De Amerikaanse droom van Regilio Tuur 'Deze iongen heeft de kwaliteiten om een groot bokser te worden' 5 1989 EXTRA PAGINA 21 door Loet van Schellebeek Als hij poseert wordt Regilio Tuur aangeklampt door een voorbijgan ger. Of hij bokst, is de vraag. Regilio Tuur knikt van ja. De man stoot zijn vrouw aan. 'This guy is a fighter'. Ze neemt het voor kennisgeving aan. Zoals heel New York. Daags na zijn droomdebuut in het Feit Forum vindt Tuur slechts één krant die zijn knockout-zege op Dennis Pantoja meldt, en dan nog in piepkleine let tertjes, bij de uitslagen. Wat nog het meest verbaast is het ontbre ken van de naam Kelcie Banks in de ere lijst van Regilio Tuur, afgedrukt in het fraai uitgevoerde programmablad. Geen enkele verwijzing of wat dan ook naar de sensatie van Seoul, de knock-out die van de scholier uit Hoogvliet in één klap een bekende Nederlander maakte en die dan wel niet de aanleiding vormde tot zijn American Dream, maar de verwezenlij king ervan wel degelijk bespoedigde. Tuur bereikte als vertegenwoordiger van Holland de kwartfinales van het Olympische bokstoernooi van 1988, veel méér staat er niet. Daarentegen wordt de Olympische carrière van Anthony Hem- bricks wèl vermeld. Terwijl die goed be schouwd niet veel meer voorstelt dan een gemist Olympisch debuut. Omdat meneer de bus naar het stadion miste, kwam meneer Hembricks te laat voor zijn eerste partij. Uit het toernooi zonder zelfs maar uitgeteld te worden. Hembrick (40 inmiddels, 3 KO's) zit in dezelfde kleedkamer als Tuur en weët, net als hij, precies in welk van de elf ge vechten hij die avond z'n opwachting moet maken. Kevin Kelley, Tuurs stalge- noot, moet dat maar raden. Hij heeft een swingbout, zodat er pas een beroep op hem wordt gedaan als er in het program ma een gat valt ten gevolge van een snel le knock-out. Die KO's vallen er genoeg (neem alleen die van Tuur), maar telkens krijgt Kelley te horen dat èr weer een andere partij tussen is geschoven. Op het laatst zelfs de hoofdpartij: Mike Weaver tegen een andere hoogbejaarde zwaargewicht, Phil Brown. Hilariteit De lachebek berust blijmoedig in zijn lot en imiteert tot grote hilariteit van zijn omgeving met quasi-peinzende blik naar het plafond de matchmaker van Madison Square Garden, die zich het hoofd breekt over de vraag wie ook weer nog meer ver ondersteld werd te boksen: "Die kleine, what's his name En als een kennis hem succes komt wensen en belooft dat hij zal kijken, giert hij het uit: "Al ben je de laatste, you'll be there". Terwijl Tuur uit de grond van z'n hart zegt te bidden dat hij voorlopig geen swingbout krijgt, niet wordt gedegra deerd tot gatenstopper, schijnt dat zijn gabbertje geen moment te deren. Kevin praat en lacht met iedereen, stoeit met trainer Phil Borgia, trekt zijn handschoe nen aan en uit en lijkt van het begrip 'concentratie' nooit te hebben gehoord. Dat het zó ook kan, blijkt als het tegen el ven dan eindelijk zijn beurt is. In welge teld 55 seconden is tegenstander José Villasenor down and out. Bill Bikoff glimt van trots. De 59-jarige multimiljonair (met een villa-met-zwem- bad-en-tennisbaan op Long Island en een prijzig appartement in het presti gieuze Trump Plaza) heeft huizenhoge verwachtingen van zijn pupillen. "Toe komstige wereldkampioenen" noemt hij ze in de advertentie van de New York Boxing Club in het programmablad. En dat er niet zo maar een kreet wordt ge slaakt wordt duidelijk uit de opgewon den reacties na Tuurs explosieve entree. Bobby Goodman, de grote man van het boksen in Madison Square Garden, komt hem complimenteren, Emile Grif fith steekt zijn hoofd om de deur. En ene Juancho Ruiz bezingt uitgebreid de lof van de