak de onderzoeker met de man
die McAnelly's leven redde: een
korporaal die hem en 21 anderen
op een kruiwagen door het vuur
heen sleepte.
Hun verhalen staan in het boek
'Before I sleep' van het Historical
Research Center, handelend over
het menselijk drama van de Slag
om Arnhem. Een boek dat zowel
het lot van Britse als de Duitse ge
wonden behandelt. Volgend jaar
zal het door de Britse brigadege
neraal J.W. Hacket worden aan
geboden aan Prins Bernhard.
McAnelly wijst op een foto van
achttien parachutisten in een
zweefvliegtuig. "Kijk; ze lachen
allemaal. Ze lachen naar de dood.
Er is niemand bij die ernstig
kijkt". De foto werd op 17 sep
tember 1944 gemaakt in de vroege
ochtend, op een van de plaatsen
in Engeland waar de luchtlan
dingstroepen van de Airbornedi-
visie opstegen. Vol goede moed
gingen de para's op weg naar Arn
hem. Niemand besefte nog dat ze
bij die stad bovenop de keurtroe
pen van de Waffen SS zouden lan
den.
Slechts twee van hen overleef
den de hel, onder wie McAnelly.
Hij was sergeant van het Eerste
Parachutisten Bataljon onder lei
ding van luitenant-kolonel D. Do-
bie. Dit bataljon maakte weer
deel uit van de Eerste Parachuti-
schen Brigade onder leiding van
generaal G. W. Lathbury. McA
nelly en zijn makkers sprongen 's
middags af boven de Boshoeve
bij Wolfheze. Het bataljon had,
net als vele anderen, de opdracht
om zo snel mogelijk naar de brug
bij Arnhem op te rukken. Zoals
zovelen zouden ze het niet halen.
Hinderlaag
McAnelly citeert het dagboek van
brigadegeneraal Lathbury over
de verliezen. "Om 14.00 uur 's
middags op 17 september waren
wij met 600 mensen op de
Boshoeve bij Wolfheze. Een et
maal later was de sterkte van mijn
bataljon ingeslonken tot 75 man.
Vier dagen later waren er nog am
per 39 man. De andere mensen
McAnelly terug op het slagveld nabij Arnhem: "De Duitsers zaten op 50 tot 75 meter afstand in de bossen en
juurden continu hun machinegeweren op ons af. Het was geen kwestie meer van lopen, maar van kruipenzes
xurlang". (fotoGPD)
wc.»c.i gewond of dood. Van
mijn bataljon keerden ongeveer
i terug naar de basis
ij waren opgestegen".
De Britten stuitten al snel op
een SS-bataljon dat onder leiding
stond van de Duitse msyoor Sepp
Krafft. Deze speelde het volgens
McAnelly klaar om de troepen
van Dobie negen keer achter el
kaar in een hinderlaag te lokken.
Het SS-bataljon bediende zich
van raketten en mitrailleurs.
De para's bereikten niettemin
het bos bij de Amsterdamseweg.
Daar werd het bataljon in tweeën
geplitst. Kolonel Dobie nam 300
man mee door het bos. De 300 an
deren die waren achtergebleven,
zouden verpletterd worden door
door de Duitse versterkingen van
de Negende SS-divisie Hohen-
staufen. "Zij waren duidelijk de
sigaar", aldus McAnelly.
De rest probeerde zich een weg
te banen naar het zuiden. "De
Duitsers zaten op 50 tot 75 meter
afstand in de bossen en vuurden
continu hun machinegeweren op
ons af. Het was geen kwestie
meer van lopen, maar van krui
pen, zes uur lang. De hele opzet
van de Duitse strategie was af
komstig van generaal Harzer: het
was niet de bedoeling om ons te
verslaan, maar om de Britse op
mars te vertragen. Wij konden
geen kant meer op en hebben
zware gevechten moeten leveren
om in Oosterbeek te komen. En
dei-K niet dat er aan Duitse kant
evenveel slachtoffers vielen als
bij ons".
Dobies mannen bereikten uit
eindelijk Mariëndaal in Arnhem,
waar de vijand zich had ver
schanst in de huizen en bij de Ke-
ma, rondom de spoorbrug. Daar
werd opnieuw een bloedige strijd
gevochten, die velen het leven
kostte.
