De strijd om een kunstcollectie
m
Klachtwacht
Denkwijzer
Hilversummer Van de Werd ziet na achttien jaar doorbraak in impasse
ik»
£J 'I
Onze taal
eu.
ui.
oe.
ZATERDAG 20 MEI 1989
DOOR JOOP VAN DER HORST
Je moet er een krat bier voor kopen. Bij de
aanschaf krijg je het Heerlijk Helder
Woordenboek cadeau. Het is een woor
denboekje van de typische bierbrouwers-
taal. met woorden als zwikkel. vooreest.
bostel en kiezelgoer. Ik kan nu eenmaal
geen woordenboek laten liggen en heb
het meteen gekocht, ook al is het voor ie
mand die geen bier drinkt relatief duur. Ik
troostte mij met de gedachte dat ik voor
het eerst in mijn leven een krat bier van de
belasting kan aftrekken.
Als je eerst al dat bier opdrinkt, is het
een aardig boekje. Bijzonder aardig zelfs,
fantastisch, want bijna de helft bestaat uit
glanzende foto's van schuimende glazen
bier. Als je het nuchter leest, valt het
nogal tegen. De andere helft bestaat na
melijk uit een verhaaltje over het maken
van bier en vijf bladzijden met bierbrou
werswoorden. Het is dus een tamelijk dun
woordenboekje.
Ik heb geen verstand van bierbrouwen.
Of de betekenis van de woorden goed
wordt uitgelegd, kan ik dus niet beoorde
len. De verklaringen zijn over het alge
meen duidelijk en begrijpelijk. Het is dan
ook niet bedoeld voor brouwers en café
bazen maar voor iedereen. En iedereen
die het bekijkt voo/dat hij aan dat krat be
gint, zal zien dat het slordig haastwerk is.
De fotograaf heeft zijn werk heel wat be
ter gedaan dan de schrijver. Freddy slaat
zijn klanten niet hoog aan.
Als hij nog even zelf naar het Heerlijk
Helder Woordenboek gekeken had. zou
hij gezien hebben wat er allemaal is mis
gegaan. Zo worden er in de inleiding en
het verhaaltje vooraf een heleboel bier
woorden gebruikt die verderop niet in het
eigenlijke woordenboekgedeelte worden
verklaard. Ook wie niets van brouwen af
weet, kan nu zien hoe onvolledig het is.
Zo ontbreken bijvoorbeeld vermouten,
kiemkast. eest. mout, moutopslag, poet
sen, schroten, bliezen, moutschroot, af-
eesten, roerwerk en wortfiltratie. In de
dikke Van Dale worden de meeste van
deze woorden gelukkig wél verklaard, zo
dat Van Dale met meer recht een bier
woordenboek genoemd mag worden darr
dit fotoboekje uit Zoeterwoude.
En dan nog zoiets. De bierbrouwers-
taal is net als het bierbrouwen zelf heel
oud. Bier wordt al duizenden jaren ge
maakt. Weten ze dat in Zoeterwoude? Er
is in dit rijk geïllustreerde woordenboek
een bladzijde die alsvolgt begint: 'Biertaai
herinnert aan oude tradities. Maar hoe
oud eigenlijk?' Inderdaad een interessan
te vraag. Vooral als je iets wilt begrijpen
van de woorden die in dit vak gebruikt
werden en worden. Nieuwsgierig en ake
lig nuchter lees ik verder. De traditie blijkt
helemaal niet zo oud: maar 125 jaarl Is
dat niet wat weinig? Wat mag er in dat
taalkundig zo belangrijke jaar 1864 wel
geschied zijn? We vernemen dat een 22-
jarige ondernemer, Gerard Adriaan H.
genaamd, in Amsterdam de oude bier
brouwerij 'De Hooiberg' aan de Nieuwe-
zijds Voorburgwal koopt en het bedrijf
voortaan zijn naam geeft. Heeft dit iets
met de taal van het bierbrouwersbedrijf te
maken?
Niets. Maar zoveel te meer met de be
doeling van deze kleurenfolder. Een
domoor, wie anders verwacht had. Zoals
ik dus.
Diepe gedachten kwamen bij mij op.
