Kweekplaats van klassieke dans(ers)
Erfenis Dali stelt
Catalonië teleur
Vaganova-academie in Holland festival
'Goden en Goeroe' beticht
Tibetaans boeddhisme
DINSDAG 13 JUNI 1989
LENINGRAD (GPD) - De
Rossistraat in Leningrad is een
wonderlijke straat, waar alles
lijkt samen te kómen: verleden,
heden en toekomst. De straat
wordt gevormd door twee
voorname gebouwen, die
volledig identiek aan elkaar
zijn; zacht-gele gevels in neo
klassieke stijl, die leiden naar
het Pushkin- theater, waarmee
ze architectonisch in harmonie
zijn.
Symbolischer kan het niet. De ont
werper van theater en straat was
Carlo Rossi, een in Rusland gebo
ren zoon van een Italiaans ballet-
paar. En in één van de twee gebou
wen is sinds de voltooiing van de
straat in 1832 de (tot voor de revolu
tie Keizerlijke Balletschool gehe
ten) Agrippina Vaganova Academie
voor Choreografie gevestigd.
door
Rijk van Rotterdam
Die school dateert al van 1738 en le
verde door de eeuwen heen de ene
na de andere wereldster af. De klas
sieke dans, waarvan symmetrie een
even kenmerkend element is als
van de Rossistraat, wordt er met de
grootste zorg geconserveerd. Stap
je de school binnen, dan lijkt het of
je een enorme sprong terug in de
tijd maakt. Of, zoals een docent het
typeert: "Binnen de muren van de
ze school is Leningrad nog Sint Pe
tersburg". Maar tegelijkertijd besef
je dat de kinderen, die in de brede
gangen in het voorbijgaan gracieus
voor je buigen, toekomstige Pavlo
va's en Noerejevs kunnen zijn. Ver
leden, heden en toekomst; de tijd
lijkt een spelletje met je te spelen.
Iets daarvan moet eind deze
maand te ervaren zijn in het Mu
ziektheater in Amsterdam. In het
kader van het Holland Festival
wordt het publiek dan geconfron
teerd met tweeënhalve eeuw dans-
traditie van de Vaganova-academie,
terwijl het zich kan afvragen wie
van de jeugdige dansers en danse
ressen uit Leningrad over een jaar
of wat als sterren over het zelfde po
dium zullen zweven èn er wordt ook
nog geschiedenis gemaakt. Want
niet alleen geeft de Vaganova-aca
demie de eerste schoolvoorstellin
gen buiten Leningrad, er zal ook
een ontmoeting plaats hebben met
The School of American Ballet uit
New York. Deze Amerikaanse
school werd in 1934 gesticht door
George Balanchine, die opgeleid
werd aan... de Vaganova-academie
en dus ooit dagelijks door de Rossi
straat liep, waar immers alles sa
menkomt.
Zoals de Vaganova-academie
nauwe banden heeft met het Kirov
Ballet, dat in het gelijknamige thea
ter in Leningrad een majestueus on
derkomen heeft, is The School of
American Ballet gelieerd aan het
New York City Ballet. De leerlingen
van beide instituten krijgen derhal
ve al tijdens hun opleiding ruim
schoots de kans om podiumerva
ring op te doen.
Gevaarlijk
"Het wordt een gevaarlijke ontmoe
ting", zégt Natalia Doedinskaya
met een strijdlustige lach. "De leer
lingen van beide scholen willen de
besten zijn. Ze vermoorden elkaar
nog".
We zitten in de kamer van de ar-
tiestiek-directeur van de Vaganova-
academie, Konstantin Sergejev.
Aan de wanden hangen foto's van
beroemde oud-leerlingen en -do
centen en affiches van inmiddels le
gendarische voorstellingen. Char
les Didelot, Marius Petipa, Lev
Ivanov, Michael Fokine; ze lieten al
len sporen achter in de Rossistraat,
waar Doedinskaya en Sergejev eens
ook hun leerlingen-uniformen droe
gen, voor ze sterren werden, voor ze
(42 jaar geleden) trouwden, voor ze
(25 jaar geleden) hun dagelijkse les
sen gingen geven.
