De voetbalknie Thiel, arts ZATERDAG 16 SEPTEMBER 1989 Boven bevinden zich de huiskamer en de dameskamer. Ook die dameskamer is in oude staat terug gebracht, maar de baron komt er nooit, tenzij een dame hem daar toe uitnodigt, want dat oude gebruik houdt hij principieel in stand. De meeste ruimten zijn kaal en sober ingericht. Pre cies zoals het er vroeger in de tijd van de ridders moet hebben uitgezien. Alleen de studeerkamer staat propvol met ge vulde boekenkasten die van vloer tot pla fond reiken en tafels en bureaus bezaaid met boeken en paperassen. Hier zit de baron het liefst. In zijn don kerrode neo-gotische fluwelen stoel, naast de houtkachel, bereidt hij 's avonds nieuwe acties voor tegen de sloop van monumenten in Nederland, want nog steeds is hij actief in de monu mentencommissie van Breda en in de Bond Heemschut. De houtkachel, daterend uit de Twee de Wereldoorlog, staat er bepaald niet voor de sier. Het huis beschikt weliswaar over een verwarming, maar die is nooit aan. De baron kan de stookkosten niet opbrengen. "In de winter kruip ik dicht bij deze kachel. Met twee broeken aan en twee dikke truien is het meestal wel uit te houden. Als het echt te gek wordt, ga ik een tijdje in de kelder wonen. Die ruimte is het best te verwarmen. Vroeger trokken de bewoners zich in de winter ook in de kelder terug". Trots laat hij die gewelfde kelder met de gewitte muren zien. De raampjes oude schietgaten van waaruit vroeger de aanvallen met pijl en boog werden afge slagen kijken uit op de boomgaard. Het herinnert de baron eraan dat hij deze middag nog pruimen en appels moet plukken. Maar voordat hij aan dit karwei begint, zet hij, zoals hij elke middag doet, een pot thee in de gezellig ouderwetse woon keuken. Naast een tinnen bord op de schoorsteen staat een door kinderen ge maakt huisje. Een cadeautje van de schooljeugd. Bijna wekelijks bezoekt een schoolklasje met onderwijzer het Hohen Haus en op de grond gezeten, te midden van die Duitse kinderen, vertelt de baron dan over de avonturen van de vroegere ridders die het huis bewoonden en de vesting beschermden. Deze middag serveert hij koekjes bij de thee. Hij heeft ze gekregen van een buurvrouw. "Ja, ik voel me thuis in Nien- burg. Als vreemdeling komt je hier moei lijk tussen, maar tenslotte ben ik hier, op de 'Burg' geboren. Iedereen kent mij. Al le vaklieden in het dorp hebben wel een steentje bijgedragen aan de restauratie." Gevaarlijk volk "Toch blijf ik op-en-top een Nederlan der. En hoewel ik respect heb voor de Duiters, zie ik duidelijk het verschil tus sen dit volk en de rest van Europa. De Duitsers blijven een gevaarlijk volk. Qua potentie is het land net zo groot als de rest van Europa. En economisch is Duitsland nu zo sterk, dat ze morgen zo in één klap heel Nederland kunnen op kopen, als ze dat willen. Ik vergelijk het met de herindeling van gemeenten. Gro te gemeenten zeggen ook vaak met groot gemak: jij bent te klein, kom hier maar bij. En de Duiters zijn een flink volk. Ze zijn geneigd gebruik te maken van hun macht. Begrijp me goed, ik ben niet anti- Duits, maar zo zie ik het wél". Nu het geld van de familie voor de res tauratie op is, hoopt baron Lodi von Bön ninghausen tot Herickhave dat de Duitse overheid eindelijk ook een steentje bij draagt aan de restauratie. "Alleen het dak moet nog gerestaureerd worden. Ik hoop dat de regering dit betaalt. De rege ring kan er haast nief onderuit. Dit is een van de oudst bewaard gebleven monu menten in het land. En het is heel onge bruikelijk dat een eigenaar zelf zoveel geld steekt in een restauratie. Laat staan een buitenlander". De ijver van de Nederlandse baron trekt inmiddels volop belangstelling. De afgelopen weken heeft een Duitse came raploeg in en rond de Burcht van Nien- borg gefilmd en op 22 december wordt het levensverhaal van de Nederlandse baron op het derde Duitse net uitgezon den. De tachtigjarige vindt het zelf maar overdreven. "Ach, ik begrijp