Taal is blijkbaar in de mode en woorden
boeken daar vliegt men op af. Want ik ben
ervan overtuigd dat de reclame-mensen
in Zoeterwoude hun vak beter verstaan
dan de Zoeterwoudse lexicografen. Als
de reclame-afdeling zegt dat een bier-
woorc/enboe/c een trekpleister is waar
voor men onmiddellijk naar de slijter holt,
dan is dat waarschijnlijk zo. Het gaat
goed met Nederland!
rijen denken als toestanden die eigenlijk
niet horen of niet normaal zijn. Ze me
nen, dat als de zaken maar beter georga
niseerd zouden zijn, files niet voor zou
den hoeven te komen. Maar voor de mees
te grote steden geldt, dat files of rijen on
vermijdelijk zijn zowel nu als in de toe
komst, door de grote mensenmassa's die
zich op bepaalde tijdstippen op hele klei
ne oppervlakten concentreren. In feite is
het veel abnormaler datje meteen aan de
beurt bent, dan dat je een tijd moet wach
ten.
Toch maken de meeste mensen bij het
doen van boodschappen, het maken van
afspraken bij anderen of het ondernemen
van hun auto- of vliegvakantie een plan
ning alsof er geen files of opstoppingen te
verwachten zijn of alleen maar bij hoge
uitzondering. Touroperators en lucht
vaartmaatschappijen doen daar vaak
nog een schepje bovenop, door hun fol
ders vol te stouwen met misleidende ter
men als 'comfortabel reizen', 'ontspan
nend erop uit', 'verzorging van begin tot
eind'.
Er is dus een groot verschil tussen de
werkelijkheid en het rozige beeld, dat
veel mensen verkiezen erop na te houden
als ze de wereld intrekken voor een grote
of kleine boodschap. Dat is misschien
maar goed ook. want de dingen die je
onthoudt worden bepaald door het 'filter'
datje in je hoofd hebt, niet door de werke
lijke toedracht. Las dat filter alleen de
rozige dingen doorlaat, kom je toch
nog met opgewonden verhalen thuis. Ook
al is het vrijwel zeker dat je van de zeven
vakantiedagen er ongeveer llk op een of
andere manier met wachten hebt doorge
bracht. En ook al is het vrijwel zeker dat
je gedurende die l'h wachtdag je gere
geld hebt bezondigd aan mensvijandige
of zelfs racistische uitlatingen en soms
zelfs medemensen op een onbeschofte ma
nier hebt proberen af te knijpen of op een
levensgevaarlijke manier eruit te rijden.
De conclusie: in het nationale milieu
plan hoort een paragraaf over milieu-
vriendelijk wachten
Het trieste avontuur in Zwitserland en
de mislukte pogingen om de schilderijen
terug te krijgen, heeft vooral zijn kunst
makker Jelle de Boer erg aangegrepen.
Waarschijnlijk hingen de ernstige hart
klachten die hij kreeg ten nauwste sa
men met de hele affaire. Tijdens één van
de besprekingen in Zwitserland werd De
Boer onwel. In 1972 overleed hij aan een
hartaanval. "Nadat zijn hele broodwin
ning als kunsthandelaar al kapot was ge
gaan, werd de affaire hem ten slotte zelf
noodlottig. Een affaire, die met de vrij
spraak van Achermann en de teruggave
van de kunstwerken ten einde had kun
nen zijn".
Al jaren stelt Van de Werd alles in het
werk om de collectie van Achermann te
rug te krijgen, maar hij komt geen stap
verder. Waar hij aanvankelijk meende
dat de Zwitser te goeder trouw was, kent
Van de Werd intussen geen twijfel meer
aangaande diens kwade bedoelingen. In
1982 legde de Hilversummer nog maar
eens een bezoek af aan Achermann. "Hij
vertelde mij dat hij de collectie net zo
lang zou houden, totdat hij een nog gro
tere schadevergoeding van justitie had
ontvangen. Met andere woorden: Acher
mann gijzelt onze kunstwerken!"
De verwoede pogingen die Van de
Werd daarna heeft ondernomen om de 23
kunstwerken terug te krijgen die door de
Zwitserse autoriteiten in beslag zijn ge
nomen, liepen al evenmin op iets uit.
"Toen ik hierover een gesprek had met
een Zwitserse officier van justitie, zag ik
achter in zijn kamer opeens een exem
plaar uit onze collectie aan de wand han
gen. Hoogst merkwaardig. In verband
met het onderhoud was het beter de wer
ken in het departement op te hangen, zei
hij. Het was een schilderij dat Jelle de
Boer had toegeschreven aan Toulouse
Lautrec met de naam 'In het restaurant
Blampied'."
