'Vechten om aandacht voor boek debutant Het isolement van een Prometheus in een autosloperij Vermoeidheid slaat toe bij koorleden ZATERDAG 3 JUNI 1989 KUNST PAGINA 35 Boekpromotor Umtul Kiekens: BAARN In haar woonplaats Baarn runt Umtul Kiekens een bedrijfje voor boekpromoties, het enige in Nederland. In opdracht van uitgeverijen verzorgt zij de publiciteit rond nieuwe boeken. Daarnaast heeft zij onder meer de organisatie in handen van de AKO Literatuur Prijs. Een gesprek over de korte looptijd van boeken en het gevecht om de aandacht. Haar kantoor bevindt zich in de ach terkamer van haar woning in de ou de binnenstad van Baarn. Voor Um tul Kiekens (44) is dat geen enkel bezwaar. "Ik hoef niet zo nodig in het World Trade Center te zitten. Dit is veel gemakkelijker". Kiekens heeft een drukke tijd achter de rug: de AKO Prijs houdt meer in dan het regelen van het chi que diner in het hoofdstedelijke Amstel Hotel. "Je moet werkelijk overal aan denken. Is iedereen op de hoogte? Zijn de uitnodigingen op tijd de deur uit? Kan de televisie uit de voeten? Maar ik vind het schitterend om te doen". Aanvankelijk zag het er niet naar uit dat Umtul Kiekens in het boe kenvak zou rollen. Na een afgebro ken studie binnenhuisarchitectuur had zij samen met haar toenmalige man een succesvol architectenkan toor. "We verdienden geld als water, maar op een gegeven moment was dat niet meer voldoende. Ik had de innerlijke drang om te weten wat er meer was dan alleen maar carrière maken". Op haar initiatief werd het kan toor verkocht en vestigde het echt paar zich met de twee kinderen op Ibiza. "Dat was in de tijd dat Jan Cremer en Theo Kars daar ook za ten. Ibiza was een grote kunste naarskolonie". Na haar scheiding verdiende Kiekens de kost door les te geven aan de plaatselijke Engelse school en door de verkoop van zelf gemaakte sieraden en schilderijen aan toeristen. Na drie jaar keerde zij terug naar Nederland en kon als vertaalster aan de slag bij uitgeverij Servire in Katwijk aan Zee. "Maar ik hield mij al snel bezig met het samenstellen van fondslijsten, het schrijven van teksten voor de catalogus en het on derhouden van de contacten. Op het laatst had ik de leiding over de verkoop en de publiciteit". Op de internationale boeken beurs van Frankfurt zag zij dat er in het buitenland allerlei bureaus wa ren voor boekpromotie. "Ik ver baasde mij erover dat wij dat in Ne derland niet kenden. Toen ik bij di verse collega's informeerde of men daar belangstelling voor zou heb ben, was de respons groot. In 1981 ben ik toen met dit bedrijfje begon nen, eerst in mijn eentje en later ge assisteerd door mijn zus". Teveel boeken Haar klantenkring is "Kleine uitgeverijen hebben vaak de kennis niet in huis om zelf hun boeken te promoten. Ze maken dan bijvoorbeeld persberichten door spekt met superlatieven. In zo'n ge val is het beter iemand in te huren die niet die emotionele betrokken heid heeft. Grote uitgeverijen roe pen vaak in het topseizoen mijn hulp in". Tot haar opdrachtgevers behoren onder meer Bruna, Spec trum, Woelrat en Bosch Keuning. "Het grote probleem is echter dat er teveel boeken verschijnen. Daar door heeft een boek in het gunstig ste geval een looptijd van twee, drie maanden. Uitgevers blijven maar produceren omdat ze gigantische overhead-kosten hebben. Volgens mij moeten we toe naar een systeem waarbij uitgevers een bepaald on derwerp kunnen claimen. Of dat in de praktijk zal werken weet ik niet, maar nu ontbreekt elk overleg. Daardoor verschijnen er regelmatig tien boeken over hetzelfde