junior-lichtgewicht, die hij zo juist voor het eerst van zijn leven aan het werk heeft gezien. Ruiz wordt niet moe te herhalen dat deze knul "great" is en in potentie een wereldkampioen. Omstan dig legt hij uit waar, wanneer en tegen wie hij om de titel heeft gebokst. Voor Tuur is dat niet nodig. "Vroeger, thuis in bed, las ik over hem in de KO en andere boksblaadjes." Steun Over steun hoeft Regilio Tuur niet te kla gen op deze zwoele avond. Shirley, z'n vriendin, is er natuurlijk. Maar ook de fa milieleden van Kevin Kelley en van Bill Bikoff zijn er. Zoals ook vier Nederland se studenten die als 'lifeguard' in een zo merkamp werken. En ten slotte maakt Mark Voogt zijn opwachting, Tuurs trai ningsmaat van school Schildkamp uit Hoogvliet en speciaal voor het debuut van zijn clubgenoot overgevlogen. De 22- jarige Voogt is dan wel niet zo talentvol als Tuur, hij is minstens zo ijverig en ze ker zo bezeten van de sport. Zijn collectie videobanden van grote gevechten geniet in het wereldje van rechtse hoek en link se directe een zekere faam. De Oudbeijerlander hoorde een week voor Tuurs debuut dat hij was toegelaten tot de officiersopleiding in Breda en be sloot de tijd, die hem rest tot het begin van de lessen, door te brengen bij kennis sen in New Jersey. Van daaruit is het een wip naar het 'mekka' van de bokssport op Joe Louis Plaza, de Garden. Hij weet niet wat hem overkomt als Tuur hem meetroont naar de catacom ben. Bij voorbaat verheugt Voogt zich op de bezoekjes aan Gleason's Gym, die "Regiel" hem in het vooruitzicht stelt. "Ik heb speciaal voor deze opleiding ge kozen, omdat ik hoop op deze manier meer tijd over te houden voor het bok sen. Op school gaf dat nogal eens proble men. Dit jaar ook. Ik kwam één puntje te kort omdat ik het boksen weer eens de voorkeur had gegeven boven een tenta- De sportschool van Seth Seidman ligt (hoe toepasselijk!) aan Utopia Boulevard en van daaruit rennen Regilio en Kevin Kelley 's ochtends in alle vroegte na de zogeheten 'one on one'-training naar Sui cide Hill, het talud zo blijkt van een naburige Expressway. "Daar sprinten we op en af, vooruit èn achteruit. Ja, ook achterwaarts omhoog. Moordend is dat, vooral als het zo warm is als nu. Toen ik het voor het eerst deed redde ik het met pijn en moeite drie keer, nu al tien keer. In het begin moest ik ook een uurtje gaan liggen als ik terugkwam, dan kon ik geen pap meer zeggen. Nu douche ik en loop ik naar m'n werk, hier vlakbij in de Bik off Buildings. Daar blijf ik tot een uur of een, half twee om wat sales te doen, aan verkoop zeg maar. Om half drie ga ik dan weer trainen. Meestal in Gleason's Gym, soms ook wel in de 110 Gym, een boks- schooltje in Queens. Echt zo'n gym, zoals je ze wel kent uit de Rocky-films: ouwe troep, maat een sfeer fantastisch!" Pijn Het is de zaterdag na het gevecht. Het fit nesscentrum is dicht, zodat Tuur ons niet de versaclimber kan laten zien, een apparaat waarmee hij zijn toch al indruk wekkende armspieren nog verder ont wikkelt. Hij doet sowieso veel meer aan krachttraining dan hij gewend was in Hoogvliet. Op maandag- en donderdag ochtend bijvoorbeeld stoeit hij met ge wichten en doet hij dips, diepe kniebui gingen met gewichten om de nek; dins dag, woensdag en vrijdag beult hij zich af op de versaclimber. "Dat is wat ze hier bedoelen met one on one, één op één letterlijk. In het begin dacht ik: waar ben ik mee bezig? Het lukt me nooit, ik ga kapot. Het deed pijn, de pijn die ik herkende van toen ik veertien was, toen ik moest trainen met jongens die senior waren, A-klassers. Bij Schild- kamp trainde ik ook wel hard, maar daar moest ik me toch altijd 'n tikkie inhou den. Hier niet. Ik voel me