al die be langstelling niet. Ik ben gewoon een ou de man, die rommel bewaart". den geoefend: bij elke knieblessure neemt de kracht van die spieren snel af, en dat is niet bevorderlijk voor de stabiliteit van de knie. Bij ernstiger klachten is een operatie mogelijk. Vroeger werd een gescheurde meniscus in zijn geheel verwijderd. Dat was een operatie waarbij de knie helemaal open werd gelegd, en de opname duurde enke le weken. Het gevolg van het totaal ver wijderen van een of beide meniscussen was versnelde slijtage van de knie, met alle gevolgen vandien. Tegenwoordig is er een modernere me thode: de 'arthroscopie' of kijkoperatie. Sommige orthopeden slaan de contrast foto's zelfs over en doen direct een arthro scopie. Met een dunne buis wordt dan via een klein gaatje in de knie gekeken. Dat gebeurt poliklinisch of tijdens een zeer korte opname en kan zowel onder narco se als met een verdoving via een rugge- prik gebeuren. Zo is het niet alleen mogelijk de hele knie van binnen te bekijken, en onder meer meniscus en kruisbanden te inspec teren, maar ook kan in dezelfde 'zitting' de behandeling worden uitgevoerd. Die behandeling heeft tot doel alleen losliggende stukken van de meniscus weg te halen en randjes bij te werken. Sinds kort is het bovendien soms mogelijk be paalde kleine scheurtjes te hechten, zodat de meniscus in zijn geheel behouden blijft. Door deze zuinige behandeling be houdt de meniscus zijn functie, en de klachten kunnen toch worden opgeheven. Naast de veel kortere opnametijd herstelt men bovendien veel sneller. Het is dan ook begrijpelijk dat de oude operatie- vorm allang als verouderd wordt be schouwd. door Anne Velthausz De titel baron heeft hij gemeen met de bekende avonturier Von Münchhausen. En net als deze 'held in leugens' uit de achttiende eeuw woont hij op het Duitse platteland. Daarmee houdt de vergelijking evenwel op. Want een fantast is de Nederlandse baron Lodi von Bönninghausen tot Herickhave zeker niet. Zijn droom werd werkelijkheid. Op eigen houtje restaureerde hij de vervallen middeleeuwse burcht in Nienborg, twaalf kilometer over de grens bij Glanerbrug. Helemaal in zijn eentje woont en werkt de oud burgemeester nu in één van de oudste gebouwen in Westduitsland, waar hij tachtig jaar geleden werd geboren. "Let niet op de rommel", zegt de baron. Hij duwt een lade dicht en zet een klein rekje met wasgoed opzij in de huiska mer. "De huisknecht heeft vanmorgen gewassen, maar hij ruimt de rommel nooit op", mompelt hij quasi-bóos. In zijn heldere blauwe ogen blinkt een vro lijk lachje. Die huisknecht, dat is hij na— mefijk zelf. En hij zelf is ook de tuinman over wie hij het even later heeft. Want ba ron! Von Bönninghausen woont hele- tnaal alleen in 'Btirg Nienburg'. Behalve het onderhoud van het monument, waar aan hij zijn handen vol heeft, bewerkt hij ook nog zelf de tuin én doet hij de huis houding. Meer dan twaalf uur per dag is hij in touw. "Vroeger kon je hier niet wonen zon der personeel, nu kan het alleen nog maar zonder. De familie heeft inmiddels een) miljoen in de restauratie gestoken, nu is het geld op. Een schoonmaakster kost al gauw twaalf mark per uur. Dat kan ik niet betalen van mijn pensioen. Dus; zo nu en dan zeg ik tegen mijzelf: vooruit knecht: aan het werk. En dan pak ik de stofzuiger of een bezem en maak de boel schoon". Hohen Haus Alsjkleine jongen nam Lodi von Bön ninghausen zich al voor om ooit het fami liebezit te restaureren. Hij had wat met het ÏHohen Haus', dat hij voor de laatste keef gezien had toen hij vier jaar oud was. De familie, die in Den Haag woonde waar vader Von Bönninghausen advo caat was bij de Hoge Raad, bracht de meeste zomers door op het landgoed in het jDuitse Nienborg, vlak achter Epe. Lom werd er in één van die vakanties ge boren. In| die tijd was er geen elektriciteit en geen stromend water. Het water werd uit een jpomp gehaald die in de kelder stond. Hij merinnert zich nog hoe hij als klein jo