Van de Werd heeft daarna een Zwitser
se advocaat in de arm genomen, die het
met veel moeite voor elkaar heeft gekre
gen Achermann voor de rechter te laten
verschijnen. "Tijdens die rechtszitting
zei Achermann dat hij de collectie net zo
lang houdt, totdat de weduwe van Jelle
de Boer en ik hem 250.000 Zwitserse
franc zou hebben gegeven. Er zou een
langdurige en kostbare civiel-rechterlij-
ke procedure moeten komen om Acher
mann te dwingen de collectie zonder
meer af te staan".
Oude bekende
Uitgerekend op het moment dat de zaak
hopeloos leek vast te zitten, dook een
oude bekende op. Advocaat mr. Brai-
nerd meldde zich op zekere dag bij Van
de Werd. Tussen de werken die hij in
1967 kocht, en waardoor het transport
van Nederland naar Zwitserland moge
lijk werd, zat een heuse Manet! Dat had
hij laten onderzoeken in het bekende
Amerikaanse laboratorium van Mc. Cro
ne in Chicago.
Na bijna achttien jaar strijd om erken
ning van de collectie zijn er volgens Van
de Werd ontwikkelingen gaande, die
zouden kunnen wijzen op een doorbraak
in de impasse. In zijn voordeel spreekt in
elk geval dat één van de werken echt is.
Hij hoopt dat het hierdoor makkelijker
wordt om een vuist te maken tegen de
Zwitsers.
Dat vindt ook Brainerd, die heeft aan
geboden om voor éénderde van de col
lectie te proberen alle kunstwerken uit
Zwitserland los te krijgen. Van de Werd
gaat daarmee akkoord. Hij laat tevens
vastleggen dat eenderde van de 'herover
de' collectie aan hem toekomt en de res
terende eenderde aan de weduwe van
Jelle de Boer.
"Denk niet dat geld in dit verband voor
mij een rol speelt, het kan mij niets sche
len. Mijn deel gaat naar liefdadige doelen
en naar een op te richten stichting ter be
vordering van het particuliere kunstbe
zit. Voor mij is het belangrijkste dat ik
eindelijk rust krijg".
de vriendelijke, voorkomende personen
tot infantiele, mateloos gefrustreerde we- -
zens, die nog maar één doel voor ogen
hebben en dat is 'zo snel mogelijk aan de
beurt komen'. Gedrag van mensen in file
of rij heeft vaak kenmerken van het te
rugvallen op vroegere ontwikkelingssta
dia of zelfs tot een dierlijk niveau.
Een voorbeeld. U staat in een lange rij
voor het enige loket van de luchthaven
douane dat op dat moment open is. Als
nu iemand uit de rij wegloopt en voor het
ernaast liggende loket gaat staan, ook al
is daar in geen velden of wegen een doua
nier te bekennen, dan gaat toch bijna de
helft van de mensen achter hem aan.
Loopt dezelfde persoon vervolgens weer
naar een ander, eveneens volslagen ver
laten loket, dan gaat de meute er op
nieuw achteraan. De Engelse onderzoe
kers konden vaststellen dat je op die ma
nier een groep mensen als een kudde koei
en de halve luchthaven over kunt laten
zwalken, van het ene naar het andere le
ge loket.
Een andere constatering uit het onder
zoek ia, dot de meeste mensen overflies en
door René Diekstra
hoogleraar psychologie te Leiden
pogingen van de invoeger .straal of zien
er geen punt in autohuid langs autohuid
te schuiven om in ieder geval maar nie
mand ertussen te hoeven laten.
Een ander voorbeeld. Iemand die in
een rij voor een postloket probeert voor te
dringen haalt zich een hoop vijandig ge
lazer op de hals. De meeste mensen, die
echt en om serieuze redenen haast heb
ben, laten het daarom meestal toch wel
uit hun hoofd om voorrang te vragen,
want veel sympathie hoeven ze niet te
verwachten en vaak zijn opmerkingen
als "ja, dat kan iedereen wel zeggen" niet
van de lucht.
Veel mensen ervaren aan de beurt zijn
als een soort van overwinning en als de
beambte voor hen aan het werk is, draai
en ze zich met een meewarige of triomfan
telijke blik naar al die stakkers die nog
moeten wachten. Althans, dat denken die
stakkers vaak, zo blijkt uit een recent En
gels onderzoek over file- of wachtgedrag.