Met het 'gevaar' van de ontmoe
ting tussen de Russen en de Ameri
kanen zal het overigens wel meeval
len, ook wat betreft de mogelijke
beïnvloeding van de ene traditie
door de andere. Doedinskaya: "On
ze traditie gaat zo diep. En onze leer
lingen weten heel goed waar ze aan
toe zijn. Ze zullen hun ogen wel de
kost geven en interessante dingen
zien, maar ze blijven in onze tradi
tie. Die is ook nooit stagnerend ge
weest, maar heeft zich altijd ontwik
keld en is met de tijd meegegaan.
Vaganova veranderde onze traditie,
maakte veel dingen gemakkelijker
en tegelijkertijd het resultaat ster
ker e
*Leerlbxgetjësv^idëv^anova-academiein Lenïngrcuicmn hetwerk indeballetstud
Waarmee weer veel samenvalt.
Bij de oprichting van de Keizerlijke
Balletschool in 1738 kreeg Jean
Baptlste Landé de leiding. Het pu
bliek in het toenmalige Sint Peters
burg had dankzij hem en zijn groep
al vier jaar eerder kennis temaakt
met de theaterdans uit Italië en
Frankrijk. In 1921 trad Agrippina
Vaganova in dienst van de school.
Doedinskaya: "Zij was zeer intelli
gent. Ze keek rond in de Franse en
de Italiaanse traditie. De Franse tra
ditie was zacht, mild. De Italiaanse
dansers waren technisch beter, met
krachtiger bewegingen, maar zon
der gevoel. Vaganova nam het beste
van beide tradities en bracht dat in
bij de heroïsche stijl van het Sovjet-
russische ballet. Het belangrijkst in
haar visie waren de armen. Ze zei al
tijd: 'De armen moeten sterk zijn en
bekoorlijk en vloeiend en ze moeten
helpen bij het dansen, maar nie
mand mag dat opvallen. Alleen de
danser zelf weet het, dat de armen
als vleugels helpen. Het publiek
mag dat niet zien'. En ze vond het
heel belangrijk, dat het hele li
chaam bij de dans betrokken was,
alles, niet alleen de benen, maar ook
de nek, de schouders, het hoofd".
Vriendinnen
Zo vertellend, is Doedinskaya de
personificatie van het principe van
de Vaganova-academie: de docent
levert zijn persoonlijke ervaring
over aan een nieuwe generatie. "Ik
werkte 23 jaar samen met Vagano
va.. Drie jaar in de school en daarna
twintig jaar in het theater, waar ze
les gaf aan de solistenklas. En toen
ze in 1951 ziek werd en niet meer
mocht werken, gaf ze mij haar solis-
tenkias in het Kirov-theater en die
klas heb ik van 1951 tot 1971 les ge
geven. Vaganova en ik waren hele
goede vriendinnen, ze was mijn
tweede moeder".
1951 was ook het jaar, waarin Va
ganova overleed. Zes jaar later werd
de academie officieel naar haar ver
noemd.
Dat de Vaganova-jeugd nu naar
Amsterdam mag, is een positief te
ken des tijds. Toen de leerlingen
nog persoonlijk bezit van de tsaar
waren, werden ze voor optredens in
geblindeerde koetsjes van de Rossi
straat naar het Kirov-theater ver
voerd, dat toen nog Maryinsky heet
te. Bescherming bood dat wel; in
dezelfde tijd werd in Parijs heren
van stand niets in de weg gelegd om
hun favoriete danseresjes te 'ont
moeten'.
Na de revolutie bleef de school
hermetisch gesloten voor pottekij-
kers. Dit jaar werden voor het eerst
westerse journalisten toegelaten tot
de lessen. Niet alle docenten toon
den zich daar even verheugd over.
Begrijpelijk, want behalve een zwa
re, niet zelden ook pijnlijke, licha
melijke inspanning wordt van de
leerlingen uiterste concentratie ver
eist. Eén extra stapje na de zoveel
ste pirouette is uit den boze. Dat
moet over, het moet altijd perfect
zijn. De armen mogen dan bij het
dansen helpen als vleugels, het
blijft schijn dat de zwaartekracht
geen vat lijkt te hebben op een bal
lerina. Dat zie je, als het goed is, niet
in het theater, maar wel tijdens die
lessen. Wankele stappen, ver
krampte gezichten, de trillende ar
men van een jongen die nog niet zo
ver is dat hij de kijker kan doen ge
loven dat een danseres zo licht is als
een veertje.
