Europarlement worstelt met imago
De Hortus
Eerst werkelijke macht vergaren
om appèl te doen op de kiezers
ZATERDAG 3 JUNI 1989
EXTRA
PAGINA 31
Het blijft kwakkelen met het
Europarlement. Echt populair is het
nooit geworden met het imago van
mateloos drankgebruik en copieuze
diners. Bij de Europese verkiezingen
op 15 juni verwachten de
Europarlementariërs dat de helft van
de kiezers de moeite zal nemen naar
de stembus te gaan. Dat klinkt
optimistisch, maar steekt mager af bij
de 80 procent die in Nederland bij
nationale verkiezingen gaat
stemmen. "Je moet niet de illusie
hebben dat je hier gewoon
parlementje kunt spelen. Dan bereik
je niets".
door Peter de Vries
De tolken en de lauwe warmte eisen
na drie kwartier hun tol. Van het pu
bliek op de tribune en van de
schaars aanwezige Europarlementa
riërs in Straatsburg maakt zich een
loom gegeeuw meester. Degenen
die afgaan op de zangerige spreek
trant van Filipe Gonzalez, krijgen
nog de indruk dat de Spaanse pre
mier een begeesterd betoog af
steekt. Maar de droge vertaling door
de tolken onthult zonder genade de
aaneenschakeling van clichés en
holle frasen: "Ik prijs de gulle en
moedige manier waarop het Euro
pees parlement bouwt aan 1992".
In de Bar des Délégués, enkele tientallen
meters verderop, is het op hetzelfde mo
ment stampvol. Vertegenwoordigers van
twaalf Europese volkeren, fractiemede
werkers, journalisten en bezoekers van
het Europarlement laven zich hier aan
koffie en bier. Ze wapenen zich tegen het
kurkdroge en warme klimaat, dat door
de op volle toeren werkende airconditio
ning in het Palais de l'Europe in stand
wordt gehouden. De heren paraderen in
maatpakken; dure lippenstift camou
fleert uitgedroogde en gebarsten lippen.
Terwijl de voorzitter van de EG in de ver
gaderzaal voort praat, strijden onmacht,
pracht en faam om voorrang.
De verklaring van Gonzalez is op de
agenda gezet als het hoogtepunt van de
april-vergadering van het Europees Par
lement. De premier zal, aan de„ voor
avond van de topconferentie van ÉG-lei-
ders in Madrid, verslag doen van de
voortgang van de Europese eenwording.
Voor de parlementariërs, die zich opma
ken voor hun eigen verkiezingen, een
uitgelezen kans de Top van Madrid te be
ïnvloeden. Maar als de kruitdampen van
de retoriek zijn opgetrokken, blijkt dat
geen fractievoorzitter heeft gepoogd die
kans te benutten.
Buiten, op de glooiende oevers van het
riviertje 1*111, is de lente begonnen. Een
milde landwind, lichtgroene grasperken
en zachte bloesehis geven de stad
Straatsburg een lieflijk, bijna landelijk
karakter. De stad ademt rust uit: brede
boulevards en lange allées voeren langs
grote, statige gebouwen. Ze herinneren
aan de Franse glorietijd van de hoofd
stad van de Elzas. Kleine vakwerkhuis
jes, die dateren uit de circa vijftig jaar du
rende Duitse bezetting van Elzas-Lotha-
ringen, breken het straatbeeld.
Eén keer per maand wordt die rust een
week lang verstoord. Dan doet de kara
vaan van het Europees Parlement
Straatsburg aan. Fractievergaderingen
en ontmoetingen met ambtenaren van
het parlement of de Europese Commis
sie vinden allemaal in Brussel of Luxem
burg plaats. Maar de plenaire vergade
ring van het EP voert volksvertegen
woordigers en duizenden van hun mede
werkers telkens naar Frankrijk. De sta
len kisten met dossiers in de gangen van
het Palais symboliseren die trektocht.