Het interessante aan dat onderzoek is,
dat het laat zien hoezeer mensen in dit
soort situaties kunnen veranderen van
Na tientallen jaren is de thriller, waarin de Hilversummer W. Th. J. van de
Werd tegen wil en dank een hoofdrol heeft gespeeld, toe aan de laatste
bladzij. Alle ingrediënten voor een gegarandeerde bestseller zijn aanwezig.
Ga maar na, allereerst is er een kunstverzameling die mogelijk een waarde
van vele miljoenen vertegenwoordigt. Daarnaast figureren dwarsliggende
Zwitserse autoriteiten en komt er nogal wat persoonlijke rancune om de hoek
kijken. De dood van een kunsthandelaar en de spectaculaire ontdekking van
een heuse Manet in Amerika completeren het bizarre verhaal. Zijn ook de
overige 150 Van Gogh's, Cézanne's, Renoir's, Manet's, Toulouse Lautrec's
en Monet's echt? Voor het geld wil Van de Werd het niet weten, hij wil eindelijk
eens rust hebben.
door Bert-Jan Klein en Frans Raven
Alle kamers van de grote villa in Hil
versum staan vol met ikonen en
soms metershoge beelden. De wan
den gaan grotendeels schuil achter
olieverfschilderijen of pentekenin
gen. In de werkkamer kijkt een bal
lerina vanaf een doek dromerig neer
op de bezoekers. Zij is de gepenseel
de schepping van Fresco, een duide
lijk door Dégas geïnspireerde Ne
derlandse schilder. En ten slotte zijn
er nog de afbeeldingen van Ruben-
siaanse vrouwen in bijbelse tafere
len die rug aan rug staan met Neder
landse landschappen.
De 72-jarige Van de Werd is kunsthande
laar in ruste. Een kleurrijk man, die zich
omstandig excuseert voor de chaos in
zijn werkkamer. Als ooit wordt aange
toond dat de inrichting van een woning
iets zegt over de bewoner, dan hier wel.
Van de Werd zelf is ook een en al chaos.
Hij vraagt bijvoorbeeld of er behoefte be
staat aan koffie. Als daarop bevestigend
wordt geantwoord, begint hij zijn levens
verhaal om vervolgens nooit meer aan
het zetten van koffie toe te komen.
In de jaren dertig begon het allemaal.
Van de Werd was toen eigenaar van een
kunstgalerie in Amsterdam. Zijn Handel:
Nederlandse landschapschilders, bijbel
se taferelen en portretten van klassieke
snit.
Tekeningen die werden toegeschreven
aan Vincent van Gogh kwamen in zijn
bezit voor vijftig cent. Een enkele keer
moest hij een paar gulden betalen, een
hogere prijs betaalde Van de Werd nooit.
Schilderijen van Matisse, Rénoir en Tou
louse Lautrec verwisselden voor enkele
honderden guldens van eigenaar. Na
dertig jaar verzamelen wist Van de Werd
zich bezitter van een unieke collectie. Al
leen de echtheid van de 'meesterwerken'
moet nog steeds worden aangetoond.
Zwanger
Van de Werd toont een map met repro-
dukties, die zijn gemaakt van tekeningen
van Van Gogh uit de collectie. Deze wer
den in een beperkte oplage van 250 ge
drukt ter gelegenheid van de eerste ex
positie in Amsterdam. Nog bij de eigen
drukkerij van Van de Werd in Amster
dam.
Aan de hand van een boek over Vin
cent van Gogh probeert de vroegere
kunsthandelaar duidelijk te maken,
waarom hij één van de tekeningen voor
onmiskenbaar echt houdt. De afgebeel
de zwangere vrouw komt ook voor op
een reeds door experts als écht bestem
pelde Van Gogh. Die tekening hangt in
het Kröller Müllermuseum in Otterlo.
"Kijk maar naar de lijn van dat schou
derblad en het dikke buikje van de zwan
gerschap. Bovendien had Vincent aan
zijn broer Theo van Gogh geschreven dat
hij van de vrouw twee tekeningen had
gemaakt. Eén zittend en één staand. Mijn
tekening toont het staande model".
In de tijd dat Van de Werd de werken
kocht had hij er zelf niet het geringste
vermoeden van, dat hij wellicht een mil
joenencollectie in handen had. "Ik be
sloot in 1965 met vijf andere collectio
neurs door middel van een tentoonstel
ling in Amsterdam de wereld kennis te
laten maken met onze 'Van Goghs, Ma-
tisses, Toulouse Lautrecs en andere
meesters'. Eén van de andere verzame
laars was de Amsterdamse kunstexpert
Jelle de Boer".