Granaat
Toen McAnelly in de vroege och
tend van 21 september zojuist'een
mortiergranaat had afgevuurd op
de schaduw van een Duitse tank
bij de Utrechtseweg, maakte een
ontploffing bijna een einde aan
zijn leven. Dank zij het Ameri
kaanse Historical Research Cen
ter weten we thans wat zich op
dat moment afspeelde bij de Duit
se tankbemanning.
Hauptscharführer Erwin Heek
wist niets van de plannen van een
Britse para om in het duister zijn
laatste mortiergranaat op de tank
af te schieten. Hij keek op de
lichtgevende wijzers van zijn hor
loge en zag dat het 3.17 uur was.
Na zich ervan te hebben over
tuigd dat hun tank uitstekend
verdekt stond opgesteld, sloot hij
zijn ogen weer.
Opeens rukte de
'an een granaat de
hun slaap. Iedereen was verstijfd
van schrik. Te midden van het la
waai schreeuwde Heek de longen
uit zijn lijf. "Stop met vuren!" Het
werd ogenblikkelijk doodstil. De
tankbemanning duizelde en
Heek raakte buiten zichzelf van
woede.
"Ben je helemaal gek gewor
den?", raasde hij tegen de schut
ter. "Waarom waren die wapens
niet op veilig afgegrendeld? Wie
heeft je verteld dat je moest vu
ren? Besef je wel dat je je eigen
kameraden daar buiten kan heb
ben vermoord? Ik sleepje voor de
krijgsraad of ik maak je af! Jullie
zijn allemaal gek! Als dit nog een
keer gebeurt, schiet ik eigenhan
dig het zwijn dood dat zonder be
vel handelt!"
De schutter antwoordde met
een zwakke stem. "Ik had mijn
hand op de vuurhendel liggen en
mijn voet stond op het pedaal van
het machinegeweer. Ik denk dat
ik instinctief geschoten heb. Ik
zou kunnen zweren dat ik een
mortierflits door mijn periscoop
heb gezien. Het spijt me".
Bewusteloos
De tankbemanning sliep weer in,
zonder enig besef van het vernie
tigend effect van hun granaat.
Buiten had McAnelly enkele mi
nuten geleden nog een doel ge-
zocht in de duisternis van de
vroege ochtend. De Arnhemse
tramlijnen glinsterden flauw in
het licht van de sterren. McAnelly
huis gaan, dan later problemen te
krijgen".
Ervaring met de begeleiding van
Nederlandse donoren mag Oude
Groote Beverborg dan niet hebben,
er tegenop zien doet hij niet. "Ik heb
immers al een tijdje stage gelopen
in Duitsland. Daar heb je van die
bureaus". In Westduitsland heeft
hij inmiddels ook een aantal ("ik
weet natuurlijk niet precies hoe
veel") cliënten laten onderzoeken.
Dat gebeurde, blijkens een fotoco-
pie, in een Institut für Radiologie
und Nuklearmediair van het Aka-
demisches Lehrkrankenhaus der
UniversitatDe naam van de uni
versiteitsstad is op het formulier
weggestreept.
Een moreel oordeel over het be
schikbaar stellen van een orgaan,
heeft de Hengeloër eigenlijk niet, al
vindt hij "iemand die dat alleen
doet om er een mooie nieuwe auto
van te kopen, niet goed bij zijn
hoofd is". Meer begrip kan de be
middelaar opbrengen voor mensen
.in fihanciële nood. Die kunnen het
geld immers goed gebruiken.
Immoreel
Staatssecretaris Dees liet in juli we
ten de handel 'immoreel' te vinden
en kondigde nader onderzoek aan.
De inspectie volksgezondheid
bracht het standpunt van Dees on
langs over aan Oude Groote Bever
borg. De geneeskundig inspectie
volksgezondheid kan op dit mo
ment niet optreden tegen de handel
in donororganen. "De wet biedt
daartoe geen mogelijkheden" ver
klaart H. Makel van de inspectie
Overyssel.
De bemiddelingsactiviteiten zijn
niet strafbaar. Omdat de geplande
operaties (verwijdering donornier)
in Engeland plaats hebben, kan
vanuit Nederland niets onderno
men worden.
Inspecteur Makel zal bij het de
partement van WVC wel aandrin
gen op nader onderzoek van Neder
land, Engeland en West-Duitsland
naar artsen en klinieken, die mede
werking verlenen aan op nierdona
tie gericht onderzoek èn operaties.
"Als artsen in Nederland hieraan
medewerking zouden verlenen, zal
ik ze zeker voor het medisch tucht
college halen".
R.J.G. Oude Grote Beverborg. (foto