De stad Straatsburg is erop gebrand in
het reisschema van het Euro-circus op
genomen te blijven. Het maandelijks di
ner van parlementsvoorzitter Sir Henry
Plumb met de pers op dinsdagavond
wordt speciaal afgelast om een ieder in
de gelegenheid te stellen in de Orangerie
de receptie bij te wonen van de nieuw ge
kozen burgemeester van de stad, Cathe
rine Trautman. Tout Strasbourg is wel
kom.
Achter een bruisend glas Riessling
fluisteren de kenners dat de Fransen er
alles aan zullen doen Trautman in het
Europarlement, en daarna in het presi-
dum te krijgen. Om de belangen van haar
stad te dienen. Want de cafés, hotels en
restaurants io Straatsburg drijven op de
aanwezigheid van het Europarlement.
Ze doen goede zaken. Speciale busjes
vervoeren iedereen met een toegangs
pasje van de centrale Place Kléber naar
de Avenue de l'Europe. Het grauwe mili
taire vliegveldje is laatstelijk voorzien
van een vertrekhal van internationale al
lure.
Macht
Paradoxaal genoeg hebben de stads
bestuurders er ook alle belang bij dat het
Europarlement zijn macht niet verder
uitbreidt. Wanneer het aan het parle
ment ligt, was de vergaderzaal namelijk
allang naar Brussel verhuisd. Om begrij
pelijke redenen stemden alle Franse Eu
roparlementariërs tegen die voorkeur, en
alle Belgen vóór (op de 'groene' parle
mentariër Paul Staes na, die in de verhui
zing een poging ziet de belegger te hulp
te schieten die het complex in Brussel
bouwt). Maar typerend voor de onmacht
van het parlement is dat het dit besluit
niet zelf velt, maar dat de twaalf EG-lan-
den het unaniem moeten nemen.
Het is een telkens terugkerende
klacht: het Europarlement ontbeert be
voegdheden. Er is geen Europese rege
ring die naar huis kan worden gestuurd.
Het parlement kan alleen adviezen ge
ven. Wie daaruit de conclusie trekt dat
het Europarlement dus machteloos is,
krijgt als vaste repliek te horen dat het
zeker niet tandeloos is. Naar diverse
raadgevingen is wel degelijk geluisterd.
Het beeld dat bij de buitenwacht be
staat van het Europarlement, wordt
vooral bepaald door copieuze diners en
mateloos drankgebruik, gefinancieerd
uit riante dagvergoedingen, aan de parle
mentariërs ter beschikking gesteld door
het parlement. Straatsburg als poel des
verderfs. Maar een flink deel van het
imago wordt ook gevormd door de agen
da, het gewicht van de onderwerpen
waarover men beraadslaagt. De indruk
heeft postgevat dat werkelijk belangrij
ke zaken bij voorkeur niét in het Euro
parlement aan de orde worden gesteld.
Rode kaart
Maandagmiddag, de wekelijkse briefing
van de perschef van het parlement:
"Twee Britse afgevaardigden die na de
verkiezingen niet terugkeren, geven van
middag hun afscheidsreceptie. U ziet,
het parlement is aan haar zwanezang be
gonnen. Alle rapporten over de btw-har-
monisatie zijn van de agenda geschrapt".
Binnen de EG geldt de onderlinge af
stemming van btw-tarieven als een "es
sentiële en cruciale stap" in het proces
van economische eenwording. In plaats
daarvan komen aan bod de ontwikkeling
van Europese high-definition televisie
(het laatste speeltje van de elektronica-
industrie), de uitvoer van levensmidde
len na een nucleair ongeval, de gemeen
schappelijke ordening der markten in de
sector schape- en geitevlees, en andere
belangwekkende onderwerpen.
De Nederlandse CDA'er Jim Janssen
van Raay mag deze week de afschaffing
van het transfersysteem in het betaalde
voetbal bepleiten. Op een persconferen
tie zet Janssen van Raay zijn bedoelin
gen uiteen. "Wij willen het voetbal niet
kapot maken, maar wel deze moderne
vorm van slavernij afschaffen". De mil
joenentransfers zijn in strijd met het vrij
verkeer van personen.
Welke garantie, vraagt een Britse jour
nalist aan de Nederlander, heeft U dat de
Europese commissie uw rapport ook
daadwerkelijk uitvoert? Van Raay gaat
er eens goed voor zitten en zet aan voor
een antwoord: fel, gedreven en massief.