Met de expositie wilden de organisato
ren links en rechts reacties uitlokken. De
heren wilden wel eens horen hoe ken
ners de verzameling schilderijen beoor
deelden. Tot hun genoegen mochten ze
vaststellen dat de belangstelling voor de
tentoonstelling enorm was. Ook de inter
nationale pers dook er bovenop. En al
twijfelden sommige experts aan de echt
heid van de collectie en waren er onder
hen weer die de bevlogen Nederlanders
voor gek verklaarden, de meeste deskun
digen waren razend enthousiast.
Zwitserland
De naam Achermann valt dan. En als
Van de Werd Achermann zegt, zegt hij
ook 1967 en Zwitserland. Het verhaal
over wat hij nu betitelt als het Zwitserse
avontuur zou zo kunnen dienen voor het
script van een succesvolle Hollywood-
film. Sleutelfiguur hierin is naast de
reeds genoemde Anton Achermann, de
directeur van de bekende Hofgalerie in
Luzern, de Amerikaan Brainerd. Een ad
vocaat, werkzaam bij de Verenigde Na
ties in Genève. Als Van de Werd begin
1967 had geweten wat hem naderhand
boven het hoofd zou hangen, nooit was
hij met die Achermann in zee zijn ge
gaan. Van de Werd is er evenwel niet de
man naar om te zien in wrok, en dat doet
hij dus ook niet als het gaat om zijn bele
venissen in Zwitserland.
"Met Achermann regelden Jelle de
Boer en ik dat de hele collectie in de
Zwitserse galerie zou komen te hangen.
Maar zowel het transport als de verzeke
ringspremie van de werken liep behoor
lijk in de papieren. Door enkele exem
plaren uit de collectie voor een schijntje
"Pak jij die rij, dan neem ik deze", hoor
ik een stem op een geslepen manier achter
mij fluisteren. Ik draai me om, net op tijd
om te zien hoe een belegen echtpaar uit el
kaar gaat om hun geluk te beproeven aan
twee in plaats van een in-check balie. Een
tijdje later, als we nog niks zijn opgescho
ten, hoor ik de vrouw heel informatief
mopperen: "Als het zo doorgaat, staan
we hier over een uur nog". Op hetzelfde
moment geeft ze een gefrustreerde duw
tegen haar bagagekar, waardoor ze de
voorstang keihard tegen mijn hielen
ramt.
Als we een paar minuten later toch een
passagier opschuiven, komt ze met het
vervolg: "Hè, hè, nu het zal me benieu
wen hoe lang het nou weer duurt". Tege
lijk houdt ze ook nog even de rij van haar
ega in de gaten want "bij jou schiet het
ook al niks op". Totdat ik. zelf aan de
beurt ben, word ik nog onthaald op "Goh,
wat is het hier warm", "daar sta je dan
zo vroeg voor op", "ik wed dat mijn doch
ter al lang weer thuis is voor wij 'ns aan
de beurt zijn" en als klapstuk van de vei
ling: "je zal maar haast hebben". Ik blijk
trouwens nog niet van ze af te zijn, want
ik zit al in het toestel als ik haar met van
opwinding nog altijd rozige wangen aan
zie komen. Ik ben niet snel genoeg achter
mijn krant, zodat ik nog een keer moet
horen dat "het voornaamste is dat we het
gered hebben".
Wanneer we op de plaats van bestem
ming in een lange rij voor de douane ko
men te staan, begint ze opnieuw te don
derjagen: "nou pa, moet je nou eens zien,
die lui dringen er gewoon tussendoor" en
(weer heel geslepen fluisterend) "vooruit,
ga jij er ook gauw tussen staan". Tot het
onze beurt is, houdt ze als een praatzieke
havik iedere ongerechtigheid scherp in
de gaten. De frustratie wordt haar wer
kelijk te veel als blijkt dat de rij naast ons
twee keer zo hard gaat, omdat wij wor
den opgehouden door een Noordafri
kaans uitziend persoon die zijn handba
gage helemaal moet omkeren om te vin
den wat de beambte van 'm wil hebben:
"nou, je bent zwaar geschoren als je ach
ter zulke lui komt te staan, we hadden het
ook niet beroerder kunnen treffen".