Spotten
Het feit dat de Vaganova-methode
bewaard blijft door zorgvuldige
overlevering neemt niet weg, dat de
manieren van lesgeven in Le
ningrad evenveel van elkaar ver
schillen als in een willekeurige
school waar dan ook. Je hoeft me
vrouw Vassilieva maar even bezig
te zien met een groep meisjes uit de
vierde klas en je weet dat er met
haar niet te spotten valt. Doedins
kaya daarentegen mag zelf graag
een beetje spotten. Als een van haar
meiden uit de zesde zich naar haar
zin niet bevallig genoeg beweegt,
sjokt ze er als een hobbezak op af,
terwijl ze even tevoren nog de sier
lijkheid zelve was bij het uitleggen
van haar bedoelingen. Maar helpt
een grapje niet om de dames tot per
fectie te bewegen, dan weet ook
Doedinskaya haar gezag te laten
gelden.
Een leraar van het stoïcijnse type
is Vladilin Semjonov, die we met
een groep zesdejaars jongens aan
het werk zien. Kalm, haast mompe
lend geeft hij zijn instructies, die de
uitwerking van bezweringen lijken
te hebben.
In alle klassen komen de leerlin
gen toegewijd en gedisciplineerd
over. Tussen de oefeningen door
wisselen ze af en toe een paar woor
den met elkaar, verder is het hard
werken. Of kun je je ook hierop ver
kijken? Die vraag rijst na het opvan
gen van een gesprek over het
schaarser worden van grote talen
ten onder de jongere generaties.
Wat vindt Doedinskaya daarvan?
"Ik denk dat voor de jongeren van
tegenwoordig overal geldt, dat alles
te gemakkelijk gaat. De vorige ge
neraties moesten alles zelf doen,
zelf rollen zien te veroveren. Ze
moesten ervoor vechten. Nu wordt
er gezegd: .Neern alstublieft rol zus
of zo, doe alstublieft mee in Het
Zwanenmeer.' De echte liefde voor
het vak is er niet meer".
Meer werk
En dan wordt er ook nog geopperd,
dat de meisjes het beter doen dan de
jongens. Doedinskaya: "Er worden
veel meer meisjes opgeleid dan jon
gens, zoals over de hele wereld.
Maar als de jongens er flink tegen
aan gaan, dan redden ze het wel. Het
is alleen zo jammer, dat ze dat in het
laatste jaar van de school doen, als
ze beginnen te begrijpen dat er voor
goede dansers veel meer werk is
dan voor danseressen. Dan is het ei
genlijk te laat".
Doedinskaya's collega Gurgapki-
na, een al even goedlachse vrouw,
weet wel een verklaring voor dat
trage begrip van de jongens: "De
meisjes komen uit zichzelf naar on
ze school. De jongens worden ge
bracht door hun ouders. Die komen
er pas in de laatste paar jaar achter,
dat danser nog niet zo'n gek beroep
is". En verder zegt ze: "Ik weet niet
hoe het in het Westen is. maar vol
gens mij is het overal hetzelfde:
leerlingen moeten hard worden
aangepakt". Acht, negen jaar zijn
ze, als ze elk jaar weer bij bosjes
worden aangemeld in de Rossis
traat, komend uit alle hoeken van
de Sovjet-republieken, in de hoop,
althans in de hoop van hun ouders,
voor de opleiding te worden uitver
koren.
In het Kirov-theater, hooguit een
kwartier met de bus van de Rossis
traat, zie je 's avonds wat "de Russi
sche sterren van morgen" verdeeld
over de voorstellingen van 27, 29 en
30 juni (de laatste avond samen met
'de Amerikaanse sterren van mor
gen', die hun eigen voorstellingen
26 en 28 juni hebben) in het Amster
damse Muziektheater zullen bren
gen: 'Chopiniana' (Les Sylphides),
een Grand Divertissement, de der
de akte uit 'De Notenkraker', Grand
Pas uit 'Paquita' en als opening van
de eerste twee voorstellingen 'Van
Landé tot Vaganova'. het academi
sche visitekaartje van het instituut.
En je vraagt je af of de magie van de
Rossistraat wel haar uitwerking zal
hebben op het verwende Holland-
Festivalpubliek, ook al zit dat dan
op het Waterlooplein, waar toch ook
een beetje verleden, heden en toe
komst samenkomen.