chie op het ijzeren hek klom dat over een rails heen en weer geschoven kon"wor den.) "Een heerlijk gevoel" vond hij dat. Achter dat toegangshek zag de kleuter in die laatste zomer voor het eerst de Duitse soldaten lopen. De Eerste Wereldoorlog was uitgebroken en de Nederlandse fa milie moest het land verlaten. Het zou ruim 70 jaar duren voordat Lodi terug kwam. In de fraaie bibliotheek, waar hij eigen handig en liggend op de steigerplanken de eeuwenoude balken afkrabde en schoonmaakte, haalt de baron herinne ringen op. Een hele reeks voorouders kijkt vanaf de muur toe, onder wie zijn grootvader, die burgemeester was van Tubbergen. Een functie die hij tot zijn negentigste jaar vervulde. Lodi vertelt het met enige afgunst. Zelf moest hij toen hij 65 werd, vitaal als hij was, verplicht zijn burgemeesters ketting inleveren. Precies 38 jaar had hij dat ambt vervuld, eerst in het Zeeuwse IJzendijke, later in Terheijden bij Breda. De rijke hoeveelheid fraai gerestaureer de monumenten in de beide gemeenten zijn een waardevolle erfenis van zijn bur gemeesterschap. De baron deed daar mee onbewust ervaring op voor de latere restauratie van het familiebezit. Dit bezit was na de Eerste Wereldoor log weer in handen gekomen van de fa milie Von Bönninghausen, die het land goed verhuurde. "Mijn ouders gingen er nog wel eens naar toe in de. zomer, maar ik ging nooit mee. Het kwam er niet van. Ik was meestal te druk". Burgemeester Lodi studeerde gemeente-administratie en staatsrecht, vervulde zijn dienstplicht als reserve-luitenant te pJaard en werd vervolgens benoemd tot burgemeester van IJzendijke. In 1938 was dat. "De na zi's in Duitsland déden toen al pogingen om ons familiebezit in Nienborg te con fisqueren. Onze familie verzette zich he vig, maar in 1940 was er uiteraard niets meer aan te doen". De jonge baron wilde,tóen de oorlog uitbrak het liefst naar Engeland toe om van daaruit het land te verdedigen. "Het kon gemakkelijk. IJzendijke lag tien ki lometer van Vlissingen en ik had gele genheid genoeg om over te steken. Maar de commissaris van Zeeland zei: 'Niks ervan. Jij hebt pas nog beloofd dat je de belangen van jouw gemeente zou eerbie digen'. Ik heb daar later wel spijt van ge had". In september 1943 moest hij toch vluchten. Samen met enkele collega's, die, net als hij, weigerden de opdrachten van de nazi's uit te voeren. De baron dook vijftien maanden onder in Brussel. Eén keer dacht hij dat hij er geweest was. De Gestapo doorzocht het huis, maar keek gelukkig niet in de kast waarin de baron verstopt zat. Nü nog schrikt hij 's nachts soms wakker van die herinne ring. De oorlog veroorzaakte een groot litte ken binnen de familie. Zijn vader wei gert sindsdien om ook maar één stap over de Duitse grens te zetten. Een extra knauw was het verraad van een Twentse familietak Von Bönninghausen. "Eén achterneef van mij, heer van Herickhave, was Duits gezind. Een van de zonen was burgemeester van Ootmarsum. In de oorlog ontpopte hij zich als fanatiek NS- B'er en de Duitsers benoemden hem tot commissaris van Overijssel. Dat is hij maar heel kort geweest, want hij meldde zich vrijwillig voor het oostfront. Daar is- ie gesneuveld. Zijn broer, die ook NS- B'er was, werd door de Duiters benoemd tot burgemeester van Hilversum. Na tuurlijk werpt zo iets een smet op de fa milie". Vluchtelingen Na de Tweede Wereldoorlog kwam het familiebezit weer in handen van de fami lie Von Bönninghausen tot Herickhave, maar de Duitse gemeente Nienburg nam het gebouw in beslag voor de opvang van de de 'Oost-vluchtelingen': Duiters die verdreven waren uit Lestland, Estland en Polen. Baron Lodi vond dat best. "Ik verzette mij daar niet tegen. Als burgemeester deed ik in Nederland uit eindelijk hetzelfde. De vluchtelingen hadden geen huis. En ze moesten toch ér- gens wonen. Er zaten hier toen wel 67 vluchtelingen. De grote zaal beneden hadden ze in vieren gedeeld. In alle ka mers woonden verschillende gezinnen. Ze