De vertaling vlakt al die emoties af, en al
spoedig raakt de tolk het spoor volledig
bijster in het Engels dat Janssen van
Raay spreekt.
De herhaalde kreet "my black friend
Goelliet" blijft hangen. En deze bezwe
ring: "de commissie is de hoedster van
het verdrag. Wij kunnen de Europese
Commissie naar huis sturen, en zullen
dat eens doen. Als het Europarlement de
Commissie vraagt het verdrag uit te voe
ren, moet ze dat doen. Ik dank U wel".
De volgende dag laat de Commissie
weten aan het eind van dit jaar met een
EUROPEES PARLEMENT
(1.1.1989) Nl
Rechts
Niet-ingeschrevenen
De zetelverdeling per 1 januari 1989.
eigen sociaal handvest te zullen komen,
waarin ook aandacht wordt besteed aan
de voetballers. Janssen van Raay glimt
voldaan over die toezegging: "We tonen
nu de gele kaart. Als de UEFA niet wil
luisteren moet de Commissie ook de ro
de kaart durven trekken". Wij geven die
avond de voorkeur aan een eenvoudige
zalm, gegarneerd met amandelen, en een
dame blanche toe.
"Je moet niet de illusie hebben dat je
hier gewoon parlementje kunt spelen.
Dan bereik je niets", zegt PvdA-leider
Piet Dankert. "Alles moet hier over de
band van de nationaliteiten worden ge
speeld". De socialisten, christen-demo
craten en liberalen van alle Europese lan
den hebben zich weliswaar in politieke
fracties verzameld, maar als het erop
aankomt blijkt het nationale hemd een
keurslijf dat strakker is dan de gezamen
lijke leer.
De vergadering van de 165 koppen tel
lende socialistische fractie is al vijf minu
ten na aanvang veranderd in een pande
monium. De meeste afgevaardigden zijn
afwezig, een flinke groep drentelt rond
op zoek naar een praatje of een sigaret,
en de enkelen die op hun plaats zitten,
bekvechten. De Duitse fractievoorzitter
Rudi Arndt ("een Feldwebel", karakteri
seert de Nederlander Muntingha en ver
volgt: "weetje waarom die Duitsers zo'n
grote smoel hebben? Omdat die grote
bek erin moet passen") windt zich zicht
baar op.
Aanleiding tot het tumult is de nade
rende stemming over de landbouwbe
groting, waarbij de nationale belangen
ver uiteen lopen. Tot overmaat van ramp
heeft de Groningse landbouwspecialist
Eisso Woltjer de rest van de fractie wei
nig meer voorgelegd dan een eerste in
formatieve notitie. Afgevaardigden die
ongelukkig zijn met de begroting, ver
wijten Wolfjer dat niet alle amendemen
ten bekend zijn. Die scheldt terug: "On
zin! Demagogie! Ik ben je knechtje niet,
haal ze zelf maar op". "Ik ben be
nieuwd", zegt hij later, "of we in de frac
tie op één lijn zullen komen".
De verdeeldheid is geen exclusief soci
alistisch verschijnsel: ook christen-de
mocraten en liberalen worden geplaagd
door nationalistische standpunten. En
daarnaast lopen dwars door alle fracties
heen de meningsverschillen over wat die
Europese eenwording precies moet in
houden. "Nederland zal profiteren van
'92", roept de WD'er Gijs de Vries opge
wekt op een forum. Even later zegt zijn
CDA-concurrent Jean Penders: "de zui
delijke landen kunnen na '92 uit de extra
economische groei net zulke goede soci
ale stelsels financieren als wij". De te
genstelling - de buit kan immers maar
één keer worden verdeeld - blijft onweer
sproken.
Mager
Hortend en stotend gaat de Europese
eenwording voort, nauwelijks gehinderd
door controle in nationale parlementen
of gestuurd door een Europees parle
ment. Op de golven van de 1992-euforie
menen ook de Europarlementariërs aan
status en belang te winnen. "Ik reken op
een hogere opkomst dan de vorige keer:
55 procent ongeveer", voorspelt Jean
Penders voor de naderende verkiezin
gen.