Eerste reis
Voor Sergejev kan het niet mis
gaan: "Vorig jaar vierden we ons
250-jarige bestaan en nu maken we
onze allereerste reis buiten Le
ningrad. Het is voor ons van groot
belang, dat wij als eerste Russische
balletschool naar het Westen gaan
en dat het ook voor de Amerikaanse
school de eerste grote reis is. En de
Amerikaanse school is de school
van Balanchine, die een leerling van
ons was. Dus die school is eigenlijk
een dochter van ons. Dat typeert
wel de historische waarde van de
ontmoeting".
Een stille ochtend in het Dali Theater-museum in het
Spaanse Figueras. De warmte hangt als een deken
over het roze gebouw dat versierd is met reusachtige
eieren en duizenden stenen 'broodjes'. Aan alle
kanten trachten ventilatoren de vochtige hitte te
verdrijven. Wat Franse toeristen slenteren zwetend
langs de schilderijen.
BARCELONA/DEN HAAG
(GPD) Nauwelijks vier maan
den geleden verdrongen dui
zenden mensen zich voor de in
gang van dit museum. Zij hoop
ten een glimp op te vangen van
de dode die in vol ornaat onder
de hoge glazen koepel van de
'Torre Galatea' lag opgebaard.
Najaren van onafgebroken ziek
zijn stierf op 23 februari van dit
jaar de 94-jarige kunstenaar Sal
vador Dali y Domenèch. Spaans
Catalonië was in diepe rouw ge
dompeld. De drukte voor het bi
zarre museum was overweldi
gend.
door
Monique Brandt en
Norbert v.d.Werff
Vier dagen later, bjj de opening van
Dali's testament, volgde een klap
die nog veel harder aankwam bij
veel nationalistische Catalanen. Da-
li bleek zijn gehele erfenis, volgens
kenners onder meer bestaand uit
twee-tot drieduizend kunstwerken,
beelden, boeken, brieven van voor
aanstaande surrealisten en miljoe
nen peseta's, nagelaten te hebben
aan de Spaanse Staat. Catalonië was
verbijsterd en geschokt, want tot
dan werd altijd aangenomen dat de
Catalaanse surrealist tenminste een
gedeelte van zijn nalatenschap aan
zijn geboortestreek zou vermaken.
In een eerder testament was dat ook
inderdaad het geval. In december
1980 lieten Dali en zijn vrouw Gala
officieel optekenen dat de helft van
hun gezamelijk nalatenschap voor
de Staat zou zijn.'De andere helft
was bestemd voor het Catalaanse
volk, middels de Generalitat, de Ca
talaanse regering. Maar amper twee
maanden na de dood van Gala in
1982 veranderde de grillige kunste
naar zijn testament. Met het resul
taat dat de Catalanen hoogstwaar
schijnlijk nog geen schetsje uit de
erfenis zullen vergaren.
Gevecht
Door de wijziging van zijn testa
ment koos Dalï partij in de al eeu
wen durende strijd tussen de cen
trale regering in Madrid en Catalo-
Conversatie met
Hermine de Graaf
LEIDEN De laatste conversatie
vóór de zomer wordt
in de Burcht gevoerd. Helbertijn
Schmitz-Küller spreekt op deze
avond met Hermine de Graaf over
verschillende aspecten van het
werk'van deze schrijfster. De ont
moeting is georganiseerd door
Burcht Literair in samenwerking
met boekhandel Kooyker. Aanvang
20.15 uur.
Veel Catalanen beschouwen de
daad van Dalï daarom als een dood
zonde, want de rivaliteit tussen tus
sen Madrid en Barcelona zit heel
diep. Vraag een willekeurige Cata
laan naar zijn of haar nationaliteit,
en het overgrote deel zal uitroepen
'Catalaans', in plaats van 'Spaans'.
Het gevecht met de Madrileense
'imperialisten' drukt in Catalonië
zijn stempel op het leven van alle
dag, en de nalatenschap van Dalï
lijkt inzet van de strijd geworden.