onder- werp. De uitgeverijen zouden eens wat kritischer moeten zijn in hun uitgavebeleid". divers. Door het verzadigd raken van de markt zijn haar werkzaamheden er in de loop der jaren niet eenvoudi ger op geworden. "Een paar jaar ge leden vond de pers het nog leuk als ze een buitenlandse auteur konden interviewen. Nu worden ze com pleet overvoerd. Voor mij is het re gelmatig schipperen tussen de ver schillende belangen. Televisie is een machtig medium. Dat is wel eens unfair tegenover de schrijven de pers. maar je moet er nu eenmaal rekening mee houden. Toch pro beer ik iedereen zoveel mogelijk ge lijk te behandelen. Wie het eerst komt die het eerst maalt". Kiekens pleit voor een algemeen boekenpro gramma op de tv "dat iets minder elitair is dan Van Dis". Volgens Kiekens is het gevolg van de overproductie dat kleine uit geverijen het onderspit delven. "De grotere hebben bijna carte blanche bij de pers. Toch zit er bij de klein tjes voldoende talent. Het zou goed zijn als de critici eens wat meer open stonden voor nieuw bloed. Of ik niet de ambitie heb om zelf te gaan uitgeven? Nee, mijn talenten liggen toch meer in het organise- Gijs mander succesvol met 'De Kapper' AMSTERDAM In de Nieuwe Kerk in Amsterdam kreeg de schrijver Gijs IJlander donder dagmiddag de Geertjan Lub- berhuizenprijs 1988 voor zijn debuut 'De kapper'. Voor het zelfde boek had IJlander al eer der de Anton Wachterprijs ont vangen. Op zijn door Veen uitgegeven debuut ontbreekt een foto van de auteur. Het gekozen pseudo niem is veelzeggend. Gijs IJlan der (42) kiest bewust voor het isolement. Met zijn gezin be woont hij een afgelegen huis onder de rook van Nijmegen, omgeven door een fors stuk ei gen land met schapen en een paard. "Wanneer ik aan het werk ben, mag er niemand in huis zijn. Het hek aan de weg is dicht, de deur zit op slot. Vanuit mijn werkkamer kan ik bij wij ze van spreken het oprijlaantje onder vuur houden. Alleen on der die omstandigheden kan ik schrijven. Het moet absoluut stil zijn. Ik zet zelfs de pomp van de verwarming af'. Gijs Jlander praat alsof hij het liefst elk woord dat uit zijn mond komtaan een touwtje weer terug zou villen trekken. Regelmatig ver- trekthj zijn gezicht in een verlegen grims. IJlander ambieert bepaald niet <e positie van bekende Neder lander. "Hou op zeg, op zo'n prijs- uitreking moet ik mij echt een maaid voorbereiden. Dat haalt mij heienaal uit mijn concentratie." Altijdens zijn studie Engels in Amserdam begon IJlander te schriyen. „Op mijn twintigste heb ik vegeefs geprobeerd een roman te puiliceren. Sinds die tijd heb ik veel gprobeerd, maar weinig afge- maak. Ik ben enorm kritisch en pu- blicee liever niets dan iets wat niet goed 3. Door zo'n instelling twijfel je vootdurend aan jezelf. Is het niet pure .anstellerij, al die verhalen? Toch lan ik niet zonder: schrijven is voor nij een pure levensbehoefte." Pas t>en hij een jaar of zes gele den eer verhaal liet lezen aan zijn inmiddds overleden dorpsgenoot, de vorngever (en tevens zwager van Jan Wolkers) Jan Vermeulen, en deze Enthousiast uitriep dat hij toch vooal door moest gaan, kreeg IJlanderhet idee dat zijn literaire werk iet voorstelde. "Bovendien las ik zo Inks en rechts wel eens wat en dan dacht ik: mijn werk is zeker niet minder. Door het aan de buiten wereld te laten zien, wilde ik mijzelf ervan overtuigen dat dat geen ver beelding was". Spannend Met 'De kapper' heeft IJlander een uitermate ingenieus geconstrueer de roman afgeleverd, die tot de laatste bladzijde spannend blijft. De ik-persoon