Het klinkt optimistisch, maar het is in
werkelijkheid een magere voorspelling,
vergeleken met de tachtig procent die in
Nederland bij nationale verkiezingen
gaat stemmen. De cirkel sluit zich onver
biddelijk: het Europarlement zal eerst
werkelijke macht moeten vergaren om
met succes een appèl op de kiezers te
kunnen doen.
Voluit moeten we spreken over de Hortus
Botanicus oftewel plantentuin. Iedere
rasechte Leienaar heeft er in elk geval wel
eens van gehoord. Al was het maar door de
publiciteit, die het noodzakelijk geworden
omhakken van de beroemde bruine beuk, nu
meer dan een jaar geleden al, tot gevolg
heeft gehad. Gelegen achter het
Academiegebouw (waar zich ook de toegang
bevindt) en grenzend aan 5e
Binnenvestgracht, Sterrenwacht en Witte
Singel, vindt u een van de schaarse stukjes
groen van de binnenstad en tegelijk een van
de oudste. Het hele jaar door kunt u er voor
een luttel bedrag (dagkaart: 1 gulden,
jaarkaart: vijf gulden) een bezoek brengen.
Met een museumjaarkaart is de toegang
gratis. U kunt niet alleen het terrein van de
Hortus betreden, maar eveneens een
bezoek brengen aan de zogenaamde
Clusiustuin, bereikbaar via een
achteruitgang aan de 5e Binnenvestgracht.
Via een bruggetje komt u dan terecht in de
tuin, die in aanleg een verkleinde kopie is van
die waarmee de geschiedenis van de Hortus
begon.
De universiteit, waarmee prins Willem van
Oranje de Leidse bevolking beloonde voor
het geboden verzet tijdens de Spaanse
belegering gedurende de Tachtigjarige
Oorlog, had al spoedig na haar stichting
behoefte aan een medische tuin. Dit, omdat
de medische wetenschap destijds voor een
belangrijk deel berustte op de
geneeskrachtige werking van veel kruiden.
Reeds vanaf de Middeleeuwen teelde men
kruiden voor dit doel, vooral in
kloostertuinen.
In 1590 werd met de aanleg ervan
begonnen. Pas enkele jaren later was de
medische tuin definitief een feit. Veel kleiner
dan de huidige Hortus 40 bij 30 meter),
besloeg de Horlus Medicus een terrein
meteen achter het Academiegebouw. De
verdeling in vier kwadranten had een
onderverdeling in 56 perkjes, die op hun
beurt weer 16 tot 24 nokjes bevatten. Bijna
elk vakje bevatte een ander heilzaam gewas.
Zodoende had men toen de beschikking over
meer dan duizend verschillende soorten en
variëteiten. Later werd aangrenzend nog een
zogenaamd Ambulacrum gebouwd, een
soort galerij waar niet wintervaste uitheemse
planten in het koude jaargetijde konden
worden gestald. De Hortus breidde zich in de
loop van de tijd uit en veranderde van
karakter, zoals u zelf kunt constateren.
De Clusiustuin, een imitatie van de oorspronkelijke Hortus, wordt opgeknapt.
In deze eeuw werd een terreintje aan de 5e
Binnenvestgracht aangekocht om de
oorspronkelijke Hortus te doen herleven. Met
behulp van een oude plattegrond was er in
1933 een reconstructie. Helaas werd aan de
oorspronkelijke beplanting weinig aandacht
besteed, waardoor de Clusiustuin geleidelijk
aan veranderde in een soort van parkje met
bomen, banken en bijenkasten. Op dit
moment worden, dank zij subsidies van het
bedrijfsleven, werkzaamheden uitgevoerd
om ook de planten zoals ze in de oude Hortus
stonden weer een plaatsje te geven. Het
formaat is teruggebracht tot tweederde van
de oorspronkelijke grootte. De
plantensoorten van vroeger zijn bekend. Dit
danken we aan de Zweedse plantkundige
Linnaeus, die in de 18e eeuw een systeem
ontwierp waarbij elke plante- (en
dieren)soort, naast de in elk land
verschillende naam, ook een tweedelige
Latijnse naam kreeg. De volksnamen mogen
in Nederland onderhevig zijn aan
veranderingen in de loop der tijd. dit geldt niet
voor de uniforme Latijnse naam. Men wil nu
trouwens ook proberen zo veel mogelijk
methoden van cultuur en onderhoud uit de
16e eeuw in de Clusiustuin toe te passen.