Die strijd wordt door velen uiterst
serieus genomen. De gemeenteraad
van Artés, een klein dorpje, zo'n zes
tig kilometer ten westen van Bar
celona, besloot zich daarom niet af
zijdig te houden. De voltallige ge
meenteraad, bestaande uit elf per
sonen van drie partijen, nam kort na
de opening van het testament van
Dalï in februari het besluit om de
Dalï-straat een andere naam te ge
ven. Volgens burgemeester José
Paré van de plaatselijke partij Uni-
tario de Artés een symbolische be
slissing. "We wilden de publieke
opinie beïnvloeden, en druk uitoe
fenen op cultuurminister Semprun.
De werken horen alle in Figueras,
want daar staat het museum van
Dali".
Er is echter wel wat reserve inge
bouwd bij het nemen van dit koene
besluit. De raad verandert de straat
naam pas daadwerkelijk als blijkt
dat de meerderheid van de kunst
werken naar Madrid moet verhui
zen. En zover is het nog lang niet.
"We hebben de zaak maar in de ijs
kast gezet, omdat het er naar uitziet
dat de meeste kunstwerken,toch in
Catalonië blijven. Mocht de situatie
veranderen, ondernemen we na
tuurlijk onmiddelijk actie".
In hoeverre dit plan om Dalï 'het
dorp uit te werken' serieus is, blijft
de vraag. Buurtbewoners hebben
geprotesteerd omdat zij volkomen
buiten het besluit van de naamsver
andering gehouden zijn. En de raad
lijkt ook weer niet van plan om met
deze nationale kwestie een plaatse
lijke 'oorlog' te ontketenen.
Officiële instanties doen de plan
nen tot naamsverandering af als een
flauwe grap. "Dwaasheid is het",
schampert Francisco Vergés, secre
taris van de Fundació Gala-Sal-
vador Dalï, dat het museum be
heert. "Het is kinderachtig, en abso
luut niet serieus te nemen. Trou
wens, in Gerona is na zijn dood juist
een straat naar Dalï vernoemd. Ach,
ze doen maar".
Spelletje
Eduard Fornès, woonachtig in Bar
celona, en volgens eigen zeggen 'Ca
talaan in hart en nieren', was jaren
lang uitgever van Dali. Tien jaar ge»
leden leerde Fornes de kunstenaar
kennen. Deze ontmoeting resulteer
de in de gezamelijke publicatie van
een boek over surrealisme, geschre
ven door Dali. Vervolgens werden
catalogi van Dali's werk in negen ta
len uitgegeven, waaronder een Ja
panse versie, en een groot aantal
boeken over het werk van Dali. Bo
vendien heeft Fornes de rechten op
Beeldend kunstenaar R<
De 'doodzonde' van een surrealist
alle reprodukties, kaarten en pos
ters van Dali.
Sinds jaar en dag houdt de uitge
ver/schrijver zich intens bezig met
alles wat de kunstenaar aangaat.
Meer dan eens publiceert hij artike
len over de kunstenaar. Twee we
ken geleden gaf Fornes een boekje
uit in het Catalaans; 'de tegenspra
ken in de zaak Dali' met daarin brie
ven en officiële stukken over de er
fenis. De Dali-kenner meent dat de
centrale regering in Madrid via een
duister politiek spelletje heeft bin
nengesleept.
Fornès: "Na de dood van Gala Da
lï is haar testament, waarin ze be
paalde dat de helft van de collectie
aan de Generalitat geschonken
moest worden, nooit ten uitvoer ge
bracht. Dali's advocaat ontkende
dat een gezamelijk collectie be
stond, hij voerde aan dat volgens de
Spaanse wetgeving bij Galas dood
haar bezit automatisch aan haar
echtgenoot verviel. De Catalaanse
wetgeving regelt dit soort zaken an
ders. Hoewel de Generalitat niet ak
koord ging, heeft deze niets meer
ondernomen".
Volgens de uitgever voelde Dali
er niets voor om successierechten
over de erfenis te betalen. De
Spaanse staat zag toen haar kans
schoon en maakte een afspraak met
de kunstenaar. Als Dali zijn nalaten
schap aan de Spaanse staat zou ver
maken, hoefde hij niet te betalen.
Fornès: De centrale regering in
Madrid ziet Catalonië als een kolo
nie. Ze beseffen dat de streek rijk is
aan cultuur, maar ze hebben het
liefst dat alle kunstwerken, en als
het even kan ook alle musea, naar
Madrid worden overgebracht." Het
is in Spanje een publiek geheim dat
de minister van cultuur, Jorge Sem
prun, heel graag wil dat alle werken
van Dali naar Madrid verhuizen. De
Catalanen eisen dat de nalatèn-
schap in zijn geheel in het Dali-mu-
seum wordt ondergebracht, terwijl
in Barcelona stemmen opgaan om
met de collectie het nog te bouwen
museum voor hedendaagse kunst
te vullen.