van het verhaal heeft zich ontfermd over zijn hulpbehoe vende oom, een gepensioneerde on dernemer. Deze krijgt bovendien regelmatig bezoek van een mysteri euze kapper, die hem hardhandig ondervraagt over zijn oorlogsverle den. Bestaat de kapper echt of heb ben we te maken met het loslopen de geweten van de oom? Zijn de kapper en de neef misschien dezelf de persoon? Het resultaat van dit li teraire spel is een intrigerende ro man waarin de gespletenheid in al haar gedaanten centraal staat. Het idee voor de roman kreeg IJ lander al schrijvend. "Ik had een on afgemaakt verhaal liggen over het bouwen van een huis. Daar wilde ik iets mee doen. Pas op het einde dacht ik: zo kan het ook en dan valt alles plotseling in elkaar. Het gevolg was wel dat ik veel weg moest gooi- Conservatorium met eigen band op eigen plaat DEN HAAG (ANP) - Het Koninklijk Conservatorium in Den Haag heeft een unieke prestatie geleverd door geheel in eigen huis een lp te maken met opnamen van zijn big band on der leiding van Frans Eisen. Het klinkende resultaat vap de afdelin gen Jazz en Muziekregistratie is donderdag gepresenteerd aan mi nister Brinkman van cultuur, welis waar demissionair, maar blijvend liefhebber van jazzmuziek, naar hij duidelijk maakte. Directeur Frans de Ruiter zin speelde op de m'ogelijkheid dat de bewindsman in een volgend kabi net onderwijs in zijn portefeuille kan hebben, het departement waar de muziekvakopleiding nu nog ge heel, en later wellicht grotendeels, onder ressorteert. Hij gaf hoog op van het jazzspel van de studenten: ze concerteren al een jaar of wat op het North Sea Jazz Fèstival en dit jaar zijn ze gevraagd voor het hoofd programma op het grootste podi um. De big band wordt elk jaar in september opnieuw samengesteld. De stijl van spelen die aan de op leiding in Den Haag opgang doet, lijkt op het eerste gehoor op die van de jaren vijftig, maar is geen koele kopie van bij voorbeeld Wardell Gray of Dexter Gordon. Free Jazz, New Wave, Punk, enzovoort, lieten hun invloed gelden maar men grijpt terug op de traditie. De jonge musi ci voeren dan ook oude jazz uit, een techniek die niet iedere jazzmusi cus beheerst. Mede daarom komen Amerikaan se gastdocenten graag naar Den Haag. Ze vinden dat de band zeker niet onderdoet voor soortgelijke en sembles in hun eigen land. Volgen de maand komt jazzpianist Barry Harris naar de residentie om op het conservatorium lessen, workshops en concerten te geven. Van de Big Band Koninklijk Con servatorium 1988 zijn thans vijf swingende stukken op de plaat ge zet. Gespeeld worden composities van Frans Eisen, Bud Powell, Ivor Novello, Charly Parker en Harold Arlan in arrangementen van Eisen en van de leidende altsaxofonist Stefaan Debevere. De plaat is uniek omdat in ons land alleen het conser vatorium in Den Haag afdelingen kent voor zowel jazz als voor mu ziekregistratie. JOHNNY GRIFFIN - De Ameri kaanse saxofonist Johnny Griffin vormt de hoofdat'tractie van de 16e jazz meeting Tilburg, die plaats vindt van donderdag 15 tot en met zondag 18 juni. Griffin treedt zater dagavond op in de Tilburgse schouwburg. Voorstelling: Prometheus van Aischylos. Toneelgroep Hdlandia. Regie: Johan Si mons en Paul Hoek. Plaats. Sloperij Jan Smid. Westzaan Te zien: t.m. 4 juni en van 6 t.m. 10 juni WESTZAAN - Waarom laat een regisseur de figuur van Prome theus door acht verschillende acteurs spelen? Omdat hij het typerend voor deze tijd vindt dat de mens het geloof in abso lute waarheden heeft verloren. We zijn gaan beseffen dat het ge lijk vele gezichten