De naam ontleent de tuin aan de ontwerper
van de Hortus, die tevens hoogleraar in de
plantkunde aan de Leidse Universiteit was.
Clusius heeft veel uitheemse gewassen m
ons land geïntroduceerd zoals tulp, narcis,
aardappel en tomaat. Er zijn nog andere
beroemde namen aan de Hortus verbonden.
Ik noem Boerhaave (evenals Clusius
hoogleraar en ook direkteur van de Hortus)
en Siebold, een scheepsarts die uit o.a.
Japan veel planten meebracht. Zij en
verschillende anderen bezorgde de Hortus
wereldfaam. Op diverse plaatsen kunt u in de
tuin borstbeelden van hen aantreffen.
Zoals ik al eerder vermeldde, is het karakter
van de Hortus in de loop der tijd veranderd.
Aanvankelijk lag het accent op gewassen
met medicinale eigenschappen. Later kreeg
de plantkunde als aparte biologische
wetenschap steeds meer erkenning. De
Hortus Medicus veranderde daarop
aansluitend in een Hortus Botanicus. Steeds
vaker werden bekende planten uit verre
streken hier uitgezet en gekweekt, vaak met
succes. Dank zij de Hortus waar door
experimenten o.a. vele tulperassen het licht
zagen, heeft de bloembollenteelt zich in ons
land ontwikkeld.
De Leidse Hortus mag dan al eeuwenlang
van internationale betekenis zijn, de oudste
is hij niet. Vijf andere steden (waaronder
Franeker) gingen Leiden voor met
universitaire tuinen, alle aangelegd in de 16e
eeuw. Maar onze Hortus is nog de enige die
zijn oorspronkelijke onderzoeksfunctie heeft
behouden. Het onderzoek is vooral gericht
op het uittesten van planten op hun
geschiktheid voor tuin of huiskamer, op
kruisingsproeven van verwante soorten en
het kweken en beschrijven van nieuwe
soorten, rassen en variëteiten. Ook is er
bijvoorbeeld een project gaande, dat beoogt
natuurlijke vijand te vinden
voor bepaalde insekten die cultuurgewassen
schade toebrengen. Zo vormt de witte vlieg,
slechts enkele millimeters groot, vaak een
plaag voor tomateplanten, waarvan de
plantesappen worden opgezogen. Er is nu
vergelijkbaar formaat gevonden, die zijn
eitjes in de larve van de vlieg afzet. Na het
uitkomen wordt de "gastheer" beetje bij
beetje opgepeuzeld door de wespelarve. In
het groot kan op deze manier de bestrijding
van de witte vlieg in een tomatenkas
biologisch verantwoord worden aangepakt.
Een heel wat betere methode dan
behandeling met chemische
verdelgingsmiddelen!
Dank zij de uitbreiding van de Hortus na de
kleinschalige beginjaren, kwam er ruimte
beschikbaar voor o.a. een oranjerie, een
rozentuin en een systeemtuin en natuurlijk
de zeer opvallend aanwezige kassen. Deze
bevatten een uitgebreide verzameling
cultuurgewassen (bananeboom, koffiestruik
enz.) orchideeën en passiebloemen, naast
vele andere planten. De Victoria-kas verdient
een speciale vermelding. Hier kunt u de
Victoria-waterlelie uit het Zuidamerikaanse
Amazonegebied vinden met zijn bladeren
met een doorsnede van zo'n kleine twee
meter. De bloei, die 's nachts plaatsvindt,
kunt u in de zomermaanden meemaken. De
speciaal voor deze plant gebouwde kas is
dan ook buiten de normale openingsuren
voor het publiek toegankelijk.