verbouwden groenten in de tuin, en hielden varkens in de stal. Pas in 1962 is de laatste vluchteling vertrokken. Het huis zag er toen verschrikkelijk uit. Bijna alle houten vloeren en alle deuren waren Sportblessures zijn een belangrijke oor zaak van ziekteverzuim; knieblessures komen weliswaar minder voor dan ver stuikte enkels, maar kunnen ook veel na righeid veroorzaken. De bekendste knie blessure is natuurlijk de 'meniscus'. Het dijbeen eindigt onderaan in twee bolvormige stukken die samen over het bovenste uiteinde van het scheenbeen rol len, en dat is niet meer dan een soort vlak ke schotel. Het is voor te stellen dat dit geen erg stabiele constructie is. De stabiliteit van de knie wordt vrij wel volledig verzorgd door stevige ban den die overal in en om de knie liggen. Aan beide: zijkanten van de knie worden zijwaartse bewegingen afgeremd door de zogeheten 'collaterale' banden. Helemaal binnen in de knie, tussen de twee bollen van het dijbeen, liggen de voorste en ach terste 'kruisband'; deze zorgen ervoor dat het onderbeen niet naar voren of naar achteren kan schuiven ten opzichte van het dijbeen en remmen de draaibewegin- gen af. En dan zijn er de beide'meniscussen (eigenlijk is het meervoud menisci): de la terale en de mediale. Dat zijn hoefijzer vormige ringen van kraakbeen, die met hun open kant naar elkaar toe liggen, tussen de bollen van het dijbeen en hun dragende schotel. Ze zorgen onder meer voor een groter contactoppervlak tussen de botten, en vangen schokken op. Banden en meniscussenkunnen bij een ongeluk beschadigd raken. Vooral bij contactsporten als voetbal en basketbal gebeurt dat vrij regelmatig. Vaak zijn' het ongelukjes waarbij de voet blijft staan terwijl de rest van het been draait of waarbij men 'door de knie heen gaat'. Dat gaat dan gepaard met plotselinge pijn, en soms is een 'knap' hoorbaar. Bij een ongeluk met de knie is de eerste hulp anders dan bij de enkel. Van belang hierbij is namelijk of de knie direct, in de eerste uren, dik wordt: er is dan sprake van een bloeding in het gewricht en dat is een aanwijzing voor een ernstige bescha diging. Direct onderzoek door een arts is dan nodig. Er moet in het gewricht wor den geprikt om het bloed te verwijderen, want dat is schadelijk voor het ge wrichtskraakbeen. Ook moet dan op kor te termijn in de knie worden gekeken (hierover later meer) om de schade te be oordelen; als een kruisband gescheurd is moet deze meestal snel worden gehecht. Als de schade minder ernstig is, wordt de knie pas de volgende dag dik, en dat komt dan doordat er vocht in het ge wricht is gevormd. Het is niet mogelijk allq soorten knie blessures hier te beschrijven. Als bijvoor beeld een van de banden scheurt ontstaat instabiliteit van het gewricht, maar de gevolgen daarvan zal ik nu niet bespre ken. Het gaat hier om de meniscus. Een meniscus kan door verschillende oorzaken scheuren, bijvoorbeeld door het draaien van het been terwijl de voet vast staat. De knie zal dan direct of later dik worden, vaak is het enige tijd onmogelijk de knie volledig te strekken. Baron Lodi von Bönning hausen voor zijn kastéél': 'Ik ben gewoon een oude man die rommel be waart". (foto GPD) in de kachel opgestookt. Maar ja, dat neem ik ze niet kwalijk. Die mensen had den geen kèus. Enkele van die gezinnen wonen nu trouwens nog in Nienborg. Ze kennen het huis misschien wel beter dan ik". Toen het huis weer leeg was, besloot baron von Bönninghause het bezit te res taureren. Stapje voor stapje begon hij aan dit gigantische karwei: In 1978, toen hij burgemeester-af was, legde hij zich helemaal toe op de restauratie. De eerste drie jaar bleef hij in Terheijden wonen. Hij was bestuurslid van ten minste twin tig sociale verenigingen en instellingen, en kon het werk niet plotseling in de steek laten. Dat sociale zit trouwens in hem. Nu nog is hij actief in de Vincentiusvereni- ging. "Vroeger gaven we kolen en kle ding aan arme mensen. Tegenwoordig