kent. Waarom speelt een toneel groep deze Griekse tragedie op de locatie van een autosloperij? Omdat het verhaal gaat over de god die de mens de macht over het vuur schonk, en kijk nu eens waartoe deze eerste stap naar de beschaving heeft geleid: hebben we niet een schroothoop van de aarde gemaakt? Regisseur Johan Simons van Toneelgroep Hollandia had be ter geen interviews over zijn re gieconcept kunnen geven. Der gelijke modieuze gemeenplaat sen werken niet bepaald als een aanbeveling. Dan maar liever een uitvoering die wel tracht om de oorspronkelijke ideeenwe reld van de klassieke schrijver Aischylos (525-456 v. Chr.) recht te doen. De inhoudelijke onderbou wing van deze Holland Festival- produktie blijkt er inderdaad net zo bij de haren bijgesleept te zijn als de uitspraken van Si mons al doen vermoeden, maar zijn gevoel voor esthetiek com penseert gelukkig veel. Boven dien werkt hij samen met de vooral als musicus bekend gé worden Paul Koek, en dat valt te merken bij de bijzondere fra seringen die de acteurs aanbren gen. De door Tom Blokdijk zake lijk vertaalde tekst wordt ge bracht als een spreek-opera. Soms krijgt de dialoog een mu zikale monotonie mee die doet en wat niet meer klopte, maar dat is normaal". Als lezer is IJlander altijd sterk georiënteerd op de Engelse li teratuur. "Daarin is het detective element nogal sterk aanwezig. Mis schien dat je in die zin van een in vloed zou kunnen spreken. Zelf lees ik graag boeken waardoor je nieuwsgierigheid geprikkeld wordt. Een boek moet iets hebben datje er doorheen sleurt". 'De kapper' heeft hij in een half jaar geschreven. "Mijn uitgever had iets van mij gelezen en toen hebben we afgesproken dat ik voor een be paalde datum klaar zou zijn. Uit me zelf ben ik lui en vol aarzeling. Pas als ik onder druk sta, kan ik knallen. Die twee prijzen beschouw ik dan ook niet alleen als stimulans, maar vooral als druk. En dat is precies wat ik nodig heb." Inmiddels werkt IJlander al weer volop aan een vol gend boek. "Dat wordt een verhaal met eenzelfde soort constructie, je kunt het op verschillende niveaus lezen. In mijn ogen krijgt een boek zijn kracht door de dingen die je in het begin niet weet. Een kennis ver geleek mijn debuut met een teke ning van Esscher: aan het eind zit een draai waardoor het standpunt precies andersom is dan aan het be gin. Dat vind ik wel mooi gezegd, ja". kopergravure HAARLEM (ANP) - In de zomer maanden geeft Teylers Museum in Haarlem een overzicht van de stilis tische ontwikkeling van de Neder landse kopergravure van 1900 tot 1975. De tentoonstelling loopt van 24 juni tot 11 september en is ver volgens anderhalve maand te zien in Gemeentemuseum De Wieger in Deurne en in februari-maart in het Provincxiaal Museum van Drenthe in Assen. Getoond worden 120 gravures en vijftien geïllustreerde boeken. Het is voor het eerst dat in ons land een dergelijk overzicht wordt geboden. De werken zijn uit eigen bezit en in bruikleen ontvangen van de Rijks dienst Beeldende Kunst, Museum Boymans - Van Beuningen, het Haags Gemeentemuseum, de Rijksakademie van Beeldende Kunstenaars en van veel kunste- Pieter Dupont toonde rond 1900 in ons land aan dat de kopergravure bestaansrecht had als zelfstandige kunstvorm. De techniek was tot dan vrijwel uitsluitend toegepast voor de reproduktie van schilderij en, welke mogelijkheid verviel met de opkomst van fotomechanische reproduktietechnieken. Met benoe ming van Dupont tot hoogleraar graveren aan de Rijksakademie her leeft de kopergravure. In het geheel heeft in ons land een