De oranjerie, naast de kassen gelegen, is
evenals het niet meer bestaande
Ambulacrum, bestemd voor tijdelijke opslag
van vooral subtropische gewassen De
laatste jaren wordt het ruim twee eeuwen
oude gebouw ook regelmatig gebruikt als
tentoonstellingsruimte. Het Rosarium, de
rozentuin, is enkele jaren geleden geheel
gerenoveerd en omvat rozen, gerangschikt
naar het land van herkomst. Verderop
richting sterrenwacht vindt u de systeemtuin,
waar de soorten op basis van hun
verwantschap zijn uitgezet. In de buurt zijn
ook een vijver, banken en uiteraard veel
bomen te vinden.
Appelbloesem in de Leidse Hortus.
De oudste boom, een goudenregen uit 1601
staat rechts naast de ingang. Er zijn ook
andere, vaak reusachtige exemplaren die op
een grote ouderdom kunnen bogen, zoals
een zeldzame tulpeboom en een Japanse
noteboom (beide uit de 18de eeuw) en een
enorme treurbeuk bij de vijver. Van diverse
soorten is de exacte leeftijd bekend en die
staat vermeld op een bordje onder de
desbetreffende boom.
Maar er zijn ook oude tulperassen in de
Hortus, die momenteel niet meer worden
gekweekt en die je nog maar zelden ziet.
Behoud van deze planten is nuttig en niet
alleen vanwege de esthetische waarde. De
erfelijke eigenschappen van deze uit de
gratie geraakte gewassen zouden in de
toekomst nog wel eens bruikbaar kunnen
blijken bij kruisingsproeven. Het terugkruisen
met oorspronkelijk materiaal wordt
toegepast, omdat als gevolg van ver
doorgevoerde kruisingsproeven regelmatig
nuttige eigenschappen van de "wilde",
oorspronkelijke soort verloren gaan. Ik denk
dan o.a. aan resistentie (ongevoeligheid)
tegen bepaalde ziekten. De zogenaamde
plantenveredeling heeft dus niet uitsluitend
voordelen.
Om deze en andere redenen zijn, verspreid
over de wereld, genenbanken opgericht, een
soort opslagplaatsen waar zaden van
zeldzame plantesoorten, -rassen en -
variëteiten voor de toekomst bewaard
blijven.
Op uw wandeling door de Hortus zult u
weinig dieven tegenkomen, of het moeten de
vogels zijn. Meer soorten dan u zou
vermoeden bouwen hun nest hier. Merel,
zanglijster, koolmees, roodborst en
winterkoning zijn trouwe gasten. In de
singelgracht zwemmen meerkoet,
waterhoentje, eenden, ganzen en
knobbelzwanen rond. Deze laatste kunnen in
de broedtijd bij de verdediging van het nest
nogal agressief zijn. Het mannetje is in staat
een mens met zijn krachtige vleugels een
armbreuk te bezorgen. Zodra hij gaat blazen
kun je maar beter je biezen pakken. Toch zijn
echte wilde knobbelzwanen juist schuw en
vredelievend. De meeste "stadszwanen"
hebben, doordat de mens ze ging voeren,
allengs hun schuwheid afgelegd.
Ongetwijfeld zal het u zijn opgevallen dat hier
en daar banken staan, geschonken door de
"Vrienden van de Leidse Hortus". Deze
vereniging staat op de pres voor de Hortus
en tracht de bekendheid bij het publiek te
vergroten. Daartoe brengt zij advies uit en
levert bijdragen zowel materieel als
immaterieel (voorlichting bijvoorbeeld).
Leden krijgen in ruil voor een bescheiden
contributie (tien gulden) o.a. lezingen en
rondleidingen aangeboden naast reducties
op publicaties van de Hortus. De portier, die
u het entreekaartje verkoopt, heeft een folder
beschikbaar De zonnewijzer die u onderweg
wel gezien zult hebben, was het eerste
geschenk van de vereniging bij haar
oprichting in de dertiger jaren. Volgend jaar
bestaat de Hortus precies 400 jaar.
Ongetwijfeld zullen de Vrienden dit heuglijke
feit niet ongemerkt laten passeren.