leeft dit werk weer helemaal op. Vorig jaar hebben we voor 42.000 gulden aan boeken en kleren verkocht. Een gedeelte is naar missionarissen gegaan, maar het merendeel is verdeeld onder mensen in Brabant die het niet'zo breed hebben". In 1981 vestigde de baron zich definitief op het Hohen Haus. Hij pakte zijn kof fers, legde een matras op de planken vloer in de bibliotheek en begon stukjes bij beetjes het huis schoon te maken. Een karwei dat zes jaar in beslag nam. Met hulp van zo nu en dan een metselaar of timmerman, bikte hij het plafond af zo dat de eeuwenoude balken uit 1344 weer vrij kwamen, hij borstelde met een kope ren borstel het vuil van de balken, krab de de muren af, sloopte alle 'moderne' muren, en verwijdèrde de kapotte vloe ren uit het huis. Daarbij kwam hij voor tal van verras singen te staan. Zo kwam onverwacht een gewelfde ronde traptoren vrij, die- vanaf de kelder tot de nok van het huis loopt en de baron ontdekte dat tegen de twee meter dikke muren ooit nog eens extra muur van zeventig centimeter dik aangeplakt was. "Het huis was onderdeel van de ves ting die de bisschop van Münster ge bouwd had om de aanvallen van de bis schop van Utrecht en de graaf van Bent- heim af te slaan. Aanvankelijk waren de muren stevig genoeg. Maar honderd jaar later kwamen de kanonnen, en daar was de vesting kennelijk niet tegen bestand. Vandaar die versteviging. Het bijzondere van deze vesting is dat-ie óp een muur gebouwd is. Vandaar de naam Hohen Haus. Zoiets zie je in Europa bijna ner gens. Meestal werd een muur rondom een vesting gebouwd". De bescheiden baron heeft een indruk wekkende prestatie geleverd. 'Burg Nienburg', sinds 1580 in bezit van de fa milie, is inmiddels helemaal in middel eeuwse staat teruggebracht. Overal ligt weer ouderwets twee en een halve centi meter dik parket en zijn nieuwe deuren aangebracht. Allemaal van eikehout, dat de baron driejaar in de Dinkel 'gewaterd' heeft, precies op de manier zoals dat in de middeleeuwen ook gebeurde. In de immense hal, met de zwart-witte stenen vloer, valt meteen de antieke ho ge Nederlandse schouw op, die de baron na twintig jaar speuren op de kop tikte. In de grote zaal pronkt een meterslange tafel die hij cadeau heeft gekregen van zijn zuster die vroeger in diplomatieke dienst was. Daarnaast ligt de eetkamer, die overigens alleen maar wordt ge bruikt als er gasten zijn. Als in de meniscus eenmaal een scheur zit, zal deze niet meer genezen. Een me niscus kan op allerlei manieren scheu ren, in de lengte of dwars. Een scheur zal vooral klachten veroorzaken als er een stukje losligt dat de bewegingen van de knie gaat belemmeren. Een meniscusscheur kan onopgemerkt blijven, maar ook ernstige klachten ver oorzaken. Soms ontstaat het gevoel dat men even door de knie zakt bij bepaalde bewegingen, soms wordt de knie dik na inspanning. In ernstiger gevallen zijn er pijnklachten, en het vervelendste ver schijnsel is het 'op slot gaan' van de knie doordat een los stukje ingeklemd raakt: de knie staat dan in een dwangstand en kan niet meer gebogen of gestrekt wor den. Of er iets met de meniscus aan de hand is, is aan de buitenkant heel moeilijk te zien. Er zijn allerlei manieren om de knie te onderzoeken, maar ze geven zelden vol ledige zekerheid. Wel kunnen de bevin dingen samen met de klachten een sterk vermoeden geven en aanleiding zijn tot nader onderzoek, zoals een contrastfoto. Bij een contrastfoto wordt een contras terende vloeistof in het gewricht gespoten en worden vervolgens foto's gemaakt. Kraakbeen is namelijk op een gewone fo to niet zichtbaar. Op zo'n 'arthogram' kan een meniscusscheur vaak worden ge zien, maar niet altijd. Bij geringe klachten wordt meestal aangeraden om enige tijd af te wachten; vaak nemen de klachten dan vanzelf af. Wel moet in die tijd voorzichtig met de knie worden omgesprongen en moeten de spieren van het bovenbeen intensief wor-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 25