dertigtal kun stenaars zich met deze techniek be zig gehouden. Concert door de C.O.V. Excelsior onder lei ding van Jos Schohaus. Met medewerking van Tineke van der Klooster en Loes Botte- manne sopraan, Anton Trommelen tenor, Henk van den Brink bas en het Amsterdams Begeleidingsorkest. Werken van Mendels sohn en Puccim; gehoord in de Leiderdorp- se Dorpskerk op 2 juni. LEIDERDORP - Geen barok- werken deze keer, maar minder bekende romantische koormu ziek stond er gisteravond op het programma van Excelsior. Inte ressant was het om van Mendels sohn, die bekend is door zijn "Eli- as" en "Paulus", nu eens de hym ne "Hor mein Bitten, Herr" te ho ren, waarin de componist Bach- invloeden verraadt door het mu zikaal letterlijk volgen van de tekst door harmonieën en klank kleuren. Tineke van der Klooster zong licht en beweeglijk de so praan solo in dit charmante werk Apart was Mendelssohn's volgen de werk, psalm 95 "Kommt lasst uns anbeten" waarin een duet voorkomt niet met een sopraan en een alt of mezzo, maar met twee sopranen die ook even hoog gaan.- Loes Bottemanne, die Wen- dela Bronsgeest moest vervan gen, zong de tegenstem doorzich tig en sloot op die manier goed aan bij de rest. Ook Anton Trom melen had een betrouwbaar aan deel als tenor in het laatste werk. Jos Schohaus dirigeerde met vaste hand zijn koor Excelsior, dat misschien gewend is aan pia nobegeleiding op de repetities en daardoor in het begin werd geïm poneerd door de dynamische uit barstingen van het orkest. Pau ken, trompetten, trombones en later nog een piccolo konden in de vrij kleine ruimte veel klank voortbrengen, maar de ongeveer 60 koorleden gaven gaandeweg meer partij en zo werd er even wichtig gemusiceerd en gezon gen in de karakteristieke vloeien de stijl van Mendelssohn, (met aandacht voor aanwijzingen in de partituur zoals: „mitt immer wachsendem Feuer und Pathos vorzutragen"). Bassen en tenoren waren goed opgewassen tegen de altijd wat in de meerderheid zijn de vrouwenstemmen, zoals ook na de pauze bleek in de fuga's van de Messa di Gloria van Puccim. Deze operacomponist loochent zijn afkomst niet in zijn muzikale verwoording van de Latijnse mis tekst. Ook de bas Henk van den Brink liet het theatrale element horen in zijn vertolking van het Crucifixus hierin. Ook voor koor en orkest is de Messa di Gloria een dankbaar werk door de vele kleurverschil len en chromatische verschuivin gen. Afgezien van een enkele on gelijkheid hield Jos Schohaus er goed de vaart in. Aardige contrasten vormden de unisone gedeelten, de fuga's en de meer liggende vierstemmi ge accoorden. Het talrijke publiek dat nog juist op alle stoelen terecht kon, wist het geheel zeker te waarderen. FRANK DEN HERDER denken aan Laurie Anderson, dan weer wordt er gekozen voor een heftige expressievorm. Je ervaart de teksten ook als een li bretto: de wijze van vertolking is zo overheersend dat de letter lijke betekenis van de woorden naar de achtergrond verdwijnt. Het toneelbeeld staat niet minder op zichzelf. De steeds schitterend uitgelichte fabrieks- ruimte, waarin grote vakken zijn aangebracht voor - naar ik aanneem - verschillende auto- onderdelen, is een genot voor het oog. Sinister of bedreigend is de sfeer niet, daarvoor wordt er te zorgvuldig met de schoon heid van het lelijke omgespron gen. De electnciteitskasten zijn wat roder gemaakt dat ze al wa ren, en over de muren is de blauwkwast gehaald zodat het geheel er nog wat meer 'aange vreten' uitziet. De spelers dra gen van erotisch rubber ge maakte gewaden van Keso Dek ker, waarbij