Maar wat er nu precies gaat ge
beuren blijft heel vaag. Voorlopig is
een commissie aangesteld die de
bezittingen van Dali moet inventa
riseren, en dan moet bepalen wat de
uiteindelijke bestemming van de
erfenis zal zijn. Fornes gelooft dat
Madrid afwacht totdat de boosheid
van de Catalanen over de vreemde
gang van zaken rond het testament
een beetje gezakt is, voor werkelijke
besluiten worden genomen. Dat
kan nog lang duren, volgens de uit
gever, want er zijn Catalanen ge
noeg die niet 'zomaar een beetje te
leurgesteld' zijn.
Aanslag
Gevolgen van die teleurstelling on
dervond Eduard Fornès die een Da-
lï-tentoonstelling had voorbereid in
Barcelona als een hommage aan de
kunstenaar. Deze belangrijke expo
sitie toonde vooral zijn drie-dimen
sionale werken, zoals sculpturen,
surrealistische objecten, hologram
men en drie-dimensionale schilde
rijen. Op grote aandrang van de mi
nister van cultuur besloot Fornès de
tentoonstelling uit te stellen omdat
het gevaar bestaat van een aanslag
door de 'independistas' van Terra
Lliure, de Catalaanse verzetsstrij
ders. De expositie zal nu eerst naar
Japan gaan.
Minder strijdbare Catalanen zijn
wat gematigder, en zoeken andere
oorzaken voor de wijziging van Da
li's testament. Zij geloven niet dat
het de bedoeling van de kunstenaar
is geweest om zijn geboortestreek te
benadelen, en vermoeden dat Sal
vador Dali slachtoffer is geworden
van gewetenloze oplichters die wil
den profiteren van de doodzieke,
gedeeltelijk demente kunstenaar.
Ramon Casals, een levendige
grijsaard met strenge donkere ogen
is een van hen. Casals is smid, en
vervaardigt voornamelijk bronzen
beeldjes en gebruiksvoorwerpen in
de stoffige werkplaats onder zijn
woning net buiten Barcelona. Glim
mend van trots toont hij zijn mooi
ste kunstwerk: een 48 centimeter
hoog bronzen borstbeeld van een
jonge, krachtige Salvador. Het
beeld heeft al enkele malen deel uit
gemaakt van Dali-exposities in het
buitenland.
"Toen Dalï zijn testament veran
derde was hij al ernstig ziek. De
man wist nauwelijks meer wat hij
deed. Hij was zelf niet meer verant
woordelijk voor zijn daden", vindt
Casals. "Dalï werd gemanipuleerd
door advocaten en vrienden die
hem gebruikten om hun zakken te
vullen".
Casals betwijfelt zelfs of de schil
der wel geweten heeft dat al zijn be
zittingen na zijn dood staatseigen
dom werden. "Als dit echt Dalï's
laatste wil was moeten we zijn wen
sen respecteren, maar ik geloof er
niet in. Volgens mij stierf hij in de
veronderstelling dat de helft naar
Catalonië zou gaan, zoals hy dat in
1980 had vastgelegd".
"Het is absurd om te ruziën, of
een straatnaam te veranderen om
deze kwestie", zegt Isabel Castell,
een medewerkster van het Dalï-mu-
seum. "Als dit echt de laatste wil
van Dalï was, moet die ook serieus
genomen worden". Wat aarzelend
voegt ze hieraan toe:" Al was ik toch
ook wel erg teleurgesteld dat hij
niet een deel van zijn bezit aan de
Catalanen geschonken heeft. Maar
de reden daarvoor zijn nog altijd
wat vaag, daar wil ik me verder ook
niet over uitlaten".
Hoerenzoon
In Barcelona heeft men enkele ja
ren geleden het plan opgevat om op
de Placa Nova, naast de kathedraal,
een monument voor Dalï op te rich
ten. De plannen kunnen voorlopig
niet worden uitgevoerd omdat on
der het plein parkeergarages wor
den aangelegd. Met het oog op de
komst van een monument hebben
onbekenden alvast een aanplakbil
jet opgehangen dat aan duidelijk
heid niets te wensen overlaat. On
der de vraag: 'Hier een monument
voor Dalï?' staan twee tekeningen.