Een beschrijving als deze is karakteris
tiek voor het gedrag van tal van mensen
die in een rij of file tot wachten worden
gedwongen. De kern daarvan is dat je ge
frustreerd inwendig of uitwendig scheldt
op de wereld, op andere mensen en soms
ook op jezelf ("waarom heb ik verdorie
ook niet die andere rij (of route) ge
pakt"). Afgezien van het feit dat in een
rij wachten betekent, dat je niet onmid
dellijk krijgt waar je op uit bent, is een
minstens zo belangrijk punt, dat je je in
een machteloze positie bevindt. Je hebt
geen controle over de dingen, over hoe
snel je wordt geholpen, over wanneer je
weer door kunt rijden. Je weet vaak niet
hoelang het zal duren tot je aan de beurt
bent of tot de zaak weer in beweging
komt. Een rij of een file reduceert je vaak
tot een nietswetend machteloos nummer.
Omdat mensen er heel slecht tegen kun
nen, en begrijpelijk trouwens, om de con
trole over hun situatie uit handen te moe
ten geven, gaan ze er in een file of een rij
vaak toe over om het beetje controle dat
ze nog kunnen uitoefenen op een vaak ti
rannieke en volslagen onredelijke ma
nier te gebruiken. Je ziet dat het meest
duidelijk in het verkeer. Iemand, die van
een invoegstrook in een file moet invoe
gen heeft vaak de grootste moeite om een
plaatsje te vinden. Hoewel het in tijd ab
soluut nauwelijks of niets uitmaakt, ver
dedigen in file rijdende automobilisten
hun territorium als tijgers en negeren de
Kunstverzamelaar Van de Werd
poogt al achttien jaar erkenning te
krijgen voor zijn gegijzelde kunst
collectie. Intussen is het Spaanse
meisje in een kerk, door Édouard
Manet in I860 geschilderd, echt be
vonden. (foto GPD)
volgden. Achermann werd gearresteerd.
Zodra de Nederlanders dit vernamen,
reisden ze opnieuw naar Zwitserland af
om officier van justitie van hun beste be
doelingen te overtuigen. Het bleek een
vergeefse poging.
"Ons werd toen duidelijk dat officier
Winniger Achermann persoonlijk een
hak wilde zetten. Ook de Nederlandse
ambassadeur in Luzern hulde zich in stil
zwijgen. Bij terugkomst in Nederland
restte ons niets anders dan op een pers
conferentie op Schiphol onze bitterheid
te uiten".
Na een lange juridische strijd werd
Achermann uiteindelijk in hoger beroep
vrijgesproken. Achermann, eerst de
steun en toeverlaat van Van der Werd en
De Boer, wierp zich opeens op als tegen
stander in de slag om de collectie. De
rechtbank bepaalde dat alle kunstwer
ken aan Achermann moesten worden te
ruggeven, met uitzondering van 23 stuks
die in een Zwitsers museum werden op
geslagen. Achermann sprak met Van de
Werd af dat hij de collectie zou bewaken,
totdat justitie hem een schadevergoe
ding had betaald. De Zwitser kreeg in
derdaad geld, maar weigerde vervolgens
de collectie terug te geven.
aan Brainerd te verkopen, kwamen we
aan geld om de operatie door te laten
gaan. De hele collectie werd voor een
half miljoen gulden verzekerd en naar
Zwitserland gebracht".
In de sfeervolle Hofgalerie werden in
middels de voorbereidingen getroffen
om de expositie met veel fanfare te ope
nen. Tal van prominenten lieten op de
premièredag hun gezicht zien en brach
ten een toast uit op het succes van de ten
toonstelling. Terwijl iedereen zijn lof uit
te over de werken, voltrok zich achter de
schermen het begin van het drama. Een
foutje op de affiches voor de expositie
bleek een kapitale misser.
"Op het aanplakbiljet stond niet vermeld
dat de echtheid van sommige werken
nog niet officieel was aangetoond. De
Zwitserse kunstenaarsbond greep dat
aan om Achermann, wellicht uit jaloezie,
in een kwaad daglicht te stellen. De bond
diende een aanklacht in bij officier van
justitie mr. Winniger wegens misleiding
van het publiek. Achermann plakte nog
een strook over de affiches, maar het was
al te laat".
De Zwitserse justitie haalde de gehele
collectie van de muren. Zo'n honderd
vijftig schilderijen, toegeschreven aan
bekende meesters als Van Gogh, Matis
se, Renoir en Toulouse Lautrec verdwe
nen in een donkere kelder van het Ge
richtshof van Luzern. Van de Werd en De
Boer bliezen ontgoocheld de aftocht en
wachtten thuis gelaten op de dingen die
ii ||l|u
i .ut