dan ook met de dag groeien". "Ik spar hier met handschoenen van 16 ounces, met een vreselijk grote en zware hoofdkap en een dito tok. Hier, moet je 'ns voelen. Toen ik na een maand of twee een keer zonder dat ding mocht en met 8 ounce-handschoenen, wist ik niet wat me overkwam. Waanzinnig gewoon. Ik Regilio Tuur en vriendin Shirley in Manhattan, een Puertoricaan neerhalen". Het eerste profgevecht van Regilio Tuur vergde niet meer dan twee minu ten. De Puertoricaan Pantoja bleek voor de Rotterdammer geen partij. zag Amerikanen soms dingen doen in de ring, waarvan ik altijd dacht: hoe bestaat het, hoe doet-ie dat? Maar nu begrijp ik het. Ik ben ook veel beweeglijker gewor den en ik sta beter. De stand van je voe ten, daar wordt hier heel erg op gelet. En combinaties, hè. Eén stoot en weg, daar moeten ze niks van hebben. Er moet al tijd iets op volgen". Tuur haast zich dè indruk weg te ne men, dat hij zo ongeveer opnieuw moest beginnen toen hij in New York kwam. "Iedereen dacht juist, dat ik met een be roemde trainer had gewerkt. Phil zegt nóg wel eens, dat hij aan alles kan zien, dat ik een prima leerschool heb gehad. Het ging er bij ons op school alleen veel minder hard aan toe dan hier. Ome Jan zei altijd: je moet hard zijn in de ring, niet op de training. Hier zeggen ze juist: als je op de training niet hard bent kun je het in de ring ook niet zijn". Bill Bikoff mag dan een nieuwkomer zijn in de Newyorkse boksscene (zoals zijn Zandvoortse collega Henk Rühling om de een of andere reden niet moe wordt te herhalen), zijn miljoenen ver schaffen hem kennelijk macht genoeg om voor beide beloften uit zijn stal deu ren te openen, die voor anderen gesloten blijven. Zo waren Kelley en Tuur eind ju ni uitgenodigd voor het jaarlijkse diner van The Boxers Writers Association, de bond van boksjournalisten. Ze zaten er aan één tafel en gingen op de foto met be roemdheden, van wie Tuur tot voor kort alleen de namen kende: Smokin' Joe Frazier, George Foreman, Floyd Patter son en Evander Holyfield, de enige die in staat wordt geacht Mike Tyson enigszins partij te geven. Trots toont Tuur de kiekjes. Op één er van hebben Kevin en hij zichtbaar de grootste lol met Frazier. "Sugar Ray Leo nard was er ook, mijn idool vroeger. En nóg. Die man straalt een klasse uit, onge looflijk! Ik was er ondersteboven van, ik trilde over m'n hele lichaam". Een verge lijkbaar gevoel had hij ook, toen hij ach ter trainer Phil Borgia het trapje beklom naar de ring. A dream came true, zijn droom was werkelijkheid geworden. William Bikoff heeft zijn schaapjes al lang en breed op het droge, maar daarom is hij nog geen filantroop. De bouwon dernemer, die langzaam maar zeker aan stalten maakt zich uit de zaak terug te treden ten faveure van zijn zoon, maakt er geen geheim van erop te rekenen dat het in zijn hobby gestoken geld ooit dub bel en dwars wordt terugverdiend. "Het begeleiden van een atleet, van een top sporter is in veel opzichten te vergelijken met het leiden van een bedrijf. Je moet ervan houden, anders doe je het niet goed. Maar het is beslist geen liefdadig heid, oh no!" Tuur beseft dat terdege: "Ik ben hele maal in de familie opgenomen. Elke zon dag ga ik erheen, naar Long Island. Dan tennissen en zwemmen we, en loop ik een eind, met Bill op de fiets erachter. Heel ontspannen allemaal. Maar ik zie 'm niet als een vader, zoals Ome Jan Schild- kamp. Bikoff is mijn manager, hij behar tigt mijn belangen en wil me naar de top brengen. Inderdaad, in de eerste plaats om er zelf beter van te worden. Vind ik ook helemaal niet erg. Ik word er immers zelf ook beter van, dus hebben we een ge zamenlijk doel. En één ding weet ik in middels wel: zonder hem, zonder een man als Bikoff lukt het me nooit". Na Tuurs droomdebuut lopen we de manager tegen het lijf in de gang naar de kleedkamers. Achter zijn goudomrande brilleglazen glinsteren zijn schrandere oogjes van plezier, maar van dollarte kens geen spoor. Integendeel, hij piekert er niet over om Tuur al op 10 augustus weer de ring in te sturen, legt een aanbie ding van bokspromotor Henk Rühling voor een optreden in Zandvoort resoluut naast zich neer en zet ook Kevin Kelley, nog ongeslagen in negen profpartijen (zes KO's!), onverbiddelijk een maand 'op stal'. De reden: de vrolijke vederge wicht kende recentelijk in de privésfeer recentelijk nogal wat problemen. "We moeten zuinig zijn op die jongens. Allebei hebben ze de kwaliteiten om een grote te worden, maar dat gaat niet van de ene op de andere dag. Daarvoor moet je heel hard werken, jezelf veel ontzeg gen, goed luisteren en, vooral, heel veel geduld hebben". Bikoff kent voorbeelden genoeg van beloftevolle boksers die, onder druk van op roem en rijkdom beluste managers, te snel naar gigantische gages wilden grij pen. "Als je werkelijk goed bent, komen die vanzelf. En Reggie is goed, dat heeft iedereen die een beetje verstand heeft van boksen kunnen zien. Hij zal het ver brengen, let maar 'ns op. En ik zie het als een genoegen hem daarbij te helpen". Voorschot Die hulp heeft onder meer bestaan uit het vinden van woonruimte. Bikoff 're gelde' via een relatie een benedenwo ning aan Parsons Boulevard in het bete re gedeelte van de wijk Queens, een half uurtje rijden van Broadway en Fifth Avenue in hartje Manhattan. Hij betaalt ook de niet-misselijke huur en daarnaast een bescheiden salaris. Maar de manager heeft Tuur er destijds, voordat het vierja rige contract werd gesigneerd, wel op ge wezen dat dit alles als een voorschot moest worden gezien. In afwachting van betere tijden. De manager neemt voorts overigens pas na interventie van Tuurs adviseur Peter Bonthuis, maar dit terzijde alle kosten voor zijn rekening, die training en sparring met zich mee brengen, betaalt voor de onderzoeken waaraan de strenge New York State Athletic Commissioii de neo-prof onderwerpt en beijvert zich om sponsors te vinden, die voor aanvulling van het inkomen van zijn pupil kunnen zorgen. Het bureau Topsport Marketing van Maarten de Vos heeft de tv-rechten van Tuurs gevechten inmiddels gekocht en zal, met dat lokaas in de hand, niet al te veel moeite hebben om fabrikanten van respectievelijk auto's, sportkleding en sportvoeding dan wel sportdrank te inte resseren voor commerciéle activiteiten met Tuur. De pr-afdeling van de onder neming van Bikoffs is doende een rijk geïllustreerde map over Tuur samen te stellen. In september vliegen de bokser en zijn manager naar Nederland om hun plannen desgewenst persoonlijk toe te lichten. Boksen is business in de States. "En met Reggie kan het big business worden, als we het verstandig aanpak ken," wrijft Bikoff zich bij voorbaat in de handen. Voorlopig is het even behelpen. Ook daarvoor heeft Bill Bikoff een woord: sa crifice, opoffering. Regilio Tuur hoorde het de eerste weken tot vervelens toe. "Ik zal me de nodige opofferingen moeten getroosten, ja, maar dat wist ik toen ik hieraan begon. Vind ik ook helemaal niet erg. We waren thuis met z'n tienen, dan ben je wel wat gewend". Maar hotsebot- send over Newyorks slecht onderhou den wegen, raampjes van de tweede hands auto dan weer open, dan weer dicht en moeizaam schakelend bij ieder stoplicht, in elke file, kan hij toch niet na laten over een 'automaat' te beginnen. "Met een airco. Want dit is niks, dit hou ik niet uit".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 21