Links het straatnaambordje Placa
Nova met de tekst: 'Hier niet'. Daar
naast is een wc-pot getekend met
daarin het hoofd van Dalï, en de
tekst: 'Hier wel'.
ROTTERDAM (ANP) - In het Muse
um voor Volkenkunde in Rotter
dam wordt van 16 juni tot 27 novem
ber de groots opgezette tentoonstel
ling 'Goden en Goeroes, Tibetaans
Boeddhisme' gehouden. De Vereni
ging van Vrienden van Aziatische
Kunst bracht hiertoe uit particulie
re collecties unieke religieuze ob
jecten bijeen die zijn aangevuld met
voorwerpen uit openbare verzame
lingen.
De expositie geeft inzicht in de ta
melijk ingewikkelde religieuze we
reld van het Tibetaans boeddhisme
en de rol die deze godsdienst ook in
het huidige Tibet speelt. Op de ten
toonstelling is daartoe een La-
maïstisch Pantheon samengesteld,
een tempel waar de Tibetaanse
boeddhisten ook offers brengen.
Onder meer ziet men er beelden
van boeddha's, goden en histori
sche personen, walmende boter-
lampen en koperen kommen, doe
ken en draperieen. De gebruiks
voorwerpen, schilderingen en
sculpturen hebben ook een artistie
ke waarde.
Het Tibetaans boeddhisme is niet
alleen een zaak van monniken en
nonnen. In vrijwel elk huis en iede
re nomadentent is een altaar te vin
den waar aan boeddha's en plaatse
lijke goden wordt geofferd. De leek
en de ongeletterde monnik belijden
voortdurend hun geloof door for
mules op te zeggen, wat ook wel
met een gebedswiel gebeurt.
Dan is er nog het levenswiel,
waarmee de stadia van dier tot god
heid worden gesymboliseerd. In het
boeddhisme kunnen gewone ster
velingen namelijk naar een hoger
niveau van leven komen door onder
meer meditatie. Het geloof in de we
dergeboorte bepaalt eveneens de
opvolging van de wereldlijk en
geestelijk leider, wiens geest na zijn
overlijden terugkeert in het lichaam
van een kind.
Ter gelegenheid van de tentoon
stelling stelde Hugo Kreijger het
boek 'Godenbeelden uit Tibet, La-
maïstische kunst uit Nederlands
particulier bezit' samen. Het is een
uitgave van de Staatsdrukkerij
(SDU) en Openbaar Kunstbezit.
Zo'n overzicht in boekvorm was er
nog niet. Het geeft ook de plaats aan
van de Lamaistische kunst. In vijf
essays worden voorts verschillende
aspecten van het Tibetaans boed
dhisme behandeld.
PRIJS - De Heemschut Persprijs
1988 van 2.500 gulden is toegekend
aan Cees Maas (35) in Etten-Leur
voor het verhaal 'Stiltegebieden een
onhaalbaar ideaal' in De Stem. De
prjjs wordt 14 juni in Amsterdam
uitgereikt door minister Nijpels.
De uitgever-schrijver Eduard
Ook bjj het Theater-museum in
Figueras zijn zichtbare sporen van
de sluimerende boosheid te vinden.
Een straatkunstenaar verfraaide de
muur van de kunsthandel naast het
museum uit droefenis over het ver
scheiden van de kunstenaar met
een schildering, waaruit duidelijk
bewondering voor de schilder
spreekt. Een schets van de kathe
draal van het stadje, de koepel van
het museum en een doodskist.
Daaronder de tekst: Figueras bij
nachte....is dood. Een onverlaat
duister politiek spelletje, (foto gpd>
heeft met viltstift echter ook de
tekst 'hoerenzoon' toegevoegd, in
Spanje de grootste belediging die je
je kunt voorstellen.
"De schets verwoordt heel duide
lijk de geschiedenis van Dalï", ver
telt Raimon, de zoon van de oude
Casals. "Aan zijn werken zijn ook al
tijd meer kanten". De eeuwige te
genspraak van de schilder, die in de
korte tijd na zijn dood in dit deel
van het land misschien nóg meer
emoties opwekte dan tijdens zijn le-