de bovenlijven bloot blijven. Kwetsbaar naakt in een ruimte van ongenaakbaar beton. Dat heeft wel wat. Ook al blijft het verband met het stuk van Aischylos ver te zoeken. ERIC VAN DER VELDEN Leids Kamerkoor met 'moeilijk' programma "Over liefde en dood" madrigalen van Claudio Monteverdi. Een concert door het Leids Kamerkoor met medewerking van een instrumentaal ensemble en zangsolisten. Muzikale leiding Ton Beckers. Gehoord op 2 juni in de Taffehzaal. LEIDEN - Het concert is afgelo pen. Het publiek in de Taffehzaal loopt niet direct óver van uitbun dig enthousiasme, maar toch blijft het langdurig staan klap pen. De dirigent van het Leids Kamerkoor, Ton Beckers, gaat ie dere zangsolist en daarna ieder lid van het instrumentaal ensemble persoonlijk de hand schudden. Hij wekt bijna de indruk dat hij tevreden is. Tot dat tijdstip loopt hij er wat bekommerd bij. Geen wonder eigenlijk als je bedenkt dat het Leids Kamerkoor louter madrigalen van Monteverdi op zijn programma heeft staan. Monteverdi, operacomponist uit de vroege zeventiende eeuw, schrijft zijn muziek zó, dat de ge zongen woorden beter dan in het verleden verstaan kunnen worden. Tegelijk roept hij met ak koorden en klankkleuren stem mingen op, die de betekenis van de tekst illustreren. Je hoort de geboren theaterman aan het werk. Je ziet alles vóór je. De uit voerenden hebben de moeilijke taak om dit theater tot leven te brengen. Het best geslaagd was de uitvoering van de "Madrigali guerreri et amorosi" (van oorlog en liefde). Aaneengesmeed tot één geheel, geschreven voor een '-.oor en solisten met begeleiding an een instrumentaal ensemble, leken deze madrigalen een opera in het klein met oorlog en liefde als tegenspelers. Een rijke scha kering aan uitdrukkingen maakte dit werk tot een boeiend geheel. De heroieke ritmes van de veld slagen en de rinkelende zwaar den. De verrassende (in de diepte bijna niet hoorbare) baritonsolo. Het suggestieve stilleven van nauwelijks veranderende akkoor den in het lied van de nacht. De alarmerende drukte van de besto lene, die zijn hart is kwijtgeraakt aan de liefde. Voortreffelijk ge zongen door de solisten. Helder, licht en zuiver spel van de violis ten met name. Niet altijd zorgde de instru mentale begeleiding voor een zui ver klinkend geheel. Niet alleen zangers en bv. strijkers moeten kritisch blijven luisteren naar c' stemming en de klank van hun i: strument. Ook blazers moeten niet teveel vertrouwen op goede vingerzettingen. Zo zorgden de blokfluiten voor enkele hachelij ke samenklanken. Ook wat be treft het unisonospel van gamba's en zangers had ik soms een wat ongelukkig gevoel. Hoe mooi de madrigalen v de pauze ook waren, toch leed het koor aan het einde van de eerste helft aan vermoeidheidsver schijnselen. Hoe Ton Beckers ook het leven nog probeerde te rekken, de spanning werd al flau wer en de samenhang raakte al losser. De energie die men nog kon opbrengen werd besteed aan de toonhoogte, de uitspraak en het ritme. Voor expressie en tem perament had men niet veel puf meer over. Kortom: als Ton Bec kers dit soort moeilijke program ma's blijft instuderen zal hij vaker reden hebben om bekommerd te kijken. MONICA SCHIKS In de autodoperij van Jan van Smid te Westzaan wordt onder de paraplu van het Holland Festival door the atergroep Hollandia het Prometheus van Aischylos opgevoerd. Een uitzonderlijke locatiemaar de groep trad al eerder op neen voetbalstadion, sluizencomplex, tuinderskas en oude bioscoop. (foto anpi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 35